Haagse Comedie voert vergeten Tsjechov krampachtig op
Kraftwerk boeit en
verveelt tegelijk
Sammy Davis jr.
professioneel
Behartigenswaardige kijk op sport
a
Kees Verwey in
Sint-Niklaas
J
15
S tij Ivo l en direct
spel van Rosenhart
Deiangnjker dan podiumprestatie
Concert in Amsterdam
Bach-cyclus in Waalse Kerk geopend
Ann Hasekamp in
Elektra vervangen
Sri
m I
Wdl
KUNST
I 3
19 7 6
MAANDAG
SEPTEMBER
1 1
J
I
„SPORT VERBROEDERT” is
de Olympische slogan, een oude
kreet die steeds meer in diskre
diet is geraakt. Het oude Grieken
land kende reeds zijn uitwassen
op sportgebied ondanks het ge
heiligde karakter van de Olym
pische spelen. De topsport is een
wedstrijd van wereldomvang ge
worden in het bergafwaarts hol-
Beetd-
schrrft
DEN HAAG. Anton Tsjechov’s
toneelspel „De Bosgeest” eindigt
blij. Ook al heeft één van de be
langrijkste figuren zelfmoord ge
pleegd, voor de anderen gaat het
leven verder. De bejaarde profes
sor in het stuk krijgt zijn jonge
vrouw die bij hem wegliep terug
en er volgen twee huwelijksaankon
digingen. Als dat geen feestelijk
slot is! Vergeet het maar, door die
vermeende zonneschijn heen kun
je de bui al zien aankomen. Eén
van de twee huwelijken, dat tussen
de losbol F j odor en het tot o verblij
ven gedoemde sloofje Joelja, bete
kent slechts een vlucht uit de wer
kelijkheid, terwijl de verzoening
tussen professor Serebrjakov en
zijn jonge vrouw Jelena niet meel
is dan een lotsaanvaarding. Jelena
is ongelukkig met haar veel oudere
man, zij beseft ten volle dat dit zo
zal blijven, maar heeft de moed niet
kunnen opbrengen hem voorgoed te
verlaten.
**4J
len en wel naar een finish met
als spandoek erboven: „Sport
verloedert”. Topsport is zaken
doen in het groot op nationalis-
’ische basis met de gezondheid
van de deelnemers als inzet. Win
nen, winnen, winnen, ten koste
van wat of wie dan ook in dienst
van een almachtige staat of in
dienst van sponsors, in dienst van
een egoïstische prestatiedrang
binnen een maatschappij die van
die drang toch al bol staat.
De wetenschap helpt eraan
mee, medici begeleiden de do
ping gebruikers of trachten mid
delen te vinden die net nog door
de beugel kunnen om sportlieden
tot nog hoger prestaties aan te
jagen. De „sportheld” is een ding
geworden, een object temidden
van allerlei machinaties om hem
heen, uitgedacht door meestal
autoritaire lieden „die het zo
goed met de sport menen”.
-
5Sv
Weinig vreugde in De Bosgeest
JOHN OOMKES
(Van onze kunstredactie)
Trins Snijders als Jelena en Pim Dikkers als de oude professor in De Bosgeest.
(Van onze kunstredactie)
verband
In
j
R
Een der wanden van het mini-stadion van Pieter Zwaanswijk.
door
Hein
Steehouwer
En al hadden Rosenhart’s vingers dit
maal vooral in het gedeelte voor de
pauze, niet de trefzekerheid die we van
hem gewend zijn; de uitwerking van de
bewerkingen in „vrije stijl” en evenzo de
geniale canons in alle intervallen, was
er niet minder om.
Grote waardering ten aanzien van de
concertgever sprak uit het langdurig ap
plaus waarmee het publiek op de uit
voering reageerde. Hierop koos Rosen-
hart dan nog de 25ste variatie uit, om
als innig besluit te dienen van dit exclu
sieve recital. Juist deze 25ste variatie
was als toegift de begrijpelijke en eigen
lijk zelfs enig mogelijke keuze. Want dit
chromatisch-melodische trio, is het emo-
:-ï
voelens blijk geeft, vervalt dan in ou
derwetse theatrale gebaren. Marjon
Brandsmu speelt Sonja grotendeels op
een huilerig toontje, maar geeft bij haar
liefdesverklaring aan de bosgeest toch
blijk mooi en zuiver te kunnen acteren.
De enige die met ingehouden toon Tsje
chov speelt is Pim Dikkers. Hij bouwt
zijn rol van onverzettelijkheid in de
oude professor prachtig op, zonder veel
uiterlijk vertoon. Bas ten Batenburg is
binnen deze toneelfamilie eveneens een
verademing als de bosgeest en Sacco van
de Made levert in een ondergeschikte rol
een positief aandeeld als levenswijze
pachter van de watermolen.
EEN VERGISSING is het decor van
Harry Wich. De plaats van handeling in
dit stuk is deels buiten, deels binnen.
Wich schiep een toneelbeeld dat daar
weinig duidelijkheid in verschaft. Een
decor met een Wagner-achtig zwaar
zwerk dat al te nadrukkelijk overheerst,
ook in de scènes die zich binnenshuis
afspelen. Je ontkomt dan niet aan de
indruk dat de zware meubels gewoon in
de tuin zijn neergezet. Al met al vind ik
deze Tsjechov-opvoering al te traditio
neel van uiterlijke presentatie en niet
erg gelukkig uitgevallen.
KO VAN LEEUWEN
hun gezichten (bewust) geen emoties ui
ten en meestal trouwens niet in het
schemer te zien zijn. Af en toe is zoiets
irritant. Het ontbreken van een dynami
sche podiumact versterkt voorts de in
druk dat de opbouw van het programma
er eigenlijk niet toedoet. Elke song lijkt
immers op de vorige. Bovendien werkt
het herhalen van een paar regels tekst
op den duur slaapverwekkend.
Uitgevoerd werd een doorsnee van
hun werk, waarbij het laatste album
Radioactivity veel aandacht kreeg. Daar
naast waren Europe Endless en Tanz
für uns Fest de aardigste songs. Waar
om Kraftwerk echter opgezadeld is met
een progressief imago, ontgaat me ten
ene male. Akkoord, het is muziek waar
op het heerlijk trippen lijkt, maar van
enige muzikale vernieuwing of een se
rieuze ambitie daartoe is helaas geen
sprake.
Zoals in de Kunst der Fuge en het
Musikalische Opfer, spreekt uit deze
dertig variaties het meest fantastische
contrapuntische denken. Maar sterker
dan in de genoemde twee monumentale
werken, staat bij deze Goldberg-Varia-
ties de techniek van het contrapunt in
dienst van de gevoelsuitdrukking. En het
was daarom een positieve ervaring dat
Kees Rosenhart dit aspect in belangrijke
mate door middel van expressief maar
nergens overdreven rubatospel, wist te
onderstrepen.
HAARLEM. Zondag is in het Stede
lijk Museum van het Belgische Sint-Ni
klaas, Zamanstraat 49, een tentoonstelling
van olieverven, aquarellen en tekeningen
van Kees Verwey geopend. Het is een
uitgebreid overzicht, daar t.e.m. 24 okto
ber te zien. De schepen (wethouder) van
kuituur, de heer F. Willockx sprak het
openingswoord, Hans Redeker, kunstcri
ticus van de NRC hield een inleiding. De
tentoonstelling wordt begeleid door de
catalogus met levensbeschrijving van
Lambert Tegenbosch, enige tijd geleden
reeds verschenen en nu als herdruk op
nieuw in boekvorm verkrijgbaar.
AMSTERDAM,
ziekte van
van Klytaimnestra in
Elektra van
Davis had het allemaal strak in de
hand. Wat hij ook deed, zoals Baretta’s
Theme, een Sinatra-medley en Beatle-
songs, het golfde allemaal even professi
oneel over de hoofden van het publiek,
waarin de landelijke jetset weer een
voorname plaats innam.
Hoogtepunt werd een act die Davis in
zijn eigen land allang niet meer ten
tonele voert: de weergaloze imitaties van
mensen als Nat King Cole, Marlon
Brando en Dean Martin. Het grote inle
vingsvermogen dat Sammy Davis bij de
ze artiesten etaleerde, deed je bijna zijn
eigen woorden vergeten. De uitspraak
dat „Frank Sinatra the chairman of the
board” is en hijzelf „de joodse prins” die
in de schaduw van Sinatra staat.
Voorafgegaan door een driedelige Toc
cata in G (BWV 916), die hij als „inspe-
ler” had gekozen en waarvan het eerste
deel gekenmerkt wordt door steeds her
haalde, dalende akkoordreeksen; vond
Rosenhart direct een stijlvol evenwicht
in de openingssarabande, afkomstig uit
Anna Magdalena Bach’s Klavierbüch-
lein, maar hier door de componist Aria
genoemd en als uitgangspunt genomen
voor zijn in variatietechniek gegoten
fantasie.
DIT IS ëën van de facetten die regis
seur Wim van Rooij over het hoofd
gezien heeft bij zijn voorstelling van dit
toneelspel, dat de voorloper is van het
dramatisch veel sterker „Oom Wanja”.
De Haagse comedie gaf zaterdag in de
Koninklijke Schouwburg in Den Haag
de première van dit „vergeten” stuk van
Tsjechov. Het is een voorstelling gewor
den die niet in alle opzichten geslaagd
is; zelfs op verschillende punten te-
leurstslt. Wellicht misleid doordat de
auteur zelf veel van zijn stukken die
ernstig van toon zijn blijspelen noemt,
heeft Van Rooij „De Bosgeest” ook als
zodanig aangemerkt. Daar heeft hij zijn
regie op ingesteld en dat leidde t ot
onder de loupe. De oude hoogleraar is
ontevreden met zijn bestaan en niet
gelukkig getrouwd. Jelena, zijn jonge
vrouw, is teleurgesteld in haar huwelijk.
Zij koestert liefde voor haar zwager
Jegor, die zich yan het leven beneemt.
Leonid Zjeltoechin, een rijk maar lelijk
landeigenaar is verliefd op Sonja, de
dochter uit het eerste huwelijk van de
professor, maar Sonja trouwt met de
bosgeest. Leonids zuster Joelja, het
sloofje, trouwt tenslotte met de vrou
wenjager Fjodor en dat is voor beiden
de vlucht uit de werkelijkheid. De bos
geest zelf is een idealist die moet ont
dekken dat zijn morele beginselen bin
nen dit Russisch milieu niet zijn vol te
houden. Dat geeft alemaal weinig reden
tot probleemloze vreugde.
REGISSEUR Wim van Rooij mag dan
benadrukken naar een blijspel toe te
hebben gewerkt, de voorstelling op zich
kan dat niet onderschrijven. Zo ontstaat
er vooral in het derde bedrijf een dra
matische verwarring, die ontaardt in
veel gehuil en gehol Wim van den
Heuvel spreidt dan als Jegor een pathos
ten toon waarbij emotie van binnenuit
niet meer geloofwaardig is. Zelfs Trins
Snijders (Jelena), die eerder in het stuk
zo ontroerend van haar innerlijke ge-
Een „sportheld” in zijn kleedkamer
onder het opschrift „Sport macht
fret”.
AMSTERDAM Als een robot rea
geert Wolfgang Fluhr op de monotone
ritmes. Zijn in witte handschoenen ge
stoken handen worden als willoze mari
onetten op en neer bewogen alsof een
onzichtbare meester aan de touwtjes
trekt. Het podium is spaarzaam verlicht
- blijft soms zelfs langdurig schemerig -
maar als de spots even wat feller stra
len, wordt je vier in ouderwetse, grijze
of zwarte kostuums gehulde figuren ge
waar. Kraftwerk leek zaterdagavond in
Paradiso op een scène uit Metropolis, de
historische rolprent van Fritz Lang.
Eigenlijk is de boodschap achter de
muziek van de Duitse electronicagroep
Kraftwerk belangrijker dan wat er op
het podium of de plaat wordt gepres
teerd. Het motto „Mensch und Maschi-
ne”, of liever andersom, lijkt centraal te
staan. De verslavende werking die de
voortdurende automatisering op de sa
menleving heeft wordt door Kraftwerk
weliswaar uiterst illustratief weergege
ven, maar dat neemt niet weg dat een
serie songs met de radioactiviteit of de
radio als thema de aandacht nauwelijks
gevangen kan houden. Zelfs een passen
de belichting en sublieme achtergrond
dia’s kunnen het gevoel van overbodig
heid niet bij je wegnemen.
Florian Schneider en Ralf Hüter ma
ken al jarenlang elektronische muziek.
Zij profiteerden vorig jaar van de door
braak van de vrij zweverige Duitse syn-
thesize.r-pop, die in Klaus Schulze en
Tangerine Dream ietwat andere repre
sentanten kent. Hun Autobahn werd een
internationale hit. Kraftwerk werd toen
enige tijd later uitgebouwd tot een vier-
mans formatie, met een tweetal electro-
nische drummers (Wolfgang Fluhr en
Carl Bartos) die samen het zo typerende
ritme leveren, dat vaak merkwaardig
contrasteert met de ijle, galmende soli
van Hüter en Schneider..
Het stereotype van de muziek verveelt
en boeit tegelijkertijd. Thema’s worden
veel herhaald. De intentie waarmee dit
gebeurt is niet waarneembaar, omdat
lotte een agressieve karikatuur wor
ded van zichzelf, een soort sportbeest.
Er is nog een deelnemer aan dit
gezamenlijke kunstwerk. Dat is Jaap
Hey, die de organisatie op zich nam
laar buiten toe. Een uitmuntende
toestand als deze, heel knap uitge
dacht en uitgevoerd, zeer boeiend,
raak en behartigens-waardig, moet
worden geëxposeerd door instellingen
die het kunnen betalen of die er
subsidie voor over hebben. Zoiets te
organiseren kost een enorm aantal
brieven met vaker néé dan ja. Ook
die brieven kan men er lezen en
ontdekken hoe moeilijk het is om een
boodschap, die de moeite waard is,
ook aan den volke te tonen. In Em
men is het geheel reeds geëxposeerd
in de Muzeval, in Tilburg in de
Koningswei, nu hier in de Toneel
schuur. Ik hoop van harte dat er nog
veel exposities mogen volgen en dat
deze in de komende weken heel druk
mag worden bezocht.
In die tribune is een opening naar
een kleedhokje. Wie daarin kijkt ont
waart onder een oplichtend opschrift
‘Sport macht frei” (een verwijzing
dus naar de nazi-cultuur) een levens
grote plastic „sportheld”, een moder
ne gladiator die zo straks het sport
veld zal betreden. De bloederig uit
ziende gedaante is versierd met lede
ren beschermingsmiddelen, die er
eerder als sinistere wapens uitzien.
Deze figuur is vervaardigd door het
drietal gezamenlijk, met Victor de
Beyer als maker van de lederen at
tributen.
Verlaat deze tribune en zie om in
verbijstering. Boven de ingang wor
den di’as geprojecteerd van de hand
van Gerrit van Dijk. Bijna alle beel
den tonen een naakt meisje dat door
de al genoemde leder waren wordt
getormenteerd. Het totaal lijkt op een
„sportieve” martelscè ne, waarin het
verband tussen sport, agressie en ver
wrongen erotiek bijzonder knap
wordt gelegd.
Het mini-stadion wordt geflankeerd
KIJK Het bovenstaande is zo onge
veer de boodschap van de Haarlemse
door een object van Victor de Beyer
dat hij Speelkooi heeft genoemd. In
het halfduister betreedt men die kooi,
waarin touwen en lussen hangen, be
kleed met leer. In beide traliewanden
zijn metalen koppen van sporthelden
opgesheld. Eén ervan kan in bewe
ging worden gebracht als een soort
automaat met ingebouwde herrie en
lichtjes. Het geheel lijkt op een tech
nocratische onderwereldscè ne.
Hef is nog niet op, want de kooi is
tioneel hoogtepunt van het geheel, en
alszodanig representatief voor de geest
van dit meesterwerk.
JOHAN VAN KEMPEN
HAARLEM. Bach schreef zijn in
1742 uitgegeven Clavieruebung nr. 4
voor zijn leerling Goldberg, die een
betrekking had als prive-klavecinist bij
graaf Kaiserling. Deze Russische gezant
in Dresden leed aan slapeloosheid en
trachtte zich de eindeloze nachten te
bekorten door het luisteren naar Gold
berg’s klavecimbelspel. Om voor dit doel
weer eens een „modern” stuk aan zijn
repertoire toe te voegen, vroeg Goldberg
aan zijn leermeester een nieuw werk te
willen schrijven. Zo is de „Aria mit
verschiedenen veraenderungen”die
Bach schreef om aan dit verzoek te
voldoen, als compositie bekend geworden
onder de naam Goldberg-Variaties. Zel
den treft men dit werk op een concert
programma aan, maar zondagmiddag
zorgde Kees Rosenhart voor een integra
le uitvoering op het openingsconcert van
de Bach-cyclus in de Waalse Kerk.
met
Ann Hasekamp, zal de rol
de voorstelling
Sophokles door het pu-
bliekstheater, gespeeld worden doorJo -
sephine van Gasteren. Zij repeteert op
dit moment ook voor haar rol in- John
de Crane’s produktie: „Een doos vol
kruimels” van Neil Simon.
AMSTERDAM. Sammy Davis jr.
heeft gisteravond in het Concertgebouw
in Amsterdam een sfeer gecreëerd,
waarop menige nachtclub eigenaar ja
loers zou zijn. Hij deed exact datgene
wat volgens zijn eigen zeggen, de eigen
schap van een professionele' entertainer
moet zijn: „Somebody who gives his
guts to his audience". Dat betekent zo
veel als iemand die zijn hart open en
bloot op het podium legt en dan nog
genoeg achter de hand heeft om te
kunnen doorgaan.
kunstenaar Pieter Zwaanswijk- Victor
de Beyer en Gerrit van Dijk, vastge
legd in hun tentoonstelling in een der
zalen van de Toneelschuur aan de
Smedestraat in Haarlem, daar tot en
met 19 september te zien. Die exposi
tie wordt door mij zéér aanbevolen,
niet alleen om die boodschap (waar
van de woorden hierboven overigens
van mij zijn en hen niet alle mogen
worden uangerekend). Hun visie richt
zich namelijk niet alléén op de top
sport, maar ook op het publiek dat
zich aan de topsporters vergaapt, zich
ermee identificeert en de sport ge
bruikt als een bliksemafleider om er
zijn agressie op af te reageren, alsof
dat een zaligmakend doel is. Daarin
betrekken de genoemde kunstenaars
zowel de tribuneklanten als de kij
kers naar TV-sportprogramma’s.
Hoe ziet hun „environment" eruit.
Je stapt de donkere zaal van de
Toneelschuur binnen en vervolgens
een daarin opgesteld „mini-stadion".
een soort theatertje zoals dat vroeger
op kermissen te vinden was. Je wordt
eerst verblindt door fel licht, daarna
xlinkt het in een stadion gebruikelij
ke gejoel en geschreeuw. Je kijkt om
je heen alsof je zelf topvoetballer
bent en dan zie je een geschilderde
bevolkte tribune. Dat er een aantal
bekende Haarlemse gezichten te her
kennen valt is aardig, maar niet be
langrijk. Wel telt mee, dat in de
expressionistische stijl van Piet
Zwaanswijk die gezichten verbijste
ring uitdrukken, agressie, domme be
wondering en al die karaktertrekken
die bloot komen te liggen als mensen
zich laten mee slepen door een spor
tevenement. Over de kleurige en felle
stijl van Piet Zwaanswijk behoef ik
hier verder niet te schrijven, men
kent die en kan nogmaals constateren
dat die uitnemend geschikt is om zijn
kijk op de maatschappij tot uitdruk
king te brengen.
irritante tweeslachtigheid die ook een
stempel drukt, op het spel van de ac
teurs. Het stuk mag dan „blij” eindigen,
het bezit toch een tragiek die tot uit
drukking komt in de menselijke verlan
gens die onvervuld blijven. Het ver
meende vrolijke slot betekent niet dat
die dramatische aspecten plotseling zijn
weggevallen. Ze zijn alleen maar ver
doezeld, want ook bij deze Tsjechov
schuilt de tragiek in de droefenis over
wat juist niet gebeurt. Daaraan gaat de
regie bij deze voorstelling van zaken
voorbij en dat geeft deze opvoering van
„De Bosgeest” een wat krampachtige
indruk mee.
DE BOSGEEST in is in veel opzichten
identiek aan „Oom Wanja” en dat is niet
verwonderlijk. Het stuk werd bij de
eerste opvoering in Moskou afgekeurd.
Tsjechov nam het terug en gebruikte
nagenoeg dezelfde personages en intrige
om „Oom Wanja” te schrijven. In dit
vroegere stuk zijn de karakters wat
minder gedetailleerd dan in „Oom Wan
ja” maar wel komt Tsjechovs maat
schappij-milieu-kritiek er meer in naar
voren. De zegsman daarvoor is de arts
en landeigenaar Mischa Choesjtsjov, die
de bijnaam bosgeest kreeg vanwege zijn
liefde voor de natuur. Hij plant ook
nieuwe bomen en beschermt de bestaan
de bossen. Ook bij de andere
landeigenaren dringt hij er steeds op
aan de bossen te sparen „opdat men
duizend jaar na ons misschien echt ge
lukkig kan zijn”.
ANDERE KRITIEK die in het stuk
geuit wordt richt zich steeds op het
eigen bestaan. Bij de oude professor op
zijn leven tussen mensen die hij bene
den zijn niveau vindt. Bij zijn in huis
wonende zwager Jegor (de man die uit
teleurstelling zelfmoord pleegt) omdat
zijn liefde voor Jelena een onmogelijke
is. Daarom is de blijheid in dit stuk ook
niet reëel, zij dient als camouflage om
het leven draaglijk te maken.
NEMEN WE de personen die bepalend
zijn voor de sfeer in „De Bosgeest” even
de ingang tot een nieuw tafereel, een
uit pitriet gevlochten surreëel aan
doende „televisiekijker”. samenge
groeid met zijn stoel en starende
naar een TV-toestel waarop zich
weer een film afspeelt. Gerrit van
Dijk maakte deze video-band heel
vernuftig. Ze toont een lief klein
jongetje met een voetbal onder de
arm geklemd, alles in tekenfilmstijl
tegen een achtergrond van sportfoto’s.
Het getekende jongetje zie je ouder
worden, aan sport gaan doen en tens-
k
-