Intensievere beleving bij André Gouw
Viool en cello als
een hechte eenheid
Optreden van Camel hinkt op twee gedachten
Gnadiges Fraulein een
zeurderige vertoning
Annie Woud
viert 75e
verjaardag
Jan Willem van Vugt
in Nieuwspoort
J
J
8
Leden Kern Ensemble tonen grote techniek
LEERLINGEN THEATERSCHOOL
SPELEN TENNESSE WILLIAMS
Politieke en andere tekeningen
O’S
V.
B
9
Prestigeverlies
Spandoeken
J
>1
f
SOMS ONDANKS bedenkingen
heb ik het werk van de jonge Haar
lemse surrealist André Gouw altijd
gewaardeerd. Het hield beloften in,
de ene keer meer in de tekeningen,
de andere keer in de schilderijen.
En in elk geval kon hem een
groeiende vaktechnische knapheid
nooit worden ontzegd. Beloften zijn
er om te worden ingelost en daarom
deed het me deugd om te kunnen
constateren dat André Gouw nu op
weg is naar een veel intensiever be
leving van de innerlijke factoren die
hem drijven. Het is dus een goede
tentoonstelling bij Heerkens Thijs-
sen aan het Houtplein, t.e.m. 16
oktober a.s.
Li'.
3
BH
5
M A A N U A Cr
UK*
7466
7725
„Das reine sitzen und stehen”, een der schilderijen
André Gouw.
JOHAN VAN KEMPEN
Focus minder gedifferentieerd
VA
Zelfportret door Jan Willem van Vugt.
KO VAN LEEUWEN.
MH
ook lovend in deze kolommen gerecen
seerd.
Titels bij tekeningen als „Van Keme-
nade aan de was”, „Lubbers, BTW en de
inflatie”, soms ook alleen maar namen
als „Vondeling”, Wiegel’ en anderen, to
nen Van Vugts politieke interesse dui
delijk aan. Ze zijn geïinspireerd op de
Nederlandse politiek, die door hem zeer
puntig en toch mild op de hak wordt
genomen. Sterker nog en niet mild is hij
als het gaat om tekeningen die de ellen
de in Chili en dergelijke tot uitdrukking
brengen. Dan is Van Vugt zeer duidelijk
humanistisch links.
Anja van 't Hoenderdaal als de gewonde variété-artieste In Gnadiges Frdulein.
(Foto Bob van Dantzig)
be-
haar
(Van onze kunstredactie)
DEN HAAG. Jan Willem van Vugt.
ook onze politieke tekenaar, exposeert
enige weken in het Internationaal Pers
centrum Nieuwspoort aan de Hofsingel.
Nu en dan worden daar in de bar en in
een der zaaltjes exposities ingericbt van
beeldende kunst, die iets met het nieuws
en de kranten te maken heeft. Vrijdag
middag is deze expositie geopend.
hun spel kenmerkende klankesthetische
eigenschappen - alle delen in een welo
verwogen karaktertekening naar voren
te brengen. Via fluweelzachte flageolet
ten tot de meest agressieve pizzicatie,
hielden zij de dramatische spanning ten
einde toe vol. Een doorleefde en tempe
ramentvolle vertolking.
Na de pauze volgde het viool-celloduo
van Bohuslav Martinu. In het algemeen
wordt de betekenis van Martinu’s com
poneren de laatste jaren flink overschat.
En, op het sfeervolle preludium na, zo
werd men ook hier weer geconfronteerd
met etude-achtig maakwerk, alle inzet
van de uitvoerenden ten spijt.
Heel wat beter was het gesteld met de
creatieve kwaliteit van het laatste pro
gramma werk: het Duo van Zoltan Ko-
daly. Want al is Kodaly in dit van vorm
niet zo sterke Opus 7 soms wat wijdlo
pig, je voelt toch direct dat je te maken
hebt met een componist die wel eventjes
wat meer te zeggen heeft dan een aca
demicus als Martinu. Beuling en Mason
maakten zich er ook in de minder geïn
spireerd geschreven passages niet vanaf
en zorgden in de gave uitvoering vrijwel
steeds voor de benodigde intensiteit.
Wat Maurice Ravel doet met deze
twee instrumenten, in zijn aansluitend
gespeelde Sonate voor cello en viool, is
fabelachtig vanwege de suggestie van
orkestrale veelstemmigheid die hij steeds
weet op te roepen. Bob Reuling en
Ronald Masin wisten er in de uitbeel
ding ook wel raad mee. Hun hoog ont
wikkelde techniek bood voldoende vrij
heid om - met behoud van de verfijnde,
DE PRESTATIES van de acteurs die
Gnadiges Fraulein spelen, lopen nogal
uiteen. Anja van ’t Hoenderdaal speelt
de titelrol. Heeft daarbij weinig omgang
met tekst, maar levert in haar stil spel
trefzekere tragiek. Zij ziet er fraai gro
tesk uit met haar bloederige vogelver-
wondingen. Helaas valt er van de overi
gen weinig boeiends te vertellen. De
clichématige typeringen blijven steken
in spel dat beneden het acceptabele
verkeert. Daardoor onstaat een eentonige
zeurderige vertoning van een groepje dat
niet bij machte is enige dramatische
spanning op te roepen. Jammer van alle
moeite, die toch wel achter de gehele
voorstelling te ontdekken valt.
Op dat laatste werd ook gezinspeeld
door burgemeester H. Vonhoff van
Utrecht. Hij is meermalen „slachtoffer”
van Van Vugt geweest, iets waar hij
eigenlijk blij mee was omdat hij, blij
kens zijn openingswoord niet alleen de
knappe tekenstijl zo bewondert. Hij was
dankbaar voor het f?'t dat Van Vug.
zijn getekende politici toch echt mensen
laat blijven, geen karikaturen van zich
zelf. Ondanks de scherpte van veel teke
ningen is er een ondertoon van mildheid
en humanistische zachtmoedigheid, die
begrip tussen links en rechts in de
politiek mogelijk maken.
Na de veel respect afdwingende pres
tatie, die het weergeven van al deze
notenrijke partituren die het programma
inhielden toch betekende, leken de con-
certgevers nog steeds onvermoeibaar. Zo
moest er nog als toegift een bewerkelijk
duo van Halforsing klinken: een heel
rare, maar als het zoals hier met veel
overtuiging gebracht wordt, ook wel
weer amusante Passacaille op een thema
van Handel. Alsof de beide musici zich
nog niet van genoeg kanten hadden
laten zien.
ROTTERDAM. Voor een korte toer-
nee van vier concerten was de Engelse
symfonische rockgroep Camel dit week
end in ons land. Vorig jjaar december
debuteerde de viermans groep hoopvol;
al was de publieke belangstelling toen
niet om over naar huis te schrijven.
HAARLEM. Viool en cello, zonder
meer. Een exclusieve en geen algemeen
geliefde combinatie; gezien de geringe
publieke belangstelling, zondagavond in
de Egelantier, voor het duo Ronald Ma
sin en Bob Reuling. Deze twee virtuoze
instrumentalisten (leden van het veel
vuldig in binnen- en buitenland optre
dende Amsterdams Kern ensemble),
zorgden niettemin voor een boeiend reci
tal. Zo zal de muzikale genieting er voor
het handjevol aanwezige liefhebbers, op
dit concert onder auspiciën van de stich
ting Jeugd en Muziek Haarlem gegeven
concert, niet minder om geweest zijn.
Het is 1972 gecomponeerde en aan
Mason en Reuling opgedragen tweedeli
ge Duo van Geza Frid, vormde de inlei
ding van het programma. Ook in dit
aantrekkelijke opus 80, spiegelt Frid zo
als gewoonlijk bepaalde aspecten van de
geest van de door hem zo bewonderde
Bartók. In het wat fragmentarisch opge
bouwde Andante en evenzo in het daar
opvolgende en meer doorstromende Al
legro, toonden de beide uitvoerenden
strijkers veel begrip voor de aard van
het werk en brachten zij, in hechte
eenheid, op artistieke wijze reliëf in hun
partijen aan.
van een grappige animatiefilm tijdens
Chord Change en van prachtige beel
den tijdens gedeelten uit de Snow Goose.
Tegen het eind "komt Camel gelukkig
nog tot boeiend, bezield musiceren. Het
samenspel van geluid en beeld tijdens
het Dunkirk-thema verdient zelfs alle be
wondering; zelden wordt een zo grote
mate van timing en effect bereikt.
Ronduit voortreffelijk is de toegift
AMSTERDAM. Verdeeld over het
hele seizoen voeren leerlingen van de
Amsterdamse theaterschool een aantal
toneelstukken van de Amerikaanse
schrijver Tennessee Williams op. Dat
gebeurt onder regie van Hidde Maas,
Tom Janssen en Will Spoor. Van de
negen produkties die gemaakt zullen
worden is „Gnadiges Fraulein” de eer
ste. Het stujc dat geregiseerd werd door
Tom Jansen, wordt momenteel in het
Shaffy Theater opgevoerd en blijft daar
tot 10 oktober.
Lady Fantasie, hoewel het de aandacht
vestigt op een andere zwakke stee. In
strumentaal klopt bij Camel alles tot in
de puntjes, maar de zang van Latimer
komt over als overbodig. De oplossing
komt neer op een keuze tussen volledig
instrumentale muziek of het aantrekken
van een capabele zanger. Hinken op twee
gedachten is verder uitzichtloos.
JOHN OOMKES
GNADIGES FRAULEIN toont een
tragische episode uit het verworden le
ven van een eens zeer beroemd variete-
artieste. Eertijds moet zij een schitte
rend nummer gehad hebben, maar nu
verblijft zij op de Grote Slaapzaal van
een goedkoop logement, temidden van
zwervers. Zij mag daar blijven onder
voorwaarde dat zij voor de logemen-
thoudster vis probeert te verschalken bij
de visafslag. De artieste ondervindt bij
haar jacht op vis vooral moeilijkheden
door de voortdurende aanvallen van de
coocalonies, gigantische visetende vogels
die het schiereiland waar dit alles zich
afspeelt teisteren, en die de beklagens-
waardige vrouw tot bloedens toe ver
wonden, Een bloedspoor brengt een ver
slaggeefster van een plaatselijke krant
er toe zich in het lot van de Gnadiges
Fraulein te verdiepen.
(Van onze kunstredactie)
HAARLEM. Morgen, hoopt de
faamde altzangeres Annie Woud
75e verjaardag te vieren. Helaas moet
het feest een besloten karakter hebben
want mevr. Woud werd onlangs vanuit
de verpleeginrichting Zuiderhout voor
een overigens niet gevaarlijke kwaal op
genomen in de Mariastichting.
Het zijn vooral de oudere concertbe
zoekers en muziekminnaars bij wie de
naam Annie Woud een bekende klank
heeft. Ze debuteerde in Haarlem in 1925
tijdens een concert dooi- de koninklijke
liedertafel Zang en Vriendschap dat
voor lezers van onze krant werd gege
ven. Dat was het begin van een glanzen
de carrière die haar op vele internatio
nale podia bracht, zoals die van Wenen.
Augsburg, Basel, München en Edin
burgh. In de Schotse hoofstad zong zij
in 1952 tijdens een festival in het Mag
nificat van Rudolf Mengelberg met be
geleiding van n het Concertgebouworkest
onder leiding van Kubelik.
Annie Woud zong met een bijzonder
fraaie stem en etaleerde een bewogen en
aangrijpende voordracht hetgeen op tal
loze uitvoeringen van koren en op lie
derenavonden tot uiting kwam. Naast
een podiumcarriere heeft ze ook naam
gemaakt als pedagoge, eerst aan de
Toonkunst muziekschool in Leiden, later
aan het conservatorium in Maastricht.
Daar heeft ze enige tijd gewoond, voor
dat ze weer terugkeerde naar Haarlem.
Er is nog een reden dat het nu juist
de tekeningen van Jan Willem van Vugt
zijn, die hier ieders bewondering wekken
omdat hij niet alleen heel knap en
fantasierijk tekent, maar ook om de
aard van zijn (politieke) humor. Hij
heeft de contourennota van minister van
Kemenade geïllustreerd. Aangezien er
veel banden bestaan tussen Nieuwspoort
(grenzend aan het Binnenhof) en zowel
politici als departementsambtenaren,
groeide het plan een deel van die teke
ningen hier op te hangen. De expositie is
overigens aangevuld met tal van andere
tekeningen, ook niet-politieke. Voor een
deel zijn ze bij onze lezers bekend
omdat ze in deze krant zijn afgedrukt,
dan wel van een tentoonstelling enige
jaren geleden in Galerie Eylders, toen
Leek het er vroeger wel eens op dat
André Gouw zich teveel liet drijven op
rationele ideeën, die niet altijd kleurrijk
in beeld kwamen maar nogal vlak ble
ven, nu is zijn laatste werk anders
geworden. Hij heeft kennelijk de weg
naar onderbewustzijn, droom en associa
tievermogen beter leren kennen. Daarbij
is zijn palet veranderd. Hij durft nu een
koloristischer kleurgebruik aan met fel
lere accenten. De dramatische expressie
heeft daar veel bij gewonnen.
Ook in tegenstelling tot vroeger is nu
het invoeren van meer verscheidenheid
aan elementen. Naast de mens komen er
nu fabelwezens in voor, soms bepaalbaar
half vogel, half mens, soms onbepaalba
re figuren, die toch aan de mens herin
neren. Daarnaast spelen portretten of
fragmenten daarvan ook hun rol. Het
meest opmerkelijke is het beeldend ge
bruik d at hij maakt van een amorfe
materie, die het midden houdt tussen
gaterige spons en koraal. Hij past het
toe of hij een soort gesteente schildert
waarbinnen zijn figuren half zijn gevan
gen of waaraan ze zich trachten te
ontworstelen. Dit „droomgesteente” toont
in veel werk hetzelfde aanzicht, maar
het kan alle kleuren hebbeh. Het geeft
aan veel voorstellingen een dramatische
dreiging mee, soms geaccentueerd door
de koppen van roofvogels, maar ook
dreigende luchten.
In grote trekken lijkt het erop of
Andre Gouw zijn picturale blik heeft
verruimd. Soms onderken je invloeden
van de Weense Fantastisch Realisten,
soms komt iets van de grote Max Ernst
om de hoek kijken en ook is de mytho
logie deelgenoot geworden in het beeld-
spel, bijvoorbeeld de Egyptische Horus-
valk in het hierbij gereproduceerde
schilderij. Toch is al het werk ondanks
bespeurbare invloeden heel persoonlijk
gebleven.
Het meeste werk is van het laatste
jaar. Enkele oudere olieverven tonen
het verschil met de nieuwste aan. Ook
enkele tekeningen laten zien hoe sterk
Andre Gouw is gevorderd.
Vooral Van Leer heeft nu nogal wat
prestige te verliezen. Hij moet zich bin
nen Focus nieuwe stijl eerst maar weer
eens bewijzen. Per slot van rekening
zette hij Akkerma bewust aan de kant
en maakte hij zich in de ogen van
enkelen verdacht door zijn betrokken
heid met het „middle of-the-road”-re-
pertoire van de overigens enorm succes
volle Introspection-albums, waarvan we
- tussen twee haakjes - eind deze maand
een tweetal concerten kunnen verwach
ten.
Het bepaald niet in grote aantallen
opgekomen publiek kijkt aanvankelijk
de kat uit de boom. Logisch, want wat
er op het podium gebeurt, ligt niet zo
eenvoudig in het gehoor. Langzaam
wordt er uit wat losse akkoorden een
schema opgebouwd, omgekeerd, ver
traagd of plots versneld. Er wordt
angstvallig geconcentreerd gemusiceerd.
Gebleven is de rustiek van het oceaan
achtige geluid van de leslie’s en de
continue onderstroom van de diepe bas
van Ruiter.
James is een voorzichtige creatieve-
ling, die als het moet een spetterende
roffel in huis heeft en stevig kan steu
nen in de fellere gedeelten, zoals in
Tribune. Gedurfd en fris van de lever
klinkt het snelle, akoestische Sneazing
Buil, een compositie van Catherine,
waarin de fluit van Van Leer haast een
folky atmosfeer schept. Naast enkele
oudjes als House of the King en Sylvia
blijkt uit een paar nieuwe composities
dat Focus zich ontwikkelt naar een
minder gedifferentieerde, maar toch ze
ker zo interessante stijlopvatting dan
vroeger. In een ander stuk van Catheri
ne wordt een akkoordenschema spiraals
gewijze uitgewerkt, wat een verrassend
effect sorteert.
Het hoogtepunt van het concert vormt
een weemoedige. psalmachtige song
(waarin de regels „Brother, do you see
that the times are bad? I need Love”
diverse keren herhaald worden). Knap
gitaarwerk en goede zang overtuigt het
publiek, dat om meer vraagt. Dan knipt
een onzichtbare hand het licht aan en
weerklinken de standaardklanken van
Toots Thielemans. Hoe fijntjes.
„Les extremes se touchent”, heet het.
Met andere woorden: de karakters van
Akkerman en Thijs van Leer botsten
zozeer, dat hun heterogeniteit neerkwam
op een haat-liefdeverhouding, die prach
tige muziek voortbracht, maar ook een
rivaliteit creëerde die vroeg of laat wel
moest leiden tot het vertrek van een
van hen. Het verlies van een van de
knapste rockgitaristen werd gecompen
seerd door het aantrekken van de- Belgi
sche jazz-rockgitarist Philippe Catherine.
Bassist Bert Ruiter bleef. Nieuw daaren
tegen is slagwerker Ritchie James.
AMSTERDAM Voor het eerst na
drie jaar afwezigheid trad Focus gistera
vond in de Nieuwe Ral Concertzaal op.
Slechts met moeite is er een naam van
een andere Nederlandse groep te beden
ken die zoveel internationale erkenning
kreeg voor hun vernieuwingsdrang. Op
zich reden genoeg om te gaan kijken of
er nog creativiteit in Focus schuilt, maar
het ontbreken van Jan Akkerman werk
te de vooroordelen daarbij natuurlijk in
de hand.
Dit maal was Camel meer in trek. De
grote zaal van de Doelen was zaterdag
avond weliswaar niet helemaal uitver
kocht, maar de groep is het B-circuit
duidelijk ontgroeid.
Als nieuwe promotors zich aan het
grotere werk gaan wagen, dan kan dat
met wat aanvangsproblemen gepaard
gaan. Vrijjdagavond moesten zo n duizend
bezoekers in de Nieuwe Pul in het Bra-
Bantse Uden tot hun machteloze woede
aanhoren dat het concert geen doorgang
kon vinden omdat het podium voor Camel
te klein was, om maar iets te noemen.
In Rotterdam zag je bovendien de voort
schrijdende commercialiteit treffend in
beeld gebracht: vier spandoeken met de
naam van een bepaald merk nicotine.
Het is niet te hopen dat dit soort recla
me even normaal wordt bij concerten
als bij sportwedstrijden.
The Snow Goose, uit een uitstekend
concept-album, betekende zoals bekand
de definitieve doorbraak voor Camel. De
mogelijkheid om het nieuwere materiaal
van het Moon Madness album te me
ten aan het niveau van The Snow Goose
deed zich nu voor handen. De vergelij
king biedt weinig houvast. Vooruitgang
kan je in ieder geval niet vaststellen.
Als geheel bevat Moon Madness zwakkere
composities, waarin het zweverig-lieve
voortkabbelen op wat armoedige melo
dische gegevens opvalt. Het toch al niet
zo dynamische podiumgedrag van de
groep wordt zelfs uitetrst oninteressant.
Alleen gitarist Andy Latimer trekt zo
nu en dan een scheef koppie.
Gelukkig blijft de aandacht gevangen
door de dit keer werkelijk sublieme pro
jectie, waarbij gebruik gemaakt wordt
REGISSEUR Tom Jansen heeft veel
gedaan om de opvoering een essentieel
karakter te geven. Het thema, uitbuiting
om in eigen behoeften te voorzien, ligt
duidelijk genoeg, maar het lukt de spe
lers nauwelijks daar in redelijke kwali
teit gestalte aan te geven. Als speelvlak
dient een middenpodium van beperkte
afmeting, waar zich voornamelijk de
dialoog tussen de logementhoudster en
de verslaggeefster afspeelt. Links en
rechts daarvan bevinden zich achter
gaasdoek de kamer van de logemen
thoudster en de slaapzaal met zwervers.
X
f „WW f/
f
l
f
f
'/M
r»
W
4
van