Wat hier gebeurt is uniek Hoe open is Den Uyl op wekelijkse persconferentie? a I I speculatie te voorkomen’ ,Het is nuttig om veel i W ,1 if. 1 door Tony van der Meulen JR Het archieffilmpje is al niet zo best meer, maar ondanks de krassen was het tafereel dat de VPRO uitzond, nog goed te onderscheiden: eten groepje persfotografen maakte een foto van minister-president Colijn, en terwijl de rook van de oude magnesi- umflitslampen optrekt, nemen de heren de gleufhoed af en buigen. Het contact tussen de premier en de publiciteit in de jaren dertig. Elke vrijdag treedt Den Uyl aan voor de parlementaire journalis ten in Den Haag. Terwijl je vaag op de achtergrond het pingpong balletje hoort dat op en neer danst tussen Den Uyls chauffeur en de kok van het Haagse perscentrum Nieuwspoort, vertelt hij het een en ander over de ministerraad van die dag. Echt belangrijke dingen houdt hij nog even op zak, om die even later te kunnen verpakken in de antwoorden op de vragen van verslaggevers. De ervaren rotten in het vak hebben dan aan een enkele zinswending of een bepaald lachje genoeg om de hele sfeer van het kabinets beraad te kunnen proeven. Er is ook een bepaalde code die je je vooraf even eigen moet maken: als Den Uyl vrolijk lachend en grappend binnenkomt, zijn er duidelijk grote spanningen in zijn club van ministers. Doet hij wat zorgelijk, en formuleert hij zeer voorzichtig, dan is, volgens kenners, de crisis in werkelijkheid al bezworen. Propaganda Gekonkelfoes JE EN JIJ HANDIG IN DE SERRE Naar minister-president Den Uyl buigt eigenlijk niemand meer. En als het hoofd van de rijksvoorlichtingsdienst, Gijs van der Wiel, elke vrijdagavond aan het begin van de wekelijkse De-Den- Uyl-Show met een brede armzwaai roept: „De Minister- President”, klinkt dat als een laatste restant uit kleurrijke dagen. I *r v- Zegt u dat dan ook tegen hem? U wekt de indruk het met plezier te doen. Premier Den Uyl samen met Gijs van der Wiel Na de wekelijkse persconferentie zet de premier zich nog wel eens aan een relaxed potje pingpong. Althans, dat wil het ver haal in politiek Den Haag. Maar in werke- Journalisten waren in die dagen ook nog wat nederiger, „ze kenden hun plaats nog”, en stonden als het ware eerbiedig met de hoed in de hand, „waar De Jong dan een duit in deed” (Hans Jacobs van VARA's Achter het Nieuws). Een aantal ministers kan het echter maar moeilijk verkroppen dat Den Uyl elke vrijdag weer zeer uitvoerig de publi citeit haalt. Ook al gaat het over justitie of waterstaat, Den Uyl treedt, op een enkele Den Uyl komt altijd te laat, elke vrijdag weer. Soms een uur, soms twee uur, maar te laat is-ie. Journalisten hangen dan wat verveeld rond in het perscentrum Nieuws poort, durven geen eten te bestellen, „want je hebt natuurlijk net je scholletje op je bordje liggen, en daar komt Joop binnen”. Reactie van Den Uyl: „Er is een verschil in stijl vergeleken met mijn voorganger, dat geef ik toe. Je kunt zeggen: ik ben de minister-president en geloof dat nu maar. Of je kunt zeggen: ik ben de minister president, mar ik heb ook een socialisti sche overtuiging. Dat mag men van mij weten en merken”. „Het is nuttig wat er nu gebeurt, maar het kan natuurlijk veel beter. Er wordt nog veel binnen boord gehouden. Den Uyl is als minister-president terughoudender dan als oppositieleider, want hij wil natuurlijk die club bij elkaar houden”; Marcel Bruins van TROS-Aktua vindt het waanzin dat de minister-president elke week op de televisie komt, „want soms heeft hij gewoon niks te vertellen, en moeten toch die tien minuten vol. Maar Den Uyl als mens vind ik integer, hoewel ik me, zoals je begrijpt, een andere poli tiek zou kunnen voorstellen. Hij is trou wens erg handig. Hij kan heel lang praten over iets dat je helemaal niet gevraagd hebt. En soms praat en praat hij ook maar door, zodat je de rest van je vragen niet kunt stellen”. Jacobs: „Jawel, en hij zegt dan: „Ik kijk wel uit.” „Het gebeurt hier, dacht ik”, zegt Cees Bastianen, „omdat wij zo’n verschrikke lijk klein en knus land zijn. Dat zie je al aan de onderwerpen die we hier via de radio omroepen. Ik kwam van vakantie terug, ging de grens over en hoorde de Hebt u nu het toppunt van openheid bereikt? Den Uyl reageert dan: „Ik mag altijd te laat zijn, maar ik ben de enige minister president in de hele wereld die elke vrij dag komt. Wat hier gebeurt is uniek". Een informatieve telefonade langs onze bui tenlandse correspondenten leert dat de premier nog gelijk heeft ook. In Spanje bestaat er op dit gebied hele maal niets meer. Robbert Bosschart in Barcelona: „Nadat de oude man de hoek omgegaan was, werd het hier opener. Na het kabinetsberaad op vrijdag kon je naar de minister van voorlichting gaan, aan wie je wat vragen mocht stellen. Veel liet hij niet los, maar het was in ieder geval een vriendelijke vent. Maar na de kabi netscrisis in juli is er een nieuwe minister van voorlichting gekomen en die vond dit allemaal veel te lastig. Hij heeft alles afge schaft”. Biesheuvel bleef na afloop van de pers conferentie en het televisieoptreden nog wel eens een borreltje drinken, Den Uyl groet de heren zeer, en is weer snel ver dwenen. Een drukke man, gaat snel ach ter de tafel zitten, „De minister-president” roept de hoofddirecteur van de Rijks Voorlichtings Dienst, Gijs van der Wiel pontificaal, en Den Uyl is al bezig beslui ten voor te lezen. Een wijziging inzake de gemeentewet, een verlaging van de min- derjarigheidsgrens. Terwijl hij daar nog enkele zinnen aan wijdt, bladert hij alweer door andere papieren. Dan steekt hij een sigaartje op, kijkt in het rond en wacht af. Bij veel spontane vragen heeft hij al antwoorden op papier bij zich; voor Den Uyl is zo’n persconferentie niet meer zo’n verrassend gebeuren. Cees Bastianen van de Volkskrant: „Wiegel roept regelmatig: het kabinet rolt vechtend over straat. Hij bedoelt dat als een verwijt. Maar ik vind het een compli ment. Vroeger vochten ze alleen maar in achterkamertjes”. Maar hoe open ook, van de persconfe rentie mogen geen radio-opnamen wor den gemaakt. Den Uyl: „Dat is om deze bijeenkomst te kunnen houden in de openhartige sfeer waarin hij thuis hoort. Ik doe hier wel eens mededelingen die zich niet lenen voor letterlijke repro- duktie”. Den Uyl: „Ik doe het met héél véél plezier”. zo dicht bij de mensen dat alles wat hier in Den Haag aan de hand is, een puur regio naal gebeuren is. De ministers hier, dat zijn toch ook gewoon een stelletje wethou ders”. Als goede tweede op de wereldranglijst van geslotenheid kunnen we Paus Paulus de Zesde noteren. Hij heeft nog nimmer een interview gegeven, persconferenties kent hij ook niet. Journalist G. Vertinden te Rome: „Het Vaticaan is nog geslotener dan het Kremlin. Als de paus iets te zeg gen heeft, spreekt hij de hele wereld toe, en niet alleen een paar journalisten. Er is wel zoiets als een Vaticaans Persbureau, maar daar kent men twee standaard- antwoorden: „Daar hebben wij niets van gehoord”, en „Ja, inderdaad”. In Duitsland hebben de journalisten kennelijk de macht aan zich getrokken, want daar organiseren zij zelf de perscon ferenties. Een verslaggever treedt als voorzitter op, de samenkomsten worden driemaal per week gehouden, de woord voerders van ministers zijn er present, maar als een zaak politiek wat moeilijk ligt komt bondskanselier Helmut Schmidt echt niet gezellig even binnenwandelen. Dat kan een Den Uyl zich in het Neder landse systeem niet veroorloven. Ook al doet hij het in de broek van de politieke ellende, hij moet naar die wekelijkse pers conferentie. Want als hij het laat afweten, dan zijn ’s anderdaags de stukken in de krant alleen nog maar groter en wilder. Verder hoor je hier en daar het verwijt dat Den Uyl op vrijdagavond meer als partijpoliticus dan als premier van gans het volk in de weer is. Jaap van Meekren yan AVRO’s Televizier: „Wat Den Uyl zegt ontaardt vrij gauw in propaganda”. Ook in Brussel valt nog regelmatig dit bekende beeld van de journalistiek waar te nemen: verslaggevers in gabardine- regenjassen die met de bloknoot in de hand op de stoep staan van het pand waar de ministers vergaderen. Premier Tinde- mans is, volgens correspondent Jan Ger ritsen, niet onbenaderbaar..Maar als het hem niet uitkomt kan hij zich aan de pers onttrekken. Er is geen regelmaat zoals in Nederland. En daar komt bij dat België een heel ander land is. Hier kan over bijna alles nog weer onderhandeld en gekonkel foesd worden. De ministerraad neemt een bepaald besluit, maar dat moet de komen de veertien dagen nog weer verder wor den ingevuld. Zodat je nooit precies weet waar je aan toe bent”. Alleen Zweden kent volgens correspon dent Henk Ruyssenaars een openheid die zich aan Nederland kan meten. „Er zijn geen wekelijkse persconferenties, maar premier Palme kun je thuis altijd bellen, en dan moet je ook „je en jij” zeggen. Ik ben het met je eens dat dat op zich niks hoeft te betekenen, maar hier betekent het wel iets”. Handig speelt hij bepaalde vragen eerst even terug om zo de kennis van de betrok ken verslaggever te toetsen. Ronde Hol landse zinnen wisselt hij ook af met amb telijke dooddoeners als: „De hele zaak ligt nog in de sfeer van de verkenningen”. Nu voert premier Den Uyl alweer een jaar of drie „het vrijdagse gebeuren” op. In de zomermaanden is er geen tv- interview. en dus ook geen ogenschaduw. Maar de persconferenties gaan altijd door. De premier heeft herhaaldelijk laten weten een en ander zeer op prijs te stellen. Volgens Cees Bastianen van De Volkskrant heeft Den Uyl zelfs met het plannetje rondgelopen om de hele pers conferentie in zijn geheel op de televisie te krijgen en er één grote show van een uur van te maken. Het plan is nooit serieus onderwerp van bespreking geweest. Onze correspondent Rudolf Bakker te Parijs heeft ook jaren in Londen gezeten, maar in geen van beide hoofdsteden waagt de voorzitter van de ministerraad zich regelmatig in de openbaarheid. De zeldzame, maar beroemde persconferen ties van wijlen De Gaulle bestonden uit lange monologen, waarbij hij voor de onvermijdelijke boekenkast zat. Bakker: „In Londen is er een beperkte regeling: een select groepje Lagerhuis-joumalisten mag in een bepaalde gang staan, waar parlementariërs doorheen komen”. In Italië zelve is het allemaal niet veel beter. Vertinden; „Zoals alles gebeurt ook de voorlichting hier bij buien. Soms is er wel eens een plotselinge persconferentie. En als minister-president Andreotti ergens naar buiten komt, verdringen de journalisten zich. Maar veel levert het nooit op. Want ze liegen hier dat ze blauw zien”. Ruyssenaars is ook geruime tijd corres pondent geweest in Chili. „Onder Allende wist je nooit precies wanneer het kabinet vergaderde. Als je Allende zelf wou spre ken kon je hem het beste even pakken als hij uit de auto stapte om demonstranten te kalmeren”. Hoe komt het trouwens dat een en ander uitgerekend in Nederland plaats vindt. Den Uyl schuift, als ik het hem vraag, heel handig alle eer van zich af. Hij wijst op zijn voorgangers die er mee gestart zijn, zegt verder: „Op het gebied van de openbaarheid zijn we in Nederland in veel opzichten een stuk verder dan in het buitenland”. ANP-nieuwslezer vertellen dat bij de Rai een Zeppelin op drift was geraakt en dat bij Eindhoven koeien over de snelweg hepen. Waar ter wereld je de radio ook aanzet, zoiets hoor je nergens. Het is dorpsnieuws, maar dat geeft natuurlijk niks. De regering staat hier eigenlijk ook Hans Jacobs (VARA’s Achter het Nieuws): „Soms zegt hij na de uitzending iets waarvan jij denkt: had dat verdomme zopas voor de camera gezegd”. Er is in Spanje een wet aangenomen die alle kabinetsstukken tot staatsgeheim ver klaart. Mocht je al wat over een nog geheime kabinetsbeslissing te weten komen, dan beland je nu na publikatie vrij snel in de kerker. Al met al is Den Uyl dus duidelijk de openste regeringschef van dit moment, zij het dat hij maar een banddikte voorligt op de Zweedse premier. Maar hoe blij zijn we er zelf mee? Cees Bastianen van de Volkskrant: „Ach, totaal open wordt het toch niet. Ook al zou je de hele minister raad rechtstreeks per televisie gaan uit zenden, dan kruipen ze vooraf toch in de serre om snel iets te regelen. Dat soort besloten bijeenkomsten hoort kennelijk bij de politiek. Maar er is natuurlijk al veel verbeterd. In de dagen van Beel joe gen verslaggevers in auto’s door het land om te kijken waar Beel op bezoek was, of welke autonummers er bij hem voor het huis stonden. Als Beel een kabinet for meerde had je in de journalistiek nog het werk achter dikke bomen”. Er is al eens een begin van zoiets als een actie geweest: op een vrijdagavond wilden alle verslaggevers bij wijze van stil protest hun horloges rond de jus d’orange van de premier leggen. Dat is tenslotte afgeketst op de misschien wel gegronde vrees van een aantal reporters, dat ze na afloop niet hun eigen, kostbare klokje in ontvangst konden nemen, maar het onooglijk tikker tje van een lager gesalarieerde collega. Nu beperkten de protesten zich tot een ver slaggever die zijn vraag aan Den Uyl begint met de zin: „Hoewel ik me erg heb moeten haasten om u nog te treffen Ad Langebent (KRO’s Brandpunt): uitzondering na, alleen aan om het alle maal uit te leggen. Vooral voor een niet onijdele man als minister Westerterp, in Den Haag de .voorzitter van de stichting Westerterp Vooruit genoemd, moet dat niet om aan te zien zijn. Den Uyl: „Ach, ik weet niet waar de grenzen liggen van het menselijk kunnen. Het is nuttig dat dit gebeurt, het is niet altijd even eenvoudig. Maar het is met name ook nuttig om veel speculatie te voorkomen”. Na de staatsgreep probeerde dictator Pinochet het begrip openheid nieuwe inhoud te geven. Bijna dagelijks kwam hij op de televisie om te vertellen hoe goed hij het allemaal deed. Ruyssenaars: „Maar als ik een stukje naar Nederland had gebeld dat niet zo gunstig was voor het bewind, dook ik een week onder in een hotel aan de kust. Na een week kon je terug naar de hoofdstad. Dan waren ze het vergeten want ze hadden veel te veel rotzooi”. Toen kwam Barend Biesheuvel, die als voorzitter van een Commissie Openbaar heid al weer wat opener was dan zijn voorganger. Langzamerhand werden er met alleen meer vragen gesteld over het kabinetsberaad van die week, maar kwam de hele actualiteit aan de orde. Van zijn televisieoptredens hield hij het image „Mooie Barend” over. Godfried Bomans is dat tijdens een verkiezingstoumee van Biesheuvel nog eens wezen controleren, maar zag „het predikaat mooie Barend in de praktijk niet bevestigd”. Hans Jacobs: „Op de televisie kwam Biesheuvel over als een knappe man, hoewel hij nu uiteraard ook wat ouder is geworden. Terwijl Joop den Uyl, zoals wij allen weten, overkomt als een wat zeurende gereformeerde gétuiger. Maar toch vind ik dat Den Uyl, op de keper beschouwd, meer inhoud heeft dan Biesheuvel”. lijkheid is een pingpongende Den Uyl even zeldzaam als een Mao die door de I Yangtze-rivier crawlde. Meestal vertrekt hij meteen naar de televisiestudio waar hij wordt geschminkt (één laag make-up plus wat oogschaduw) voor het wekelijkse i televisie-interview. En dan gaat Neder land het weekend in met de gelukzalige gedachte dat we toch maar eventjes het openste land ter wereld zijn. Maar is dat zo? De „vrijdagse openheid’ is van start I gegaan onder het bewind van premier Piet de Jong. Het ging allemaal nog wel wat aarzelend. Gezeten voor een grote boekenkast in de sfeervolle bibliotheek van het ministerie van justitie las i minister-president De Jong dan een ver klaring voor. En als je hem als televisiekij ker tussen al die boeken zag zitten, moest je wel denken: die man heeft zóveel gele zen, wat-ie zegt moet wel waar zijn. „Als je na die verklaring een vraag stelde”, herin nert de ervaren parlementaire redacteur van De Volkskrant, Cees Bastianen, zich, „dan keek hij je eerst heel slim aan over dat halve brilletje van hem, en las dan diezelfde verklaring nog een keer voor”. 4

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1976 | | pagina 17