in het verkeer Kinderen worden zwaar overschat Uitgebreid onderzoek naar verkeersgedrag Voorlichting van en over notaris Hoekschaver, mesjes zaagjes en magneet k' V -Ml 1.^* ft Tochtwering STEREO r. Cadeaus kiezen I ■lil Li* Z an Door Harm van den Berg c r. X, •eau sina k 1 I :ita :eed rso Jad is ieid lan o te elf Er zijn natuurlijk gunstige uitzonderingen. Zoals altijd. Toch moet de conclusie van dit verhaal zijn dat in het algemeen wordt onder schat wat van kinderen in het verkeer kan worden verwacht. Daarmee is het antwoord op de vraag waarom er ieder jaar honderden kinderen tussen nul en 14 jaar in het verkeer omkomen nog niet beant woord. Ook het gedrag van met name automobi listen, bromfietsers en motorrijders verdient vaak kritiek. Ook daaraan wordt in dit verhaal aan dacht besteed. Het accent ligt echter op het ver keersgedrag van kleine kinderen. Daarbij gaat het er vooral om of ze onnodige risico’s lopen. Dat betekent nog niet dat deelname aan het verkeer op zich onaanvaardbaar zou zijn. Wel belangrijk is op welke leeftijd en hoe. Wat kun je kinderen van vier jaar leren? Wat mogen we in de praktijk van hen verwachten? Het (nog steeds) in oprichting zijnde Verkeers kundig Studiecentrum van de rijksuniversiteit in Groningen onderneemt een serieuze poging in Nederland tot een gerichter aanpak te komen. Het onderzoek is pas begonnen. Het gebeurt onder leiding van prof. dr. J. A. Michon, in het bijzonder door de psychologen drs. Hugo van der Molen, drs. Talib Rothengatter en drs. Marja Vinjé. Dan is er een klein schrob- zaagje, een lichtgewicht. Men kan het zaagje in twee standen aanbrengen in het neft, zonder grote problemen. Dit zaagje is echt voor het kleine werk. Zware karweien moet men met forsere wapens te lijf. Met de mini hack saw kan men werken in hout, metaal, hardboard, plastic enz. Voor lieden, die verfresten of stopverf weg willen halen van de ruiten, is er een verfschraper van Plasplugs (dit merk wordt geïmporteerd door P. Bellaart, Hoogend 12, Sneek). Het is een scheermesachtige schraper, die zo geconstrueerd is, dat het mes je aan de buitenzijde is bevei ligd. Als men het apparaatje niet gebruikt kan men ter beveiliging een „hoesstukje” over het mes schuiven. In „Het kopen van een huis” vindt men de gang van zaken bij de koop (en verkoop) van een huis doorgenomen. Wat er alle maal bij komt kijken. Nuttige informatie. In deze brochure vindt men wèl hoe hoog het honorarium van de notaris is bij de koop van een huis. Iedereen kent wel het cadeau- bloknootje, dat bij familie, ken nissen en op het werk circuleert als er iemand gaat trouwen of enig ander feestgedruis veroor zaakt. Men kan van de verlang lijst af strepen wat men geeft. Nu is daarbij nog wel eens de moei lijkheid dat men wel iets wil vra gen (of geven) maar niet precies kan uitduiden hoe het er uit ziet. (4 •--.'SMI iaf nter roup nter 1100 het ken t op ngen o s In 0 T zit een apart plastic stukje waar mee men het mesje kan afbre ken. Elk mes bestaat uit acht deeltjes. Een houtsnijmesje met een kunststof beveiligingskapje is het zg. Trimknife van Turner Tools. In het heft kun je diverse soorten mesjes vastzetten. Dat probleempje is handig opge lost door Brabantia. Men heeft daar een zogeheten geschenken boekje gemaakt, dat voor een kwartje in de winkels met huis houdelijke artikelen te koop is. Via een bestelkaart-uit dat boek-- je kan men een vel met plak- plaatjesii toegestuurd krijgen (waarop dan allerlei nuttige en aardige spulletjes, van Braban tia uiteraard), die men naar behoefte in het eigen cadeau- boekje kan plakken. Men ziet het cadeautje dan in kleur voor zich. gingen. De notariële broeders zijn zo slim om wel cijfers te noemen, maar niet die welke zij zelf innen (uitgezonderd een gering bedrag ca. 100,- dat men betaalt voor een testament van eenvoudige aard). En men moet bij transacties ook terdege rekening houden met de fikse sommen, die men voor vele nota riële activiteiten moet betalen. Als u de brochures, gratis ver krijgbaar, bij een notaris gaat halen, is het wellicht nuttig bij de informatiegaring ook te vragen wat de notariële kosten gaan bedragen. I Vervolgens zijn er diverse soorten messen. Daar is de Han dyman’s knife, van het bekende type. Met een simpele vingerbe weging kan men na gebruik de huls oftewel het handvat openen en er het mesje opbergen bij de reservemesjes. Wat omslachtig, gemakkelijker zou zijn het mesje naar binnen te draaien. Er is zo’n indraaibaar mesje ook bij Plas plugs, de staysharpknife (vrij vertaald: een altijd scherp mes). Het is een houdertje met een lang mes, dat men, als het bot geworden is, kan afbreken, zodat er een nieuwe scherpe kant ontstaat. In het houdertje Een opvallende verschijning in de film is een meisje dat iedere morgen blijkbaar te laat van huis gaat. Ze komt hollend aan en de oversteek wordt in hetzelfde tempo gemaakt. Ze heeft geleerd goed uit te kijken, desnoods te wachten tot er geen auto’s meer aankomen, maar de tijdnood waarin ze verkeert tast haar voor zichtigheid aan. En één keer ging het bijna mis. Het had fataal kun nen zijn. Bij zulke beelden zegt drs. Hugo van der Molen: „We vragen ons af of kinderen er niet bij gebaat zijn dat ze leren rustig naar school te lopen. Dat ouders dus er steeds weer op hameren om niet te gaan rennen. Wat dit meisje betreft, zou de oplossing misschien al gevon den zijn wanneer de ouders haar tien minuten eerder van huis lie ten gaan”. De medewerkers van het Ver keerskundig Studiecentrum (onderdeel van de afdeling Expe rimentele Psychologie) hebben tot nu toe 14 films gemaakt van kin deren in verkeerssituaties. Het ging dan vooral om het gedrag bij oversteekplaatsen. SSSs si Kinderen hebben op school geleerd hoe ze moeten oversteken. Eenmaal op straat lijken ze alles weer vergeten te zijn. Dat is slechts schijn. Kinderen, met name jongens die zich nogal wild gedragen, niet goed uitkijken, weten precies hoe het moet. Toch houden ze zich niet aan de regels. Daarbij treedt dan voor hen een tamelijk groot risico op. Hoe komt dat? Kinderen in Engeland die als ezelsbruggetje zelfs een leuk rijmpje uit het hoofd leerden dat hun vertelde hoe ze moesten over steken, maakten toch ernstige fou ten en kregen ongelukken. Veron dersteld wordt dat ze het rijmpje gebruikten als een toverspreuk, na het uitspreken waarvan de auto’s wel zouden stoppen. Hierbij komt dus de vraag aan de orde wat je kinderen op welke leeftijd kunt leren. Bekend is dat naarmate kinde ren ouder worden, ze beter leren schatten hoe hard auto’s rijden. Een klein kind zegt, als twee auto’s na elkaar vertrekken maar na enige tijd op een zelfde punt zijn aangeland, dat ze beide even hard rijden. Wij, volwassenen, weten dat de ene auto die later vertrok, harder heeft gereden. Kleine kinderen (de grens wordt op acht jaar gesteld) kunnen bij het oversteken tussen twee rijden de auto’s niet het juiste moment bepalen. Ze delen de afstand als het ware en kiezen het midden. Spelende kinderen, ook al is hun geleerd goed uit te kijken voor ze van de stoep gaan, rennen toch de straat over. Hoe kun je dat veranderen? Waarbij we nog wel even de vraag moeten stellen of we ze alleen naar school moeten laten gaan. Van der Molen zegt: „Als mijn kind een drukke straat moest oversteken, zou ik hem niet zonder begeleiding laten gaan”. Zoals hij zelf zegt: een persoonlij ke mening. De psychologen hou den zich dan ook bezig met de vraag hoe je kinderen leert zich goed te gedragen in het verkeer. Er steeds inhameren om bij de stoeprand te wachten? Of is het misschien veel zinniger om een kind van twee tot vier jaar dat met moeder meegaat om boodschap pen te doen, alvast een bepaald gedrag aan te leren? Door bijvoor beeld als begeleider steeds een paar seconden op de stoeprand te wachten. Ook al komt er niets aan. Dat kan zonder tekst en uitleg, de peuter begrijpt er toch nog niets van. Zo’n aanpak is nog niet zo gek. Volwassenen doen namelijk het tegenovergestelde van wat ze kinderen leren. Die steken zonder te stoppen de straat over omdat ze op de stoep al de situatie op de weg in zich opgenomen hebben. Als ouders met hun kinderen het verkeer ingaan en goed op ze let ten, merken ze volgens Van der Molen ook al gauw hoe slecht die kinderen op allerlei situaties bere kend zijn. En zullen ze misschien minder snel met begeleiden stoppen. Deze reeks van praktijkvragen omvat eigenlijk de drie poten waarop het werk van het Ver keerskundig Studiecentrum is gebaseerd. Dat zijn: de relatie tus sen gedrag en kennis: de leerpoot. Daarin staat de vraag centraal hoe je kinderen bepaalde kennis bijbrengt, hoe je hun gedrag in het verkeer voor hun eigen bestwil verandert. Want, om nog een voor beeld te geven, ook al leerden ze het allemaal nog zo goed, als kin deren in groepjes op straat zijn, worden ze onverschilliger of onvoorzichtiger dan wanneer ze alleen zijn. beantwoorden, dan zal eerst bekend moeten zijn hoe kinderen zich in het verkeer gedragen. Allerlei situaties zullen daarbij bekeken worden. Medewerkers van het Verkeers kundig Studiecentrum bestude ren momenteel buitenlands mate riaal waarbij een aantal zaken duidelijk liggen. Tenslotte in het kader van dit stukje nog een handig stukje gereedschap, dat terecht de naam van pick-up meekreeg van datzelfde Plasplugs. Het is een kunststof houder met een ver schuifbaar magneetje. Als men ijzervijlsel, spijkertjes enz. wil oppikken gaat men met het apparaatje over het ijzer (het moet niet al te zwaar zijn). De spijkertjes enz. blijven eraan hangen. Wil men „het aanhang sel” los hebben, dan trekt men eenvoudigweg het schuifje omhoog. De werking van de magneet vervalt dan. In feite was dat een voortzetting van onderzoek dat ook in het bui tenland reeds is gedaan. Daar houden de onderzoekers in Gro ningen zich momenteel sterk mee bezig: inventariseren wat er over gedrag van kinderen in het ver keer reeds bekend is. Dat zal uit monden in voorstellen tot verder onderzoek, maar tegelijk zal ook een aanzet worden gegeven voor een andere opzet van het verkeers onderwijs zoals dat op de lagere school verplicht wordt gegeven. Van der Molen wil daar nog niet op vooruitlopen: „De conclusies zullen duidelijk maken dat er nog heel veel kan worden verbeterd”. Nu echter kan al worden gezegd dat een deel van de lessen niet aan het doel beantwoordt: kinderen van tien jaar bijvoorbeeld hoeven niet meer te leren hoe ze moeten oversteken. Die hebben waar schijnlijk meer aan lessen over de deelname van fietsers aan het ver keer. Jongere kinderen zouden wellicht niet meer opgescheept moeten worden met ingewikkelde problemen van voorrang op druk ke kruisingen. Ze zouden meer en onder begeleiding met de praktijk van verkeersgedrag moeten wor den geconfronteerd. Daarbij is dan voor jongere kinderen in het bijzonder het voetgangersgedrag van belang. Om de tocht die via de brieven bus binnendringt te stoppen kan men een zg. Post-seal aanbren gen, een kunststofplaat, waar van de opening wordt afgesloten door twee nylon haarstrips. Deze tochtwering wordt over de brie- venbusopening geschroefd. De haarstrips sluiten de opening tochtvrij af, ook als een krant in de bus blijft hangen, omdat de haren van de strips zich om het papier voegen. Dezelfde fabriek (in Nederland vertegenwoordigd door Hirondel International, Obrechtlaan 2, Son) brengt ook nylonhaar-dorpelstrips en deur- tochtwering op de markt. Ook hier weer geldt dat de nylonbor- stels oneffenheden wegwerken. De camera filmt een veelge bruikte oversteekplaats in een drukke Groninger straat. School kinderen maken iedere dag nood gedwongen gebruik van deze met zwart-witte strepen gemarkeerde plek. Andere beveiliging is er niet. De camera legt vast hoe de kin deren oversteken. Er zijn opmer kelijke verschillen in gedrag wan neer een kind alleen is of wanneer ze met z’n tweeën of in groepjes naar de (andere kant gaan. De tweede poot betreft de ont wikkelingspsychologie. Daarbij wordt onderzocht wat een kind wel of niet kan op een bepaalde leeftijd. Hoe ver moet het in zijn ontwikkeling zijn (als het gaat om aandacht, impulsiviteit, waarne men) om een goed verkeersgedrag te kunnen verwachten. De derde poot omvat een analyse van ver keersongevallen. Uitgezocht wordt hoe de conflicten zich heb ben toegedragen. Dat dan weer gecombineerd met observaties van speel- en oversteekgedrag. Opmerkelijk is dat kinderen in stille straten en dicht bij huis de meeste ongelukken krijgen. Wat is daarvan de oorzaak? Letten deze kinderen onvoldoende op het ver keer? Lopen ze te gemakkelijk de stoep af? Ten slotte nog iets over de stu die van Rothengatter. Hij bekeek een aantal Nederlandse verkeers- tuinen en stelde vast dat die niet of nauwelijks aan hun doel beant woorden. De kinderen leren er fietsen en mogen rondrazen in trap-auto’s. Maar een poging om hun enigs zins het juiste voetgangersgedrag bij te brengen, voor de leeftijds groep zo belangrijk, ontbreekt geheel. Daarbij komt nog dat de tuinen steeds meer een recreatief karakter krijgen. Dat vinden Rothengatter en medewerkers onjuist: het educatieve element zou nog altijd voorop moeten staan. Als in april volgend jaar de eerst aanzet tot een gerichter aan pak van verkeersopvoéding gereed is, gaan de Groningse onderzoekers meer de praktijk bestuderen. Ze verwachten dat een groot deel van de informatie behalve voor een beter onderwijs ook zal worden gebruikt voor zgn. speelclubs, die in Scandinavië al geruime tijd bekend zijn. Ouders en kinderen werken daar samen aan allerlei opdrachten, thuis of in daartoe ingerichte centra, om het risico drastisch te verkleinen. Het is bijna vanzelfsprekend dat de onderzoekers ook op de hoogte zijn van onaanvaardbaar gedrag van automobilisten: „Als in de krant staat dat een kind werd aan gereden toen het plotseling van de stoep holde, zou je er eigenlijk bij moeten zetten dat een automobi list die mogelijkheid had kunnen voorzien. En dus zijn snelheid had moeten aanpassen. Wie kinderen op de stoep ziet hollen of spelen, weet dat één van hen zo maar de weg op kan rennen”. „Hifi en stereo klinkklaar” is de titel van een paperback die de koper van stereoapparatuur moet helpen om uit het zoge noemde technische jargonlaby- rint te komen. De fabrikanten schijnen elkaar meer en meer te willen overtreffen in het verzin nen van de meest ingewikkelde termen. De schrijvers J.B. Dek ker en R B. Dekker hebben met dit boekje getracht om de aspirant-koper wat meer inzicht te geven voordat hij zijn dure installatie aanschaft. In het werkje vindt men ondermeer een alfabetische begrippenlijst. Hifi en Stereo klinkklaar dient er voornamelijk toe dat men tot een verantwoorde samenstelling van geluidsapparatuur kan komen en zich niet laat overbluf fen door al die mooi en erg tech nisch klinkende Engelse termen. Vaak blijkt dat voor de meest simpele dingen namen worden uitgevonden van op zijn minst twaalf letters. Hifi en Stereo Klinkklaar bevat 125 bladzijden met illu straties. De prijs is niet erg hoog, 12,50 gulden en het wordt uitge geven door Elsevier Nederland BV Vóór alles geldt echter dat de lessen, al of niet opgenomen in een pakket Maatschappijleer of Gezondheidsvoorlichting en Opvoeding, in de toekomst door gaan. Of dat gebeurt is de vraag, want de nu nog verplichte lessen zijn in een nieuw voorontwerp van wet, geldend voor het basis onderwijs, geschrapt. Van der Molen vindt dat niet zo verstandig. Wat hem betreft zou toch weer duidelijk moeten worden omschreven dat de lessen onder deel van het pakket zijn en aan welke eisen ze minimaal behoren te voldoen. Anders wordt het te vrijblijvend. Wil je die verkeerslessen zo goed mogelijk aan het doel laten De Koninklijke Notariële Broederschap, de vereniging van notarissen en kandidaat- notarissen, heeft twee informa tieve brochures het leven doen zien: „Functie en werkterrein van de notaris” en „Het kopen van een huis”. De titels spreken in feite al voor zich. We zullen er even wat gedetailleerder op in gaan. In de brochure over de functie van de notaris staat beschreven op welke wijze de notaris zich bezighoudt met zaken als notariële akten, huwe lijksvoorwaarden, testamenten, schenkingen, erfenissen (bijv, het percentage aan successie rechten dat men moet betalen) overdracht van onroerend goed, huurkoop van onroerend goed, hypotheken, appartementsrech- ten (als men een deel van een flatgebouw koopt), NV’s en BV’s (wat er achter die begrippen steekt en waarom ze worden gehanteerd), stichtingen, vereni- Bij het Engelse merk Plas plugs zijn diverse noviteiten ver schenen. Daar is bijvoorbeeld een „hoekschavertje”, een kunststofapparaatje met een sierlijke vorm, dat dusdanig is gemaakt, dat scherpe kanten kunnen worden bijgewerkt. Dat gebeurt dan door een klein tungsten snijdertje. Erg handig deze Edge-Trimmer. Nu de boten zo langzamerhand op het droge worden gebracht is het nuttig te wijzen op enkele nieuwe onderhoudsmiddelen van Caramba-Chemie (voor Nederland Harrems BV, Weesperstraat 86, Diemen), baar is allereerst een algenverwijderingsmiddel. Door een krachtige chemische werking wordt de algenaanslag van de foot romp losgeweekt. Kunststoffen en lakken worden, zo zegt de fabri kant, niet aangetast, als de gebruiksaanwijzing goed wordt opge volgd. Dan is er een bootreiniger voor schepen en polyester en andere kunstharsproducten. Voor hetzelfde type boten brengt men een conserveringsmiddel, dat vuil en waterafstotend werkt. Verder en dat is dan iets voor caravan-bezitters heeft Caramba een cleaner voor dit type voertuigen gemaakt; het maakt schoon en werkt beschermend. 1'

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1976 | | pagina 23