T raditie-Feest-Geschenken
Druk popweekeinde bood veel kwaliteit
Thin Lizzy zet Trower in de schaduw
I
Wereld
spaarweek
«paarbank
Kursaal Flyers
terug naar rock
Mannen persifleerden vrouwenrollen
op bijzonder aanstekelijke manier
Pittig krakeel
in „Een doos
vol kruimels”
f
Requiem van Verdi ontluisterd
door teveel uiterlijk vertoon
-west nadadand
spaarspecialisten sinds 1817
i’
h
f
f*
THE ORIGINAL TROCKADERO GLOXINIA BALLET COMPANY
Momenten van schoonheid te danken aan het koor
18 t/m 22 oktober
Duitse werkgeversprijs
19 7 6
OKTOBER
1 8
11
maandag
KUNST
B
m oktober
In de Wereldspaarweek ontvangt
Alles uiteraard zolang de voorraad strekt.
op het hoogtepunt van de spaar-
week, dinsdag 19 oktober (Wereldspaardag) ontvangt men
bovendien als extraatje een handig bloknootje
iedere bestaande of nieuwe cliënt
gratis de zeer fraaie Spaarbankkalender 1977
•t
iedere nieuwe cliënt bovendien
een aanmoedigingspremie van f7,50 of een prachtig
kunstboek (de eerste storting van minimaal f 50,- mag dan
niet binnen twee maanden worden opgenomen)
iedere jeugdige spaarder gratis
het boekje ’’Fijn buiten” of een serie plaatjes
”Het leven in ons land”
AMSTERDAM. Stampend, gillend, juichend en ritmisch klap
pend ontving een uitverkochte Stadsschouwburg zondagavond het
Amerikaanse Gloxinia Ballet. Een regen van kleine bosjes bloemen
suisde door de lucht en de leider (of moet ik zeggen leidster) van de
groep ontkwam niet aan een toegift in de vorm van „de Stervende
Zwaan”. De grap van de voorstelling is, dat 20 heren, uiterst serieus,
klassieke ballerina’s spelen, met spitzen, met damespruiken en hoofd
tooien, met tutu’s, met lange kunstwimpers en veel schmink. De
meeste stukken stammen uit het begin van deze eeuw of zijn persifla
ges daarvan. Ze zijn ontleend aan Anna Pavlova, Isadora Duncan en
Adelina Genee.
E
E
I
Een scène van het Gloxinia Ballet.
f
s
PIET RUIVENKAMP
(ADVERTENTIE)
1
c
van
6
1
s
Bassae (Tamara Karpova) heeft de beste
techniek van allemaal en gelooft er werke
lijk in, een ballerina te zijn. Ekaterina
Sobechanskaja (Larry Ree) is de oprich
ter van de groep (hij begon nu 10 jaar
geleden) bedenkt zorgvuldig alle effecten
van zijn choreografieën en speelt duide
lijk verschillende rollen. Nu eens is hij
Anna Pavlova (in de Stervende Zwaan)
dan weer stelt hij Maria Taglioni voor (in
Harlequinade) en soms gedraagt hij zich
nadrukkelijk onhandig alsof hij wil zeg
gen: „Kijk ik ben een houterige man,
maar ik speel een vrouw”.
van gehalte zijn ook de soms zelfs vier
stemmige vokalen, die heel wat spanning
opleveren.
Ik zei het al, niet alles is even leuk,
sommige nummers zijn uitsluitend op een
enkele vondst gebaseerd zoals de „pas de
deux” van de toch al lange Sobechans-
kaya die een bijna meterhoge pruik op
'heeft en danst met het kleinste mannetje
van de groep als partner. Sommige num
mers zijn domweg vervelend, maar ande
re zijn weer uiterst geraffineerd opge
bouwd.
(ritmisch in de muziek) sterren op naait,
dan mee voortholt, dan touwtje in springt
en tenslotte, na verwonding en sterven,
zich onder toedekt.
Er is één heer, die uitmunt door het
valse-bekken trekken, er zijn er enkelen
die opvallend lonken naar het publiek, er
zijn er die geen gelegenheid voorbij laten
gaan om prettig of minder prettig te
lachen, maar twee van de dansers lachen
nooit, terwijl er één over een bijzonder
smartelijke glimlach beschikt en één
steeds als een vis naar adem hapt in
navolging van een beroemde ballerina.
Gedurende het eerste halve uur van de
voorstelling had ik kramp in mijn kaken
van het lachen, later werd dat wat minder,
maar het publiek bleef van begin tot eind
opgetogen en liet dat luidruchtig merken.
De auteur was zelf niet aanwezig, toen
de voorzitter van het culturele comité van
het BDI, Berthold von Bohlen und Hal
bach, hulde aan hem bracht op een bijeen
komst ter gelegenheid van het 25-jarig
bestaan van het werkgeversverbond.
r
1
s
i
i
s
e
t
i
I
t
i
Het Gloxinia ballet zal tot en met 7
november te zien zijn in het Mickery thea
ter en komt op 10 november in de Toneel
schuur in Haarlem.
CONRAD VAN DE WEETERING
d
e
u
i.
I-
n
i-
0
0
5
1
1
f
1
z
f
i
n
e
c.
e
5
O
e
s
1)
0
l-
s.
g
tenor Veriano Luchetti heeft zijn uiterste
best gedaan het publiek op deze zaterdag
avond ervan te overtuigen, dat het om
hem ging en niet om Verdi. Hij trachtte
voortdurend de andere solisten te over
stemmen en dat lukte hem over het alge
meen aardig. Daarbij bekommerde hij
zich niet om bijzaken als zuiverheid en
dynamiek. Zelfs Riccardo Muti schroom
de niet om zich te buiten te gaan aan een
uiterlijke schijnvertoning, die met muzi
kale expressie weinig van doen had. Hij
ging er in het Sanctus zo snel vandoor, dat
wij de indruk kregen dat de duivel hem op
de hielen zat. Het concertgebouworkest
bewaarde zijn kalmte en kwam zonder
ongelukken door de tumulteuze klankla-
wines heen. En als er momenten waren
van majesteitelijke klankschoonheid, dan
waren die te danken aan het koor, dat
Verdi de eer heeft bewezen, die hem toe
komt. I. H. MOOLENIJZER
AMSTERDAM. De gedachte om Ver
di te eren, vijfenzeventig jaar na zijn
sterfdag, met een grootse uitvoering van
zijn Messa da Requiem, is op zichzelf
prijzenswaardig. Het Concertgebouwor
kest had daartoe de jonge Italiaanse diri
gent Riccardo Muti en vier vermaarde
solisten uitgenodigd en zich verzekerd
tan de medewerking van het Groot
Omroepkoor van de NOS (dirigent Mein
dert Boekel) en van het Nederlands
Vocaal Ensemble (dirigent Marinus Voor
berg). Alle factoren waren dus aanwezig
om van deze herdenking een evenement te
maken de grote Italiaanse toondichter
waardig.
De NOS had dringend verzocht van
deze eenmalige gebeurtenis een televisie
opname te mogen maken. Dit verzoek is
natuurlijk ingewilligd, maar daarmee is
deze herdenking grondig bedorven. Welis
waar had de NOS bij voorbaat zijn ver
ontschuldigingen aangeboden, indien er
mogelijk enig ongerief voor het publiek
zou ontstaan, maar had daaraan tegelij
kertijd de vrijheid ontleend om het podi
um en de zaal van het Concertgebouw te
ontluisteren door het aanbrengen van
nodige en onnodige attributen tot meerde
re glorie van het televisiebeeld.
Verdi was een eenvoudig mens, wars
van uiterlijk vertoon. Hij stelde er geen
prijs op om vereerd te worden en liet zelfs
in zijn testament vastleggen, dat een twee
de klas begrafenis voor hem genoeg was.
Diep getroffen door de dood van de door
hem hooggeachte dichter Allessandro
Manzoni, componeerde hij het Requiem,
dat hij met zijn hartebloed geschreven
heeft. Een sobere en sfeervolle uitvoering
van dit aangrijpende werk zou op zijn
plaats geweest zijn, maar daar heeft blijk
baar niemand aan gedacht. In het felle
licht van een honderdtal schijnwerpers
mocht het publiek kijken naar een smake
loos opgedirkt podium. Een arcade met
roodpluche gordijntjes en kitscherige
kroonluchters moesten de indruk geven,
dat men gezocht had naar een stijlvolle
aanpassing, maar het was een bedroeven
de aanblik.
Helaas moet ik hier aan toevoegen, dat
AMSTERDAM. Josephine van Gas
teren weet als eenfenix te herrijzen uit de
beroeringen, die onze wereld aanbiedt.
Nu is Broadway-blijspellen-Neil Simon
haar zeker terwille geweest met zijn tra
gikomedie „The gingerbread lady”, want
hij overwoog bij het schrijven daarvan
stellig dat ruzie de meest gedegen basis
voor drama is.
De laatste tijd was de Amerikaan meer
geroutineerd dan geïnspireerd aan het
werk geweest, maar de tragische onder
toon van dit spel heeft toch weer laten
herinneren aan zijn beste tijd.
In een vrije produktie, waarin de Belgi
sche regisseur Jo Dua met een pittige stijl
de mogelijkheden goed aangreep, kon
Josephine van Gasteren gisteravond in
het Nieuwe De La Mar-theater alle kansen
grijpen in „Een doos vol kruimels”. Som
mige vrouwen worden nog mooier als zij
kwaad zijn. Het is bezwaarlijk om ze die
staat gedurig toe te wensen, maar de aan
alcohol verslaafde ex-zangeres Evy Meara
leeft als een mislukkelinge, die door man
en minnaar verlaten is, in die staat.
Met een prachtig gram pokerfase (en
dus ook veel snedigheden van Simon bij
de hand) wordt ze na een ontwennings
kuur thuis ontvangen door twee andere
ontspoorden, een acteur, die vergeefs
naar een engagement onderweg is en een
vrouw die op kosmetische basis aan de
eeuwige jeugd schildert. In feite is Evy
bang om zich in genegenheid te laten gaan
en heeft zich met bittere cynismen gehar
nast. Zij had met haar rol terecht veel
succes. Niet alleen middels de tirades,
maar ook in de tragiek van hulpeloosheid,
die zij kon suggeren.
Gelukkig waren in deze vrije produktie
ook de rollen om haar heen- op niveau
bezet. Met hulp van Willem Nijholt en
Hetty Verhoogt kon het krakeel volledig
worden uitgespronnen. De lieve onschuld
deed aandoénlijk en fris zijn intrede met
de dochter zoals die door Marja Lieuwen
werd gespeeld. Josephine Soer ging krui
dige taal niet uit de weg en Hep van Delft
gaf kleurige tonen aan het decor.
Kilburn and the high Roads opzien baar
den. De Kursaals bestaan naast Birch uit
Richie Bull (bas, banjo), Vic Collins (pedal
steelgitaar), Graeme Douglas (gitaar) en
zanger en „gezicht van de groep” Paul
Shuttleworth.
De Kursaals hebben dan wat afstand
genomen van wat countryachtige trekjes,
het parodistische element zoals in het
bovengenoemde Third Finger blijft ook
nu ruim vertegenwoordigt. Het niveau
van hun composities billijkt ook niet dat
we de Kursaals dan ook maar meteen
moeten afschrijven, integendeel. De groep
heeft haar lot in eigen hand. Zaterdag
avond verliep het evenwel tot halverwege
wat stroefjes, alhoewel er voor de ruim
driehonderd aanwezigen daarna genoeg
genietbaars overbleef.
De grappige act van Shuttleworth, die
het bovendien bestaat om zich tweemaal
om te kleden, zorgt voor een welkome
komische noot in deze show die opge
bouwd is uit oud en nieuw materiaal. One
Arm Bandit en Ugly Guys zijn erg hard,
Yellow Sox, Pocket Money, Third Finger
Left Hand, Street of Music, When the
Band’s on the Stand klinken maar middel
matig, maar daarna keert het tij. Two left
Feet is komiek, Drinking Socially (aan een
heuse bar), Radio Romance, Palais de
Danse (prachtige Latijns van sfeer) en het
bluegraas-speciaaltje van Richie Bull
worden met veel vaart en verve gebracht.
Het slot is weer van een twijfelachtige
kaliber. Fall in the Rain en Cruisin’ for
Love missen pit, maar de solo van Vic
Collins in Modern Lovers, die een „tube”
op zijn pedal steel heeft aangesloten,
maakt veel goed. Toch overtuigen de Kur
saals uitemdelijk net niet met Speedway,
Little does she know en een rommelige
versie van Cross Country.
JOHN OOMKES
De goedgevulde Olga Plushinskaya
speelt in romantische balletten het dikke
meisje, dat wel nooit verder zal komen
dan het corps de ballet; ziet er soms uit als
een wit geschminkte vette Japanse wor
stelaar en zet twee overtuigende persifla
ges van Isadora Duncan op het toneel. De
earste is de dans van de Russische vrou
wen, gebonden en geslagen (het bloed
loopt* haar uit de mondhoeken), zich
bevrijdend en daarna zwaaiend met
hamer en sikkel. De tweede rol is „De
bevrijding van het Amerikaanse volk”
met een Amerikaanse vlag, waar ze eerst
Emerald, Still in Love with you (erg knap ken naar dit niveau. Opmerkelijk goed
en gevoelig a la Bad Co.), het snelle The
Boys are back in Town, Rosalie, Shalalala
en het luidkeels door de zaal meegezongen
Baby drives me crazy beëindigen een
voortreffelijke korte set, die te goed was
om voor voorprogramma door te gaan.
De overgrote meerderheid van de bijna
uitverkochte Nieuw Rai was natuurlijk
voor gitaarfreak Robin Trower gekomen,
die het zanger James Dewar gemakkelij
ker heeft gemaakt door ex-Sly The
Family Stone-bassist Rustly Allen aan te
trekken. Behalve dat deze precies zo’n
betonnen ondergrond weet te leggen als
Dewar vroeger deed in samenwerking
met drummer Bill Lordan, komt Dewar
nu niet meer tot zijn recht dan toen.
Voorop staat dat Trower ooit in Pro-
col Harum natuurlijk een meer dan
verdienstelijk gitarist is. Een veelgetrok-
ken vergelijking met Jimi Hendrix loopt
niet alleen mank omdat deze over meer
techniek bezat, maar ook meer bezieling
legde in zijn spel, althans emotierijker
improviseerde. Trower weet bovendien
niet goed boven zijn egotripperige hou
ding uit te komen. Zijn soli doen zelfs nu
en dan tekort aan de eenvoudige omlijs
ting van de songs, waardoor eenvormig
heid niet vermeden kan worden, want
zeer weinig solisten kunnen nu eenmaal
door hun spel continu de aandacht vas
thouden. Afgezien van Long Misty Days
en in Out of Fear verveelt Trower.
Earl en Ernie Cate herschiepen Para
diso gisteravond in een swingende boel.
De eeneiige tweeling uit het zuiden van de
VS weet in samenwerking met Ron Eoff
(bas) en Terry Cagle (drums) te zorgen
voor funk van de bovenste plank. Helaas
maakte ik alleen de finale van hun concert
mee, zodat ik de opbouw ervan niet kan
beoordelen, maar zeer weinig groepen rei-
Het concertgebouworkest onder leiding van Ricardo Muti tijdens de uitvoering
Verdi’s Requiem.
DUISBURG. (DPA) De in balling
schap levende Russische schrijver
Alexander Solzjenitsyn heeft zaterdag in
Duisburg de letterkundige prijs van het
Westduitse Werkgeversverbond (BDI) ten
badrage van 25.000 mark (ruim 25.000)
gekregen.
ook mijn hooggestemde verwachtingen in
muzikaal opzicht niet in vervulling zijn
gegaan. Wie verantwoordelijk is voor de
keuze van de solisten kan ik niet bevroe
den, maar zelden heb ik een quartet
gehoord dat zo weinig gevoel had voor
samenwerking. De Roemeense sopraan
Eliana Cotrubas was de enige met de
juiste instelling. Zij liet zich niet verleiden
tot dramatische effectjagerij, maar jam
mer genoeg schoot zij tekort in technisch
opzicht. De hoge bes in het „Libera me”
het meest aangrijpende hoogtepunt in
haar solo werd te laag ingezet en bleef
te laag, maar ik kan mij voorstellen, dat
zij in deze hinderlijke omstandigheden
geen meesteresse meer was over haar
eigen kunnen. De Hongaarse mezzo
sopraan Julia Hamari had te weing laagte
en de bas Ruggero Raimondi bleek een
expert te zijn in het „opslepen” van zijn te
zwaar aangezette middenregister. De
Natuurlijk is alles niet even goed, maar
de voorstelling heeft een enorme vaart, de
pauzes tussen de negen nummers zijn
geen seconde te lang en er is veel variatie.
Het meest boeiend vond ik het grote ver
schil in de benadering van vrouwenrollen
door al die mannen. De neger Antony
AMSTERDAM Aan interessante con
certen geen gebrek. Aanstaande donder
dag ondergaat Jan Akkerman zijn nieuwe
vuurdoop, terwijl gisteravond in de Nieu
we RAI de van oorsprong Ierse rockgroep
Thin Lizzy onverwacht gemakkelijk een
weinig geïnspireerde Robin Trower van
het podium speelde, die tia amper vijftig
minuten van mening was dat hij genoeg
had verricht. Een ongewoon snelle tram-
aansluiting bood tenslotte de mogelijk
heid van het bijwonen van de finale van
het enige concert in Nederland dat de
Cate Brothers gisteravond laat in Para
diso gaven.
Om maar met de deur in huis te vallen,
ik verwacht niet dat dit jaar nog een
hardrockformatie zal weten te tippen aan
het peil dat Thin Lizzy momenteel demon
streert. De groep rond bassist-zanger Phil
Lynot blijkt niet alleen in staat frisse
ideeën betreffende de hardrock aan te
dragen, maar ook een hecht team te vor
men dat leider Lynott in staat stelt uit te
groeien tot een frontman van bijzondere
allure. Zijn charisma en warme karakter
zijn bepaald onloochenbaar. Hij houdt de
aandacht doorlopend gevangen, is een
van de weinige rockzangers wiens woor
den men doorlopend goed kan verstaan
en heeft een groot overwicht op het
publiek.
Brian Robertson en Scott Gorham vor
men een gitaristenkoppel dat wat dubbel
loopse soli betreft doet denken aan Wish
bone Ash, maar niet zo overheersend
optreedt. Brian Downey op drums vult
Lynott knap aan. De opkomst van Thin
Lizzy is overdonderend; een vuurwerk-
knal waar je niet van terug hebt. Een
sterke spot wordt door de zilverzwarte
bas van Lynott gereflecteerd en het spel
kan beginnen. Jailbreak en Massacre lig
gen iets teveel in eikaars verlengde, maar
AMSTERDAM Succes in dit stadium
van hun carrière is zeer belangrijk voor de
overlevingskansen van de Kursaal Flyers
zo leert een kort gesprekje met drummer
Will Birch. De Kursaals gaven zaterdag
avond in Paradiso een concert, dat aan
toonde dat de groep wat terugkomt op
haar pluriforme stijlopvatting en duide
lijk rockachtiger musiceert dan voorheen.
Op het eerste oog komt zo’n constate
ring neer op een stap terug terwille van de
commercialiteit alleen. De noodzaak van
het streven naar een duidelijker muzikaal
beeld maakt Birch kenbaar, als hij vertelt
over de plannen voor hun vierde album
(nummer drie Golden Mile is net uit).
..Die plaat moet songs bevatten die hande
len over de angst van mijn leeftijdsgeno
ten; de vrees om zich te vestigen, om zich
te conformeren. Op Golden Mile staat al
zo’n soortgelijk nummer: Third Finger,
left Hand”. Het gaat over het type van het
aantrekkelijke vrouwtje dat eerst lonkt,
maar vervolgens slim afwimpelt door
haar trouwring te tonen.
Vreemd genoeg lijkt het alsof de Kur
saals zelf bereid zijn concessies te doen uit
angst voor het zich vestigen Begrijpelijk
want de groep is eigenlijk de laatst over
geblevene uit de pub-rock-hausse van
1974, toen soortgelijke bands als Chilliwil-
li the ho’ -opens, Brinsley Schwarz en
j. z-