JRI nt LEGALE’ DIERENMISHANDELING OP BRUSSELS VLIEGVELD te I&I w s dd door Kees Tops Doodslaan l I ff W tie en Politiek Oven Ta ssen, tigels Zeer n )r- en )le m. 123215, Kuilen In de Belgische publiciteitsmedia is begin deze week de hel losgebarsten over de onverkwikkelijke praktijken rond dierentransporten, die al jarenlang plaatshebben op de Brusselse luchthaven Zaventem. Na vijf jaar achter de schermen te hebben gevochten tegen de Belgische staats luchtvaartmaatschappij Sabena, heeft de dierenbescher- mingsorganisatie Veeweyde nu de beerput opengetrok ken, door een rapport een soort zwartboek over de praktijken openbaar te maken. Zoals we in onze krant van dinsdag al meldden, zijn het met name tropische vogels en kleine zoogdieren die op grote schaal het slachtoffer worden van min of meer legale dierenmishandeling. Die ren die van het langdurige, oncomfortabele transport uit tropische gebieden te veel hebben geleden om nog te kunnen worden verkocht, worden op Zaventem zonder pardon de nek omgedraaid of tegen de muur doodgesla gen. Tot voor enige maanden werd niet geschroomd overtollige dieren met krat en al in de gasoven van het vliegveld te schuiven en levend te verbranden. Deze praktijken gelden voor de onverkoopbare exemplaren onder de dieren die levend of half-levend op Zaventem aankomen. In die min of meer levende staat verkeert overigens slechts twintig percent van de dieren. Tachtig percent blijkt bij aankomst op de Brusselse luchthaven al dood te zijn. „Trucs” Open deur SHÜ’PI.R:-- BIRDS. VMMYIS A\D R1HHLS IIX r %Ó37' - 1 K.t o 1 M i CONSI’ /T* r De open deur van Zaventem FREDERIK DE WILDE Pot je iuden ijden n uit is te :et is i het „Dan moeten de vogels worden verpakt voor het transport per vliegtuig. Die ver pakking is zonder meer slecht en veel te klein. Helaas zijn er geen wettelijke bepa lingen waaraan de verpakking moet vol doen”. Frederik de Wilde: „Als bijvoorbeeld vogels op Zaventem zijn opgeslagen, wil dat nog niet zeggen dat ze ook worden opgehaald, er is namelijk een stilzwijgen de overeenkomst tussen de exporteur daar en de handelaar hier, dat zeldzame en dus felbegeerde exemplaren alléén worden verkocht als de handelaar tegelijk een lading waardeloze vogels koopt. De winst van de vogelhandel zit hem name lijk in de grote hoeveelheden. Maar als een dier behoort tot de twintig percent die het transport heeft overleefd, houdt dat nog lang niet in dat het veilig op zijn bestemming aankomt, zelfs al is het nog geheel gezond; Want er zijn, van de zijde van de exporteurs zowel als van de zijde van de importeurs en groothande laars, verschillende „trucs” in het spel. De vraag is, waar de dieren nü blijven. Roger Arnhem: „We weten het niet. We hebben geen flauwe notie”. Bekend is dat de verantwoordelijke Sabena-mensen op de luchthaven een brief hebben gestuurd naar Veeweyde, met het verzoek het ver nietigingswerk van hen over te nemen. Veeweyde zou dan van elke vracht schrif telijk moeten bevestigen dat hij vernietigd is. In het recente verleden is bij Veeweyde tweemaal zo’n lading ontvangen, maar het is sterk de vraag of er inderdaad levende „Het Sabena-personeel op Zaventem is verantwoordelijk voor de slechte omstan digheden waaronder de dieren op de lucht haven verblijven. Sabena heeft daar een veearts in dienst die de conditie van de dieren zou moeten controleren, maar het enige dat hij doet, is vaststellen of de papieren wel in orde zijn. Naar de dieren kijkt hij niet. De kisten worden niet geo pend”. „Maar ik ben een vechter. En ik blijf vechten. Publiciteit is belangrijk. We wil len nu de aandacht vragen van ministeries die ermee te maken hebben. Aandacht bijvoorbeeld voor de Overeenkomst van Parijs, die in 1971 door België is onderte kend. Vragen moeten er gesteld worden in het parlement. Luister: Wij hebben er voor gezorgd dat de vogelvangst in België is afgeschaft. Dit moet ook kunnen. Ik heb daar vertrouwen in”. „Voila: De open deur van Zaventem. Alles komt erin en alles gaat eruit. Papie ren in orde of niet. Dat is juist de reden dat ze hier komen. Er zijn ladingen bij, die Schiphol geweigerd heeft. Maar in België kan alles, dat is bekend. Vandaar. Het verdere transport gaat vaak per auto de grens over”. Waar liggen de verantwoordelijkheden in deze zaak? Roger Arnhem: „Verant woordelijk zijn alle luchtvaartmaatschap pijen, de Sabena niet alleen als trans porteur, maar ook wat betreft hun dien sten op het vliegveld verder de expor teurs en eigenlijk ook de importeurs en handelaars. Zoals gezegd kan er wettelijk niets wor den gedaan om de praktijken van de die renhandelaars in te dammen. Wat is Veeweyde nu van plan? Roger Arnhem zoekt het in de politieke hoek. „Kijk, wat wij vragen is of wij ons ermee mogen bemoeien. Wij willen geld geven om de dieren te verzorgen, wij willen een vakbe kwame veearts ter beschikking stellen. Technisch personeel, voertuigen. Dat kunnen we zó inzetten. We willen een „mini-zoo” timmeren. Dat bieden we nu al vijf jaar aan, maar de Sabena heeft dat altijd geweigerd. „De exporteur moet dus ook zien zijn „rommel” kwijt te raken. Wat gebeurt er nu? De betreffende importeur komt naar Zaventem, bekijkt de vracht en zegt tegen de Sabena, of tegen het tol-agentschap, dat hij alleen die kostbare vogels heeft besteld. De waardeloze vogels laaf hij op de luchthaven achter. En het heeft geen zin die weer terug te sturen, want de exporteur zal ze weigeren”. vogels zijn vernietigd. Roger Arnhem zwijgt daarover. Wat nog wel regelmatig voorkomt op Zaventem, is het doodslaan van dieren. Roger Arnhem: „Stel dat er een lading van tien orang-oetangs arriveert, waarvan er drie dood zijn en er twee nog half leven. Wat gebeurt er? De handelaar is erbij, kijkt naar de lading en zegt dat hij geen half-dode dieren heeft besteld. Dus wor den de twee exemplaren doodgeslagen en rekent de handelaar af voor vijf apen”. de), voegt daaraan toe: „Er zijn slechts overeenkomsten. De IATA, International Air Transport Asociation, heeft normen opgesteld voor de verpakking. Maar die normen worden niet toegepast. En trou wens, zelfs al was die verpakking goed, dan zouden nog veel dieren het niet over leven”. Wat is er nu precies aan de hand? Per week komen op Zaventem duizenden die ren aan, die op de luchthaven worden opgeslagen totdat importeurs en grossiers ze komen af halen of totdat ze per vliegtuig verder worden vervoerd naar andere Eur- pese landen. In een grote opslagloods voor goederen is een ruimte van 90 vierkante meter afgescheiden, die weer is verdeeld in drie „kamers”, bestemd voor de dieren opslag. In die afgesloten ruimte zijn geen hokken aanwezig, zodat de dieren gewoon in hun kisten en kratten moeten blijven. „U moet zich dus voorstellen wat die dieren te lijden hebben”, zegt Frederik de Wilde. „Neem tropische vogels. Eerst wor den ze gevangen door inlanders en vervol-., gens opgeslagen door grossiers. Voor die opslag hebben ze vaak geen kooien en dan gooien ze ze maar— gekortwiekt— in een kuil. Bovenop elkaar. Het verlies daar door is enorm, maar daar vegen ze hun laarzen aan af. Wel, dat opslaan in putten kan niet. Die vogels vechten met elkaar. Bovendien is het voedsel dat ze van die grossier krijgen niet goed. Die werpt maar wat ongepelde rijst in die kuil, waardoor de vogels buikloop krijgen. Het enige commentaar dat Sabena- voorlichter Goossens in deze zaak geeft, is dat Sabena een transportbedrijf is met een commerciële instelling, die iets als dierenbescherming naar het tweede plan verwijst. „Wij mogen niet verhinderen dat we het brood van de handelaren uit de mond stoten”, aldus de heer Goossens op een persconferentie. Papieren vormen een hoofdstuk apart in het gesjoemel met de dieren. Met de namen van vogels bijvoorbeeeld wordt nogal gerommeld. Frederik de Wilde: „Die kisten gaan nooit open. Wat de douane-beambten alleen kunnen doen, is door het weinige gaas kijken, of er wel de vogels inzitten die op het formulier staan vermeld. Maar ten eerste zijn die kisten donker, en ten tweede kennen die mannen de diersoorten niet. Ze kunnen vaak niet eens zien, of het inlandse of tropische vogels zijn”. ROGER ARNHEM „We weten dit allang”, zegt Frederik de Wilde, die als ornitoloog en als directeur van het Brusselse dierenasiel van Vee weyde bij de zaak betrokken is. „Zolang ik bij de dierenbescherming werk en dat is al 22 jaar weet ik het. De moeilijk heid is echter dat wij niet in de opslag loods van Zaventem mogen komen. Dat wij toch veel te weten zijn gekomen over zaken die zich daar afspelen, komt door dat twee inspecteurs van de dierenbe scherming, als Sabena-employees in die dierenloods werkzaam zijn. We hebben nu een voetje binnen, en dat zullen ze moei lijk weer buiten kunnen zetten”. Duidelijk is, dat er op Zaventem hele vrachten dode, half-levende en gezonde dieren blijven staan. Die dieren restte tot voor kort slechts de oven. Frederik de Wilde: „Die oven was op de luchthaven aanwezig voor het vernietigen van besmette waar. Voor voedsel bijvoor beeld, en voor dode dieren. Hij werd ech ter ook meteen gebruikt voor levende die ren. Het luchthavenpersoneel had name lijk geen tijd om de overtollige dieren uit hun kratten te halen, om ze op een andere wijze af te maken. Dus schoven ze ze maar in hun geheel de oven in”. Detail daarbij is, dat de reden waarom de oven sinds enige maanden niet meer voor dit doel wordt gebruikt, er niet een is van piëteit met de dieren. Integendeel, men is met de methode gestopt omdat bewoners en hotelgasten uit de directe omgeving klaagden over de stank. hun vluchten verzekert”. Tot zover truc- nummer-één. Een ander foefje is, zo mogelijk, nog brutaler. De exporteur zendt gewoon een vracht vogels per vliegtuig naar Zaven tem op naam van ’n hem bekende hande laar, die die zending niet heeft besteld. Die handelaar wordt dan opgebeld door de luchthaven en weet van niets. Behalve dat de exporteur weer een verzekerde lading kwijt is, gokt deze erop dat die handelaar wel even op het vliegveld gaat kijken en wellicht toch iets koopt. Zoals we al schreven, is het resultaat van deze lijdensweg, dat tachtig percent van de dieren dood aankomt. Bij vogels is steevast een deel daarvan de „buitenste korst” van de op elkaar geperste dieren. F- Financiële schade lijdt die exporteur daar overigens niet van, want, zo zegt secretaris-generaal Roger Arnhem van Veeweyde, „die exporteurs verliezen nooit. Die hebben zich aangesloten bij een speciale verzekeringsmaatschappij die al De exporteurs zijn natuurlijk, als mede verantwoordelijken, nooit te pakken? Roger Arnhem: „Natuurlijk niet. Als er op Zaventem zo’n vracht komt die niet wordt opgehaald, dan kun je een telex sturen naar Bombay, Senegal, Brazilië. Of hij zijn vracht terug wil. Natuurlijk wil hij dat niet. Wat de tol-agentschappen of de Sabena-vrachtafdeling dan doen, is telexen naar bekende importeurs. Of zij de dieren willen hebben. Soms lukt dat. Dan vertrekt de vracht naar bijvoorbeeld Frankfurt. „De dieren”, vervolgt Frederik de Wil de, „hebben van dat transport enorm te lijden. Door temperatuurverschillen, slecht of geen voedsel en de atmosfeer in de laadruimte van het vliegtuig. Voeg daarbij de aankomst op het Eurpese vlieg veld, in weer en wind, de opslag in de transitoloods en het vervoer naar de win keliers, en u begrijpt dat het opsluiten van de dieren aldaar in een hokje nog een „redding” is”. Zerk- agen idjes Wat die luchtvaartmaatschappijen betreft, die hebben hun eigen agentschap pen in het land van herkomst. De KLM moet bijvoorbeeld de vrachten die zij in Bombay inscheept controleren, aan de hand van de daar geldende regels. Er moet worden bekeken of de dieren wel in orde zijn, of ze genoeg ruimte hebben en of ze voedsel en water hebben. In die zin zijn de maatschappijen ook verantwoor delijk voor de duur van het transport en de omstandigheden; ze worden immers gewoon in de laadruimte vervoerd. De heer P. Boogaerts, directeur van de Maatschappij tegen de Wreedheid jegens de Dieren (de officiële naam van Veewey- !r, :- "y. si '**w.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1976 | | pagina 15