Yoga in alle soorten Knap getekende boeken uit in tal van boeken binnen- en buitenland Boeken over buitenlandse politiek over tuinen Encyclopedie WIJ en Trotski ONTVINGEN Biografieën over Lukacs „Drie verschrikkelijke dagen Vöf“ VINGfflS" KEEN van Guus Kuijer boeit sterk” Klaus Rainer Kinderen in een warnet van leugens Röhl over „Kronkret” AJ 9 MAANDAG NOVEMBER 8 1 976 Ademende mens De meeloper Beter slapen Psychosomatisch WIJ ONTVINGEN Geneeskunde bby •n net goed td. Bezit maakt niet gelukkig boekenboekenboekenboeken boekenboekenboekenboeken boekenboekenboekenboeken boekenboekenboekenboeken boekenboeken boekenboeken boekenboeken boekenboeken boekenboekenboekenboeken boekenboekenboekenboeken boekenboekenboekenboeken boekenboekenboekenboeken NwBSbI I studenten beweging in de Duitse bonds- republiek.Over Ulrike Meinhof, ex-echtgenote van Klaus Rainer Röhl.uitgever van het linkse tijdschrift ‘Konkret: m w T' i 1 5,95 :isex- daan- HEIN STEEHOUWER. i voor kwijk. lllllllllllllll QUERIDO AMSTER- beeld lllllllllllllll MIEP DIEKMAN Een informatief voorleesverhaal je het begrip prins vertaalt in geïsoleerde, verwende kind, en begrip koning in de figuur die beter weten moet. C o o Ob o o o o Oe 0 Oe 0 0 o o 3b 0 0 3a 0 0 0 0 0 0 3d 0 0 0 o 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 10 10 iO 10 10 *0 o o K) K) 30 10 10 >0 30 »a 30 >0 >0 >0 30 >0 30 30 0 O o o <3 O O als het het het het mooie Japanse gaat ze }LEM, ■3. ^ATIS 81,0 137,0 635 9,0 «5,1 153,0 16,1 70,t 38,0 133,0 935 108,0 u 224,0 415 6.1 1141 45J 75,3 141,1 86,0 65,1 47J 57J 31,1 99,1 212,1 130,1 1445 24,- 130,1 74J 183.1 boek maar extra hnische ten val len. De It moel- uvel de ■n. t 65, 58,1 55,5 67,1 435 51.4 671,0 57,0 82,0 74,0 71J 31J 18,8 184,4 31J 57,01 86,01 70,3 44,0 201,01 145.0 149,01 88,00 238,01 62,4( 83,01 180,01 170,01 34,11 186,50 83,01 111, 148,50 39,01 90,50 102,90 87,91 67,01 261,00 30,50 14621 232,30 174.50 80,00 39,80 57,50 290,00 360,00 181.00 86,00 bloedige gebeurtenissen in dit deel van de wereld hebben geleid en nog zullen leiden, de slachtoffers van die gebeurtenissen en de toekomstver wachtingen van Israel en de Palestij - nen, dat alles wordt boeiend en vlot beschreven met de vaardigheid van een verslaggever, wat Van Mierlo ook in feite is. Hier en daar zeer subjec- IN OKTOBER ’75 schreef Jan Kui per, toen onze redacteur in Bonn, een vernietigende kritiek over het boek „Die Genossin”, waarin de ex-man van de inmiddels overleden Ulrike Meinhof, de uitgever Klaus Rainer Röhl, „op geen enkele wijze bijdroeg tot een beter begrip van Ulrike Mein hof”. Op dit thema worden aardig wat „Zal ik je leren broodbakken?” door Kurt Baumann met platen van Luis de Horna (uitgeverij Junk) brengt als geneesmiddel voor de kwaal dat je beter een eerlijk handwerk kunt le ren. Het miezerige ettertje van een prins, bedorven door pa de koning, komt op het goede spoor als pa hem vraagt een brood voor hem te bak ken. Behalve een echt recept schetst Baumann ook de manier van brood bakken. Zo laat de koning zijn zoon diverse ambachten leren tot zoonlief zijn vader overhaalt ook een opge wekt handwerk te gaan beoefenen. Tristes sa”, van een „Vijf vingers....” is zo een soort autobiografie van Röhl geworden, zij het incompleet, en daarvan uitgaande kan je er best genoegen aan beleven. (P.A.W.) UITGEVERIJ HEUFF NIEUWKOOP Een autobiografie van de jeugdja ren van Jo Juda, tot voort kort eerste concertmeester bij het Concertgebouw orkest, onder de titel: „De Zon stond nog laag”- Behalve dat het een bijzonder aardig en menselijk verhaal is, geeft het boek ook een stukje maatschappelijk en sociaal leven weer uit de twintig en dertiger jaren. Ook een klein boekje is „Yoga 2” van Hans Wesseling met foto’s van Hans Götze, evenals „Yoga 1” bij Bert Bakker in Amsterdam versche nen. Wesseling is een gezochte leraar en hij geeft zijn korte lesjes dan ook geheel vanuit de praktijk zonder diep in te gaan op de filosofieën, die er achter liggen. Ook weer een handige inleiding voor beginners in het lezen over Yoga. Al heeft de Rotterdamse uitgeverij Lemniscaat de laatste jaren ook een uitstekend jeugdboekenfonds opge bouwd, waarover met regelmaat de zegen van gouden en zilveren griffels neerdaalt (Jan Terlouw, Thea Beek man, Anke de Vries, Preussler om er maar enkelen te noemen), toch zal Lemniscaat vooral bekend blijven door zijn opvallende prentenboeken en door zijn inzet om Nederlandse illustratoren en auteurs daarbij een kans te geven. Uiteraard vallen de yoga-begrippen ook uitstekend toe te passen binnen De 15-jarige Jos uit het betere bourgois-milieu geeft zich tegenover de 17-jarige Marion, ateliermeisje en dochter van een werkloze, uit voor een 18-jarige autotester. Marion speelt de leugens mee, maakt van zichzelf een modeontwerpster. Dit je zelf groothouden van de tieners ver dubbelt Kuijer, hier en daar tot in het groteske, in zijn schetsen over de beide families. Waar het om die vol wassenen gaat, blijft het mij te lang na de inzet teveel cliché, te zwart-wit. Dat verdoezelt zelfs de spanning van het gegeven niet. Jos pikt de Mercedes van pa omdat Marion zo serieus op zijn leugens ingaat. Met hun groothouderij hebben ze vanaf het eerste moment de weg naar elkaar versperd, al lijken ze prentenboeken opgezet. „Maar het zijn altijd mensen die al .van alles hebben, die jou leren dat bezit niet gelukkig maakt”, hoor je van de bezitlozen, onder wie ook kinderen. Wie dieper doorleest dan de schets matig aangezette situaties zal ook zo hard niet meer lachen om de rake klappen die er verbaal worden uitge deeld. De verschrikkelijke dagen du ren langer dan drie alleen. Het is de periode vanaf geloven in een waterp- aard en denken: „Alle grote mensen zijn verkleed. Straks doen ze die malle pakken en jurken uit en dan zijn ze gewoon, net als ik. Dan gaan we spelen.” tot aan het voorgoed vastgebakken zitten in een warnet van leugens om jezelf groot te hou den. Waarom? Kuijer laat die vraag voor zijn lezers liggen. Zijn boek is als een sein ONVEILIG, samengebald in dat ene zinnetje, waarin Jos maar het liefst niet meer zou willen be staan, zo heeft hij zich met zijn gedraai naar alle kanten onmogelijk gemaakt. Met andere woorden: je kan net zo goed dood zijn. Maar wie even terugdenkt in het verhaal stuit op de onverzettelijkheid van Jos’ va der om Marions dood te accepteren. Dood hoort niet bij leven, het is onzin het te accepteren. En wie dit wel doet, liegt. Op dit punt schrijft Kuijer vader en zoon naar elkaar toe. Terecht, want zolang er leven is, is er hoop. „HET NIEUWE GROTE TUIN- ABC”: Uitgeverij In de Toren, Baarn. Een oorspronkelijk Engelse uitgave met meer dan 500 gekleurde platen in groot formaat, voor Nederlands 'ondsen 3.30 Meedoen uit laksheid, omdat je er geen eigen mening op na durft te houden op die gedachte hebben Harve en Margot Zemach een oud gegeven opnieuw gebracht in „Kijken voor een stuiver” (vertaling Bob den Uyl, uitgeverij Querido). De roodhari ge slimmerd stelt zijn broer, de luie nietsnut, voor in het land van de éénogigen een man te vangen en met die man in een kooi een smak geld te verdienen. De L.N. heeft zo zijn te genzin, maar laat zich meeslepen. En als de éénogigen hen vangen en zijn broer in een kooi te kijk zetten, laat hij zich even duldzaam achter de kassa vastpinnen. Een gaaf boekje, waarbij je heel wat minder gave toestanden (zoals uitbuiten van wat anders is) ter sprake kunt brengen. MIEP DIEKMANN. Wat aan de schilder Arnaud Laval opvalt in zijn weergave van Jacqueli ne Held’s sprookje: „Sprotje” is de geraffineerde vlakkenopbouw. Hoe hierdoor met kleuren diepte en bewe ging is bereikt, grenst aan het tover achtige. De vissersjongen Sprotje ziet niet graag dat zijn vrienden de vissen door zijn vader gevangen worden. En liever dan een jongen met zijn verve lende plichtjes is hij een vis. Wat gebeurt. Zelfs met een lolly en knik kers kan zijn vader hem niet terug lokken. Vader gaat in een wijngaard werken en alles komt goed. Daarvoor is het een sprookje en geen econo misch verslag van de EEG. De vloei ende vertalingen van deze drie boe ken zijn alle van L. M. Niskos. SINDS TWINTIG jaar gaat het als een golf over de gehele wereld, de beoefening van yoga. Het gaat dan om veel meer dan een wonderlijk soort statische gymnastiek, oefenin gen op de plaats, die zowel het li chaam als de geest moeten stalen en die voor alles ontspanning van die twee-eenheid beogen. Als alles op dit gebied verschenen boeken niet alleen worden gelezen, maar de daarin ver vatte raad ook wordt opgevolgd, dan telt het Westen vermoedelijk veel meer yoga-beoefenaars dan het Oos ten. Daarbij blijft het om het even of men die yoga-beoefening tevens wil zien als een religieuze beleving. In dit geval volgen er nog yoga-typen die weinig met het lichaam, maar alles met concentratie en meditatie te doen hebben. Op de merites daarvan ga ik nu niet in, dat deed ik al in eerdere boekbesprekingen. Daarom in het kort hieronder weinig meer dan titels een aankondigingen. Helen Knopper schreef voor uitge verij Bert Bakker „Lexicon van de yoga”, met als ondertitel „Een ver klarend handwoordenboek”. Helen Knopper weet er heel veel van en zo’n boek als het hare is een goede gids om thuis te raken in het typi sche jargon, dat ze overigens niet alleen aan yoga, maar ook nevenlig- gende begrippen ontleent. Op het verband tussen yoga en psychomatiek gaat ook John Mum ford in „Yoga psychomatisch”, ver schenen in de serie Ankertjes (f 7,50), de smalle zakboekjes van Ankh-Her- mes in Deventer. Hij is sterker oos ters geörienteerd dan sommige hier boven genoemden, bespreekt niet al len asana’s, maar ook de werking van de chakra’s en andere aan de Indiase filosofie ontleende begrippen. Het is een klein boekje, maar dat dwong de schrijver tot de zo nuttige beperking, waardoor het wellicht een inleiding voor beginners is, die daar na de „hoofdwerken” op dit gebied gaan lezen. Wim Gijsen is de verta ler. UITGEVERIJ DAM Weer een herdruk van een van de bekende boeken van Herman de Man: „Heilig Pietje de Booy”, het is de achtste in deze uitgave, waarvan de mooie banden verzorgd werden door Bert Bouman. Eerder verschenen in deze zelfde uitvoering: „Rijshout en Rozen”, „Manie of hoor ook de we derpartij”, „De kleine wereld” en „De barre winter van negentig”, „Een Stoombootje in de mist” en „Scheeps werf De Kroonprinces”, „De Koets”. 29.50). Eriige herdrdkken in de bekende Salamander-reeks van deze uitgever: Paul Leautaud; „Jeugdliefde”. Marnix Gijsen: „De man van overmorgen”' Leo Vroman: De adem van Mars”. Pearl S. Buck: „De Moeder”. In de nieuwe uitgaven noemen we: Helene Nolthenius: „Weekend op Waldegg”, een roman die zich afspeelt in vrij onbekend en afgesloten stuk Zwitser land. Marie-Sophie Nathusius: „Een fout in het kadaster”, het verhaal van een vrouw ,die moeilijk contacten kan leggen, eigenlijk niet meer opgewas sen is tegen haar eigen innerlijke chaos en de strijd tegen de machten van de voor haar gevoel zo onper soonlijke wereld. Inez van Dullemen beschrijft in „Vroeger is dood” heel intens, maar sober de aftakeling en ontluistering van een ouder wordend echtpaar, haar ouders, die in een bejaardenin richting en ziekenhuis hun demente ondergang doormaken, 17.90). Cornells Goslinga( „Taparae en an dere Antilliaanse verhalen”). gebruik vertaald en hier en daar aan Nederlandse omstandigheden aange past. Ogenschijnlijk een boek dat het eerste en laatste woord spreekt op het gebied van tuinen en planten, een soort standaardwerk voor de tuinier, maar in sommige opzichten ook een bron van teleurstellingen Omdat de afbeeldingen te perfect zijn om waar te wezen en de werkelijkheid altijd toch heel wat minder is dan dit prachtige boek wil doen geloven. Merkwaardig genoeg vonden we in het inhoudsregister niet het woord „gazon”, terwijl het aanleggen en on derhouden van een mooi gazon toch altijd voor de meeste tuinliefhebbers nog een van de moeilijkste karweitjes is, dat heel wat meer kennis vraagt dan het kleine stukje tekst in dit juweel van een boek onder „gras.” Het is een kostbaar boek, waarin eigenlijk veel meer staat dan de par ticuliere tuinaanlegger nodig heeft en blijkbaar toch ook weer heel wat minder dan voor een praktische vraagbaak noodzakelijk is. Maar mooi is het boek wel, mooier dan tot uitdrukking komt in de prijs: 29,50. Daarvoor krijgt men een encyclope die met adembenemende platen en een overvloed van tekst. Dokter Rama Polderman is in ons land een overbekende figuur als „yo- gistlsche” arts die tal van lezingen heeft gehouden. Voor De Driehoek in Amsterdam schreef hij „Ontspannen slapen door yoga”, uitgegeven in sa menwerking met de Stichting Yoga en Vedanta in Haarlem. Het gaat bij Polderman in dit boekje vooral om slaapstoornissen te overwinnen door ontspanning. Eerder reeds was er van hem een grammo foonplaatje met een door hem uitge sproken (en zeer werkzame) slaapver wekkende toespraak, indien men al thans dat plaatje vlak voor het sla pen gaan naast zijn bed laat afdraai en. Zo’n plaatje op 33 toeren is bij het boekje (van 15,-) gevoegd. Bin nen zijn soort is het boekje heel goed, ook door de praktische nuchter heid waarmee het is geschreven. Van Rama Polderman verscheen ook bij De Driehoek de paperback „Doe zelf yoga” 25,-). Dit boek geeft een hele serie oefeningen, zo wel ademhaling als asana’s, goed ge fotografeerd en heel duidelijk be schreven. Het zijn dezelfde lessen die velen al kennen uit de yoga-centra die mede door Rama Polderman zijn opgericht. Ook dit boek is weer ver schenen in samenwerking met de Stichting Yoga en Vedanta in Haar lem. De kenners weten nu uit welke richting dit „Oriente Lux” komt. Voor de niet-kenners; het boek is geschreven door een arts die er alles van weet en die behalve voor de medische aspecten ook oog heeft voor „Zelfkennis door waarnemen van het denken, het gevoel en het fysieke lichaam”, zoals de ondertitel van het boek luidt. aanpakt. Nadruk in platen ligt vooral op de voeten, wat een letterlijk over weldigend effect oplevert. Aan „Als je maar vriendjes hebt” van Waechter kunnen kleuters vanaf vier jaar al een macht plezier bleven. Want er zitten een paar knipbladzij- den in (wel even meehelpen), waar mee je het verhaaltje over de vis, de big en het vogeltje in scène zet. Ook voor eerste-klassertjes straks een mooie leesstart. „Het sprookje van de wondervogel”, verteld door Peter Fedor en geschilderd door Ver onica Leo slaat met al zijn poëtische tussentonen toch op een stuk harde werkelijkheid. De vogel, die met zijn gevallen veer geluk brengt, wordt op raad van een wijze man gevangen. De stad versombert, de mensen ver killen tot de vogel in zijn kooi ver brandt. Leo heeft deze twee elemen ten van hebben en zijn duidelijk herkenbaar al voor kinderen van af vijf jaar uitgebeeld, niet alleen in de vormen, maar ook in de kleu ren. IN DE IMAGO-REEKS va nde uit geverij Het Wereldvenster in Baarn („Biografieën van denkers en doeners die het beeld van onze wereld ingrij pend wijzigden”) zijn werken ver schenen over twee figuren, die veel gemeenschappelijk hadden en toch in nog veel meer van elkaar verschil den: „Trotski” door Harry Wilde en „Lukacs” door Fritz J. Raddatz. Trotski (geboren als Lev Davido- vitsj Bronstein) was de vijfde van acht kinderen uit het gezin van een Russische joods boer, een analfabeet. Hij werd in 1879 geboren, was in 1905 reeds een van de leiders van de Peterburgse Sovjets speelde samen met Lenin een leidende rol in de bolsjevistische revolutie, werd volks commissaris (van defensie en van buitenlandse zaken), werd in 1929 verbannen door Stalin en tenslotte in 1940 in Mexico vermoord. Georg Lukacs werd in 1885 geboren in Boedapest in een welgesteld gezin, een joodse bankiersfamilie. Hij ont wikkelde zich tot een filosoof die het marxisme trachtte te „humaniseren” en werd nog voor zijn dood in 1971 beschouwd als een van de belangrijk ste marxistische esthetici van deze eeuw. Hij was hoogleraar in Moskou, lid van het Hongaarse parlement en mi nister onder Nagy, werd door Moskou naar Roemenië gedeporteerd maar keerde in 1957 naar Hongarije terug. Beide boeken zijn uitgebreid geïl lustreerd en voorzien van registers, bibliografieën en noten. Elk apart is uitstekend leesbaar, samen gelezen geven ze een perspecief aan de belangrijkste stro mingen in een tijdvak, dat van beslis sende invloed is geweest op de wereld van vandaag. Jammer is, dat de ver taling van „Trotski” wemelt van de germanismen. P.A.W- door hetzelfde blok aan hun ziel aan elkaar gebonden. Marion kan aan Jos niks kwijt over haar ellendige werk; over de glibberige chef, die haar achtervolgt en haar er figuurlijk en ietterlijk onder probeert te krijgen; over haar zakkige vader en het eeu wige gezwets over de jeugd van te genwoordig die het toch zo gemakke lijk heeft; over dat vreemd soort liefde bij haar thuis dat tegen alles bestand schijnt te zijn. (Op die hoofdstukken en scènes over Marion drijft het boek). UITGEVERIJ AGATHON BUSSUM Jack Kerouac: droevige verhaal Mexicaanse, een stukje menselijke tragiek, temidden van junkies en al coholici. 12.50). „Ontspanning in Europa” door H. v.d. Velden en H. A. Visée. Het We reldvenster, Baarn. (Deel van de serie „Anatomie van de Toekomst” onder redactie van de hoogleraren dr. B. Delfgaauw, dr. A. J. Nijk en dr. J. Speraa Weiland). De lezer krijgt in dit omvangrijke boek een deskundig en analiserend overzicht van de ontwikkelingen, die geleid hebben tot de huidige periode van ontspanning tussen de grote mo gendheden via de conferentie van Helsinki in augustus 1975. Bovendien wordt een verantwoord zorgvuldig onderzoek van de verwachtingen ge boden, waardoor een totaalbeeld van de situatie ontstaat zoals die uit brokstukken van dagelijkse nieuws- geving moeilijk op te bouwen valt. De gecompliceerde somenstelling van het Verdrag van Helsinki de formu leringen waarin de diverse bepalingen vervat zijn en de visie die rondom deze toch -wel als een belangrijke historische episode in de geschiedenis van Europa en de wereld kan worden ontwikkeld zijn in een zo helder mogelijke samenvatting bijeenge bracht. 24.50). Harry van Mierlo; Macht en mani pulatie in het Midden-Oosten” (Aga thon, Bussum, 19,50). De interne mochtsverhoudingen in het Midden-Oosten, de manipulaties van Arabische en niet-Arabische lan den, de invloeden die mede tot de de geneeskunde, omdat een ontspan nen geest en lichaam heilzaam zijn bij het bestrijden van ziekten. De psychosomatiek leert dat ook, in het bessf dat lichaam en geest geen ge scheiden grootheden zijn, maar voort durend op elkaar inwerken. Jijrg Wunderli schrijft daar helder over in „Yoga en geneeskunde”, noemt natuurlijk de ademhaling als zeer belangrijke factor, daarna be spreekt hij diverse gezondheid bevor derende houdingen en het nut van meditatie als psychotherapie. De Driehoek in Amsterdam gaf dit nutti ge boekje, vertaald door H. J. van Hooch Cate, als paperback uit voor 10,-. De laatste Nederlandse aanwinst is „Bennie en zijn ganzen”, geschilderd door de jonge Ivo de Weerd bij een soepel, levendig, zeer eenvoudig ge houden verhaal van Tjerk en Nico lette Zijlstra. Zoals Bennie op zijn zesde met zijn even oude gans Gak de wereld intrekt, kunnen ook de jonge lezertjes (vijf tot acht jaar) via het ganzenbordspel met aanwijzingen op het achterschutblad door de we reld gaan. Wat opvalt aan de Weerds platen is, dat ze niet zo uniform van stijl zijn als in de meeste prentenboe ken, net alsof er bij iedere nieuwe verhaalsituatie ook iets in zijn stijl verandert. Niet alleen de grote ogen van Bennie, maar nog meer diens handen, knieën en voeten zitten vol uitdrukking. De Weerd schildert mens en dier zo los van de achtergrond dat zij als het ware van de bladzijde af op de lezer-kijker af komen. Wat Lemniscaat verder uit het bui tenland bracht zijn de grote namen, waarvan echte prentenboekkenners zich zelfs ongezien de stijl voor de geest kunnen halen. Zeals van Moni ka Laimgruber met haar perfect tot in details uitgewerkte stippeltjes- schilderingen, ditmaal bij een kort maar krachtig dubbele bodem gege ven van Max Molliger: „De kleine reus”. Die kleine reus is reusachtig in het uitdenken van maniertjes hoe hij de andere, grote, reuzen kan bij hou den. In wezen het verhaal van een kind en de veel te grote wereld om hem heen, die hij op zijn manier Het gevoel van bruisend leven, dat je na het lezen van Kuijers kinder boeken overhoudt; die stemming van opgekropte woede over de afloop van „Een gat in de grens" hoeven lezers van 13 jaar en ouder niet te ver wachten van „drie verschrikkelijke dagen" (Querido, illustraties The Tjong Khing). Het is het verhaal van de hulpeloosheid, toch overeind wil len blijven dan maar met barstende leugens en met iele spoortjes van geloof, dat in vroeger tijden bergen kon verzetten. „Die Genossin” had eigenlijk een biografie moeten worden, maar werd een karikatuur, zo meldde Kuiper. Van dezelfde Röhl is onlangs bij Het Wereldvenster in Baarn verschenen: „Vijf vingers maken nog geen vuist”, waarin (met foto’s geïllustreerd) de geschiedenis verteld wordt van het blad „Konkret”, het linkse, opinievor- mende weekblad van de Duitse stu denten in de jaren ’60. Over dit boek zou beter bericht moeten worden dan over „Die Genos sin”. Röhl toont zich ook hierin een man, waar je nauwelijks sympathie voor kan koesteren - hij is klagerig, naijverig, wrokkig - maar verhult dat niet of nauwelijks in dit boek, dat toch ook - zij het dan via Röhls optiek - een vaak interessant feiten relaas geeft over Konkret, dat acht tien jaar lang door hem werd uitge geven, en de politieke en sociale ont wikkelingen die in die jaren med het lot van het blad bepaalden. Jos heeft van thuis niet zoveel te melden, want het is „niks.” Zijn ge loof is alleen het waterpaard, dat je macht over alles kan geven. De autopikkerij loopt uit op een confrontatie met Jos’ vader en diens vriendin in hun tweede huisje buiten. Een nacht praten brengt geen uit komst. Op weg naar huis krijgt de vader met Jos en Marion een niet eens zo ernstig ongeluk. Maar Marion blijkt levensgevaarlijk gewond. De drie verschrikkelijke dagen in het ziekenhuis, de confrontatie van de ouders met elkaar en met eikaars kinderen, de vaagheden die rond het ongeluk en het leven in die zo ver schillende milieus blijft hangen, heeft Kuijer duidelijk neergezet als een stuk on-leefklimaat. In een veel omvangrijken boek, „De - ademende mens” gaat Alice Schaar- schuch veel dieper op de hierboven genoemde zaken in. Rudy Nij sten en Peter Zandvliet vertaalden dit boek voor Ankh Hermes in Deventer 25,-). Het gaat om een aantal ge bundelde artikelen van de schrijfster, die de problemen in een veel ruimer verband stelt dan alleen yoga-oefe- ningen om via het ademen gezonder te Worden. Ze betrekt ook Westerse ideeën in haar theorie, eveneens de hara-methode. Bovendien in hoge mate uit van de praktijk, omdat ze al jarenlang les in ademen geeft in haar geneeskundig instituut in Hanefeid in Duitsland. Haar boek is eerder ontstaan vanuit haar geneeskundige praktijk dan vanuit de behoefte om Westerlingen in te wijden in Oosterse mystiek en religieuze levenshoudingen. Het is een uitstekend boek. „PRAKTISCH TUINIEREN IN KLEUR” door Wim Oudshoorn, uit gekomen in de Groenboekerij van Zomer en Keuning in Wageningen 17.50). Een handig en in zijn beknoptheid zeer bruikbaar boekje, dat lijkt ge schreven te zijn door iemand die het wel en wee van een eigen tuin in Nederland heeft ondervonden en juist over die onderwerpen zijn ervarings- licht laat schijnen die de doorsnee- tuinliefhebber voortdurend tegen komt. Het boek heeft over de siertuin zowel als over de moestuin heel wat bruikbaars te vertellen en is verlucht met 127 kleurenfoto’s. De schrijver Wim Oudshoorn is bekend door zijn t.v.-medewerking in „Studio Vrij” en heeft over gedetailleerde onderwer pen reeds diverse werkjes het licht doen zien. „Praktisch tuinieren” is vooral inderdaad praktisch, geschre ven voor degene die niet eerst dagen lang in theorieën wil duiken maar meteen aan de slag wil met het boekje naast zich. i tief geïnterpreteerd zijn de feiten en gevolgtrekkingen van Van Mierlo boeiend en interessant. John Laffin; „De Arabische menta liteit” (Bruna en Zn. 17,90). „Aspecten van een onbegrepen cul tuur” noemt de schrijver zijn be schouwing, die de invloeden van reli gie, historie en taal op de denkwijze en het gedray van de Arabieren ana- liseert. Een boek dat voor menigeen onbekende en onbegrepen feitelijkhe den zal onthullen en de lezer iets meer doet kennen van een mentali teit, die aan de hand van de manifes tatie der Arabische gedragingen di kwijls verkeerde conclusies opwekt. Er zijn 136 miljoen Arabieren, ver spreid wonend in 20 landen, die een zodanige binding hebben dat het de moeite waard is om daar eens iets meer van te weten dan oppervlakkig heden. „Amerika” von kolonie tot wereld macht, Prof. dr. J. Presser. (Elsevier, Nederland). De vierde druk van dit bekende werk zal juist in deze periode van internationale en Amerikaans-natio- nale verwikkelingen weer grote be langstelling krijgen. Het is een boei end en met volle uitdrukking van een persoonlijk talent geschreven geschie denis, waarvan de gefundeerde kennis zo belangrijk is voor enig begrip van wat zich op de wereld afspeelt.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1976 | | pagina 9