RESTAURATEUR GEVELSTENEN DOET
UNIEK WERK IN HAARLEM
i
F
L
Js
Z5
k
9 l
Algemene Bank Nederland
„Monumentenzorg
zou meer macht
moeten hebben”
■-3H
19 7 6
V R IJ D A G
1 2
NOVEMBER
Deze gevel
stenen sieren de
puien van de
panden op num
mers 61 en 63 in
de Jansstraat.
door Hans Invernizzi
»r t.m.
LL
Nico-
B.V.
i
F-
W
HAARLEM. Frits Damave is een dromer. De 39-jarige decorateur,
telg uit de bekende hoedemakersfamilie, is een van die mensen die een
paar eeuwen eerder geboren hadden moeten worden. In de 17e eeuw bij
voorkeur, de periode waarin Haarlem een grote bloei kende en tientallen
nu als monument gekoesterde herenhuizen en hofjes werden gebouwd.
Hij zou dan ongetwijfeld de rechterhand zijn geweest van de bouwmees
ter Lieven de Key. Hij zou voor hem honderden gevelstenen hebben ver
vaardigd. Helaas is Frits van deze eeuw van plastic en computers geboren.
Het enige wat hij kan doen is zijn vakmanschap ten dienste stellen van
de restauratie. En dat doet hij dan ook.
W A
Hertog
Suikertaart
Te duur
Misschien kende u de ABN Spaar-Extra-
Rekening al. Daarmee kunt u twee procent
méér rente maken dan op een gewone
spaarrekening. De ABN heeft daar nu de
Spaar-Extra-Rekening 2 aan toegevoegd.
Daarop kunt u maar liefst 7’/4% rente op
jaarbasis maken. Daar staat tegenover dat
2% opnamekosten berekend wordt over het
opgenomen spaargeld. Daarom is de nieuwe
Spaar-Extra-Rekening 2 alléén aantrekkelijk
wanneer u uw spaargeld langer dan een
jaar aan de ABN kunt toevertrouwen.
Kunt u dat niet, dan bent u beter uit met de
gewone Spaar-Extra-Rekening (6lA°/o rente
tegen 1% opnamekosten) of met één
van de vele andere spaarvormen waarover
de ABN u graag nader informeert.
v'
Schouw
Uitstervend
Kj«
Frits Damave maakt „suikertaarten
70
f
Frits Damave in zijn atelier, waar hij om den brode reclameborden schildert.
Nieuw.
IIIIIIIIIIIIIIIIB
ABN
I
l Boon),
ft
Een lusthof geflankeerd door leeuwen. Dit is de gevelsteen van het hofje
In den Groenen Tuyn aan de Lange Veerstraat.
snij je af op een zacht kussen met een
bot mes".
Ifstandtg
i vereist
v. Van
occhio,
Zes stenen behandelde hij in de ge
vels van de panden op nummer 61 en 63
aan de Jansstraat. Huizen van Hercules
Schatter uit het begin van de 17e eeuw.
Met beeltenissen van een vrouw en een
man en wapens van steden. In de Lange
Veerstraat hield hij zich bezig met de
steen boven de achterpoort van het hof-
.- V"-.
overal gevelstenen, waar grote stukken
uitvallen. Daar moet snel iets aan ge
daan worden, maar het gebeurt niet
omdat de eigenaars er het geld niet voor
over hebben. Als er eenmaal gerestau
reerd wordt aan de buitenkant treedt
monumentenzorg wel streng op, maar ja,
voor het zover is".
Er kan zoveel moois worden gered in
Haarlem. Neem nu de letters in de
gevelstenen. Frits bewerkt ze met blad
goud. Een kunst apart. „Het moet beslist
windstil zijn, want anders vliegt het
goud alle kunten op. Het mag ook niet
te okud zijn, want dan droogt de laklaag
waarop het goud wordt geplakt niet. Dat
goud moet je heel voorzichtig aanbren
gen met een gouddrager, een soort kam
die je statisch maakt door hem even
door je haar te halen- Kleine stukjes
Hij brengt door de tand des tijds
aangevreten, wonderlijk mooie gevelste
nen terug in hun oorspronkelijke toe
stand- Terwijl hij dat doet droomt hij.
Hij tracht zich in te leven in de man,
die met oneindig geduld en zorgvuldig
heid de reliëfs beeldhouwde en van
kleurrijke verven voorzag. Bij zijn we
ten is hij de enige in Haarlem, die het
ambacht uitoefent. Het resultaat van
zijn zwoegen ziet men in de Jansstraat
en de Lange Veerstraat.
4 V
macht van monumentenzorg zou veel
groter moeten zijn, vooral wat het bin
nenwerk aangaat. Als iemand zacht-
boord wil aaobrenigen tegen een mooi
gestukadoord plafond mag dat, maar het
ïs wel doodzonde. Ook buiten zie je
De ABN Spaar-Extra-Rekening 2
Met 7%% rente
je In den Groenen Tuyn uit 1616. Een
steen met een in reliëf uitgebeelde, met
Franse tuinornamenten versierde, lust
hof onmsloten door een ringgracht waar
in ziwanen drijven. Het medaillonachtige
tafereel wordt geflankeerd door leeu
wen. Aan de Bakenessergracht heeft
Frits de steen van het Baken-esserhofje
onder handen. Er staat een rijmpje in,
dat op de bedoeling van het hofje slaat.
„Gesticht van Dirck van Bakenes. Voor
vrouwen acht en tweemaal sess”.
Als de opknapbeurt van de gevel van
het pand aan de Damstraat 23 achter de
rug is begint Frits aan de gevelsteen, die
werd aangebracht als herinnering aan
Joachim Ernst Markgraaf van Branden
burg. De hertog, die in 1602 een bezoek
aan Haarlem bracht, staat er in volle
wapenuitrusting op.
Het restaureren van de gevelstenen is
een tijdrovend klusje. Frits: „Er zitten
vaak veel lagen verf op. Eerst moet je
de originele kleuren opzoeken door
steeds stukjes weg te halen. Dikwijls
zitten de stenen ook vol aanslag. Letters
moet je helemaal uitkrabben- Afgebro
ken stukken vervang je met porion, dat
je in de oorspronkelijke vorm boetseert.
Na het schoonmaken en bijwerken
wordt de steen geïmpregneerd om het
oppervlak hard te maken. Je moet daar
mee goed oppassen, want die gevelstenen
zijn meestal van zandsteen en dat zit vol
water. Je kunt pas impregneren als de
steen goed droog is, anders gaat de
erosie achter de nieuwe verf door en
valt die er na verloop van tijd weer af".
Frits Damave gebruikt speciale verf
op rubberbasis, die meerekt met de steen
als die door temperatuurswisselingen
krimpt en uitzet. Met mierenvlijt mengt
hij net zolang tot hij de originele kleu
ren heeft gevonden. Dan komt het moei-
lijkste deel van het karwei: het inkleu
ren. Laag voor laag wordt de verf opge
zet. Vooral bij stenen, waarin veel fruit
is verwerkt, een precies werkje. Frits:
„Het resultaat doet vaak nogal knallerig
aan. Als je mensen vraagt wat ze ervan
vinden zeggen ze: het lijkt wel een
suikertaart. Maar dan vergeten ze dat ze
vroeger die stenen bont en fel kleurden.
Eigenlijk moet je een gevel helemaal
restaureren, zoals ze in Amsterdam
doen. Nu krijg je zo’n opnieuw geschil
derde steen, die afsteekt tegen de oude
troep erachter. Een vlag op een modder
schuit”.
Restauratie is een kwestie van geld,
veel geld meestentijds. De eigenaar van
een pand draait voor een deel van de
kosten op; monumentenzorg geeft subsi
die. Maar het moet toch van de eigenaar
uitgaan. Frits Damave vindt dat jammer-
Het gebeurt nog al eens, dat eigenaars
van historische panden er niet alles voor
over hebben om gevels en interieurs
echt in de oude stijl te laten herstellen.
Frits noemt een restauratie van een
beschilderd plafond in een pand aan de
Oude Groenmarkt. Als het aan hem
gelegen had, zou de schildering bedekt
zijn met een transparante laag.
Frits: „Dat moest 6000 gulden kosten.
Nu doet iemand anders het, want de
eigenaar vond het te duur. Een kunste
naar Uit Bolsward gaat het hele plafond
ovenschilderen, wel in de stijl van vroe
ger crèmekleurige lelies op een
blauw fond maar toch is het een
vernieuwing, geen restauratie. Kijk, de
lllllllllllllll^
«ij de
Frits doet het voor. Een heidens kar
wei is het. „Het is heel moeilijk. Je leert
dat niet op school. Ik word altijd met
raad en daad terzijde gestaan door me
neer De Rijk uit Overveen. Een reel
goede decorateur is dat. Een man van
83”. Frits Damave weet nog goed hoe
het was toen hij voor het eerst met
restaureren begon. Dat was in de oude
stadsdoelen, waar nu de muziekbiblio
theek zit. „Daar staat een schouw, waar
op een tekst geschilderd is in gouden
letters. Tijdens het restaureren ontdekte
ik dat een deel mooi strak was geschil
derd en de rest slordiger. Dan ga je
zitten denkenhebben er twee mensen
aan gewerkt of had de schilder een slok
op. Dat vind ik geweldig, he, je zo
inleven in hoe die lui het toen deden.
Als ik dan door de stad rijd en ik zie
hoeveel werk er nog gedaan moet wor
den. dan zou ik het wel voor niks willen
doen. Maar ja, dat kan natuurlijk niet”.
Het is een uitstervend vak, dat restau
reren, zegt Frits. Toch barst hij niet van
het werk, ondanks de hang naar vroeger
en de herwaardering van monumenten.
Een kwestie van geld, we schreven het
al. Frits Damave is genoodzaakt het
dagelijks brood in het zweet zijns aan-
schijns te verdienen met reclameop-
drachten-
Tijdens ons gesprek legt hij juist de
laatste hand aan een groot bord, dat hij
met sierlijke letters heeft beschilderd.
„Ik heb geen hekel aan dit werk hoor.
Je legt er toch iets van Jezelf in. Het is
heel wat anders dan plakletters plak
ken”. Gelukkig heeft Frits een rustige
ateiierruimte onder Stoop’s Bad in Over
veen, waar hij al arbeidend kan mijme
ren. Want loslaten doen ze hem niet, die
vervlogen eeuwen.
I
8^
Èi A 'F* -jfl
8^