F
I
Sta
an
p'
o
Bs
B®
IbS
ï/n
i-
Id.
1
Hf
ALE
...-ANCES
tlM.ES
I
Fl
19
TOERISME
1976
V R IJ D A G
1 9
NOVEMBER
8
■■■R9K
gmoyy -
Sv
ffl
Alfabetisch
pierewaaien in
eigen land
U hebt nog wat van me tegoed. Belofte maakt nu eenmaal schuld. De
belofte dateert uit Kessel, waar de K in deze serie me onlangs op een zeer
onrustige dag heen voerde. Direct daarna ben ik stroomopwaarts de Maas
gevolgd, richting Ardennen, naar de plaats waar de rivier resoluut naar
het zuiden buigt en naar de Franse grens snelt. In Wepion nam ik m’n in
trek, in het comfortabele GB Hotel Jacques Borel, nog onwetend wat een
bijzondere ontmoeting later zou volgen. Wepion ligt direct onder Namen;
het vervlogen tijden uitademende casino dus bij de hand. Het is niet meer
dan een dorp, beroemd om de aardbeien, want daar is het het centrum
van. Het heeft dan ook een aardbeienmuseum, dat het jaar rond geopend
is. „Het is hier een vruchtbare grond, er waren vroeger zelfs wijngaar
den”, vertelt me de Nederlander Catrinus van der Velde, die in het hotel
werkt.
feW -
jan
-
Een merkwaardige ontmoeting
DR
in de herfstige Ardennen
a
Herinneringen in Hastière.
A
Herfst, in zwart wit gevangen.
SNEEUW IN DUITSLAND
M ‘«a»
-
het
in
stenen
reuzen
Het kasteel van Veves gevangen in
nevel.
nu
«ot,
Na deze zijsprong naar de Ardennen
via de K van Kessel, volgende keer ge
woon weer in de pas naar de L. Die van
Langbroek in de provincie Utrecht.
ting. Benig, met een gehaaste trek om de
vriendelijke ogen, die vermoeid in hun
kassen liggen.
Na Frankrjjk.
Zwitserland en
Oostenrijk is dit
maal buur Duits
land te gast op
deze pagina.
Dr. H. Kettelhake
uit Heemstede,
directeur van het
Duits Reis-Infor-
matiebureau in
Amsterdam (Spui
24. telefoon
020-241293) vertelt
hieronder wat
meer over de
wintersport-
DE VOLGENDE MORGEN al vroeg
op pad. Naar het zuiden, naar Hastière,
waar massa’s jeugdherinneringen liggen.
Ski Slee Schaats Schoen: de vier attributen voor de winter. Als je over
de winter denkt of praat Is het beeld voor je sneeuw en ijs, zon en een strakke
blauwe hemel en dan gaat het niet over de winterse ongemakken van gladde wegen,
bevroren kranen, auto’s die niet willen starten. Ski, slee, schaats, schoen: dat zijn de
artikelen die je nodig hebt om in de wintersport vooruit te komen. Die schoen heb
je overal bij nodig, maar hjj wordt hier nog eens afzonderlijk vermeld, omdat het
OVER DE MAAS, aan de achterkant
van het hotel, staat een trots kasteel.
Een Spaanse hertog koestert het als
tweede huis, maar komt niet meer dan
vijftien dagen per jaar naar het Belse.
„De enige keer dat ik het Chateau de
Dave, want zo heet het, open heb gezien
was tijdens het huwelijk van koning
Boudewijn en Fabiola. De hertog schijnt
een vriend van de koningin te zijn”,
weet Marie Jacob de Beueken, die sales
manager is van het hotel.
DE JUFFROUW van de kaartjes ver
koopt er niet enkel souvenirs, maar
heeft ook de taak het slot tijdens de
wandeling van de bijbehorende sfeer te
voorzien. Coppee, die ’n trouwe gids
blijkt, troont me van de ene zaal naar
de andere. Bij het zien van opgezette
vogeltjes klinkt plots getsjilp en gefluit
door de luidsprekers en het aanschou
wen van een muur vol geweien gaat
gepaard met de luide klanken van een
jachthoorn.
Drie jaar achtereen werd ik ruim voor
dat de andere kindertjes van hun va
kantie mochten proeven, van school ge
haald en toog de familie naar een verla
ten bungalow op een uitgestrekte groene
weide. Zwemmen en bergwandelingen
waren het programma van de dag. En in
de avond werd in het plaatselijke hotel,
dat direct aan de weide grensde, de
mens gelaafd. De aardappelsoep van ma
dame mocht er zijn, herinner ik me.
Van groot belang voor hen, die uitzien
naar een (Duitse) wintervakantie, is dat
van 15 december af weer de hele dag de
sneeuwtoestanden telefonisch te beluis
teren zijn. Dat geschiedt door het ant
woordapparaat van het Duitse Reas-In-
formatiebureau te Amsterdam tel. (020)
255231. Dan nog enkele cijfers over kos
ten, die in een begroting van een win
tersportvakantie gelden kunnen: skiles
sen (meestal van 10-12 en 14-16, dus 4
uur per dag) DM 55-65 per week van 5
dagen (soms met de zaterdagochtend er
nog bij). Voor kinderen is het (niet
overal) 10 pet. goedkoper. In de meeste
plaatsen worden verhuurd, per dag; ski’s
voor 5-7 DM, skischoenen DM 3, schaat
sen DM 2, een slee DM 2. In de zeer
mondaine oorden zijn de tarieven nau
welijks hoger dan elders, maar er zijn
ook dorpjes waar alles heel eenvoudig
moet toegaan en het er ook wel eens de
helft goedkoper is”.
VOOR HET SLAPEN GAAN sloop ik
altijd nog even langs het forellenaquari
um, om de vissen te tellen. Dat was dan
meestal rond het uur dat in het restau
rant de oudere gasten aanschoven en
meermalen kwam het dan ook voor dat
ik het vlechten dragende dochtertje van
de patron met een schepnetje in het
water zag stoeien om zich vervolgens
met de vangst naar de kok te spoeden.
Het zijn vervlogen tijden, het hotel
blijkt een bejaardentehuis en het aqua
rium is van de muur verdwenen. Als je
wat ouder wordt schijnt een stuk vet
spek ineens voldoende te zijn. Voor het
restaurant, buiten, staat een rijtje stoe
len met rechte leuning. Binnen wordt
ondanks het vroege uur al een kaartje
gelegd. Van de malse weide achter het
hotel is niets meer te zien, zij is bedekt
met talloze caravans en vakantiehuisjes.
Jammer, het was er zo mooi.
DE WINTERSPORT heeft een interes
sante geschiedenis. Het begon zowaar in
het Zwarte-Woud. En het waren geen
Duitsers, die ermee begonnen, maar En
gelsen. Dat was in de Victoriaanse tijd,
toen de welgestelde, zelfbewuste Engelse
jeugd in een dorst naar avontuur tot
ongekende initiatieven kwam; van een
rotsige kust maakte hij de Franse Rivie
ra; nietige vissersdorpen werden het
Cannes, Nice, Menton van vandaag. De
Engelsen waren het, die van de winter
een „sport” maakten. De Phineas Foggs
van toen kwamen overal: in Zuid-Noor-
wegen ontdekten zij de ski: in de hoofd
stad van de provincie Telemark, Skiën.
De ski kennen wij nu maar al te goed;
INDRINGEND KIJKT HIJ me aan,
maar ook ontwapenend. En dan pas zie
ik dat de rest van zijn lichaam uit
nevelen is opgebouwd. Flarden ervan
veermengen zich met de nevelen die deze
ochtend al vergezelden. „U kunt me toch
niet helpen hèdat is door de eeuwen
nog niemand gelukt”, zegt hij met een
stem, die helder is alsof hij uit een
weids gewelf galmt. Terwijl hij spreekt
penseelt hij door. Een nog groen fris
blad vertoont door slechts een streek de
tinten, die wij in het algemeen als
herfstkleuren aanduiden. Hij lacht als
hij m’n verwondering ziet. „Dat doe ik
al jaren, dit seizoen is het mijne, ik ben
de herfst”, zegt hij met diezelfde helder
heid. Ik probeer er wat woorden uit te
prutsen, maar weet niet wat. Het lijkt
of m’n denken in een stalen dwangbuis
gevangen zit.
ÖOr-
INTUSSEN BEN JE MET het „Dich
terbij en Veraf” nog lang niet uitgepraat
over de Duitse winter: van noord naar
zuid, van Düsseldorf naar Frankfort
zijn er de gebergten, met de namen
Westerwald, Vogelsberg, Taunus; tegeno
ver de Taunus, aan de overzijde van de
Rijn en ten Zuiden van de Moezel, de
Hunsrück en dan verder zuidwaarts het
Odenwald en de Schwaische Alb en
tenslotte, tegen de Tsjechische grens, het
Fichtelgebergte en het Beierse Woud
en overal, stellig ook in deze gebieden,
die geografisch de Duitse middelgeberg
ten genoemd worden, weet man alles
van winterse wanten-
„BENT U DAN MENEER HERFST?”,
stamel ik tenslotte en schrik van m’n
eigen trillende stemgeluid. Hij knikt als
antwoord. „Ja”, klinkt het nu afwezig,
„ja”. „Maar is het niet een vreselijk
werk om overal, die kleuren, het is toch
overal herfst”, probeer ik nog eens. „Het
is een heel karwei, drie maanden hard
werken, dag en nacht, maar daar staan
dan ook negen maanden vakantie tegen
over”, staart hij in de verte. In de paar
minuten dat we staan te praten heeft
hij met een ongelofelijke snelheid een
handvol eiken en een heel veld struiken
onder handen genomen. Zonder het ei
genlijk te merken ben ik met hem
meegelopen en moeten we vele meters
hebben afgelegd. „Ik moet nu verderop
zegt hij en beent, nee zweeft, de verte in
en verdwijnt in de nevelen waaruit hij
geboren is.
DE HERFST, het werk van een man,
ik kan het bijna niet geloven. Onder de
Opper-Beieren, dat
München als „metropolis” heeft. Dit he-
1. Duitse zuiden is immens van groots
heid van verrassende afwisseling; er zijn
de hoge wouden, er zijn de majesteitelij
ke Alpen, die in Beieren zelfs boven de
boomgrens tronen.
DOOR EEN METERSDIK schietgat zie
ik buiten herten lustig in de omheinde
kasteelweide springen, onwetend van het
feit, dat hier binnen het jachtgeschal
weerklinkt. Maar ook hun gewei zal
vermoedelijk ooit een stoelpoot of
deurknop sieren. In de verte, in het
woud, meen ik dan plots wat te zien, ’n
arm die zich in nevelen heftig beweegt.
Ik knipper met m’n ogen en tuur tot
m’n nek er pijn van doet. Maar helaas,
ik ontwaar niets meer, ’t Zal wel ge
zichtsbedrog zijn geweest
VANUIT HASTIÈRE DE MAAS
OVER, op weg naar kasteel Vêves. En
dan ineens gebeurt er iets. Een ontmoe
ting waarvan je alleen maar kunt dro
men. Tussen het kleur verliezende stru
weel staat hij ineens voor me. Een man,
in de rechterhand ’n penseel geklemd
die hij koortsachtig over de bladeren
beweegt. Op het palet in de andere hand
domineren rood en bruin en geel en
lopen in elkaar over. Hij lijkt m’n
aanwezigheid niet te merken, maar dan
plots wendt hij het gelaat in mijn rich-
ZE VERTELT HET me in de bar,
volgens de wet een gelegenheid zonder
winstbejag. ASBL staat op een plaatje
bij de deur, dat zoveel betekent als
Association sans but lucratif. Om de wet
die dat allemaal voorschrijft even te
vertalen: sterke drank schenken in een
hotel in België is eigenlijk verboden en
daarom wordt de bar tot een soort
besloten club gemaakt, waar enkel leden
een neut nemen mogen. Vandaar ook
dat een hotelbar bij onze zuiderburen
altijd een deur rijk is, want dicht moet
hij kunnen. Ik heb het nooit geweten, er
zelfs nimmer wat van gemerkt, hoewel
ik toch menige bestelling in dit soort
gelegenheden heb geplaatst. „Daar merkt
ge ook niets van”, zegt de aantrekkelijke
Marie de Beucken, die als liefhebberij
parachute springt, „er komt wel ’ns ’n
controleur, maar die geniet dan van ’n
goede whisky en komt ’n jaar later weer
eens terug”. Tja, had ik anders kunnen
verwachten?
WINTER IN DE BERGEN: nog niet
zolang geleden de nare maanden van het
jaar; het getijde van de eenzaamheid,
van het afgesloten zijn van de wereld;
toen er nog geen televisie was en het
vervoermiddel feitelijk de slede en de
sneeuwschoenen waren: de paarden en
later de postauto kwamen vaak weken,
zelfs maanden niet door de ingesneeuw
de wegen heen om de bergdorpen te
bereiken. De kernen van die dorpen zijn
er alle n og, zo ook de kerkjes, de
herbergen en de betegelde grote kachels
in de Gaststuben. Maar daaromheen is
een nieuwe wereld ontstaan, die van de
wintersport.
1 lil Mllilu
een wervelende schoonheid,
hij toch eigenlijk moeten
WE BLIJVEN DICHT-BIJ-HUIS:
Sauerland. Plaatsjes als Winterberg én
Altastenberg komen er al boven de 800
meter; een paar dozijn wintersportoor-
den hebben wel zo’n honderd skiliften
bij elkaar om nog hoger te komen. En,
dit Sauerland is gemakkelijk te berei
ken. Het ligt maar iets achter Dortmund
en die stad is maar een uurtje van de
Nederlandse grens.
DE HARZ LIGT verder van huis
een uniek gebergte, dat als een enorme
dichtbeboste steenklomp uit d e Noord-
duiitse laagvlakte oprijst. De Harz is
eigenlijk ook nog „dichtbij” door de
uitstekende verkeersverbindingen: auto
baan Hannover, dan richting Kassei, en
je bent er al bijna. De Harz heeft iets
heel speciaals: het is er verschrikkelijk
oud, zoals Goslar, waar in de Middeleeu
wen Duitse keizers woonden; er zijn
zilvermijnen, diep in het gesteente; er
zijn heksen en trollen, die zich juist op
een geheimzinnig rotsblok als de Broe
ken (1140 m) zo thuis gevoelen, dat ze er
elk jaar samen komen praten en feesten.
de telemark en de, eveneens Noorse,
kristiania werden bepaalde manoeuvres
in de skïsport.
GOED, DE ENTHOUSIASTE Britten
gingen met hun „ontdekking” naar het
Zuiden, wellicht op weg naar hun Riviè-
ra en bleven „hangen” in het Zwarte-
Woud en maakten daar een echte sport
van het gaan op de lange, latten. Dat
was omstreeks 1890. De Engelsen moes
ten weer naar huis, maar aan hun
capriolen hadden de jongens in de ber
gen hun ogen goed de kost gegeven en
omdat de winter er toch zo lang duurt
hebben zij geleidelijk aan de skisport
ontwikkeld.
SNEEUW, GOEDE SNEEUW, is er
overal wel. Als het maar ver genoeg van
de zee is; het middel-Europese klimaat
maakt het land daar altijd goed wit,
maar ook dichtbij de lage landen kan
naar hartelust de‘ wintersport bedreven
warden. Naast de deur is de Eifel. Je
kunt zeggen, van Maastricht tot de Moe
zel. ’s Zomers maken vele Nederlandse
kinderen er met pa en ma hun
opwindende eerste buitenlandse va
kantiereisje en je kunt je dan niet
voorstellen, dat het in de winter met
dikke sneeuw ingepakt kan zijn- Maar,
het is er ook zevenmaal zo hoog als de
Westertoren van Amsterdam. Nürburg
is er dan wel het drukst.
CHATEAU DE LAVAUX is een rijke
ervaring. Alle aandacht hier voor het
vorstelijk gewei, talloze beestjes moeten
naar de eeuwige jachtvelden zijn gezon
den om te bereiken wat hier geschapen
is. Zware eiken tafelbladen steunend op
als sierlijke poten ineengevlochten ge
weien. Stoelen ook, met om de rugleu
ning een kroon van hetzelfde attribuut.
Muren vol met mooie en lelijke, met
geweien van zieke en gezonde dieren. En
in de kapel, boven het altaar, rust het
kruisbeeld op een smalle schedel, om
kranst door de grillige armen.
CATRINUS WIL WETEN of ik ei
genlijk iets over het ontstaan van de
indrukwekkende druipsteengrotten van
Hannes weet. Ik niet. ,,Wel, een Neder
lander had een stuiver verloren en is die
gaan zoeken”, grinnikt hij. Dachten wij
dat wij enkel moppen over Belgen kon
den maken.
En plots daar meneer Herfst.
Tekenaar Klaas Metz stelde aan de
hand van mijn gegevens dit unieke
portret van de meesterschilder samen.
Als je de kaart bekijkt van het Harzge-
bergte, met daarin aangetekend de win
tersportplaatsen, kabelbanen, gondels,
sleep- en stoeltjesliften, springschansen,
rodelbanen, noem het maar op, dan sta
je versteld: dat er in zo’n betrekkelijk
klein bestek zo’n voortreffelijk gebruik
gemaakt is van wat de natuur op een
presenteerblad aanbood. Er is een goed
dozijn aan wintersportoorden; het hoogst
liggen Braunlage en Sankt Andreasberg:
bijna 1000 m.
WIL JE WERKELIJK heel hoog gaan
om je neus aan de winterzon te laten
zien dan moet je helemaal in het Duitse
Zuiden zijn, in het grensgebied met
Zwitserland en Oostenrijk. Wat is ver en
wat is hoog? Hoog in het Zwarte-Woud,
met een reeks van toppen, die tot 1500
m reiken; hoger is de AllgAu met vier
knapen van bijna 2700 m en het hoogst
kom je in Opper-Beieren, waar ook de
allerhoogste staat, de Zugspitze, drie ki
lometer boven de zeespiegel en met aan
zijn voet de vermaardste wintersport
plaats, Garmisch-Partenkürchen, waar in
1978 de wereldkampioenschappen op de
ski gehouden zullen worden.
EN WAT IS VER? Het valt eigenlijk
wel mee. Als je begint bij Düsseldorf
zo dicht bij (het Hollandse) huis en op
weg naar het zuiden moet je er gewoon
lijk toch wel langs dan is het in
ronde cijfers: Zwarte-Woud 500 km,
Allgö 600 en Opper-Beieren 700. Alles
bereikbaar in een reisdag. Voor het
Zwarte-Woud zou je de okers moeten
zetten op Freiburg, als de poort tot dat
geheimzinnige land, dat zomaar tot op
grote hoogte uit de Rijn vallei tussen
Frankrijk en Zwitserland oprijst. De
Allga 8 met Augsburg als voordeur
is een lieflijk Alpenlandschap in verge
lijking met het machtige decor van de
indruk van de ontmoeting strijk ik met
m’n hand langs een pas geverfd blad,
dat door die lichte aanraking van de tak
breekt en omlaag dwarrelt. M’n vinger
is nat, maar niet gekleurd. Langzaam
stap ik naar de weg terug, vochtige
twijgen breken onhoorbaar onder m’n
voeten, die een paar centimeter in de
zompige aarde wegzakken. Dan stap ik
in m’n auto, maar niet nadat ik ’n
schitterend gekleurd blad op zijn weg
naar de grond heb gevangen. De kleuren
zijn van
Zoiets zou
signeren.
DOOR NAAR VÊVES, maar het tem
po is er uit. M’n ogen dwalen van de
weg af, de bossen in, in de hoop hem
nog een keer te zien. Boven een steile
helling staat het kasteel Vêves, militant
en stoer uit de vijftiende eeuw. Het
dorpje Celles met het onvolprezen res
taurant La Clochette van Paul Pochet
slaapt aan zijn voeten. Het kasteel is
door graaf Christian de Liedekerke
Beaufort aan de „Vriendenkring van het
kasteel van Vêves” geschonken. Secreta
ris Jean Coppee leidt me er trots in het
rond. Door de gift is de familie De
Liedekerke niet aan de bedelstaf ge
raakt. Vanuit het raam is het kasteel
Noisy zichtbaar, waar op het moment
een school is gehuisvest. Dat behoort
nog aan de graaf, samen met tien boer
derijen en 1600 hectare grond Die grond
grenst weer aan de domeinen van ko
ning Boudewijn, die in de provincie
Namen drie kastelen heeft. Tijdens de
jachttijd is hij nogal eens op het kasteel
Ciergnon aanwezig. Zo ook nu; voor het
hek wacht een rijksveldwachter en in
het laagland maken drijvers zich op
voor de jacht.
mogelijkheden
in zjjn land.
MAAR NOG EVEN VÊVES, dat is tot
1 april voor groepen wordt na af
spraak een uitzondering gemaakt ge
sloten. Dat is niet het geval met het
verderop gelegen jachtslot Chateau de
Lavaux Ste Anne, waarin een nationaal
natuurmuseum is gehuisvest. Wie trou
wens de kastelen allebei bezoekt krijgt
een speciale prijs. Maar voordat we uit
Celles vertrekken nog even een kijkje in
het romaanse kerkje, waar de voorge
slachten van de familie De Liederkerke
liggen begraven. Voor de nog levende
telgen is tussen twee zuilen in het
kerkje een bank gereserveerd. Maar
vaak zullen de adellijke knieën er niet
in het rode pluche wegzakken, want de
familie heeft domicilie gekozen nabij
Parijs. En Jean Coppee beheert rond
Celles de eigendommen.
wandelen in het sneeuwlandschap in enkele jaren een onverwachte vlucht heeft ge
nomen, zo groot, dat alle wintersportplaatsen zich gehaast hebben om in hun oord
een stelsel van fraaie paden door bos en veld na sneeuwval begaanbaar te maken
en te houden.
f RÉ
UKiÏAi' ven
1