OOK BUITEN OOST-INDIË WAREN NEDERLANDERS ACTIEF Hans Koning: De dood van Gavrilo Princip s VALT POLITIEKE MOORD TE VERDEDIGEN? Buitenlanders Onderlinge twisten Brutaal ,r I De multinationale onderneming met wereldomvat tende handelsactlvitelten waar nationale regeringen vrijwel geen vat op hebben, Is allerminst een typisch verschijnsel van onze tijd. Integendeel, het verlangen om tot ver over de grenzen op eigen houtje handel te drijven Is even oud als het zaken doen. De grootste multinationale onderneming die ons land gekend heeft, werd zelfs al bijna 4 eeuwen geleden opgericht met als doel handel drijven tot in de verste oostelijke hoeken van de wereld. De juiste oprichtingsdatum: 1602, de naam: de Verenigde Oost-lndische Compagnie. Tot aan de geboorte van de VOC waren er wel kleinere handelsondernemingen geweest, die elkaar op dezelf de terreinen vaak fel bestreden, maar zij hebben nooit de betekenis en de invloed kunnen verwerven van de VOC. Het valt zelfs te betwijfelen of er na de liquidatie van de Oost-lndische Compagnie (1798) nog enig bedrijf In de wereld is geweest dat de VOC qua omvang en macht kon evenaren, laat staan overtreffen. Waarbij natuurlijk niet gerekend moet worden in de grootte van de omzet, want die zonk ongetwijfeld in het niet bij de verkoop van de Shell, om maar eens iets te noemen. Daarentegen zal menig directielid in met eikehout en pluche beklede directiekamers nu met enige afgunst denken aan de greep die de Heren Zeventien, de top van de VOC, hadden op de heersers in grote delen van de wereld. -■>4 Mi Historie van VOC Hollands grootste multinational Schepen op de rede van Batavia 99 9 9 THEO KLEIN (Het brandhout voor deze vuurzee lag uiteraard al lang opgestapeld in de vorm van politieke spanningen die in de voorgaande decennia in de Balkan waren ontstaan). De Nederlanders die vanaf het begin van de zeventiende eeuw de Aziatische kusten verkenden, waren daar niet de eerste Europeanen op zoek naar winstge vende handel. In vrijwel allé gevallen gin gen de Portugezen en Spanjaarden hen voor. Toen in 1602 de VOC werd opgericht en er ook in andere gebieden dan Indone sië een slagvaardig beleid kon worden gevoerd, hadden de Spanjaarden en Por tugezen al vaste voet op vele plaatsen in Azië. De Nederlanders stortten zich ech- Middels Gavrilo’s gedachten over de aanslag doet Koning een poging om een ethisch probleem, dat ook nu nog actueel is, aan de orde te laten komen: mag je één man vermoorden ten einde het lijden van vele andere mensen te verlichten? Gavrilo meent dat het mag, als je tenminste jezelf ook het leven beneemt: hij neemt direct na de aan slag vergif in, dat echter niet werkt. Koning gaat niet dieper op het pro bleem in, en wie meent (daartoe uitge- In de tweede helft van het boek wordt het gegeven overtuigend uitge werkt: de moordaanslag, de arrestatie van de „terroristen”, Gavrilo’s gevan genschap en zijn dood worden meesle pend en beklemmend verteld. Nog nooit heb ik een zo overtuigende beschrijving gelezen van hoe het voelt om geketend en alleen in een cel gevan gen te zitten. (Als minderjarige is Prin cip niet tot de dood, maar tot twintig jaar eenzame opsluiting veroordeeld; hij stierf na vier jaar aan tbc.) De leiders van de VOC in Batavia, van waar deze acties ondernomen werden, gingen er echter vanuit dat ook China, net als de kleine naties in Zuidoost Azië tot concessies gedwongen zou kunnen wor den. Zij dreigden daarom met oorlog, plunderden nederzettingen en verbrand den de Chinese jonken in de haven van Amoy. De Chinezen op hun beurt ver sterkten de bolwerken langs de kust en bouwden meer schepen. In februari 1624 zetten de Chinezen met een vloot van vijftig jonken een actie in die uiteindelijk tot de herovering van de Pescadores zou leiden. De Nederlanders werden terugge drongen tot op hun laatste steunpunt, waar 900 soldaten van de VOC tegenover 5000 Chinezen kwamen te staan. Com mandant Martinus Sonck kreeg van de Chinese commandanten toestemming om met zijn mannen naar Taiwan te zeilen, vanwaar de handel op China geopend zou kunnen worden. Maar de hoge autoritei ten op het vasteland dachten daar anders over, de handel met China bleef verboden. die later de VOC in Azië geheel zou over vleugelen, waren de Nederlanders lang niet altijd loyaal. Corruptie onder de Nederlandse ambtenaren, die in de afgele gen gebieden vaak meer zagen in eën handeltje ten eigen bate, leidde mede tot de ondergang van de VOC. In 1640 werd het de koning van Candy duidelijk waar de Nederlanders op uit waren, toen zij hem de rekening van de oorlogsuitgaven presenteerden. De geëis te bedragen waren zo hoog dat de koning besefte dat hij die nooit terug zou kunnen betalen, temeer daar zij elke dag dat de Nederlandse troepen langer bleven ver der stegen. Protesten van de koning mochten niet buiten, de Nederlanders ver klaarden dat ze de veroverde gebieden in hun bezit zouden houden, zolang de schul- „De dood van Gavrilo Princip”: een paar uur leesgenot, maar dat het boek iets bijdraagt aan historisch inzicht, of aan het ethisch vraagstuk van de poli tieke moord, kan niet gezegd worden. Hans Koning: „De dood van Gavrilo Princip”, oorspronkelijke titel: „Death of a schoolboy”; de uitstekende verta ling is van Dolf Koning; Meulenhoff, Amsterdam, prijs: 24,50. JEROEN KOOLBERGEN De onbekendheid met deze onderwer pen bracht prof. dr. M. A. P. Meilink- Roelofsz ertoe buitenlandse deskundigen uit te nodigen een bijdrage te leveren aan de rol van de Nederlanders in bepaalde delen van Azië. Hij bundelde die buiten landse kijk op de Hollandse daden in het boek „De VOC in Azië”, dat onlangs bij Fibula-Van Dishoeck werd uitgegeven. Daarin schrijven dr. L. Y. Andaya (Uni- versiteit van Maleisië) over de VOC in In het begin van de zeventiende eeuw kregen zij steeds meer interesse in de kaneelhandel op Ceylon. Dit eiland was door de Portugezen bezet. Dat wil zeggen, de kustgebieden. Het koninkrijk Candy in het centrum van het eiland had de druk van de Portugezen altijd weerstaan. Een uitstekende situatie voor de azende Hol landers, die de controverse tussen beide partijen slim uitspeelden. Op 11 maart 1612 kwam er een verdrag tot stand met koning Senerat van Candy waarin de Nederlanders grote commerciële voor rechten verwierven in ruil voor vage beloften over gewapende steun tegen de Portugezen. Grote voordelen heeft die overeenkomst de bewoners van Ceylon in elk geval nooit gebracht. Zij vochten zij aan zij met de Hollanders, maar de Euro pese helpers zorgden er wel voor dat alle op de Portugezen veroverde steden en gebieden onder hun beheer kwamen. Door onderlinge twisten verzwakt, wer den de Nederlanders niettemin gedwon gen in 1668 het eiland te verlaten. Onder linge conflicten lopen trouwens als een rode draad door de historie van de VOC. In tegenstelling tot de vertegenwoordigers van de Engelse Oostindische Compagnie, Waarom is Hans Koning toch een goed schrijver? Omdat er meesterlijke stukken in het boek zitten. De tocht van Gavrilo en zijn kameraden Cabri en Trifko om, voorzien van pistolen en handgranaten, illegaal de grens van Servië en Bosnië over te steken, blijft je bij. De schemertoestand waarin Gavrilo zijn pistool van dichtbij afvuurt op hertog Franz-Ferdinand en zijn gade is wonderwel getroffen, en, zoals gezegd, wat er verder met Gavri lo gebeurt is beschreven op een manier dat je er koud van wordt. Dat kan niet gezegd Worden over de activiteiten van onze voorvaderen in andere delen van het Aziatisch wereld deel. Historici beperkten zich vrijwel alle maal tot bestudering van de gang van zaken in Nederlandsch-Indië (Indonesië). Vragen naar studies over de Nederlandse invloed in gebieden buiten Indonesië wer; den meestal afgedaan met de mededeling dat die vestigingen al zo lang geleden verloren gingen. Als contactpersonen met de Westerse wereld vervulden de Nederlanders in Japan een veel belangrijker functie dan alleen die van koopman. Zij brachten cul tuur, wetenschap en godsdienst van Euro pa over naar de Japanners. Het succes van de predikers was zeer gering, doch de invloed van de Nederlandsë wetenschap op de Japanse ontwikkeling was van groot belang. Tot in de hoogste kringen vond men Neerlandofielen, Japanners die bezeten waren van al wat Nederlands was en doorgaans zelf de Nederlandse taal beheersten. Kennis op het gebied van astronomie, geneeskunde, geografie en botanie werden op speciale scholen onderwezen. In de laatste jaren van de achttiende eeuw (1798-99) werden de rech ten van de VOC door de staat der Neder landen overgenomen. Zoals reeds geble ken is, had de Compagnie haar greep op grote gebieden toen al verloren aan de Engelsen. Voor de Japanners waren deze gebeurtenissen van belang. Na de liquida tie van de VOC werden de contacten gewoon voortgezet, zij het nu direct met Nederlandse staatsvertegenwoordigers. De rol van Nederlands grootste multinati onal was daarmee definitief uitgespeeld. Voor het zover was, schreven de Neder landers echter nog geschiedenis in een Aziatisch land, dat tot een eeuw geleden hermetisch gesloten was, Japan. De VOC kreeg in 1609 als enig Europees land toe stemming handel te drijven met Japan, zij het onder zeer strikte voorwaarden. Het contact tussen de vreemde kooplieden en de Japanners vond plaats op het kunstma tige eilandje Decima, bij Nagasaki. Meer dan tweehonderd jaar is dit contact tus sen de Japanse keizer en de Compagnie blijven bestaan. Overigens tot wederzijds voordeel. De Japanners kregen de gele genheid om via Decima toch aan goederen te komen die ze hard nodig hadden, ter wijl de Japanse handel voldoênde winst opleverde om de factorij op Decima te handhaven. De VOC slaagde er door de eeuwen heen handelsbetrekkingen van Japan met andere Europese naties te voorkomen (alleen China dreef naast Nederland handel met de Japanners.) Ze schroomden daarbij niet hun concurren ten de grond in te boren. Pas in juli 1853 verloor Nederland het alleenrecht, toen de Amerikanen met geweld het isolationisme van de Japanse regering doorbraken. Tegen de Amerikaanse vloot kon Tokio niet op, waardoor de Nederlanders tegelij kertijd hun sterkste troef verloren. Lezing van „De dood van Gavrilo Princip” laat bij de recensent tegen strijdige gevoelens achter. Aan de ene kant de overtuiging dat de in het Engels schrijvende Nederlander Hans Koning een goed schrijver is, aan de andere kant het besef dat deze roman als geheel mislukt is. Prof. dr. M. A. P. Meilink-Roelofsz e.a.: „De VOC in Azië”. Uitgeverij Fibula-Van Dishoeck Prijs: 32,50. Op Ceylon, in India, Maleisië, Indonesië en op Taiwan, om maar eens wat te noe men, was de wil van de Heren wet. En die wil betrof zonder uitzondering het maken van zoveel mogelijk winst, letterlijk koste wat het kost. Met in de meeste gevallen op de achtergrond de mogelijkheid om de oosterse „heidenen” de zegeningen van het protestantse geloof te brengen. De Nederlanders beschikten daarbij over een onbeperkte „overredingskracht”. Ging het sluiten van een handelsovereenkomst vaak gevolgd door de bezetting van hele landsdelen van de gelukkige „handels- partner”, niet goedschiks, dan maar kwaadschiks. Na een blokkade, een moordpartij onder de bevolking, een gewonnen slag of de verwoesting van enkele dorpen of steden, waren de lokale ambtenaren meestal veel sneller bereid om de Nederlandse kooplieden hun zin te geven. Het dramatische gegeven is natuur lijk van de eerste orde: de twintigjari ge Gavrilo Princip beraamt samen met twee schoolkameraden een moordaanslag op de troonopvolger Franz-Ferdinand van het Oostenrijks- Hongaarse rijk, die een bezoek zal brengen aan Serajevo, de hoofdstad van het onderworpen Bosnië. Zoals bekend zal deze aanslag de aanleiding vormen tot de eerste wereldoorlog. Ontegenzeglijk waren de onderne mingszin, de moed en het doorzettingsver- j£' <<4, i' den niet waren voldaan. Zo bleven de Nederlanders marchanderen. Toen zij eenmaal alle havens van het eiland onder controle hadden, verboden zij zelfs de Ceylonezen nog langer handel te drijven op de Zuidkust van India, teneinde hun eigen concurrentiepositie niet te verzwak ken. De verhouding van de Nederlanders met de bevolking werd nooit vriendelijk. Er werden zelfs oorlogen gevoerd om zich van het juk van de indringers te bevrij den. Het duurde echter 150 jaar, voor er een sterkere macht —Engelandkwam die de Nederlanders kon verdrijven. De invloed van de Hollanders op Ceylon is echter onmiskenbaar. De anderhalve eeuw van Nederlandse heerschappij vormt aldus prof. Arasaratnam een belangrijk tijdperk in de geschiedenis van het eiland. De maatschappij en de econo mie ondergingen in die jaren een in som mige opzichten blijvende invloed. De geschiedenis van de VOC in Azië, zoals die uit deze studie naar voren komt, is een aaneenschakeling van „handelsreizen”, die meestal uitliepen op veroverings tochten. I Paniek en zucht tot zelfbehoud na de schip- breuk, een ander beeld van de VOC uit die tijd mogen van de Nederlanders bewonde- renswaardig. Hoe brutaal zij daarbij soms met slechts een handvol manschappen te werk gingen, vertelt het verloop van de „handelsreizen” naar China. Al in 1603 ondervonden de Nederlanders grote moeilijkheden bij het leggen van contac ten met het Chinese keizerrijk, dat in die periode een allesbehalve homogene een heid vormde. Er was vrijwel voortdurend sprake van wrijving tussen de centrale regering in Peking en de kustprovincies. Daarnaast kregen de eerste vertegen woordigers van de VOC te maken met vijandige Portugezen op het eiland Macao en Spanjaarden op de Fillipijnen. De Chi nese autoriteiten weigerden de Nederlan ders toestemming om handel te drijven met dit onmetelijke rijk. De gouveneur van Fukien verbood dë VOC eveneens de eilandengroep Pescadores voor de kust van China bezet te houden. Pas in 1655 werd er voor het eerst een Nederlands gezantschap aan het hof van de keizer in Pekings Verboden Stad ont vangen. Er werd een zeer beperkte handel op Kanton mogelijk, maar die is nooit' uitgegroeid tot een omvang die het voor de VOC erg lucratief zou maken. Intussen werd ook de positie van de VOC op Tai wan, vanwaar men de Spanjaarden uit Manilla en de Japanners tegen zich in het harnas joeg door hun handelsschepen op weg naar China aan te vallen, bedreigd door de Chinese leider Coxinga. Deze landde in 1661 aan het hoofd van een 25.000 man sterke troepenmacht op Tai wan, waar het geregelde Nederlandse gar nizoen uit slechts 1000 man bestond. De Nederlanders werden opgejaagd, totdat de overlevenden zich nog slechts in het Casteel Zeelandia konden verschansen. Intussen vermoordden de Chinezen op het platteland een aantal Nederlandse onder wijzers, die op het eiland het protestants onderwijs hadden gebracht, zendelingen en andere gevangenen. Het Nederlandse garnizoen moest zich op 1 februari over geven, maar drie jaar later kwam de VOC terug en veroverde Keelung. De 300 Nederlandse soldaten sloegen de Chine zen met stomheid door een 6000 man sterke legermacht te weerstaan. Maleisië, prof. dr. S. Arasaratnam (Uni- versiteit van Maleisië) over de VOC in Maleisië,, prof. dr. S. Arasaratnam (Uni- versiteit van New England in Australië) over Ceylon en de Coromandel (Zuidoost India), prof. Ashin Das Gupta (Universi- teit van Visva Bharati, India) over Suratte (de Noordwestkust van India), de Ameri kaanse sinoloog prof. John E. Wills over de Chinees-Nederlandse betrekkingen (inclusief Taiwan) en de Japanse prof. dr. M. Kanai (Universiteit van Tokyo) over de Nederlanders in Japan. De enige Neder landse bijdrage kwam van de Groningse historicus drs. H. s’Jacob. Hij behandelde dé invloed van de Nederlanders aan de Westelijke Malabarkust van India. ter met veel bravour in de verhevigde concurrentiestrijd, niet alleen met de andere Europese naties in Azië, maar ook met de plaatselijke handelaars, die in hun eigen gebied door de vreemde indringers meestal aan strakke banden warden gelegd. De Hollanders bezaten het mono polie van de peperhandel, hetgeen in de strijd met de concurrentie een stevige ruggesteun betekende. Door hun activitei ten in Indonesië en op de Specerij- eilanden, hadden de kooplui van de VOC een uitstekend inzicht in de handel tussen Zuid en Zuidoost Azië. nodigd door de achterflap van het boek), dat deze roman een dieper inzicht zal geven in wat jeugdige revo lutionairen beweegt, komt bedrogen uit. Als de ethische beweegredenen niet uitgediept worden, dan misschien de psychologische of de politieke? Helaas, in de eerste helft van het boek worden Gavrilo’s scholierenbestaan in Belgra do en zijn korte periode in Serajevo vóór de aanslag uitvoerig beschreven, maar zonder dat we iets te weten komen over zijn jeugd, zijn ouders, de ontwikkeling van zijn persoonlijkheid. Hij loopt eindeloos door de stad, heeft veel ontmoetingen met zijn kamera den, er is sprake van een vriendin, maar het is alles te vaag: zelfs de sfeer van het Belgrado en het Serajevo van het begin van deze eeuw komt nauwe lijks over, terwijl het vele praten over de politieke toestand blijft bij chauvi nistische doordrammerij en wat ver wijzingen naar vroegere revolutionaire helden. Mogen heden ten dage de grote multina tionale ondernemingen via listige achter- grondpolitiek hun invloed aanwenden om zich via een omweg van een al te progres sief staatshoofd te kunnen ontdoen, voor het elimineren van dergelijke recalcitran te heersers had de VOC veel effectievere methoden. Bloed woog nooit op tegen de harde Hollandse florijn. Aangenomen mag worden dat de rol van onze voorvade ren in Indonesië bij de gemiddelde Neder lander genoegzaam bekend is. Het is nog niet zo lang geleden, dat een fors deel van onze geschiedenisboekjes verhaalde over onze activiteiten op Java, Celebes, Bor neo, Sumatra enz., al moet daar direct bij verteld worden, dat die lessen een uiterst rooskleurige kijk op de zaken gaven. Hoe dan ook, informatie over de Nederlanders in de „Gordel van Smaragd” het centrum van de VOC in Azië, is en was aanwezig. r

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1976 | | pagina 18