ESSA Y VAN CANETTI THANS VERTAALD
Metalen in de
Vernieuwing literatuur voor
jeugd tot tien jaar gewenst
homeopathie
en astrologie
Speurders van
eigen bodem
Stripverhalen
in het kort
Niets dan de waarheid”
over Vlaamse oud-SS-ers
Veel te oppervlakkig verslag
„Het Bangedierenbos" van Wilmink als enige topper
Rien Dijkshoorn:
Mijn beroep is
helderziende
VRIJDAG
1 4
JANUARI
19 7 7
2,
ialen
j:.. 1
UiU. i
bibliotheek
Massa en macht of de
barbarij der mensheid
rooskleurig uit.
FRANS KEIJSPER
„Niets dan de waarheid” kost 10,50.
TON KORS
0.
De Bereboot op het Paaseiland
n aan
PETER WOLFSBERGEN
H.S.
HEIN STEEHOUWER
De „Kater” verscheen bij uitgeverij
Bruna, als paperback. Ook bij Bruna
verscheen in de serie Zwarte Beertjes,
„Het vuile werk”, een politieroman
waarmee S. Klaverdijk zijn debuut
maakt. Ik vind het een heel verdienste
lijk debuut, zij het niet even sterk als
destijds dat van Van de Wetering of
van Jan van Hout met „Waar de slagen
vallen”.
Rieter handelt voortdurend noncon-
formistisch (als politieman), als het
ware „A titre personnel” en dat geeft
dit boek toch wel iets extra’s. Iets wat
ik van de stijl of het verhaal eigenlijk
met kan zeggen, hoewel die, zeker voor
een debuut, niet onaardig zijn.
ikture-
der bij
leiding
it aan-
„Massa en macht” is de titel van het
in 1960 verschenen boek van Elias
Canetti (Oorspronkelijke titel „Masse
und Macht”) dat thans in een Neder
landse vertaling is uitgebracht door
Atheneum-Polak en Van Gennep.
Canetti heeft zijn essay doorspekt
met voorbeelden, gekozen vooral uit
vreemde en primitieve culturen, aan
een religie wordt derhalve niet voorbij
gegaan.
In een geloof zijn velen immers
samengeklonterd tot één grote massa.
En als die massa uit naam van dat
geloof of godheid het wapen trekt, zoek
dan maar een goed heenkomen. De tot
godsdienstoorlog uitgegroeide burger
krijg in Libanon (godsdienst, politie
ke belangen en klassenstrijd hebben
zich vermengd) is een van de meest
recente voorbeelden.
Een van de vele ilustraties uit „Hage
dis dommelt in de zon”
terechtstellingen, door middel van de
krant of andere publiciteitsmedia en
kan uit honderd details die uitkiezen
die hem bijzonder prikkelen. Men
draagt geen enkele verantwoordelijk
heid, niet voor het vonnis, niet voor het
ooggetuige-verslag. In de behaaglijk
heid van de huiskamer kan men de
wreedheid van de macht en van de
massa over zich laten heengaan.
Immers, op het moment dat men
beseft zelf overlevende te zijn, beseft
men in het bezit te zijn van macht, en
voelt men zich dus onkwetsbaar.
Alle verlangens van de mens naar
onsterfelijkheid dragen iets van de
zucht tot overleven in zich. Men wil niet
alleen altijd in leven blijven, maar men
wil er zijn als anderen er niet meer zijn.
neertje”, geschreven is door de welbe
kende zanger Peter Schaap zijn eigen
glazen ingegooid. Je verwacht iets, in
ieder geval een stuk sprankelende fan
tasie. Maar het zijn trekkerige, duffe
verhaaltjes, met teveel herhalingen,
waarin ook nog een professor en een
robot een rol spelen. Natuurlijk is de
professor verstrooid (dat zal de lezert
jes van 8-10 jaar tegenvallen wanneer
ze later ooit zo’n verstrooide professor
op een tentamen tegenover zich krij
gen!); natuurlijk is de vrouw, die
meneer Van Dam toegetoverd krijgt
een haaiebaai; de ontvluchte ijsbeer
wil weer keurig naar zijn hok terug;
het (Dopmeneertje trekt tegenover het
gezag aan het kortste eind! Wat hebben
we gelachen. Maar eerlijk is waar: in
het derde deel gebeurt er tenminste
nog ’ns wat.
Mat en flets komen ook de drie delen
van De Bereboot over, met hun grote
avonturen op Oefeiland, Paaseiland en
in Lolland, (uitg. Deltos Elsevier, 9,90
per deel). Tekst in een film is iets
anders dan ongeveer diezelfde tekst bij
boekplaatjes. Er wordt hier en daar
wel met fantasie en een knipoog gesold
met geijkte begrippen en opvattingen,
maar in dat gesol zit weer te weinig
variatie. En Indianen spreken er nog
steeds krom.
Dat zuiver fantastische springen en
verspringen, wat kinderen kunnen, is
wel te vinden in „Wie dit leest is het
vierde beest”, door Gernhardt, voor
wie Almut de -miniatuurschilderijtjes
maakte. Willem Wilmink vertaalde de
versjes-tekst als een ware taalgooche-
laar. Zo'n boek (uitg. Bruna, 14,90)
helpt een kind van 7-10 jaar om zijn
fantasie te ontwikkelen, met de taal te
spelen en via die taal de beelden op te
laden.
De taal zelf op de hak nemen heeft
Op zich is dat geen onaardige doel
stelling van Roland, die echter blijkens
de resultaten te hoog heeft gegrepen.
Samensteller Roland schrijft in zijn
voorwoord dat zijn boek „de pretentie
heeft een eerlijke poging te wagen om
een tip van de sluier over klassieke,
psychologische en politieke mechanis
me op te lichten. Het probeert na te
gaan in hoever het verstand en de
emoties hun vrijheid kunnen verliezen
als ze vooraf gekanaliseerd worden.
De vijftien interviews met oud-leden
van de Waffen-SS zijn om dit doel
maar enigszins te benaderen te opper
vlakkig geschreven. De interviewer
heeft zich steeds beperkt tot een paar
standaardvragen als: hoe is het geko
men, was het een opwelling, heeft de
dienstneming voldaan aan je verwach
tingen en vertel eens wat je ervaringen
zijn.
Een diepgraver is Roland niet, waar
schijnlijk ook omdat hijzelf of zijn uit
gever elk interview beperkt heeft tot
enkele bladzijden. Over zo’n onder
werp is per geïnterviewde wel een boek
te schrijven, waarin dan wel wat meer
gezegd kan worden dan de oppervlak
kige prietpraat van de samensteller.
De stripverhalen, die wij de laatste
weken ontvingen en die de moeite van
het kijken en kopen waard zijn, volgen
hieronder:
Dijkshoorn heeft niet de hinderlijke
eigenschap van veel andere paragnos
ten, dat hij meent alwetend te zijn. Hij
doet ook alles behalve mysterieus. Zijn
boek kan dus serieus worden geno
men. Anderzijds, de helderziendheid is
allang een bewezen zaak. Je leest zijn
verhalen dan ook vooral als boeiende
reportages van bijzondere gevallen.
Nu is het uiteraard een feit, dat hel
derzienden in hun boeken de zaak kun
nen overdrijven en bovendien de vele
mislukkingen verzwijgen, al was het
maar uit verdringing of onbewust zelf
bedrog. Maar dan is er nog altijd de
controle van buitenaf. En in dit opzicht
heeft Dijkshoorn geluk gehad. Hij
heeft veel misdaden opgelost en het
verloop daarvan is vaak een publieke
kwestie. Het valt na te gaan, vooral als
er lovende rapporten bestaan, opge
maakt door justitiële ambtenaren. En
in dit boek staan die, meest Ameri
kaanse rapporten, evenals onderzoe
ken door parapsychologen. Bovendien
bevat dit boek een aantal foto’s, die als
bewijsstukken kunnen gelden.
Kenneth Grahame gedaan in „Er was
eens een Draak” (uitg. Leopold, prijs
9,90). Hii draait de hele traditionale
drakegeschiedenis om. Een draak die
niet vechten wil; de dorpelingen die
alleen maar een rel willen, want het
gaat immers om een draak. En Sint
Joris die er bijna, ook traditiegebon-
den, in stinkt. Er wordt met grote
woorden, eergevoelens en valse theori
eën gesold. En het lakonieke jongetje,
dat de bemiddelaar is (kind tussen
twee werelden), wordt er allemaal zó
moe van. Eric Spoelstra heeft er een
vlijmscherpe vertaling van gemaakt,
heel begrijpelijk voor kinderen van 8-
10 jaar. De illustraties van de begaafde
Ivo de Weerd geven vooral in de land
schappen de sfeer weer van een geeste
lijk klimaat, waarin die hele drakeste-
kerij kon ontstaan.
Maar hét boek voor kinderen van 8-
10 jaar, dat voorlopig wel niet overtrof
fen zal worden is „Het Bangedieren
bos” van Willem Wilmink (uitg. Kos
mos, prijs 9,90). In tijden heb ik niet
zo gelachen om een stelletje bitse hang
broeken van dieren, die het meisje
Lena ervoor spannen om De Grote
Gevaren op te sporen. Uitholdreudels,
de grote verwisselaar, Gabber en zijn
maat, die bij de schooltoets alleen voor
tuig deugden, een kluizenaar/kinder-
lokker - het klinkt zo vreemd maar we
kennen ze in feite allemaal. Als al het
angstaanjagend geteisem is uitge
schakeld eindigt het in een feest voor
vriend en vijand. Beter dan het geld te
besteden aan bijvoorbeeld de blinden,
want die maken harde mattenloppers,
waar moeders hun kinderen dan mee
voor de kont slaan!
Met Willem Wilmink is Nederland na
Annie Schmidt (eind veertiger jaren)
toe aan een tweede absolute vernieu
wing van de kinderliteratuur.
MIEP DIEKMAN
DE BELGISCHE UITGEVER Soet-
houdt heeft in Nederland de vijfde
druk doen verschijnen van het boekje
„Niets dan de waarheid”. Het bestaat
uit vijftien interviews met voormalige
leden van de Waffen-SS, Vlaamse vrij
willigers die in de Tweede Wereldoor
log dienst namen en op het Oostfront
terecht kwamen.
zeef-
eigen
IJ, die
lektro-
„STEF ARDOBA EN DE KALUNA-
KEGELS”, uitgave Oberon Haarlem,
tekenaar Bert Bus, prijs 4,95, science
fiction van goede kwaliteit.
Bij uitgeverij Boschboek in Groten
broek is een studie verschenen over de
in dertiger jaren geschreven en gete
kende strip „THIJS IJS”, gemaakt
door de toen 21-jarige Marten Toonder.
„Thijs IJs” verscheen in tal van regio
nale bladen, ook in Haarlems Dagblad
en was bedoeld als de opvolger van de
beroemde „Bruintje Beer” serie. De
studie is geschreven door Hans A. Spa
en geeft enig inzicht in de ontwikkeling
van „Thijs IJs” tot „Bruintje Beer” en
naar de latere successerie „Tom Poes”.
Het peilt hoever men moet teruggaan
om te ontdekken wanneer het zaad
gestrooid werd waarvan de oogst later
vaak in onvoorziene handen terecht
komt”.
Veel biologisch leven is aan maanfasen
gebonden. Met de invloed van de pla
neten ligt het veel moeilijken. Ze móet
er zijn, want alles beïnvloedt nu een
maal alles. Veel trekvogels oriënteren
zich zowel op het aardmagnetisme als
op sterrenbeelden. Het is een bewezen
zaak. De zogenaamde stijgbeeldproe-
ven met plantensappen in filtreerpa-
pier tonen spectra aan, die wisselende
banden en bandbreedten vertonen,
periodiek samengaand met planeet-
standen.
Hij heeft zich bovendien alleen
gehouden aan de interviews. Een dui
delijke visie op het Vlaanderen aan het
begin van de oorlog, de sterk nationa
listische stromingen die daar speelden,
de invloed van de katholieke kerk, de
overgebleven frustraties van de Eerste
Wereldoorlog, dat alles ontbreekt een
voudig. Iets wat de schrijver vergeten
heeft is hoe deze vijftien oud-SS-ers
hun ervaringen hebben verwerkt, hoe
hun omgeving reageerde bij hun thuis
komst, de maatschappelijke gevolgen
en vooral hoe zij nu tegenover hun
daden van toen staan.
DE INVLOED van de zon op het
totale aardse leven is evident. Zonder
zon geen leven, althans niet in de
gebruikelijke zin. De invloed van de
maan op planten en levende wezens
behoeft evenmin ontkend te worden.
Rinus Ferdinandusse mag gelijk
hebben met zijn opmerking, dat het de
boeken van Van de Wetering aan echte
spanning schort, althans aan die span
ning die je in een politieroman mag
verwachten, duidelijk is ook dat Van
de Wetering zijn boeken niet schrijft
voor die categorie lezers, die het hard
boiled genre boven alles stelt. Daarna
blijft er meer dan genoeg over aan
vakmanschap, humor en originaliteit.
Iets beter komt hij over in zijn boek
„M. B. Dijkshoorn, mijn beroep is hel
derziende”, met als ondertitel „Onthul-
lendé gebeurtenissen uit het leven en
de praktijk van een paragnost”. Hij
heeft zijn levensverhaal verteld aan
een journalist Russel H. Felton en voor
Gottmer in Haarlem is het boek in het
Nederlands vertaald en bewerkt door
Louis Rebcke.
Massa en macht is een duidelijk
sociaal-psychologisch geschrift, waar
in de wisselwerking tussen de mensen
menigte en de macht van de uit die
menigte voortgekomen leider wordt
beschreven. Die leider schittert in zijn
macht vooral als hij zijn tegenstander
heeft overwonnen, het stimuleert hem
om nieuwe overwinningen te boeken
en dus ook nieuwe slachtoffers te
maken. Maar wat zal dat de overwin
naar, die onkwetsbaar is gebleken,
deren? Ook al zullen medestrijders de
dood op het slachtveld vinden, de
„held” gaat van zegepraal tot zege
praal. Het volk wil zijn helden
onkwetsbaar. Door nieuwe overwin
ningen wordt het geloof in eigen kwets
baarheid versterkt, de lijken stapelen
zich op: het voedsel voor nog grotere
macht.
LUCKY LUKE” op zijn best in „DE
GENEZING VAN DE DALTONS”
door het duo Morris en Goscinny. Uit
gave Oberon-Dargaud, prijs 4,95. Bij
dezelfde uitgever: „Luchtpiraten” van
schrijver Charlier, tekenaar Uderzo,
de schepper van Asterix (5,95). Ook:
„De schat van de Roodbaard”, teke
naar Hubinon, die samen met de
schrijver Charlier al 30 jaar succesvol
le strips maakt.
Wij hebben hem een keer op de TV-
buis zien optreden in een programma
met publiek: M. R. Dijkshoorn uit de
Verenigde Staten. Een Nederlander
overigens, afkomstig uit het Westland,
later geëmigreerd naar Australië en de
States. Dat optreden als helderziende,
met een wichelroede als een soort
paranormaal geheugensteuntje, was
slechts half overtuigend. Hij sprak
tamelijk moeizaam Nederlands en
hem werden vragen gesteld die in het
publiek achterwege behoren te blijven,
over een ernstig ziek kind bijvoor
beeld. Het bracht hem kennelijk in
verwarring en het bewijst bovendien
dat een publiek optreden dooreen hel
derziende eigenlijk een mentaal onzin
delijke zaak is.
Krijg veroorzaakt slachtoffers, maar
ook overwinnaars/overlevenden. Wan
neer men de geschiedenis overziet
(slachtoffers niet alleen van oorlogen,
maar ook van executies) krijgt men
niet bepaald de indruk dat de mens
heid ooit enige afkeer van het doden
van zijn eigen soortgenoten heeft
gehad, integendeel. Openbare execu
ties waren druk bezochte bijeenkom
sten. De afkeer van het gezamenlijk
doden de massa kijkt toe, wentelt de
angst voor de dood af op het weerloze
slachtoffer is van zeer jonge datum
en moet, zo zegt Canetti, niet onder
schat worden. Ook tegenwoordig
neemt iedereen deel aan openbare
Daarom hoeft mijnerzijds niet zo
veel waarde gehecht te worden aan
wat de schrijver verder stelt in zijn
voorwoord: „De interesse is misschien
wel ingegeven door de angst dat een
gelijkaardige catastrofe zich zou her
halen en de argeloze jeugd opnieuw het
slachtoffer van universele manipulatie
en bedrog zou worden”. Het boekje
heeft door zijn kritiekloze aanpak eer
der een propagandistische waarde
gekregen voor alles wat te maken heeft
met soldaten, moed, strijd, vaandels,
eer en trouw, dan het belang van de
waarschuwing die Roland wil meege
ven. Dat is de conclusie die ik uit dit
boek wil trekken, en dat mag ook gelet
op waarmee de schrijver zijn voor
woord besluit: „Iedereen kan uit deze
gesprekken zijn conclusie trekken”.
OP DEZE DOOR DE eeuwen heen met bloed doordrenkte aarde speelt zich de
voortdurende strijd af van massa tegen massa, van enkeling tegen enkeling, van
massa tegen enkeling. De enkeling die zich tegen de massa verzet zal onverbid
delijk worden platgewalst en niemand zal het betreuren. En aangezien slecht
heid, domheid en egoïsme de toegangspoort tot het (aards)paradijs voorlopig
nog wel gesloten zullen houden ziet de toekomst er derhalve niet zo erg
Het verband tussen de eigen geaard
heden van metalen en de planeten
werd altijd al aangenomen door astro
logen en alchemisten. Het lijkt voorals
nog een duistere zaak, maar niettemin
wordt er experimenteel mee gewerkt.
In „Gezond zijn met metalen” ver
bindt Jaap Huibers drie systemen met
elkaar binnen een eventuele samen
hang, voor hem bewezen, voor anderen
verwerpelijk: de mens, de astrologie en
de metalen in homeopathische (en dus
minieme) medicinale hoeveelheden.
Binnen zijn kader doet hij dat alles
helder en logisch klinkend voor bij
voorbeeld mensen die de synchronici
teit van Carl Gustav Jung hebben
bestudeerd of voor lezers die een kans
geven aan het associatief denken in
parallelsystemen als een te overwegen
waarschijnlijkheid. Wel, dat soort
lezers zal geanimeerd de „leer” van
Huibers die niet nieuw is volgen.
Ankh Hermes in Deventer, 22,50
(geïllustreerd).
Klaverdijk is volgens Bruna als
bouwkundige werkzaam voor de stad
Groningen. Zijn hoofdpersoon is de
inspecteur Rieter, een wat ongewone
politieman die er zijn eigen methoden
op na houdt. Door dit uitgangspunt is
„Het vuile werk geen politieroman in
de gebruikelijke zin geworden; het is
meer een onderwereldroman, met
weliswaar Rieter als vertegenwoordi
ger van het element politie, maar zon
der de gebruikelijke aandacht voor
politioneel onderzoek, politiecollega’s,
scènes op het bureau en wat dies meer
zijn.
Vanouds is er de astrologie. Veel
jonger is de homeopathie, in ons land
vaak afgedaan als een „alternatieve
geneeswijze”, maar elders hoog
gewaardeerd. In Frankrijk zijn er veel
homeopathische artsen die bij de bepa
ling van medicijnen tevens het astrolo
gisch beeld van de patiënt laten mee
wegen in hun beslissing.
Misschien komt er toch het ogenblik
in de geschiedenis van de mensheid dat
zij het moment van overleven niet
meer zal kunnen meemaken. De vrees
voor God (allang doodverklaard) is
vervangen door de vrees voor de
atoombom. En als die op een dag zal
uiteenspatten is ook het menselijk dra
ma ten einde. Of niet, indien er zich
nog enkelen bevinden in onderaardse
schuilplaatsen en als holbewoners aan
een nieuwe strijd om de macht
beginnen.
Dijkshoorn heeft zijn gave als vijfja
rig kind ontdekt. Het was wennen
natuurlijk, maar dat lukte. Hij werd
aanvankelijk tuindersknecht, later
bankbediende, ontwikkelde zijn para
normale gaven, met inbegrip van het
wichelroede en vanaf zijn 28ste jaar
vestigde hij zich als paragnost.
„ASTERIX VEROVERT ROME”,
uitgave Oberon, door Goscinny en
Uderzo, is geen gewoon stripalbum,
maar een produktie die gebaseerd is op
de gelijknamige film. Deze moderne
opzet kan als experiment misschien
belangstelling wekken, maar de
Asterix-liefhebber zal vermoedelijk
toch liever grijpen naar de oude, ver
trouwde album-uitgaven.
HET IS BEGRIJPELIJK dat je vaak
hoort: „En nu koop ik ’ns een boek voor
dat kind, maar nee, het is niet wat er
ervan verwachtten. Toch ziet het er zo
leuk uit”.
De boekverzorging is de laatste
jaren met sprongen vooruit gegaan,
maar schrijverstalent kan je - zelfs
niet met de beste sociale voorzienin
gen - uit de grond stampen.
Daarom brengt waarschijnlijk Van
Goor de zoveelste Poeh-variant op de
markt „Het ABC van Poeh” door de
onovertroffen Milne, met de onver
woestbare illustraties van Shepard
(f 5,90). Een leuke uitgave voor 5-8-
jarigen, maar het ABC zullen ze er niet
door leren.
Ook in de dierensfeer ligt „Glim en
Slim in de wereldwinkel” door Martien
Carton (uitg. VAN Goor, 16,90), waar
van alleen de illustraties van Ivo de
Weerd niveau hebben. Want Slim, de
sociaal voelende muis, heeft preceis
dat fantasieloze, doordrammerige
waar kinderen niet intrappen. O, ’t is
allemaal best goed bedoeld, maar bij
lekker-lezen stel je wel iets anders
voor.
Dan liever uit de reeks van uitgeverij
Kosmos „Hagedis dommelt in de zon”
door B. Freschet, en „Ik kan haar niet
uitstaan”, door Ch. Zolotow en W. Pene
du Bois (beide vertaald door Jos Vonk,
per deel 6,50). Nog geen dertig blad
zijden, heel weinig tekst, maar wel
altijd een verhaal dat kinderen vanaf 5
jaar regelrecht kunnen herkennen:
over best verder kunnen als je iets mist
(Hagedis); over de onmogelijkheid iets
helemaal voor jezelf alleen te hebben.
De serie over Tillie, (voor kinderen
vanaf 3 jaar), de Gunilla Wolde opzette,
brengt in zoverre iets nieuws, dat in
Tillie voor het eerst naar school” en
„Tillie, een dag op de kleuterschool”
(uitgeverij Dubois, 3,25 per deeltje)
ook een meneer kleuterleider is, al
wordt dat gegeven niet uitgewerkt.
Maar Dubois heeft betere pijlen op z’n
boog, b.v. de serie „lezen en leren”.
Gunilla Ingves maakte voor het infor
matieve lezen vier bijzonder duidelij
ke, soepel geschreven deeltjes: De
Mier; Het Lieveheersbeestje; De Vlieg;
De Aardworm (per deeltje 3,95). Pris
ma naslagboekjes voor 9-jarigen en
ouderen, waarin zelfs de tekeningen
over het paren van de dieren niet ont
breken. Alweer een zorg minder voor
ouders en scholen, die tobben met de
vraag: Hoe vertel ik het de kinderen!
Uitgeverij Duwaer heeft met zijn
mededeling dat de nieuwe serie over
ene Meneer Van Dam, „De Frietmo
biel”; „De Floepstengel”; „Het opme-
Dit werk ontstond in het begin van
de dertiger jaren, in de periode dat
kleinburgerlijkheid, fascisme en nazi
dom de wereld overspoelden. Na meer
dan veertig jaar is de dictatuur er niet
minder om geworden. Met politieke
smoesjes worden „linkse” en „rechtse”
regiems aan de „buitenwereld” ver
kocht, de heersers zijn op het fluweel
goed gezeten en laten zich de spijzen
goed smaken. Het volk applaudiseert
om geen klappen op te lopen.
„DE AVONTUREN VAN PA PIN
KELMAN” en „DE AVONTUREN
VAN TANTE POLLEWOP”. Uitgave
Elsevier, schrijver Godfried Bomans,
tekenaar Carol Voges, prijs 9,50 per
deel. Komisch-satyrisch stripverhaal
voor alle leeftijden.
VIER SUPERDIKKE, ONGE
KLEURDE ALBUMS van de schrij
vers Guy Mouninoux, Bob Mau, Bastei,
Jan Loof. Uitgave Born Assen. Prijs
5,95 per album. Titels: „Floris en de
dolende ridders”, Kari Lente en Co”,
Buffalo Bill no 2”, „Kareltje op avon
tuur”.
De barbarij dit algemeen mense
lijk trekje is al eerder het thema
geweest van deze in 1905 in Bulgarije
geboren joodse schrijver, maar van
Spaans-Duitse komaf. Beroemd werd
hij met zijn roman „Martyrium”, dat
de verschrikkingen verhaalt van een
sinoloog, die verbrandt temidden van
zijn omvangrijke boekenschat
„DE GELAARSDE KATER” heet de
nieuwste politieroman van Jan Wil
lem van de Wetering, die zich met zijn
„Het lijk in de Haarlemmer Houttui
nen” en „Buitelkruid” een welver
diende reputatie heeft opgebouwd. Er
valt eigenlijk nog nauwelijks iets
nieuws over deze schrijver op te mer
ken, behalve dan dat hij met dit derde
boek aan de verwachting beant
woordt.