ESSA Y VAN CANETTI THANS VERTAALD Metalen in de Vernieuwing literatuur voor jeugd tot tien jaar gewenst homeopathie en astrologie Speurders van eigen bodem Stripverhalen in het kort Niets dan de waarheid” over Vlaamse oud-SS-ers Veel te oppervlakkig verslag „Het Bangedierenbos" van Wilmink als enige topper Rien Dijkshoorn: Mijn beroep is helderziende VRIJDAG 1 4 JANUARI 19 7 7 2, ialen j:.. 1 UiU. i bibliotheek Massa en macht of de barbarij der mensheid rooskleurig uit. FRANS KEIJSPER „Niets dan de waarheid” kost 10,50. TON KORS 0. De Bereboot op het Paaseiland n aan PETER WOLFSBERGEN H.S. HEIN STEEHOUWER De „Kater” verscheen bij uitgeverij Bruna, als paperback. Ook bij Bruna verscheen in de serie Zwarte Beertjes, „Het vuile werk”, een politieroman waarmee S. Klaverdijk zijn debuut maakt. Ik vind het een heel verdienste lijk debuut, zij het niet even sterk als destijds dat van Van de Wetering of van Jan van Hout met „Waar de slagen vallen”. Rieter handelt voortdurend noncon- formistisch (als politieman), als het ware „A titre personnel” en dat geeft dit boek toch wel iets extra’s. Iets wat ik van de stijl of het verhaal eigenlijk met kan zeggen, hoewel die, zeker voor een debuut, niet onaardig zijn. ikture- der bij leiding it aan- „Massa en macht” is de titel van het in 1960 verschenen boek van Elias Canetti (Oorspronkelijke titel „Masse und Macht”) dat thans in een Neder landse vertaling is uitgebracht door Atheneum-Polak en Van Gennep. Canetti heeft zijn essay doorspekt met voorbeelden, gekozen vooral uit vreemde en primitieve culturen, aan een religie wordt derhalve niet voorbij gegaan. In een geloof zijn velen immers samengeklonterd tot één grote massa. En als die massa uit naam van dat geloof of godheid het wapen trekt, zoek dan maar een goed heenkomen. De tot godsdienstoorlog uitgegroeide burger krijg in Libanon (godsdienst, politie ke belangen en klassenstrijd hebben zich vermengd) is een van de meest recente voorbeelden. Een van de vele ilustraties uit „Hage dis dommelt in de zon” terechtstellingen, door middel van de krant of andere publiciteitsmedia en kan uit honderd details die uitkiezen die hem bijzonder prikkelen. Men draagt geen enkele verantwoordelijk heid, niet voor het vonnis, niet voor het ooggetuige-verslag. In de behaaglijk heid van de huiskamer kan men de wreedheid van de macht en van de massa over zich laten heengaan. Immers, op het moment dat men beseft zelf overlevende te zijn, beseft men in het bezit te zijn van macht, en voelt men zich dus onkwetsbaar. Alle verlangens van de mens naar onsterfelijkheid dragen iets van de zucht tot overleven in zich. Men wil niet alleen altijd in leven blijven, maar men wil er zijn als anderen er niet meer zijn. neertje”, geschreven is door de welbe kende zanger Peter Schaap zijn eigen glazen ingegooid. Je verwacht iets, in ieder geval een stuk sprankelende fan tasie. Maar het zijn trekkerige, duffe verhaaltjes, met teveel herhalingen, waarin ook nog een professor en een robot een rol spelen. Natuurlijk is de professor verstrooid (dat zal de lezert jes van 8-10 jaar tegenvallen wanneer ze later ooit zo’n verstrooide professor op een tentamen tegenover zich krij gen!); natuurlijk is de vrouw, die meneer Van Dam toegetoverd krijgt een haaiebaai; de ontvluchte ijsbeer wil weer keurig naar zijn hok terug; het (Dopmeneertje trekt tegenover het gezag aan het kortste eind! Wat hebben we gelachen. Maar eerlijk is waar: in het derde deel gebeurt er tenminste nog ’ns wat. Mat en flets komen ook de drie delen van De Bereboot over, met hun grote avonturen op Oefeiland, Paaseiland en in Lolland, (uitg. Deltos Elsevier, 9,90 per deel). Tekst in een film is iets anders dan ongeveer diezelfde tekst bij boekplaatjes. Er wordt hier en daar wel met fantasie en een knipoog gesold met geijkte begrippen en opvattingen, maar in dat gesol zit weer te weinig variatie. En Indianen spreken er nog steeds krom. Dat zuiver fantastische springen en verspringen, wat kinderen kunnen, is wel te vinden in „Wie dit leest is het vierde beest”, door Gernhardt, voor wie Almut de -miniatuurschilderijtjes maakte. Willem Wilmink vertaalde de versjes-tekst als een ware taalgooche- laar. Zo'n boek (uitg. Bruna, 14,90) helpt een kind van 7-10 jaar om zijn fantasie te ontwikkelen, met de taal te spelen en via die taal de beelden op te laden. De taal zelf op de hak nemen heeft Op zich is dat geen onaardige doel stelling van Roland, die echter blijkens de resultaten te hoog heeft gegrepen. Samensteller Roland schrijft in zijn voorwoord dat zijn boek „de pretentie heeft een eerlijke poging te wagen om een tip van de sluier over klassieke, psychologische en politieke mechanis me op te lichten. Het probeert na te gaan in hoever het verstand en de emoties hun vrijheid kunnen verliezen als ze vooraf gekanaliseerd worden. De vijftien interviews met oud-leden van de Waffen-SS zijn om dit doel maar enigszins te benaderen te opper vlakkig geschreven. De interviewer heeft zich steeds beperkt tot een paar standaardvragen als: hoe is het geko men, was het een opwelling, heeft de dienstneming voldaan aan je verwach tingen en vertel eens wat je ervaringen zijn. Een diepgraver is Roland niet, waar schijnlijk ook omdat hijzelf of zijn uit gever elk interview beperkt heeft tot enkele bladzijden. Over zo’n onder werp is per geïnterviewde wel een boek te schrijven, waarin dan wel wat meer gezegd kan worden dan de oppervlak kige prietpraat van de samensteller. De stripverhalen, die wij de laatste weken ontvingen en die de moeite van het kijken en kopen waard zijn, volgen hieronder: Dijkshoorn heeft niet de hinderlijke eigenschap van veel andere paragnos ten, dat hij meent alwetend te zijn. Hij doet ook alles behalve mysterieus. Zijn boek kan dus serieus worden geno men. Anderzijds, de helderziendheid is allang een bewezen zaak. Je leest zijn verhalen dan ook vooral als boeiende reportages van bijzondere gevallen. Nu is het uiteraard een feit, dat hel derzienden in hun boeken de zaak kun nen overdrijven en bovendien de vele mislukkingen verzwijgen, al was het maar uit verdringing of onbewust zelf bedrog. Maar dan is er nog altijd de controle van buitenaf. En in dit opzicht heeft Dijkshoorn geluk gehad. Hij heeft veel misdaden opgelost en het verloop daarvan is vaak een publieke kwestie. Het valt na te gaan, vooral als er lovende rapporten bestaan, opge maakt door justitiële ambtenaren. En in dit boek staan die, meest Ameri kaanse rapporten, evenals onderzoe ken door parapsychologen. Bovendien bevat dit boek een aantal foto’s, die als bewijsstukken kunnen gelden. Kenneth Grahame gedaan in „Er was eens een Draak” (uitg. Leopold, prijs 9,90). Hii draait de hele traditionale drakegeschiedenis om. Een draak die niet vechten wil; de dorpelingen die alleen maar een rel willen, want het gaat immers om een draak. En Sint Joris die er bijna, ook traditiegebon- den, in stinkt. Er wordt met grote woorden, eergevoelens en valse theori eën gesold. En het lakonieke jongetje, dat de bemiddelaar is (kind tussen twee werelden), wordt er allemaal zó moe van. Eric Spoelstra heeft er een vlijmscherpe vertaling van gemaakt, heel begrijpelijk voor kinderen van 8- 10 jaar. De illustraties van de begaafde Ivo de Weerd geven vooral in de land schappen de sfeer weer van een geeste lijk klimaat, waarin die hele drakeste- kerij kon ontstaan. Maar hét boek voor kinderen van 8- 10 jaar, dat voorlopig wel niet overtrof fen zal worden is „Het Bangedieren bos” van Willem Wilmink (uitg. Kos mos, prijs 9,90). In tijden heb ik niet zo gelachen om een stelletje bitse hang broeken van dieren, die het meisje Lena ervoor spannen om De Grote Gevaren op te sporen. Uitholdreudels, de grote verwisselaar, Gabber en zijn maat, die bij de schooltoets alleen voor tuig deugden, een kluizenaar/kinder- lokker - het klinkt zo vreemd maar we kennen ze in feite allemaal. Als al het angstaanjagend geteisem is uitge schakeld eindigt het in een feest voor vriend en vijand. Beter dan het geld te besteden aan bijvoorbeeld de blinden, want die maken harde mattenloppers, waar moeders hun kinderen dan mee voor de kont slaan! Met Willem Wilmink is Nederland na Annie Schmidt (eind veertiger jaren) toe aan een tweede absolute vernieu wing van de kinderliteratuur. MIEP DIEKMAN DE BELGISCHE UITGEVER Soet- houdt heeft in Nederland de vijfde druk doen verschijnen van het boekje „Niets dan de waarheid”. Het bestaat uit vijftien interviews met voormalige leden van de Waffen-SS, Vlaamse vrij willigers die in de Tweede Wereldoor log dienst namen en op het Oostfront terecht kwamen. zeef- eigen IJ, die lektro- „STEF ARDOBA EN DE KALUNA- KEGELS”, uitgave Oberon Haarlem, tekenaar Bert Bus, prijs 4,95, science fiction van goede kwaliteit. Bij uitgeverij Boschboek in Groten broek is een studie verschenen over de in dertiger jaren geschreven en gete kende strip „THIJS IJS”, gemaakt door de toen 21-jarige Marten Toonder. „Thijs IJs” verscheen in tal van regio nale bladen, ook in Haarlems Dagblad en was bedoeld als de opvolger van de beroemde „Bruintje Beer” serie. De studie is geschreven door Hans A. Spa en geeft enig inzicht in de ontwikkeling van „Thijs IJs” tot „Bruintje Beer” en naar de latere successerie „Tom Poes”. Het peilt hoever men moet teruggaan om te ontdekken wanneer het zaad gestrooid werd waarvan de oogst later vaak in onvoorziene handen terecht komt”. Veel biologisch leven is aan maanfasen gebonden. Met de invloed van de pla neten ligt het veel moeilijken. Ze móet er zijn, want alles beïnvloedt nu een maal alles. Veel trekvogels oriënteren zich zowel op het aardmagnetisme als op sterrenbeelden. Het is een bewezen zaak. De zogenaamde stijgbeeldproe- ven met plantensappen in filtreerpa- pier tonen spectra aan, die wisselende banden en bandbreedten vertonen, periodiek samengaand met planeet- standen. Hij heeft zich bovendien alleen gehouden aan de interviews. Een dui delijke visie op het Vlaanderen aan het begin van de oorlog, de sterk nationa listische stromingen die daar speelden, de invloed van de katholieke kerk, de overgebleven frustraties van de Eerste Wereldoorlog, dat alles ontbreekt een voudig. Iets wat de schrijver vergeten heeft is hoe deze vijftien oud-SS-ers hun ervaringen hebben verwerkt, hoe hun omgeving reageerde bij hun thuis komst, de maatschappelijke gevolgen en vooral hoe zij nu tegenover hun daden van toen staan. DE INVLOED van de zon op het totale aardse leven is evident. Zonder zon geen leven, althans niet in de gebruikelijke zin. De invloed van de maan op planten en levende wezens behoeft evenmin ontkend te worden. Rinus Ferdinandusse mag gelijk hebben met zijn opmerking, dat het de boeken van Van de Wetering aan echte spanning schort, althans aan die span ning die je in een politieroman mag verwachten, duidelijk is ook dat Van de Wetering zijn boeken niet schrijft voor die categorie lezers, die het hard boiled genre boven alles stelt. Daarna blijft er meer dan genoeg over aan vakmanschap, humor en originaliteit. Iets beter komt hij over in zijn boek „M. B. Dijkshoorn, mijn beroep is hel derziende”, met als ondertitel „Onthul- lendé gebeurtenissen uit het leven en de praktijk van een paragnost”. Hij heeft zijn levensverhaal verteld aan een journalist Russel H. Felton en voor Gottmer in Haarlem is het boek in het Nederlands vertaald en bewerkt door Louis Rebcke. Massa en macht is een duidelijk sociaal-psychologisch geschrift, waar in de wisselwerking tussen de mensen menigte en de macht van de uit die menigte voortgekomen leider wordt beschreven. Die leider schittert in zijn macht vooral als hij zijn tegenstander heeft overwonnen, het stimuleert hem om nieuwe overwinningen te boeken en dus ook nieuwe slachtoffers te maken. Maar wat zal dat de overwin naar, die onkwetsbaar is gebleken, deren? Ook al zullen medestrijders de dood op het slachtveld vinden, de „held” gaat van zegepraal tot zege praal. Het volk wil zijn helden onkwetsbaar. Door nieuwe overwin ningen wordt het geloof in eigen kwets baarheid versterkt, de lijken stapelen zich op: het voedsel voor nog grotere macht. LUCKY LUKE” op zijn best in „DE GENEZING VAN DE DALTONS” door het duo Morris en Goscinny. Uit gave Oberon-Dargaud, prijs 4,95. Bij dezelfde uitgever: „Luchtpiraten” van schrijver Charlier, tekenaar Uderzo, de schepper van Asterix (5,95). Ook: „De schat van de Roodbaard”, teke naar Hubinon, die samen met de schrijver Charlier al 30 jaar succesvol le strips maakt. Wij hebben hem een keer op de TV- buis zien optreden in een programma met publiek: M. R. Dijkshoorn uit de Verenigde Staten. Een Nederlander overigens, afkomstig uit het Westland, later geëmigreerd naar Australië en de States. Dat optreden als helderziende, met een wichelroede als een soort paranormaal geheugensteuntje, was slechts half overtuigend. Hij sprak tamelijk moeizaam Nederlands en hem werden vragen gesteld die in het publiek achterwege behoren te blijven, over een ernstig ziek kind bijvoor beeld. Het bracht hem kennelijk in verwarring en het bewijst bovendien dat een publiek optreden dooreen hel derziende eigenlijk een mentaal onzin delijke zaak is. Krijg veroorzaakt slachtoffers, maar ook overwinnaars/overlevenden. Wan neer men de geschiedenis overziet (slachtoffers niet alleen van oorlogen, maar ook van executies) krijgt men niet bepaald de indruk dat de mens heid ooit enige afkeer van het doden van zijn eigen soortgenoten heeft gehad, integendeel. Openbare execu ties waren druk bezochte bijeenkom sten. De afkeer van het gezamenlijk doden de massa kijkt toe, wentelt de angst voor de dood af op het weerloze slachtoffer is van zeer jonge datum en moet, zo zegt Canetti, niet onder schat worden. Ook tegenwoordig neemt iedereen deel aan openbare Daarom hoeft mijnerzijds niet zo veel waarde gehecht te worden aan wat de schrijver verder stelt in zijn voorwoord: „De interesse is misschien wel ingegeven door de angst dat een gelijkaardige catastrofe zich zou her halen en de argeloze jeugd opnieuw het slachtoffer van universele manipulatie en bedrog zou worden”. Het boekje heeft door zijn kritiekloze aanpak eer der een propagandistische waarde gekregen voor alles wat te maken heeft met soldaten, moed, strijd, vaandels, eer en trouw, dan het belang van de waarschuwing die Roland wil meege ven. Dat is de conclusie die ik uit dit boek wil trekken, en dat mag ook gelet op waarmee de schrijver zijn voor woord besluit: „Iedereen kan uit deze gesprekken zijn conclusie trekken”. OP DEZE DOOR DE eeuwen heen met bloed doordrenkte aarde speelt zich de voortdurende strijd af van massa tegen massa, van enkeling tegen enkeling, van massa tegen enkeling. De enkeling die zich tegen de massa verzet zal onverbid delijk worden platgewalst en niemand zal het betreuren. En aangezien slecht heid, domheid en egoïsme de toegangspoort tot het (aards)paradijs voorlopig nog wel gesloten zullen houden ziet de toekomst er derhalve niet zo erg Het verband tussen de eigen geaard heden van metalen en de planeten werd altijd al aangenomen door astro logen en alchemisten. Het lijkt voorals nog een duistere zaak, maar niettemin wordt er experimenteel mee gewerkt. In „Gezond zijn met metalen” ver bindt Jaap Huibers drie systemen met elkaar binnen een eventuele samen hang, voor hem bewezen, voor anderen verwerpelijk: de mens, de astrologie en de metalen in homeopathische (en dus minieme) medicinale hoeveelheden. Binnen zijn kader doet hij dat alles helder en logisch klinkend voor bij voorbeeld mensen die de synchronici teit van Carl Gustav Jung hebben bestudeerd of voor lezers die een kans geven aan het associatief denken in parallelsystemen als een te overwegen waarschijnlijkheid. Wel, dat soort lezers zal geanimeerd de „leer” van Huibers die niet nieuw is volgen. Ankh Hermes in Deventer, 22,50 (geïllustreerd). Klaverdijk is volgens Bruna als bouwkundige werkzaam voor de stad Groningen. Zijn hoofdpersoon is de inspecteur Rieter, een wat ongewone politieman die er zijn eigen methoden op na houdt. Door dit uitgangspunt is „Het vuile werk geen politieroman in de gebruikelijke zin geworden; het is meer een onderwereldroman, met weliswaar Rieter als vertegenwoordi ger van het element politie, maar zon der de gebruikelijke aandacht voor politioneel onderzoek, politiecollega’s, scènes op het bureau en wat dies meer zijn. Vanouds is er de astrologie. Veel jonger is de homeopathie, in ons land vaak afgedaan als een „alternatieve geneeswijze”, maar elders hoog gewaardeerd. In Frankrijk zijn er veel homeopathische artsen die bij de bepa ling van medicijnen tevens het astrolo gisch beeld van de patiënt laten mee wegen in hun beslissing. Misschien komt er toch het ogenblik in de geschiedenis van de mensheid dat zij het moment van overleven niet meer zal kunnen meemaken. De vrees voor God (allang doodverklaard) is vervangen door de vrees voor de atoombom. En als die op een dag zal uiteenspatten is ook het menselijk dra ma ten einde. Of niet, indien er zich nog enkelen bevinden in onderaardse schuilplaatsen en als holbewoners aan een nieuwe strijd om de macht beginnen. Dijkshoorn heeft zijn gave als vijfja rig kind ontdekt. Het was wennen natuurlijk, maar dat lukte. Hij werd aanvankelijk tuindersknecht, later bankbediende, ontwikkelde zijn para normale gaven, met inbegrip van het wichelroede en vanaf zijn 28ste jaar vestigde hij zich als paragnost. „ASTERIX VEROVERT ROME”, uitgave Oberon, door Goscinny en Uderzo, is geen gewoon stripalbum, maar een produktie die gebaseerd is op de gelijknamige film. Deze moderne opzet kan als experiment misschien belangstelling wekken, maar de Asterix-liefhebber zal vermoedelijk toch liever grijpen naar de oude, ver trouwde album-uitgaven. HET IS BEGRIJPELIJK dat je vaak hoort: „En nu koop ik ’ns een boek voor dat kind, maar nee, het is niet wat er ervan verwachtten. Toch ziet het er zo leuk uit”. De boekverzorging is de laatste jaren met sprongen vooruit gegaan, maar schrijverstalent kan je - zelfs niet met de beste sociale voorzienin gen - uit de grond stampen. Daarom brengt waarschijnlijk Van Goor de zoveelste Poeh-variant op de markt „Het ABC van Poeh” door de onovertroffen Milne, met de onver woestbare illustraties van Shepard (f 5,90). Een leuke uitgave voor 5-8- jarigen, maar het ABC zullen ze er niet door leren. Ook in de dierensfeer ligt „Glim en Slim in de wereldwinkel” door Martien Carton (uitg. VAN Goor, 16,90), waar van alleen de illustraties van Ivo de Weerd niveau hebben. Want Slim, de sociaal voelende muis, heeft preceis dat fantasieloze, doordrammerige waar kinderen niet intrappen. O, ’t is allemaal best goed bedoeld, maar bij lekker-lezen stel je wel iets anders voor. Dan liever uit de reeks van uitgeverij Kosmos „Hagedis dommelt in de zon” door B. Freschet, en „Ik kan haar niet uitstaan”, door Ch. Zolotow en W. Pene du Bois (beide vertaald door Jos Vonk, per deel 6,50). Nog geen dertig blad zijden, heel weinig tekst, maar wel altijd een verhaal dat kinderen vanaf 5 jaar regelrecht kunnen herkennen: over best verder kunnen als je iets mist (Hagedis); over de onmogelijkheid iets helemaal voor jezelf alleen te hebben. De serie over Tillie, (voor kinderen vanaf 3 jaar), de Gunilla Wolde opzette, brengt in zoverre iets nieuws, dat in Tillie voor het eerst naar school” en „Tillie, een dag op de kleuterschool” (uitgeverij Dubois, 3,25 per deeltje) ook een meneer kleuterleider is, al wordt dat gegeven niet uitgewerkt. Maar Dubois heeft betere pijlen op z’n boog, b.v. de serie „lezen en leren”. Gunilla Ingves maakte voor het infor matieve lezen vier bijzonder duidelij ke, soepel geschreven deeltjes: De Mier; Het Lieveheersbeestje; De Vlieg; De Aardworm (per deeltje 3,95). Pris ma naslagboekjes voor 9-jarigen en ouderen, waarin zelfs de tekeningen over het paren van de dieren niet ont breken. Alweer een zorg minder voor ouders en scholen, die tobben met de vraag: Hoe vertel ik het de kinderen! Uitgeverij Duwaer heeft met zijn mededeling dat de nieuwe serie over ene Meneer Van Dam, „De Frietmo biel”; „De Floepstengel”; „Het opme- Dit werk ontstond in het begin van de dertiger jaren, in de periode dat kleinburgerlijkheid, fascisme en nazi dom de wereld overspoelden. Na meer dan veertig jaar is de dictatuur er niet minder om geworden. Met politieke smoesjes worden „linkse” en „rechtse” regiems aan de „buitenwereld” ver kocht, de heersers zijn op het fluweel goed gezeten en laten zich de spijzen goed smaken. Het volk applaudiseert om geen klappen op te lopen. „DE AVONTUREN VAN PA PIN KELMAN” en „DE AVONTUREN VAN TANTE POLLEWOP”. Uitgave Elsevier, schrijver Godfried Bomans, tekenaar Carol Voges, prijs 9,50 per deel. Komisch-satyrisch stripverhaal voor alle leeftijden. VIER SUPERDIKKE, ONGE KLEURDE ALBUMS van de schrij vers Guy Mouninoux, Bob Mau, Bastei, Jan Loof. Uitgave Born Assen. Prijs 5,95 per album. Titels: „Floris en de dolende ridders”, Kari Lente en Co”, Buffalo Bill no 2”, „Kareltje op avon tuur”. De barbarij dit algemeen mense lijk trekje is al eerder het thema geweest van deze in 1905 in Bulgarije geboren joodse schrijver, maar van Spaans-Duitse komaf. Beroemd werd hij met zijn roman „Martyrium”, dat de verschrikkingen verhaalt van een sinoloog, die verbrandt temidden van zijn omvangrijke boekenschat „DE GELAARSDE KATER” heet de nieuwste politieroman van Jan Wil lem van de Wetering, die zich met zijn „Het lijk in de Haarlemmer Houttui nen” en „Buitelkruid” een welver diende reputatie heeft opgebouwd. Er valt eigenlijk nog nauwelijks iets nieuws over deze schrijver op te mer ken, behalve dan dat hij met dit derde boek aan de verwachting beant woordt.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1977 | | pagina 21