Een goddelijk meer op Sumatra en rokende motoren op Nias r KEPOKTAGE B Si uit Indonesië door UdoJ buys W. I I US:1 I- K w L JI s Brief 2 aan oom Max, oud- planter te Bandung 4 •nrsu- - ijs J 1 ft R ül e 1 IT h I i Sawa in Noord-Siimatra Vrouwtje op de passar in Tarutung ME and- Met de fiets naar de Sawa, (Sumatra) Batakhuizen tussen weelderig groen op Sumatra Volgende keer: Batavia mag Jakarta blijven heten en een broodje goudvis in Bogor, Buitenzorg in de 0 - dat alleen al een lengte heeft van 1750 kilometer. Reken even mee oom, als we zuidwaarts rijden en starten vanaf uw „theehuis” aan de Vecht, eindigen we een stuk voor bij Barcelona in Spanje, voor we die kilometers achter het stuur hebben. ACHTER >ym- A. t 8, i;B tha- out, levr Alk- per- □oij, ibo- urg- weg weg (am, I. W. 136. laan tJier- DE ORGANISATIE die de excur sie voor haar rekening neemt pakt alles terdege aan en sjouwt zelfs koelboxen met ijsthee en limonade de oude treden op om de toeristen tijdens hun anderhalf uur durend verblijf tegen dorst te behoeden. Een komisch gezicht oom, maar wat zijn we eigenlijk gedegenereerd als we zelfs geen paar uur buiten een koel glas kunnen. De plaatselijke kindertjes genieten er ook van en doen hun best de plastic bekertjes te bemachtigen, als ze geluk hebben met een slok er in. Die zat niet meer in de Hulskamp- kruik die me in het bergdorp werd aangeboden voor de malle prijs van 2000 Rupia. Wie heeft die fles daar naar toe gebracht vraag je je af en ook een oude Margriet, waarmee een meisje haar schoolschrift had gekaft. EEN HALF UUR later reden we Medan binnen, met z’n kleine mil joen inwoners na Jakarta en Sura baya de grootste stad van Indone sië: het centrum van de tabakseul tuur in het rijke Deli-district. Brede met bomen omzoomde straten, rus tige riant aangelegde buitenwijken en een waanzinnig drukke passar, markt. Tegenover het paleis van de Sultans van Deli tot Soekarno in 1945 de republiek uitriep was het een zelfstandig sultanaat met zijn open galerijen en platte koepels ligt de 70 jaar oude Mesjid Raya, de Grote Moskee. Met al zijn mozaïek, z’n groenblauwe minaret en de mar meren zuilen binnen, een indru kwekkend gebouw. EEN HEEL ANDERE stemming riep de Chinese tempel Tong Ka Kwang bij me op. Ik dacht n.b. eerst, bij het zien van de hopen lampions, met een Chinees eethuis te doen te hebben. Binnen kan je voor beeldengroepen wensen uiten. Bij voorbeeld om op het rechte pad te blijven. Dat heb ik maar niet gedaan oom, stel je voor dat dat een heel saaie geschiedenis zou zijn Ik Waarde oom, Apa kabar, hoe gaat het met U? Daar sta ik dan, voor de eerste maal met voet aan wal in uw oude oost. Vanmorgen liepen we op Sumatra Belawan binnen aan de Straat van Malakka. De grote bedrijvigheid laat wel zien dat het een van de belangrijkste havens van Indonesië is. Van hieruit vin den de natuurlijke rijkdommen van Sumatra op Kalimantan (het vroegere Borneo) na het groot ste eiland van Indonesië hun weg over de wereld. Rubber, palmolie, sisal, tabak en thee, om er maar een paar te noemen. heb en passant wel even gevraagd m’n leven met tien jaar te verlen gen. Want u noemt me dan wel een zwartkijker, er zijn toch ook heel plezierige dingen op deze bol te bedenken. We zijn in Medan maar kort gebleven, toch lang genoeg om de Oudhollandse gebouwen te herken nen. Bijvoorbeeld dat naast de mos kee, waar, zo vertelde de gids, vroe ger de Nederlandse gouverneur woonde. U bent hier geloof ik in uw Indische tijd nooit geweest hè oom, ik herinner me tenminste alleen de verhalen over Java en de plantage bij Bandoeng. BUITEN MEDAN strekken de plantage zich rijk uit en overal langs de weg bieden handelaars hun vruchten aan. Suikerzoet is het vruchtvlees van die ronde harige Rambutan. Ja, ik hoor u al zeggen dat wordt met een oe geschreven vlegel, maar in het moderne bahasa hebben al die OE’s ook van dat lekkere tempo doeloe voor een U moeten plaats maken, dus is het ook tempo dulu derhalve, waardoor het nu wel extra ver van u zal weg zijn. Die Rambutan hielp overigens uitstekend tegen de spijker die ik in m’n hoofd had na een wat te uitvoe rig bezoek aan de Prinsenbar aan boord. Ook het vlees van de Mangis- tan en Durian is heerlijk. Al ziet die laatste met z’n groene stekels er nou niet direct uit of ie de consument een hartelijk selamat datang, wel kom, toeroept. RUBBER-, thee-, tabakplantages- bergen, dalen en rijstvelden. En kleuren groen, die elke meter dat de bus verder rijdt in schakering lij ken te veranderen. Bruusk van schoonheid en grillig. Ik lees dat 60 percent van het eiland bestaat uit tropische regenwouden. Een eiland iemand die het tegen zijn medepas sagier onophoudelijk heeft over al de sociëteiten die hij in zijn Indische jaren heeft gefrequenteerd. Con cordia, de Harmonie, Amicitia. Hij schijnt dapper innemend het land te zijn doorgereisd. Je kan er oud mee worden blijkt wel. De man naast hem luistert onvermoeibaar DE WEG TERUG kreeg een extra avontuurlijk karakter toen de wagens een voor een de strijd staak ten. Vijftig meter voor ons raakte er zelfs een van de weg en kantelde met veel gedruis het groen in. De inzittenden kwamen er met een paar schrammen van af, maar de wagen was voor verder vervoer af geschreven. De radiateur van onze truck was weer zeer dorstig, maar daarnaast moest ook de onder de wagen hangende benzinetank met behulp van blokken regelmatig van stand worden veranderd om de walmende motor enig „voer” te geven. toe; meldt dat hij uitstekende jaren in Surabaya op Java heeft gekend en dat hij van plan is binnenkort op Sumatra terug te keren om een safarireis te maken. Behalve ape- soorten schijnen er in de bossen ook nog olifanten en tijgers te huizen en natuurlijk de veel besproken één- hoornige rinoceros. DE EXCURSIEGANGERS wor den op wat gammel rijdend materi aal geladen en voort gaat het naar het plaatsje Bawomatalua, 400 meter hogerop. „Exciting, exci ting”, is de reactie van een Ameri kaanse toeriste als onze truck hal verwege moet stoppen, er houten blokken achter de wielen worden gegooid en de radiator een extra slok krijgt. Dat herhaalt zich ven volgens nog een paar maal op de steeds steiler wordende weg. De laatste meters kan zelfs de puffende truck niet halen; 82 hoge treden die naar het dorpje voeren, waar de bewoners tussen hun paalwoningen onmiddellijk een demonstratie geven van hun handelsgave. Het is niet de enige demonstratie die de bezoeker in dit „ver-terug-in-de- tijd-dorp” wacht. Krijgsdansen worden getoond en gespierde jon gemannen nemen een reuzesprong over een twee meter hoge stapel stenen. In vroeger tijden was het een training voor de krijgers en was de steen bedekt met scherpe speer punten, nu gaat het allemaal wat vredelievender toe en wordt de steen enkel nog op dorpsfeesten door de plaatselijke jongemannen „bedwongen”. En natuurlijk eens in de veertien dagen wanneer er toe risten op het eiland zijn. DE AL EERDER geciteerde Amerikaanse werd dit allemaal bijna teveel. Ze krijste van opwin ding en liet haar vlezige handen beurtelings op haar blauwige haar en de blote knieën neer daveren. Nu ik dit schrijf, oom, is het al donker. We varen aan op Jakarta op Java, het eiland waar uw herin neringen liggen. Ik ga me nu haas ten, want de scheepsomroep meldt juist dat de Krakatau „langszij komt”. We boffen, het is een mooie nacht met een volle maan, die voor het schip een zilveren pad effent. ik altijd naar school moest meene men voor de missie, is hier tenmin ste goed besteed”, grapt een reisge- nooot. Sibolga ligt er verlaten bij, ooit een bezige handelshaven, van waar uit specerijen werden verscheept, is het nu een rustig, wat chaotisch aandoend vissersplaatsje aan de Indische Oceaan. OOM MAX, reizen per luxe schip door dit eilandenrijk is eigenlijk een vorm van neo-kolonialisme, bedenk ik, als ik vanaf de sloep de scheepstrap opstap. Je op een luxe airconditioned schip van haven naar haven laten varen. Je vervol gens door een becak van de ene bezienswaardigheid naar de andere passar laat rijden, terwijl je af en toe de driftig trappende man achter je een aanmoediging toeroept. En dan weer terug naar het schip, waar de becakrijder nog hijgend het geld natelt, wanneer jij alweer achter een koele gin-tonic aan de bar zit. Begrijpt u me niet verkeerd, het is niet onprettig. DIT CONTRAST schip-wal manifesteert zich nog het duide lijkst de volgende dag op het verge ten eilandje Nias, een halve dag varen van Sibolga verwijderd. Alles op het eilandje ademt een sfeer, waaruit onmiddellijk blijkt dat nie mand er enige poging heeft onder nomen het blad, dat toegang geeft 5 tot de twintigste of zelfs negentien de eeuw van de kalender af te scheuren. Het haventje Teluk Dalam loopt uit, wanneer de tender aan de steiger afmeert. Een tiental eilanders gaat met het scheepje retour om zich aan boord van de Prinsendam door scheepsarts Ton Hazenberg onder het mes te laten nemen. „Lunchpauze” bij Tomok op het eiland Samosir IN DE LOOP van de middag is de prachtige wolkenlucht ineens het dak van het prachtige Toba- meer. Ineens, tussen twee bergen door, ligt het daar, van deze hoogte rimpelloos, blauw-groen van kleur. Door de bergen die het omgeven lijkt het gevangen in de rotsachtige hand van een enorme reus. Een plas water die alleen al zes keer zo groot is als het toeristische Lago Maggiore in Italië. NOU OOM MAX, ik vertel u natuurlijk niets nieuws als ik meld, dat het Tobameer in het centrum van Batakland ligt. Dat is genoemd naar de nakomelingen van de Proto Malaya volkeren, die in het berg land langs de grens van Burma en Thailand wonen. Er zijn er naar schatting tussen de 3,5 en 4 miljoen. Verdeeld in stammen woont het grootste in (op het eiland Samosir) en rond het meer. De gids vertelde dat het kannibalisme nog lang hoog in het vaandel stond bij de heren, die het contact met de buitenwereld lang hebben geschuwd, en dat ergens bij Pearadja nog een graf steen te vinden moet zijn die ver meldt dat eronder de beenderen van twee zendelingen begraven lig gen die zijn gedood en opgegeten. Nou kan ik me smakelijker zaken, voorstellen dan een beginnend bier- buikje, maar alia oom, wij hebben niets van opstormende hongerige menigten gemerkt. Integendeel het „horas”, de welkomsgroet klonk hartverwarmend, toen we door het kleine plaatsje Prapat liepen, waar we die nacht in het Danau(meer) Toba-hotel overnachtten. Vanaf het terras zag ik de zon achter de ber gen zakken en bleef een diepdonke re hemel achter. Het lijkt voor de krekels het sein te zijn om hun hymnes aan deze natuurpracht aan te heffen. DE VOLGENDE DAG naar het eiland Samosir gevaren, waar op tal van plaatsen langs de oever hippies er zal vast wel weer een andere naam voor deze levensgenietende wereldontdekkers zijn zijn neer gestreken, die voor een luttele ver goeding bij een Batakfamilie te gast zijn. De huizen staan op palen en hebben een zadelvormig dak, met een puntige naar voren hellende gevel. Een trapje leidt de bewoner naar binnen. IN HET PLAATSJE Tomok is het toerisme al lang ontdekt. De dorpsbewoners doen goede zaken. Een diept er trots als hij merkt dat ik een Belanda, Hollander ben een foto van prins Bernhard op, die ooit bij een bezoek aan het plaatsje bij hem kwam neuzen. Handwerk op de markt te kust en te keur, maar ook oude munten, zilve ren rijksdaalders met Willem III, gaan over de toonbank. In zulken getale, dat het wel lijkt of ze ze daar op Tomok zelf slaan. Een prachtig eiland oom, mooi natuurlijk om een plaatje van het graf van koning Sidabutar te maken, de eerste koning van het dorp die hier drie jaar geleden werd begraven, maar nog mooier is het om even de toeris tische drukte te verlaten en de ver laten natuur op te zoeken, die er daar op Samosir wat vergeten bij ligt. Ik heb zelfs nog op een zwijn gejaagd, maar het beest leek niet erg onder de indruk. DE MEEST GEBRUIKELIJKE tocht is het om na het Tobameer en Prapat terug naar het oosten, naar Medan te reizen. Maar de onze voert naar Sibolga, terug naar het ms. Prinsendam, dat inmiddels om Sumatra heen is gevaren en nu voor de rede van Sibolga op de opvaren den ligt te wachten. De weg naar het westen vergt vele uren, door ruig bebost gebied, langs plotseling opduikende sawa’s, met overal weei- kerkjes. „Dat zilverpapier wat SSil. De meester poseerde graag met. zijn klasje: onderweg vanaf het Toba meer naar Sibolga in de bus zit Toeristje kijken op het eiland Nias - ■w - ’Waf: J 1

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1977 | | pagina 9