Boemelen van Bandung naar Djokja 9 c l i 5 'A li&rga Rp. HOÉ, K 1 A S 3 BANDUNÜ I JOGJUUm J.-mrsJharM *41 uit Indonesië door Udo J buys ■■M T' 2 w Volgende keer: Paters en pindakaas in Malang ■M MM ■Hi OMMMMMMMMHMMMMMHMMMMMMMi Brief 4 aan Oom Max, voorheen planter te Bandoeng (eerdere brieven verschenen op 18 en 25 februari en 14 maart) A <r. NET AANGEKOMEN in Djokja, Jogjakarta. Van de stad heb ik nog weinig gezien, want ik verlangde te zeer naar een bad na tien uur sporen. Het zilver en de batik, waar de stad beroemd om is, zullen nog even moe ten wachten. Maar wat een reis was het oom, voortreffe lijk. In een trein, die in het verwende Nederland onver biddelijk tot stakingen zou leiden. In sommige gevallen zelfs zonder deur voor het toilet, nou ja toilet, een soort Frans hurktoilet. Zo’n ding zag ik tenminste één keer, in de andere hokjes was het vakkundig weggesloopt en resteerde er enkel een gapend gat in de vloer, waar onder je de rails zag voort spoeden. .AA KEPOKTACiE W BI 1 0 ;L c <1 ■SSss, de passagiers nog niet. HMMMM 1.3 2 3 3 3 3 4 1 6 5 JE KAN JE NOU WEL uren ver gapen aan de Boroboedoer, aan grillige kraterlandschappen en con- fectiedanseresjes op Bali, daarmee heb je natuurlijk nog helemaal niets gezien van de mensen in hun eigen omgeving. Ik heb er bij aankomst op het station nog een reisleider aangeschoten, die zich erover ver baasde dat ik de reis echt uniek had gevonden, maar me bezwoer zoiets een „dure toerist” nooit te zullen aandoen. Enfin, moet ie, die toerist, er zelf maar om vragen. TERIMA KASIH. dank u wel Nee dat was niet tegen u oom, een boy hier in het hotel brengt me zojuist een dampende pot thee. Daar zijn ze hier royaal mee. Van morgen, voor ik uit het Savoy Homann hotel vertrok werd ik er ook mee gewekt. Dat was om half vijf, want de trein vertrekt in alle vroegte, een uur later. De Postweg van Daendels, waar het hotel aan ligt, de tegenwoordige Jalan Asia- Afrika, was al volop in leven. (Oh ja, voor ik het vergeet, in mijn derde brief is een foutje geslopen. Bij een foto schreef ik over „een deel van de drukke pasar in Bogor”, maar 6.15 uur het landschap wordt heuvelachtiger. In hun eeuwige buighouding ploeteren vrouwen op de sawa’s, tot hun enkels in de modder waden ze voort. Op een overweg een spoorboom van bam boe. Kaartjescontrole, drie man sterk. De een knipt er een gaatje in, de ander knipt er een hoekje af. dat was, u zult het wel gezien heb ben, een stukje Postweg in Ban doeng.) Rond het station was het zelfs al een drukte van belang. een hurkende man zich geschrok ken met vreemdsoortige kikker- sprongen uit de voeten maakt. 8.45 uur Tasikmalaya, 349 meter hoog. 10.45 uur Sidaredja. Op het per ron het klassieke plaatje van ’n parmantige jonge vrouw sierlijk met een zonnescherm boven het hoofd. De trein slingert zich voort. Onderweg overal steeds weer hur kende mensen in de kali, rivier, die datgene doen waarvoor in onze westerse huizen „het kleinste ver trekje” is gereserveerd. De passe rende trein brengt ze zowel letter lijk als figuurlijk niet uit hun even wicht. Hoogstens een ongeïnteres seerde blik in de richting van de spoorbaan, zo van, „mag ik mis schien”. Dat verandert wanneer de trein op Lebeng aanrijdend, plotse ling onverwacht vaart mindert en Het ploegje ziet eruit alsof het de 200 kilometer van de Nijmeegse Vierdaagse in een ruk heeft uitgelo pen. Snorren van parelzweet boven de bovenlip. Na het maal krijgt de hitte in de trein ook mij te pakken en knikke bol ik Keboemen, Koetoarjo, Poer- wodadi en Sentolo voorbij. Levendiger is de pasar ngasem, de vogelmarkt, ook al in de buurt. Vooral in de ochtenduren wordt de Bandung-Djokja-express bij elke halte bestormd door vrouwtjes die etenswaren aan de man proberen te brengen. Het meisje in de trein laat het hapje goed smaken. Net als de andere passagiers werkte ook zij na het maal de resten met zwier onder de zitting. Op een van de haltes snapte ik het mannetje dat zich met de oogst van het rijstveld huiswaarts spoedde en de treinbeweging letterlijk en figuurlijk aan zich voorbij liet gaan. EEN CONDUCTEUR leurt met kussens. Voor 100 Roepiah, onge veer zeventig cent, kan ik er een voor de reis huren. Wel plezierig om zo de houten rechte zittingen nog iets te kunnen stofferen. De kussens gaan niet grif van de hand en de jongen tegenover me, Francis, beklaagt zich dat de trein op zich al zo duur is. Ik betaalde voor het traject Bandoeng-Djokja 1100 Roe piah, dus zeg maar 7,50. Als we uit Bandoeng wegrijden hangt boven de bloemenstad nog de blauwgrijze sluier van de dageraad 9.10 denderen we een spoorbrug over. In de diepte onder ons strekt zich een rijke vallei uit. Rieten en pannedaken en rijstvelden zo rijk aan water, dat de natuur er zichzelf in kan spiegelen. 1 1 1 1 1 r NAAST EN TEGENOVER me in de trein drie jonge Indonesiërs, die in Jakarta studeerden en een paar dagen met vakantie naar huis gin gen. Ze- wilden, zoals al zo vaak gebeurde tijdens deze reis, onmid dellijk adressen wisselen. Toen ik vlak voor het vertrek bij een snoep- venter wat „leeftocht” insloeg voor onderweg, scholden ze de man de huid vol toen hij me probeerde af te zetten. En met een misnoegd hoofd schudden zagen ze dat ik uiteinde lijk toch nog te veel betaalde. Enfin, hij wenste me in ieder geval nog een selamat jalan, een goede reis, toe. M’n overbuurman leert me dat sta tion, setasioen, is en trein kereta api. 12.05 begint het circus pas echt. De horde die met volgeladen bladen met etenswaren op de armen of hoofd op de trein toe rent is groter dan ooit. Tussen de wilde handel door wring ik me door de middengang door de coupés, een handvol Euro peanen wat verderop wist zich het zweet van het voorhoofd. Een man met een hoofd als een pompoen meldt ongebroken en met droge tong dat hij dit allemaal nooit had willen missen. MMMB EN DAAR IS dan Djokja. Precies één uur te laat op schema. Half vier in de middag, tien uur treinen ach ter de rug. Een overvol perron, veel fietsen en becaks, ossekarren. Djokja is een drukke universiteit- 1 - x stad. Soetjipto Widodo, de Satriavi- gids met wie ik later deze week via Malang naar Soerabaja reis, heeft me op weg naar het hotel vast even De Kraton geshowd, het paleis van de sultan. Het dateert uit 1755. Sul tan Hamengkoe Boewono I die het bouwde heeft dichtbij ook het Taman Sari, het waterpaleis neer laten zetten, maar daar zijn nu enkel nog de ruines van over. 12.40 een tunnel door, het lijkt wel of de kruidnagellucht van de opvlammende kreteksigaretten nog opdringeriger is. In de restauratie met al even rechte banken bestel ik een nasi goreng. Een grijpstuiver. I 9.50 uur. Uit tassen en andere valiezen komen steeds meer etens waren te voorschijn, de resten wor den met zwier onder de zittingen gedeponeerd. Wat niet meer terug de tas in gaat, wordt neergepletterd. Tegenover me lepelt de jonge Indo nesiër met smaak zijn rijst uit een palmblad. De zon neemt nu ook in kracht toe en langzaam stijgt de temperatuur in de overvolle trein. ZO ROND HET MIDDAGUUR schat ik de temperatuur in de trein toch zeker tot veertig graden geste gen. De handelaars doen nu goede zaken. In een holletje van palmbla den wordt de rijst tussen duim, wijs- en middelvinger tot een balle tje gekneed en naar de mond KROYA. Lunchtijd. Nu gebracht. Eten op, bladeren onder de bank. Nog maar drie uur voor de boeg, anders dreigden de hopen afval me zeker boven het hoofd groeien. &3O 5.45 uur: een kampong, vrouwen in sarong, schoolkinderen in blauw wit uniform. Een ganzehoeder drijft zijn vogels het veld op. Langs de berm grazen een paar kar bouwen. BMMMMMM LANGGEREKT LANGS de spoorbaan reikt de arm van de stad nog ver. Na een kwartier sporen volgen de rijstvelden, groen tot aan de horizon. De nieuwe dag breekt door en zet de Preanger in volle gloed. Wat een pracht, oom. FONTEINTJES, handdoeken, zeepjes, al helemaal nooit van gehoord. Zal je door het gekruide eten toch last met je maag hebben, waardoor je het compartiment veel vuldig moet frequenteren, kom je toch mooi op de koffie. Vermoede lijk ook daarom worden groepen toeristen doorgaans vervoerd in een luxueus rijtuig, waar ze in de kus sens wegzakken, drank en hap klaar staan en ze niets tekortko men. Tenminste, dat denken ze, want ze missen het allerbelangrijk ste: deelgenoot zijn in een stukje leven van de bewoners van het land. HET POERI ARTHA hotel waar ik u nu zit te schrijven ligt uit het centrum verwijderd, rustig en intiem. Ik probeer straks nog even wat batik op de kop te tikken. Oh ja en ik zal niet vergeten naar een geschikte kamerjas voor u te kij ken. Beloofd is beloofd, al vind ik eigenlijk nauwelijks dat je een man met zo’n opdracht op weg moet stu ren, naar „de oost” nog wel. Dat was het voor vandaag oom, selamat malam, goedenavond. V IN DE VERTE midden in de sawa’s een dessa verscholen in de schaduw van licht bewegende palmbomen. 7.00 uur: de eerste stop: Waroeng- badrek. Weer een half uur later Cipoeendevy, bladen vol etenswa ren worden aangedragen, eieren. A s V 2»

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1977 | | pagina 13