Leidslieden
van de mens
Malcolm Muggeridg-e en de grootste
gebeurtenis uit de geschiedenis
Dikke encyclopedie van de filosofie
r.
E
Cl»
Nieuwe methode
sterren kijken
RUIMTE SCHEPPEN VOOR EEN GELOVIG KLIMAAT
door Th. J. Koeckhoven
Paulus
l
Wonderverhalen
Bijbel en wetenschap
5
ENCYCLOPEDIEËN ZIJN
geen leesvoer. Toch ben ik in
staat om geleidelijk een hele
encyclopedie door te nemen,
als het tenminste gaat om
kunst en geesteswetenschap
pen. De nieuwe „Encyclopedie
van de filosofie”, door Elsevier
uitgebracht in de Winkler
Prins Bibliotheek vind ik dus
een heerlijke kluif, afgezien
natuurlijk nog van het grote
nut. Het is een dik boek van 750
bladzijden, zonder illustraties,
maar met duizenden gegevens.
Het is samengesteld door prof,
dr. K. Kuypers, met hulp van
zeer veel andere wijsgerig
geschoolden.
Malcolm Muggeridge is een van de velen die zich geroepen voelden een boek
te schrijven over Jezus. Er zijn daarom vele boeken die de korte titel Jezus
dragen. Ook dit boek. Het is zeker niet de geringste van de reeks. Drie zaken
vallen meteen al uit het voordeel van deze schrijver. In de eerste plaats kan
Muggeridge schrijven. Zijn vakmanschap heeft hij al meermalen bewezen op zijn
vakgebied, de communicatie. Hij weet als weinig anderen hoe een boodschap
over te brengen aan een groot publiek. Zijn gaven heeft hij nu aangewend om
zich te wijden aan de bron van de blijde boodschap zelf, Jezus van het evangelie,
het grote actuele nieuws voor de mensen van alle tijden.
Datzelfde geldt voor de in Genesis ver-
ÈRQ'J
11977
Voor een deel is dat waar, want er is
bijvoorbeeld naast de Europese wijs
begeerte vanaf de Grieken tot het
structuralisme ook ruimte toebedeeld
aan het joodse denken, eveneens aan
woord Jung niet terug. Medevoelend
als ik ben, denk ik dan dat de redactie
Jung als (para)psycholoog niet wil
inscharen bij de schoolse wijsbegeerte.
En dan zoek ik verder, Freud ook niet
vindende, en dat is volkomen excuseer-
baar, maar stuit ook prof. Gerard Hey
mans uit Groningen, filosoof én psy
choloog. Waarom dan Jung niet, zes
keer zo belangrijk als Heymans.
En Hij, wakker geworden, bestrafte den
wind en zeide tot de zee: Zwijg, wees stil!
En de wind ging liggen en het werd volko
men stil. Marcus 4:35-41 (illustratie uit de
Gustave Doré bijbel)
vraagt men zich als leek verbaase af: als
dit allemaal waar is, waarom dan zomeel
argwaan van de erkende medicijnman
nen? Ik kan nu niet beter doen dan dit
boek minstens in hun aandacht aanbeve
len. Deze aanbeveling durf ik minder
goed te richten aan theologen en exegeten.
De uit de bijbel geciteerde verhalen staan
werkelijk zo in de Schrift. De wetenschap
pelijke betogen naar aanleiding daarvan
moet ik als onderkundige laten voor wat
ze zijn. Alleen dit:. ZE BOEZEMEN ME
VERTROUWEN IN. Maar voor mijn
gevoel is de schakel tussen de bijbel en
wetenschap te zwak, te hypothetisch zelfs.
Hoe het zij, Stark heeft een belangwek
kend boek geschreven. Als we er alleen
maar lessen over een goede milieuzorg uit
leren, is er al heel veel gewonnen. (Meu-
lenhoff, Baarn, 24.50).
H.A. Rey is een Amerikaan van Duitse
afkomst, die wijsbegeerte, natuurweten
schappen en talen studeerde. Zijn boeken,
in veel talen overgenomen, bereiken een
totale oplage van zeven miljoen. Schrijven
voor belangstellende jeugd is een van zijn
doeleinden.
Sommige lezers zullen tegenwerpen, dat
aan leidslieden toegeschreven uitspraken
geenszins vaststaan, en ook, dat zelfs aan
het wereldlijk bestaan van sommigen
(zoals bijvoorbeeld Noach) zou mogen
worden getwijfeld. Natuurlijk kent Van
Praag deze bezwaren. Maar hij stelt dat
het niet gaat om de namen en toeschrijvin
gen, maar om de waarde van de teksten.
En als uitnemend kenner daarvan heeft
hij uit wijze boeken veel juweeltjes opge
diept, die hij telkens tegen een goed geko
zen achtergrond laat oplichten. Het is een
dun boekje, maar het bevat veel.
En voor leken heeft H.A.Rey, een Ame
rikaanse veelweter en auteur, een interes
sant boek geschreven. Het heet „De ster
ren - anders bekeken”. Het is, zeer royaal
geïllustreerd met sterrenbeelden en kaar
ten, door drs. F. van Bueren-van den
Hoven van Genderen vertaald voor Hol-
landia in Baarn. Het kost 34,50.
Dat heeft hij gedaan met alle 88 beel
den, waarvan wij er meestal niet meer dan
twee dozijn op één moment (of een avond)
kunnen zien. De schrijver raadt vervol
gens zijn lezers aan om met het boek (en
een zaklantaarn om de sterrenkaarten te
kunnen lezen) ’s avonds naar buiten te
gaan. De hemel is nu veel meer „ont
sluierd” dan voor die tijd, want de schrij
ver verstaat uitstekend de kunst om uit te
leggen hoe wij nü wel de sterrenbeelden
kunnen onderscheiden.
Hij gaat nog veel verder, door op een
zeer begrijpelijke wijze uit te leggen hoe
de sterrenbeelden langs de hemel reizen
met de poolster als middelpunt. Vervol
gens leert hij op begrijpelijke wijze ster
renkaarten lezen, omdat hij tal van ezels
bruggetjes achter de hand heeft om moei
lijke zaken eenvoudig te maken. Als je het
boek uit hebt, ontdek je ineens dat je min
of meer spelenderwijze heel veel hebt
geleerd over astronomie, omdat dit boek
eigenlijk een heel handige cursus is. Echt
iets voor liefhebbers.
HEIN STEEHOUWER
5
c'
o
3
ïi
(T7
s
HEIK1
Hier is het voorbeeld van de bijbel aan
geslagen. Waar vooral de medische weten
schap voordeel zou kunnen halen uit de
bijbel als wegwijzer laat zij het volgens
Stark afweten. Hij verwijst naar het ver
haal van de koperen (metalen) slang van
Mozes. Naar aanleiding hiervan vertelt
Stark ons de geschiedenis van Paracelsus
en zijn geneesmethoden en geeft hij hoog
op van de krachten van de magneet. Hier
mee zijn verbluffende resultaten geboekt,
maar de officiële geneeskunde zwijgt.
Chinese en Indische filosofie. Dat laat
ste lijkt mij echter in deze eerste druk
nog maar een begin, dat ik graag in
volgende drukken stérk uitgebreid zou
willen zien. Zeer velen in het westen
houden zich bezig met oosters denken
eh op dit gebied is er een keur van
boeken, die deze encyclopedie verre in
de schaduw stelt. Maar enfin, het begin
is er.
Ook zocht ik tevergeefs naar het
trefwoord Kaballah. Dat onderwerp,
juist waar ook het joodse denken hier
en daar te vinden is, had een uitvoerige
plaats kunnen krijgen onder eigen tref
woord. De Kaballah is namelijk een
zeer veel omvattend en diepgaand
wijsgerig-theologisch stelsel, in feite
•dieper stekend dan bijvoorbeeld het
katholieke Thomisme, dat wel zijn
eigen plaatsje kreeg.
In de late jaren vijftig verscheen bij
dezelfde uitgever „Elseviers filosofi
sche en psychologische encyclopedie”,
een enkele eenvoudige pocket. Daarin
vind ik, volkomen logischerwijze, Carl
Gustav Jung, de grote psycholoog.
Maar hij was meer. Zijn wijsgerig den
ken richtte zich ook op de symboliek,
de alchemie, de religie, de antropologie
en nog enige „dienstvakken”, die aller
lei raakvlakken hebben met de wijsbe
geerte. Het is zelfs zo dat de ideeën van
Jung vaak bronnen zijn, richtingaan
wijzers waarmee de filosoof verder
kan werken. Welnu, in deze nieuwe
dikke encyclopedie vind ik het tref-
Wel iets over de gnostiek, maar zeer
weinig over Hermes Trismegistos, hoe
wel hij onder het trefwoord „Hermeti-
ca” in het kort te vinden is. Deze Her
mes heeft tot in onze dagen een grote
invloed op het denken van alle theoso
fische stromingen, die religie en wijs
gerige wetenschappen koppelen. En er
zijn in ons land misschien meer vaak
zeer diep over de dingen nadenkende
theosofisch, antroposofisch, ma?o-
niek gekleurde mensen dan bijvoor
beeld de Bollandianen en Calvinisten,
die in deze encyclopedie ruimschoots
aan hun trekken komen.
Op een andere toer, die in de ogen
van de samenstellers vermoedelijk
minder „obscuur” overkomt. In de
encyclopedie méér over ene meneer
Windelbach, die een schools leerboek
over wijsbegeerte schreef, dan over
een Wittgenstein, die vanuit de taal
veel wijsgerige verhandelingen schreef
(diens „Tractatus”) en bovendien het
denken van een gehele klasse moderne
wijsgeren bepaalt. Dat is dan „koele”
filosofie, niet verduisterd door reli-
Dan is er het boek zelf, een fijn verzorg
de uitgave, niet alleen grafisch, maar ook
door de mooie afbeeldingen, reprodukties
van bekende meesters als Hans Memling,
Jan van Scorel en Vincent van Gogh, en
verder door naamloze meesterwerken als
ikonen en mozaïeken. Op de omslag prijkt
een ikoon, een ernstige verheven Jezus,
menselijk en bovenmenselijk tegelijk.
Deze ikoon geeft meteen een indruk van
de inhoud. Jezus is ook voor Muggeridge
de man van deze aarde, de mensenzoon;
anderzijds is hij de zoon van zijn Vader,
de verhevene van de berg Tabor
Een derde opvallend element is Mugge-
ridges persoonlijke betrokkenheid bij het
gebeuren rond de man van Nazareth.
Muggeridge moet beslist een gelovig man
zijn. Niet voor niets heeft hij als motto
voor zijn boek het woord van Augustinus
gekozen „Ik schrijf dit boek uit liefde voor
Uw liefde.” Malcolm Muggeridge laat er
geen misverstand over bestaan dat de
komst van Jezus in de wereld „de meest
overweldigende gebeurtenis in de geschie
denis van de mens is”. Tevens is hij niet
blind voor het gegeven dat de komst van
Jezus ogenschijnlijk na tweeduizend jaar
christendom weinig sporen in de geschie
denis tot vandaag heeft achtergelaten.
Dat gaat dan voor Muggeridge zelf geluk
kig niet helemaal op.
Hij voelt zich betrokken en medeverant
woordelijk en daarom heeft hij als niet-
theoloog het leven van Jezus opnieuw
opgeschreven. Het verhaal van het Nieu
we Testament heeft hij in het Heilig Land
zelf gevolgd. Hij moest daar zijn om drie
televisieprogramma’s te maken. Het was
voor hem noodzakelijk, zo schrijft hij, dat
hij zo dicht mogelijk kwam bij de feitelij
ke gebeurtenissen en plaatsen, waar het
drama van Jezus’ leven zich had afge
speeld. Het valt niet te ontkennen dat het
verhaal van Malcolm Muggeridge een
opnieuw verteld drama is. Een drama als
het ware opnieuw op het toneel gebracht,
maar dan door een kritische geest. Het
schrijven van een drama betekent op zich
zelf al een worsteling. Dit wordt nog ver
sterkt doordat de kritische Malcolm niet
in conflict wil komen met de gelovige
Malcolm. Hij wil niet, maar het gebeurt
onvermijdelijk. En ook daarvan draagt
dit boek de sporen, vooral als hij tegen de
wonderverhalen oploopt.
Tenslotte zou Muggeridge zichzelf niet
zijn, als hij deze gelegenheid niet te baat
nam om bij tijd en wijle van leer te trek
ken tegen personen en toestanden die
afwijken van zijn eigen opvattingen. Een
beetje minder zou goed en verstandig
geweest zijn, maar het boek wint erdoor
aan menselijkheid. Het is echter niet zwak
en aarzelend geschreven, maar sterk als
de Jezus op de ikoon van de omslag. De
fouten zoals zijn pogingen wonderen te
verklaren vallen daardoor des te meer
op. Maar in dit geval geldt: aan wie lief
heeft zal veel worden vergeven. (Ambo
Baarn, 24.50).
Seef Konijn heeft opnieuw een boek
Het Nederlandsch Bijbelgenootschap te
Haarlem heeft een uitgave verzorgd onder
de titel Paulus en de oudste gemeenten,
een keuze uit het nieuwe testament. De
prijs bedraagt 7.50. Deze uitgave stelt de
lezer in staat het leven van Paulus op de
voet te volgen en wel met behulp van
uitsluitend bijbelse teksten: brieven van
Paulus en de Handelingen van de aposte
len, waarin zoveel aandacht wordt
geschonken aan leven en werk van Pau
lus. De teksten zijn ongewijzigd overgeno
men uit het nieuwe testament in de
omgangstaal: Groot Nieuws voor U. De
Groningse nieuwtestamenticus prof, dr A.
Klijn heeft de berichten in Handelingen
en de brieven bij elkaar geplaatst. Waar
de Handelingen verhalen van een nieuwe
gemeente, volgt meteen de brief of de
brieven die Paulus later aan die gemeente
schreef. Op zo’n manier kan de bijbellezer
uit de brieven opmaken hoe het verder is
gegaan met een bepaalde vroegchristelij
ke gemeente. Deze maniet van verband
leggen tussen verschillende bijbelplaat
sen in een populaire uitgave is even een
voudig als geniaal. Alle teksten zijn er al,
maar nu staan ze in chronologische volg
orde achter elkaar.
Ik herhaal deze zinnen niet, omdat ik
het er toevallig mee eens ben, maar omdat
ze een goede indruk geven van het hele
boek. Het is geschreven door een theo
loog, maar een die met beide benen op de
grond staat. Sommige kerkelijke autori
teiten mogen Seef Konijn dan verdenken
van minder rechtzinnige opvattingen, een
uitspraak als boven is het hart van het
christendom. Inderdaad blijkt iemands
geloof eerst uit de manier waarop hij met
mensen omgaat. Vanzelfsprekend hoort
hier bij de goddelijke inspiratie waaruit
dit geloven voortkomt. Als het de toekom
stige lezer geruststelt: Seef Konijn geeft
het geloof van mensen wel zeker een god
delijke basis en wel in Jezus Christus.
Ik meen dat gelovige mensen in dit
begrijpelijk geschreven boek de richting
van een antwoord op vele eigentijdse vra
gen kunnen vinden. Er worden vele
onderwerpen in behandeld. Het kan dus
bijna nergens diep gaan. Dit moge al
blijken uit de veelheid van onderwerpen
als gezag, sacramenten, huwelijk, echt
scheiding, abortus en euthanasie. Dan ligt
het voor de hand dat de schrijver soms
wat moet simplificeren. Met name het
betekenende karakter van de sacramen
ten komt te weinig naar voren; maar ten
slotte hebben we hier niet te maken met
een katechismus of godsdienstleer. In een
boek als dit kunnen dergelijke zaken
moeilijk theologisch voldoende worden
uitgediept. Ik geloof dat Seef Konijn voor
velen verhelderend over tal van beharti-
genswaardige zaken heeft geschreven.
Gelovige gezinnen kunnen er zeker hun
voordeel mee doen. Nog één ding: de
bundel is geïllustreerd, maar er staat niet
vermeld wie de tekenaar is. Ik zou graag
weten of hij misschien dezelfde is als de
schrijver.
Walter Stark heeft de bijbel bestudeerd
als wegwijzer voor de wetenschap. Mara,
de naam van het boek, is afkomstig van de
bittere bron die wordt genoemd in het
boek Exodus. De bron levert weer drink
baar water aan het volk der Hebreeën dat
met Mozes zo’n veertig jaar door de woes
tijn heeft gezworven. Dit wonder
geschiedde doordat Mozes op bevel van
Jahweh er een stuk hout in wierp. Stark
en andere mensen van de exacte weten
schap zien in dit voorval een minstens
drieduizend jaar oud procédé aangeduid,
dat volgens Stark na 1945 de grondslag
werd van een wereldomspannende tak
van chemische industrie. (Welke eigen
lijk?).
Uit een folder^van Elsevier: „deze
encyclopedie van de filosofie behoort,
internationaal gezien, tot de grotere
naslagwerken op het vakgebied van de
wijsbegeerte; in het Nederlandse taal
gebied is zij zeker een van de
omvangrijkste tot nu toe verschenen
gespecialiseerde encyclopedieën op dit
terrein”.
Vanuit zijn brede belangstelling heeft
hij nu het genoemde boek geschreven. Hij
ging uit van de idee, dat wij de sterren
beelden niet meer aan hun naam herken
nen. Als testpersoon, in de aanhef
genoemd, is hij dus opnieuw gaan teke
nen. En kijk, de voor de westerse mens
onherkenbare mythologische Tweelingen
zijn in zijn tekening nu twee figuurtjes
hand-in-hand geworden, bestaande uit
lijntjes, die hij van ster tot ster heeft
getrokken.
melde althans volgens Stark kosmi
sche straling en de hiervan afgeleide edel-
steengeneeskunde, de invloed van hemel
lichamen op biologische ritmen en de
edelsteenstralingstherapie met behulp
van de stralengenerator.
Als men de zeer vertrouwenwekkende
verhandelingen en successen verneemt,
Kijk nu eens naar de sterrenhemel en
stel je voor, dat de sterren puntjes op een
vel papier zijn. Iedereen zou andere teke
ningen maken dan wij nu aanzien voor de
bekende sterrenbeelden. Wie zou in het
sterrenbeeld Ram nog een ram terugvin- I
den en wie in de Leeuw nog het bekende
wapendier? Die namen hebben we over
genomen van mythologisch denkende
voorouders, de Grieken en Romeinen, en
die op hun beurt weer van oostelijker
volkeren. En toch hanteren we die oude
sterrennamen nog, want ze zijn ingebur-
gerd en geen astronoom zal zich in de
sterrenbeelden vergissen. Maar verreweg
de meeste leken wel.
DOOR ALLE EEUWEN heen heeft de
mens zijn geestelijke leidslieden gehad
En dat is hard nodig geweest, want ze
hebben voor een belangrijke mate de evo
lutie van het menselijk bewustzijn
gestuwd. Zonder hen was het met de
gesteldheid van ons geestelijk wereld
beeld nog droeviger geweest dan het nu
toch nog is.
Henri van Praag voert twintig geestelij
ke leidslieden ten tonele vanaf Noach tot
<?n met Jezus, via figuren als Mozes, Zara
thoestra, Lao-tse, Yajnavalkya, de Boedd
ha, Solon, Plato en anderen. Ieder van die
twintig beziet hij vahuit een bepaald
standpunt. Bij Noach, het aanvaarden
van verantwoordelijkheid; bij Mozes, soli
dariteit; bij Lao-tse, de kunst om niets te
forceren; bij Jezus, trouw aan de liefde,
enzovoort. Op die manier werkende heeft
Van Praag de belangrijkste positieve stre
vingen van de mens als het ware in kaart
gebracht aan de hand van essays oVer
genoemde leidslieden. Het waren hun
hoofdthema’s. Op die manier voorkomt
de schrijver ook, dat hij in herhalingen
vervalt door het noteren van gelijksoorti
ge uitspraken, die ze uiteraard ook
gemeen hebben.
Het bovenstaande is een overweging,
opkomende na lezing van „Wegwijzers
der mensheid" van prof. Henri van Praag,
uitgekomen in de Occident-serie van
Ankh-Hermes in Deventer, 19.50)
geschreven: In het gezin, ruimte scheppen
voor een gelovig klimaat. (Gottmer Haar
lem). Hoewel als priester niet gehuwd,
heeft Seef Konijn door zijn pastorale
ambt zovele contacten met gezinnen, dat
hij allerminst als leek op dit terrein mag
worden beschouwd. In zijn voorwoord
schrijft hij dat hem heel bijzonder het
gezin van gelovige mensen voor ogen
heeft gestaan. „Kerkelijk of niet, een gelo
vig klimaat in een gezin zie ik als het
meest bevrijdend. Waar mensen geloven,
scheppen ze ruimte voor elkaar. Geloven
heeft in eerste instantie betrekking op de
manier waarop mensen met elkaar
omgaan.”
ER BESTAAT een psychologische test,
waarbij de proefleider verspreid over een
vel papier een aantal puntjes van ver
schillende grootte tekent. Hij vraagt zijn
testpersoon de puntjes zó te verbinden
dat er een figuur ontstaat. In negen van
de tien gevallen zullen verschillende test
personen verschillende tekeningen
maken, uitgaande van die puntjes,
gewoon omdat iedereen met andere
ideeën in zijn hoofd rondloopt.
gieuze bijwerkingen. Geen enkel
woord zelfs over De Bono, die in de
moderne filosofie zij het dat hij een
„sideline” vertegenwoordigt vele
geesten wakker houdt.
Het woord „magie” ontbreekt; John
Dee, als denker, alchemist, relatie van
rabbi Lev: beiden niet te vinden, ook
kennelijk als „obscurantisten”.
Over het vraagstuk van de vrije wil,
waarover zich toch generaties filoso
fen hebben gebogen, slechts een paar
regels, veel minder dan twee denkende
mensen aan namen en ideeën in vijf
minuten te berde kunnen brengen.
Over metafysica (toch een echt
Grieks en klassiek filosofisch onder
werp, want het Woord komt er zelfs
vandaan) slechts één pagina. En die
sluit dan deels aan bij de zeer omstre
den facsistisch „angehauchte” Heideg
ger, beslist geen nieuwlichter op dat
gebied.
Kortom, in deze encyclopedie is
enorm veel te vinden, ook aan bronver
meldingen, literatuuropgaven, zelfs
nationale en internationale tijdschrif
ten, organisaties en periodieke con
gressen. Maar niet de smaakmakende
zaken, die buiten de nogal klassiek-
schoolse opvattingen van de schrijvers
moeten vallen. Eigenlijk zouden we
aan Elsevier moeten vragen om die
veel eerdere pocket samen met deze
nieuwe encyclopédie opnieuw te willen
uitgeven in méér delen. Dan komen
ook de lezers-terzijde aan hun trekken.
HEIN STEEHOUW^