haarlem
filmhuizen
Gispen
GROTER AANTAL THEATERS WERKT REPRISES IN DE HAND
amsterdam
Interieur tlasmjue
siegers haarlem
HHHOGEDUINWUKAANZH
HnHOGEDOIHWJKMNZK
E«sTELsrMENUS
V.aag onze gratis <old« "iet
MENU SUGGESTIES
VRIJDAG
I 5
april
19 7 7
19
maken”.
Classic”
Filmmuseum
Niet verzadigd
mohair velour
bankstellen
meer en beter bij...
fl
TIP;^
Sierra Madre”, beide van John Huston zijn destijds door de verhuur
kantoren City en The Movies opnieuw in roulatie gebracht onder de
slagzin „Dit is tenminste een film die ze toevallig niet meer kunnen
Onder de titel „Wie is er bang voor Humphrey Bogart” schrijft
filmmedewenker Fred van Doorn in de Haagse Post van afgelopen
week een uiterst leesbare boutade tegen het bioscoopbeleid in ons land,
daarbij uitgaande van recente hervertoningen van Humphrey Bogart-
films. De samenhang lijkt op het eerste gezicht niet voor de hand te
liggen. Maar het lukt Van Doorn in een sluitend betoog het verband
Bogart en het programmeringsbeleid van de Nederlandse bioscopen
feilloos te leggen.
De Bogartfilms „To have and have not” en „The Big Sleep”, beide
van Howard Hawks en „The Maltese Falcon” en „The Reasure of the
I w
ik
Oh»»*
Bioscoopbeleid in Nederland en
de ergernissen voor het publiek
Charles Boost
(ADVERTENTIE)
(ADVERTENTIE)
FLES GOEDE
(ADVERTENTIE)
feest met vriendelijke
AU MacGraw en Steve McQueen in The Gataway.
■I
Stéphane Audran en Bruce Kem in The Twist van Claude Chabrol.
PRIMA ZALEN
AKKOMMODATIE
(met uitzicht op zee!)
GEENZAALHUUR!
Waar Van Doorn wel op ingat is de reden
van het steeds opzichter wordend terug
grijpen op het ogenblik van bioscopen
naar oude films, meestal vroegere pu-
bliektrekkers. Een van de oorzaken is de
toename van kleine bioscopen onder één
dak, waardoor een grotere behoefte aan
films is ontstaan die niet verzadigd kan
gowden door de huidige filmproduktie.
Heeft men deze tegenwerkende factoren
enigszins verwerkt dan blijkt Chabrol zich
in zijn nieuwe functie van internationaal
filmer weinig thuis te voelen. Zijn spelre-
gie is beneden zijn normaal peil, de acteurs
gaan zich aan overdreven actie te buiten
en omdat hen misschien het verhaal uitge
legd is als een enigszins zwarte huwelijks-
comedie, proberen de meesten een leuke
„twist” aan hun rollen te geven.
De intrige komt kortweg hierop neer dat
Stéphane Audran als Claire de la Tour
Piquet getrouwd is met de in Parijs wer
kende Amerikaanse schrijver William
Brandeis (Bruce Dern). Hem ontgaat aan
prises-van die films zal toejuichen. Zoal?
nu „The Treasure of the Sierra Madre” en
„To Have and Have not” in onderlinge
afwisseling het een tweetal maanden in de
Amsterdamse theaters The Movies en City
5 hebben uitgehouden, betekende geen on
aardig succes maar was nu ook weer niet
zo’n overtuigende uitslag dat daaraan blij
vende consequenties verbonden kunnen
worden.
het begin van de film een belangrijke
Franse literaire prijs en als hij lichtelijk
gedesillusioneerd aan een nieuwe roman
begint, probeert Claire hem zoveel moge
lijk in zijn werk te steunen. Claire heeft als
Katherine Hepburn en Humphrey Bogart
in „African Queen" uit 1951.
Voor 'n juist advies inzake de
inrichting van uw kantoor
minnaar de uitgever Jacques Lalouet (Je-
anPierre Cassel)'die ook de boeken van
haar man uitgeeft, maar dat belet haar
niet hevig jaloers te zijn op William die ze
verdenkt van een verhouding te hebben
Zoals de vorige week hier al werd aange-
kondigd komt Filmhuis Het Melkwoud
aan de Zijlstraat in Haarlem op vrijdag 22
en zaterdag 23 april met „Ludwig: Re
quiem für einen Jungfraulichen König”
van Hans-Jürgen Syberberg, een filmer
die met „Winifred Wagner en de Ge
schiedenis van het Huis Wahnfried, 1914-
1975” (een vijf uur durend interview met
de weduwe van Siegfried Wagner zoon van
de grote Richard) grote indruk maakte op
de vorig jaar gehouden Cinemanifesaztie
in Utrecht.
Twee successen van het Rotterdamse
Film International, ,,L’Affiche Rouge” en
„Grey Gardens” blijven op het program
ma, de eerste voor de zesde week ip Ciné-
tol, de tweede gaat zijn derde week in The
Movies in.
Filmhuis Velsen komt op 20 en 21 april
met de Zwitserse film „Le Milieu du Mon
de” van Alain Tanner en een week later
met „Jonas”, twee films die vorige week
enigszins uitvoerig besproken zijn naar
aanleiding van vertoningen in het Melk
woud.
1
Voor een
geslaagde receptie,
koffietafel of fijn diner naar
Kennemerlaan 38, IJmuiden
tel.: 02550-13781
Jansstraat 53
Telefoon 32 75 74 en 32 23 79
L
met een jonge weduwe, de mooie Charlie
Minerva die zijn boeken in het Italiaans
vertaalt (Ann Margret). Als Claire echter
ontdekt dat niet haar echtgenoot maar de
uitgever op wie zij verliefd is, de minnaar
van Charlie Minerva is, breekt ze radicaal
met Jacques, en probeert haar man voor
zich terug te winnen. Wat haar eerst lukt
nadat ook hij (ook weer ten onrechte)
jaloers op haar is gewórden vanwege ver
meende ontrouw met hun huisdokter. Een
niet zo bijzonder boeiende intrige die nog
al omslachtig en verwarrend door Chabrol
in beeld wordt gebracht. Aan alle kanten
dus een teleurstellende film die bovendien
geen attracties vertoont waarmee Chabrol
de buitenlandse markt zou kunnen verove
ren. Hopelijk leert de filmer uit een uitblij
ven van internationale roem dat hij beter
in het Frans kan blijven filmen. Dat heeft
tot nu toe steeds perfecte resultaten opge
leverd die bovendien steeds een.(beschei-
den) aanhang buiten de grenzen ople
verde.
Met die uitspraak is Fred van Doorn het
helemaal eens, zeker wat betreft „To Have
and Have not” uit 1944 die hem later in zijn
artikel tot de bekentenis brengt „Honderd
keer liever zie ik een film van Howard
Hawks terug (al is het voor de tiende keer
en al ken ik hem vrijwel uit m’n hoofd) dan
dat ik geconfronteerd wordt met het
nieuwste produkt van René van Nie, en
fnijn filmhart schreit bij de gedachte dat
ee alleen al van de kopiekosten van die 50
of 60 kopieën van „Een stille Liefde” en
„De Peetmoeder” evenzovele prachtige
oude zwart-wit films opnieuw hadden kun
nen uitbrengen. En er waarschijnlijk nog
meer aan hadden kunnen verdienen ook”.
Zoals iedere boutade een lichte verteke
ning van de werkelijkheid toelaat, zo ont
komt ook Fred van Doorns betoog niet aan
lichte overdrijving hier en daar. Een ver
gelijking tussen de looptijd van een altijd
met zekere argwaan bekeken Nederlandse
film en die van enige veelbesproken
„cult”-film waarover al eindeloos geschre
ven en gesproken is, gaat natuurlijk niet
helemaal op. En uiteraard ligt de filmhuur
van 30 jaar oude films aanzienlijk lager
dan bij een Nederlandse premièrefilm, zo
dat met de eerste meer te verdienen valt.
Bovendien blijft het de vraag of het bio
scooppubliek hier Van Doorns voorliefde
voor films met Humphrey Bogart in die
mate zal delen dat het met een overeen
komstig enthousiasme voortdurende re-
Jt
Amsterdam doet het deze week wat rus
tig aan, prolongeert de talrijke premières
waarmee de paasweek werd ingegaan en
volstaat met een enkele nieuwe film, t.w.
„The Twist" van Claude Chabrol in City I,
op het eerste gezicht echt iets waar de
filmliefhebber zich voor in de handen kan
wrijven. Chabrol is bijna twee jaar van
onze schermen geweest, het laatst was hij
aanwezig met „Nada”, een min of meer
politieke film en met Une Partie de Plai-
sir”, beide in 1975 bij ons vertoond. Sinds
dien heeft hij veel voor televisie en zelfs
voor reclamespots op televisie gewerkt.
Dit alles met de tevoren uitgesproken be
doeling om daarna met drie bioscoopfilms
zijn achterstand op dit gebied in snel
tempo in te halen.
Italië, met Alain Delon, Claudia Cardinale
en Annie Girardot. Saskia vertoont „Jour
de Fête”, de meesterlijke comedie van
Jacques Tati uit 1949 en in De Uitkijk kan
men zijn hart nog eens ophalen aan Hich-
cock’s „Dial M for Murder”.
Hollywood, of beter gezegd Amerika pro
duceert nog maar de helft van het aantal
films dat het vijf jaar geleden op de markt
uitbracht nl. een kleine 150. De kosten van
en het risico bij het uitbrengen van een
nieuwe film zijn enorm gestegen, zodat een
nieuwe aanwinst slechts goed te maken is
door haar na de première in City I of
Tuschinski I geleidelijk af te voeren naar
de onderliggende theaters 4, 5 en 6. Maar
nadat een première op die manier uitge
molken is, blijft de behoefte bestaan de zes
theaters draaiende te houden. Het wordt
dan erg aantrekkelijk naar oude films uit
te zien waarvan de te betalen rechten
inmiddels uiterst gering zijn geworden,
extra-kosten als vertaling, ondertiteling en
reclame al lang geleden betaald zijn en het
risico van een mislukking misschien even
groot is als bij het vertonen van een onbe
kende nieuwe film, maar financieel ge
sproken nauwelijks voelbaar is. Het punt
waarom het draait is volgens Fred van
Doorn de omstandigheid dat het Neder
landse publiek niet zo maar uit gezonde
nieuwsgierigheid of omdat het belang stelt
in film-in-het-algemeen regelmatig naar de
bioscoop gaat, maar om ondoorgrondelij
ke redenen kiest vóór of tégen een bepaal
de film. Het zegt onverwacht „nee” tegen
een première of het loopt even onverwacht
te hoop bij een nieuwe film waarvan niets
verwacht werd, en dit nauwelijks gemoti-
Naast de geprolongeerde premières van
vorige week zijn ook enige belangrijke
reprises op de Amsterdamse weekagenda
gebleven. Zoals „Targets”, de eerste speel
film van Peter Bogdanovich in Cinétol die
zoveel beter is dan de tegelijk draaiende
„Nickelodeon”. Bogdanovich’s laatste
filmstijl-imitatie in City 7. In Kriterion
gaat „Rocco en zijn broers”, de integrale
versie van Visconti’s beroemde tragedie
over Siciliaanse immigranten in Noord-
Ook deze week kan een overzicht van
wat de Haarlemse bioscopen te zien geven,
eenvoudig blijven. Er wordt op grote
schaal geprolongeerd en alleen Frans Hals
brengt iets nieuws, d.w.z. de al weer vijf
jaar oude film van Sam Peckinpah, „The
Getaway” met Steve McQueen en AH
MacGraw. Deze twee acteurs spelen een in
de misdaad gedwongen echtpaar dat na
een bankroof achtervolgd wordt door de
politie, door de zich bedrogen voelende
medeplichtigen en door een corrupte ge
vangenisdirecteur die Steve McQueen
vroegtijdig vrijgelaten heeft om voor hem
de bankroof uit te voeren. Van die af
spraak trektMcQueen zich niks aan en
samen met zijn vrouw verdedigt hij het
gestolen fortuin dat hen een nieuw leven
straks in Mexico moet garanderen. En die
opzet lukt na veel geweld, vernieling en
enige opgedrongen moorden.Geheel in de
Peckinpah-stijl.
ft!
Aan de andere kant heeft de schrijver
van het artikel in de H.P. gelijk als hij een
pleidooi houdt voor het terugbrengen van
gerenommeerde films die tien jaar oud of
ouder zijn op grond van het feit dat in die
periode een nieuwe generatie van om
streeks 18 jaar is opgestaan voor wie
bedoelde films nieuw zijn. Hij tekent daar
wel bij aan dat ieder van die films op eigen
terrein een zekere blijvende reputatie
moet hebben, een soort „classic” moet zijn.
Het is zinloos, zo schrijft hij om de vroeg
ste spaghetti-westerns (Django, „Een dol
lar met een Gaatje”), de Trinity-films of
oude de Funès-films in „re-issue” te bren
gen. Het zijn films die destijds aanzienlijke
belangstelling hebben gekregen maar dat
rechtvaardigt geen reprises na tien. jaar.
Fred van Doorn stelt - en m.i. terecht - als
voorwaarde tot regelmatigereprises na
zoveel jaar dat de desbetreffende films
„een begrip” moeten zijn geworden, waar
bij hij echter nalaat verder in te gaan op
die omschrijving. En „een begrip” zal niet
voor iedere bioscoopbezoeker hetzelfde
zijn. Wie het verzoekprogramma van de
AVRO gevolgd heeft waarin oude films
vertoond werden die door de kijkers aan
gewezen waren als goede herinneringen
uit het verleden, zal het niet altijd eens zijn
geweest met de uitkomsten van die
enquête.
Er zijn echter hoogtepunten in de film
historie die praktisch iedereen als „films
die een begrip zijn geworden”, zal accepte
ren. „The third Man”, „Brief Encounter”,
„Citizen Kane”, voor-oorlogse Chaplins,
enfin iedereen kan wel wat titels bijdragen
die vermeld zullen blijven in het boek van
de filmgeschiedenis, zij het vaak om zeer
verschillende redenen.
BEL VOOR INLICHTINGEN
O TEL. (025171 322 of 341
—'X HMci.ln.it.nrMt.urant v.n h.t
TT DIRK VAN DEN BROEK CONCERN
veerd gedrag maakt de filmimporteur bij
zonder kopschuw en voorzichtig. Aan de
basis ligt de verklaring van dit onontwar
baar probleem: „Nederland is waarschijn
lijk het enige beschaafde land zonder film
cultuur. „En dat harfgt samen, vindt Fred
van Doorn, met de filmnalatenschap. De
bepalingen van de Bioscoopbond dat kopi
eën van in ons land roulerende buitenland
se films vernietigd moesten worden als de
rechten verlopen waren (meestal na vijf
jaar) blokkeerden immers in het verleden
de toegang tot die erfenis. En dit terwijl de
allereenvoudigste filmtheorie ter wereld
dat „iedere film ieder moment dat hij
vertoond wordt opnieuw ter discussie
staat en zijn waarde moet bewijzen”, al
leen maar kan werken als films geregeld
beschikbaar zijn voor steeds weer nieuwe
generaties, van filmkijkers, waarbij ze te
vens getoetst kunnen worden door vroege
re generaties filmkijkers die daar behoefte
aan mocht hebben. „Op die manier her
schrijft de filmgeschiedenis zich iedere
keer dat een film opnieuw vertoond
wordt” Sprekend over filmcultuur komt
de schrijver van „Wie is er bang voor
Humphrey Bogart?” al gauw te spreken
óver „het grote zwakke punt uit de filmhis
torie” dat het vertonen van films is. Na de
verschillende projectiedoek-afmetingen
bij de toepassingen van Cinemascoop en
Wide Screen bijv, zijn de bioscopen over
gegaan op een eenheidssysteem, waarbij
de doekmaten op een verhouding van 1 tot
1.85 zijn vastgesteld. Maar nu de opera
teurs in veel gevallen vervangen zijn door
automaten en alle nieuwe theaters auto
maten hebben met uitsluitend horizontaal
beweegbare kaders, is vooral de vertoning
van oude films „een regelrechte ramp ge
worden”. De bovenkant van de filmbeel
den die het oude formaat van 3 bij 4
hebben valt weg. En Fred van Doorn
vraagt zich af hoe een cassière, bijv, bij
City 5 toen daar „To Have and Have not”
gedraaid werd, zou reageren als een bezoe
ker naar haar toe was gekomen met de
vraag of hij, nu hij maar 70% van de film
gezien heeft, van zijn 6,75 entreegeld ook
maar 70% behoeft te betalen en dus ƒ2
mag terugvorderen. Met nog andere erger
nissen in de bioscoop als de verplichte
consumptie-pauze, het rumoerige on
geïnteresseerde publiek, de zielige recla-
-
overnacht
in ons hotel I
Komfortabele kamers
met eigen douche,
toilet, telefoon. TV
en desgewenst
k uitzicht op zee
Wij verzorgen uw f
bediening in een sfeervolle omgeving.
Allereerst de voertaal die tot het absurde
gevolg heeft geleid dat in een door Chabrol
geregisseerde en in Parijs spelende film
zelfs door de agenten op straat Engels
gesproken wordt. En natuurlijk ook door
de hoofdrol die als steeds door Chabrols
vrouw Stéphane Audran gespeeld wordt,
een prachtige actrice die nu met de groot
ste handicap in haar carrière worstelt en
zich met moeite in de vreemde taal ver
staanbaar weet te maken. Verder zijn er de
ingehuurde acteurs die als attractie voor
het buitenland moeten gelden, zoals Bruce
Dern en Ann Margret die het Amerikaanse
bioscoopbezoek stimuleren en, in onbedui
dende rolletjes, Curd Jürgens en Maria
Schell die met hun vergane populariteit
nog voor enige belangstelling in de Duits
sprekende landen moeten zorgen.
Een van die films die hij destijds in het
vooruitzicht stelde was een verfilming van
de roman „Le Malheur fou” van Lucie
Faure die hij echter terwille van een meer
internationale verspreiding in het Engels
zou opnemen. De titel is uiteindelijk „The
Twist’” geworden en de film dankt zijn
ontstaan aan een Frans-Duits-Amerikaan-
se co-productie. Wat natuurlijk allerlei
concessies met zich heeft meegebracht.
„Ludwig” is een onconventionele en sur
realistische visie op de in 1864 gekroonde
koning Ludwig de Tweede, de bouwer van
waanzinnige kastelen in Beieren als Lin-
derhof en Neuschwanstein.Geen recon
structie van de historische werkelijkheid
maar geënscèneerde 'visioenen die regis
seur Syberberg kreeg bij de bestudering
van het onderwerp dat paste in zijn trilogie
over de voorlopers van Hitler, waain zowel
Karl May als Ludwig en Winifred Wagner
volgens de filmer thuishoren. Geen film
liefhebber mag zich dit groteske en fanta
sierijke schouwspel laten ontgaan, waarin
hij met een jodelende Ludwig in.Lederho
sen” wordt geconfronteerd en met talrijke
ironische toespelingen op de levens
vreemdheid van deze waanzinnige vorst.
Op vrijdag 29 en zaterdag 30 april volgt
„Histoire Immortelle”, een klem (55 min.)
meesterwerk van Orson Welles die als ou
de schatrijke avonturier een oude volksle
gende tot werkelijkheid wil brengen. Dat
volksverhaal wil dat de jonge vrouw van
een impotente rijkaard een ingehuurde
zeeman tot bruidegom aangewezen krijgt
om voor een erfgenaam te zorgen. Welles
moet eerst zorgen voor een jonge vrouw
(Jeanne Moreau) en daarna voor een zee
man, maar slaagt toch niet zijn opzet te
verwezenlijken.
Het Ned. Filmmuseum zet zijn impone
rend Cavalcanti-retrospectief voort met
drie grote films van de veelzijdige filmer.
Op dinsdag 19 april wordt „The Life and
Adventures of Nicholas Nickleby” ver
toond, een sfeervolle en gedetailleerde ver
filming van de roman van Charles Dic
kens. Woensdag daarop gaat „The first
Gentleman”, een stukje Engelse ge
schiedenis kort voor onze Willem van
Oranje koning van Engeland wordt. En
donderdag komt in de plaats van „For
them that Trespass” een nieuwe, korte
lings beëindigde collagefilm waarin uitge-
breider dan in „Film and Reality” uit '42
hetzelfde onderwerp, de uiteenlopende as
pecten van filmrealiteit aan de orde wordt
gesteld.
A S.BRUIDSPAREN.
JUBILARISSEN etc
UMEETHETTOCH?
media’s en films heeft Fred van Doorn
ongeveer alle argumenten bijeengebracht
die hem veroorloven te praten over de
geterroriseerde filmfan die niet bediend
wordt in de bioscopen zoals de muziek
liefhebber in de platenzaak. Het probleem
is voor de zoveelste maal aangesneden
maar veel antwoorden uit het bedrijf zie ik
er met op komen.
alle dranken
WIJN v a.10.50