Shakti synoniem voor
kracht en schoonheid
litanie van ellende
Martsjenko stelt zich
teweer tegen regime
Kamptoestanden
Philips batterijen...
die gaan lang mee. g
Nu bij 3 Suisses
S ZOMERKORÏING
GULDENS VOORDEEL
Globe speelt De
neef van Rameau
in Haarlem
„Literaire
Het Achterhuis
.z
Decadentie
Vondel
Popstudio Hinderik
opent nieuw theater
Voor alles dat heel goed
spelen draaien bewegen verlichten moet...
Michelangelo
DINSDAG
PHILIPS
of Fitalon
gezondheidsondergoed
HAARLEM. Steeds opnieuw
blijkt uit wat voor een formidabe
le kunstverzameling Teylers Mu
seum kan putten om een boeiende
expositie te presenteren. De bla
den worden altijd heel bescheiden
en zonder enige franje getoond,
maar wat valt er keer op keer veel
te genieten. Het is een artistieke
schoonheid die in dit 18e eeuwse
museum een haast volstrekt tijd
loos karakter schijnt te bezitten.
Ook de lopende tentoonstelling is
er weer een vol kwaliteit. Een
veertigtal portretten met fameuze
voorbeelden van de stijl waarin
Hendrik Goltzius aan het einde
van de 16e eeuw werkte tot de
komische karikaturen van J. P.
Bender-Visse op de grens van 18e
en 19e eeuw.
j
H op 3 Suisses breigarens, S
X op sokken, kousen, anklets 91
z
Kom tijdig profiteren N
RaJ
If
- - ..«.i.rwiir*t
J
KUNST
Portretkunst in Teyler
JOHN MCLA UGHLIN
a
(Van onze kunstredactie)
JOHN OOMKES
(ADVERTENTIE)
I-
CEES STRAUS
bibliotheek
T.K.
IRENE KOSMAN
V
PHILIPS
De neef van Rameau wordt gespeeld
door Theu Boermans en Hans Hoes. Oor
spronkelijk is de tekst, hoewel in dialoog
vorm geschreven, niet voor toneel bedoeld.
Het is een gesprek tussen de filosoof Di
derot en de neef van de componist Ra
meau. De neef is een leugenaar, parasiet;
de filosoof probeert daar een betere mo
raal tegenover te zetten. Een pure woord-
komedie, die door' Diderot zelf niet werd
gepubliceerd omdat hij processen wegens
laster vreesde. Aanvang van de Haarlemse
voorstellingen 20.15 uur.
HAARLEM. Zuidelijk Toneel Globe
geeft aanstaande zaterdag in Tilburg de
première van De neef van Rameau van
Denis Diderot Ger Thijs heeft het stuk
vertaald en hij doet ook de regie. Vooraf
gaande aan de première speelt Globe deze
produktie tweemaal in Haarlem. Dat ge
beurt woensdag- en donderdagavond in
Pierrots Paradise, het theater van Per-
spekt, ingang De Egelantier, Gasthuis-
vest 47.
Overigens is het treffend te zien dat de
slappe stijl van schilderen parallel loopt
met de decadentie die van de gezichten
valt te lezen. De krachtige, emotioneel ge
laden koppen van de eeuw daarvoor heb
ben definitief het veld geruimd.
De 18e eeuw fascineert minder bij
Troost dan bij Taco Jelgersma. Deze Fries
werd in 1702 in Harlingen geboren en moet
in de jaren ’40 of ’50 naar Haarlem zijn
gekomen waar hij in 1758 tot het gilde
werd toegelaten. Voor zijn zeer charmante
kinderportretten hebben waarschijnlijk
de nazaten van een Fries stadhouderlijk
gezin geposeerd.
Met een glimlach kan tenslotte afscheid
worden genomen van de tentoonstelling.
Nadat Wijbrand Hendriks al eerder verte
genwoordigd was met een portret van de
dichter L. v. d. Kasteele (die op de nomina
tie heeft gestaan om „kastelein” van Tey
ler te worden), wordt de rondgang afgeslo
ten met grappige „cartoons” waarop in
dertijd bekende Haarlemmers figureren.
De geschiedenis van de bestuurders van
Teylers Museum wordt er mee voortgezet
in de vorm van een prentje van een der
directeuren.
(Tot en met komende zondag, dagelijks
van 10-17 uur, op zondag met een gratis
concert in de aula, van 13-17 uur).
Het is dikwijls eerder geschreven:
„Kamptoestanden” is een afschuwelijk
boek. Afschuwelijk in de zin dat de
Volgens zijn echtgenote is Anatoli
Martsjenko een lieve, doch buitenge
woon koppige Oekraïner. De KGB ach
tervolgt hem om zijn politieke overtui
ging en consequent handelen daarnaar,
al achttien jaar op alle mogelijke ma
nieren. Zij verzocht hem zelfs om maar
van hem af te zijn, de Sovjet-Unie met
zijn gezin te verlaten en naar Israel te
vertrekken.
Veroordeeld tot vier jaar ballings
chap belandde Martsjenko in mei 1975
(weer) in Siberië, in Tsjoena. Tijdens
„Kamptoestanden” werd onder moei
lijke omstandigheden door Van der
Vaart Smit geschreven, die als gevan
gene van kamp tot kamp zwierf. Wat hij
hoorde en onderzocht, verwerkte hij in
rapporten, die later tot een boek wer
den verenigd. De eerste drukken ver
oorzaakten een golf van publiciteit en
verontwaardiging. Voor het toenmalige
kabinet Drees was „Kamptoestanden”
aanleiding om een officieel justitioneel
onderzoek in te stellen. De leiding daar
van werd gegeven aan mr. A. M. baron
van Tuijll van Serooskerken, die in
1950 concludeerde: „Het onderzoek
heeft uitgemaakt, dat nagenoeg alom
bewakers zich niet hebben ontzien
zijn eerste drie maanden daar schreef
hij een soort dagboek, over wat hem
was overkomen sinds zijn arrestatie in
Taroesa, in februari, drie maanden te
voren. Zijn verhaal is vooral een scher
pe waarneming van de situaties waarin
hij terechtkomt. Hij probeert voortdu
rend het gedrag van de mensen waar
mee hij te maken krijgt naar waarde te
schatten en bekijkt ook zijn eigen hou
ding kritisch. Zo laat hij zijn gevangen
schap, het „proces” (De uitkomst stond
vooraf vast) het „beesten-” transport,
mishandelingen, verdere vernederin
gen en contacten onderweg de revue
passeren. Alles tegen de achtergrond
king nooit aanraden „zolang zo’n funes
te zelfkwelling nog zo zinloos is. Velen
krijgen er verlenging van straf of ver
zwaard regime voor in de ruil”.
Een door dr. De Jong al jaren geleden
aangekondigd hernieuwd onderzoek
naar de toestanden in de Nederlandse
■>-
Al bereikte hij met zijn protestacties
slechts enorme lichamelijke verzwak
king en bijna-uitputting, hij denkt een
volgende maal toch hetzelfde te zullen
doen: „het machteloze gevoel dat je
hebt als ze je bij de keel vasthouden
kan je tot zulke extreme daden bren
gen”. Anderen zal hij een hongersta-
Martsjenko’s eigen relaas, in „Van
Taroesa naar Tsjoena”, uitgegeven
door Van Oorschot (prijs 13,90) is
aangevuld met feitelijke gegevens over
de gang van zaken rond zijn „proces”
en juridisch (vernietigend) commen
taar er op. Verder staan in het boek een
chronologisch overzicht van Martsjen
ko’s woelig leven sinds zijn ontslag uit
een kamp in 1966, verklaringen van in
het boek gebruikte termen en een stel
ling uit de Verklaring van de Mensen
rechten waardoor het Russisch rechts-
en gevangeniswezen zich ook blijkens
Martsjenko’s ervaringen zich nauwe
lijks gehinderd voelt. De KGB gaf tot
nu toe al Martsjenko’s manuscripten
het stempel „niet vernietigen” mee. Of
die toevoeging ook op de man slaat is
niet duidelijk.
Het is bijna onthullend te zien hoe de
kwaliteit van het portretteren in de 17e
eeuw verschilt met die van de daarop
volgende perioden. Met Goltzius, Jacob de
Gheijn II, Jan Lievens, zelfs met een
schaars werk van bouwmeester Jacob van
Campen wordt een niveau bereikt dat
door een Cornelis Troost - toch de beste
schilder van de 18e eeuw - of door een
Wijbrand Hendriks niet geëvenaard kan
worden.
Een belangrijk deel van het tentoonge
stelde bestaat uit literaire portretten die
afkomstig zijn uit het Pan Poëticon Bata-
vum. Deze bij kunsthistorici zowel als bij
literatuuronderzoekers bekende verzame
ling van documenten, portretten en hand
schriften van dichters en schrijvers werd
tot stand gebrachtdoor een Haarlemmer.
Het was de in Bloemendaal op Wildhoef
wonende koopman Willem Kops, zelf ama-
teurdichter die in de tweede helft van de
18e eeuw een collectie begon aan te leg
gen. Getuige van wat Teyler laat zien had
hij een goede smaak want een zwakke stee
is hier nauwelijks te onderkennen.
van fameuze kwaliteit
l
beestachtigheden, gruwelijkheden, on
menselijke behandelingen, kortom de
toestanden in de Nederlandse kampen,
ingericht voor N.S.B.-ers en collabora
teurs, absoluut onmenselijk waren en
een vergelijking met de beestachtighe
den die de nazi’s begingen alleszins
rechtvaardigen.
De bepaling „Israël en niet de V.S.”
achtte Martsjenko wederom een beper
king van zijn persoonlijke vrijheid en
hij bleef. Hij wil uitsluitend vertrekken
uit vrije wil naar het land van zijn keus.
Alleen op de manier zou zijn emigratie
een duidelijk protest inhouden tegen
wat er in de Sovjet-Unie gebeurt. Zet de
Staat hèm eruit, dan betekent dat een
aanklacht tegen hèm inplaats van om
gekeerd.
Het is weer enige tijd geleden dat de
vijfde, vermeerderde druk is uitgeko
men van „Kamptoestanden, 19447’45-
1948” van dr. H.W. van der Vaart Smit.
Voor velen een niet onbekend werk
omdat in de jaren na de oorlog veertig
duizend exemplaren in vier drukken
werden verkocht. Het succes daarvan,
de nog steeds immense belangstelling
voor het gebeuren in de Tweede Werel
doorlog en de controverse die er tussen
de auteur en dr. L. de Jong van het
Rijksinstituut voor Oorlogsdocumen
tatie onder andere over dit „Kamptoe
standen” bestaat, zijn voor Van der
Vaart Smit aanleiding geweest het op
nieuw, nu bij zijn eigen uitgeverij (De
Pauw C. V., Amsterdam) uit te brengen
van de enige twee mogelijke vormen
van protest: een hongerstaking, die hij
53 dagen lang volhield („ik wilde niet
echt dood”) en zijn absolute weigering
als gevangene mee te werken aan welke
formele procedure ook.
Uithongeren, slechte huisvesting,
mishandeling, schietpartijen (onder an
dere in De Harskamp), kwellingen;
„Kamptoestanden” is een lange litanie
van ellende, die zoveel jaren later bij
het opnieuw lezen weer ontzetting te
weeg brengt. Excuses dat deze toestan
den psychologisch te rechtvaardigen
waren na zo veel jaren van oorlog, zijn
nog steeds verwerpelijk.
De controverse De Jong - Van der
Vaart Smit is in wezen van weinig be
lang omdat „Kamptoestanden” vanaf
de eerste druk onmisbaar blijft voor
het beoordelen van die afschuwelijke
oorlogsperiode en haar gevolgen tot
aan de dag van vandaag.
TON KORS
bracht toen ongewild niet alleen zijn eigen
muzikale visie naar voren, toen hij op
merkte dat hij „zijn spel eenvoudig genoeg
wilde laten zijn, zodat het publiek het kon
begrijpen, maar ingewikkeld genoeg, zo
dat het publiek geïmponeerd werd”. Dat is
precies wat Shakti enkele jaren later weet
te bereiken, al ging hun prestatie vorig
jaar bij hun eerste bezoek aan Nederland
tijdens een concert in de immense Jaap
Edenhal dan enigszins verloren. Ditmaal
bleek een overigens lang niet tot de laatste
plaats bezet Carré een veel betere sfeer op
te leveren.
De „Bombay Boogie”, zoals McLaughlin
zelf de synthese van verschillende mu
ziekstijlen noemt waarmee Shakti zoveel
furore maakt, is lang niet voor iedereen
dadelijk toegankelijk. Het fanatieke ge-
duelleer tussen de beide percussionisten,
het hoge geluid van de kleipot en de stu
wende drift van de tabla, zal menigeen
afdoen als „zenuwenmuziek”. De grote
kracht van Shakti is dat de muziek op
verschillende wijzen, niveaus zo u wilt, te
genieten is. Ik vind het zelfs aan te bevelen
niet continu ingespannen te luisteren naar
de helsmoeilijke tempi of de manier waar
op die tempi tijdens de soli worden ver
werkt. Het enigszins dromerig of medita
tief verwerken van het sfeertje dat Shakti
oproept kan net zoveel genoegens
schenken.
AMSTERDAM. Het licht knipperde
gisteravond plotseling aan in Theater
Carré. Het publiek protesteert, joelt en
blijft applaudisseren totdat John
McLaughlin en zijn drie Indiase vrienden
tenslotte toch terugkomen voor een toe
gift. Shakti verschilt in alles waarbij John
McLaughlin een sleutelfiguur in, de
ontwikkeling van de jazz-rock tot dus
verre betrokken was. Met rock heeft deze
op klassiek Indiase invloeden stoelende
muziek van dit opvallende kwartet behal
ve de soms ouderwets krachtig aangesla
gen gitaarakkoorden van McLaughlin
weinig uit te staan, met jazz gezien de
grote mate van improvisatie des te meer
(al wortelt Shakti niet echt in de jazz
traditie). Onder een feeërieke belichting
probeert het viertal eendrachtig en met
inzet van alle aanwezige krachten de bete
kenis van het woord Shakti creatieve
intelligentie, kracht en schoonheid
waar te maken.
Shakti oogt wat anders dan andere for
maties. De vier voor het publiek van
links naar rechts: de ghatam(= kleipot)-
bespeler T. H. Vinayakram, McLaughlin,
de violist L. Shankar en de tabla-bespeler
Zakir Hussain zitten gedurende het ge
hele concert in een soort kleermakerszit op
een verhoginkje. McLaughlin zal dan wel
niet helemaal met het verleden gebroken
hebben, het is wel duidelijk dat hij mo
menteel geen affiniteit meer vertoont met
de zwaar versterkte elektriek van de eerste
editie van zijn Mahavishnu Orchestra. In
dit bestek is het misschien aardig te weten
dat McLaughlins erenaam Mahavishnu
„goddelijke deernis, kracht en rechtvaar
digheid” betekent en dat toentertijd we
spreken nu over de jaren ’72 en ’73
McLaughlin dat een juiste typering voor
de muziek van het Orchestra vond.
Billy Cobham, slagwerker in die eerste
editie van het Mahavishnu Orchestra,
(Van onze kunstredactie)
AMSTERDAM. Popstudio Hinderik
Jan Hinderik vooral bekend van zijn
voorstellingen met de pop Bombazijn
opent op zaterdag 7 mei een nieuw theater
in de Joahnneshoeve, Jaagweg 6, Ilpen-
dam. De officiële opening gebeurt door
drs. Theo van Velzen, hoofd directie Kun
sten van het ministerie van CRM.
Het tweemans poppentheater bestaat nu
tien jaar en hoopt zich in de nabije toe
komst vooral te kunnen ontwikkelen tot
een objectentheater voor volwassenen. Tot
nu toe werden artistiek opmerkelijke voor
stellingen voor kinderen gegeven.
De vaak in een buitengewoon hoog tem
po gespeelde composities (zoals La Danse
du Bonheur, Lady L of het zeventiende-
eeuwse Kriti) en de daarin zo toepasselijke
vraag- en antwoordsoli schenkt elke mu
ziekliefhebber bovendien het plezier te
zien hoe toegewijd dit viertal ware klasse-
nausici bezig is. Niet altijd krijg je zoveel
waar voor je geld.
voor Vondel door hem de lauwerkrans om
te hangen: de letterlijke uitbeelding van
wat nu alleen nog maar een begrip is.
De dichter Poot komt er iets minder
goed vanaf. N. Verkolje laat geen twijfels
bestaan over zijn afkomst: de mestvork
wijst op een boerenmilieu waaruit Poot
kwam. Zelfkritiek ontbreekt geheel in het
portret dat Jacob de Wit van zichzelf opte
kent. Hij oogt bijzonder knap, wordt om
ringd door een vrouw die een schilderspa
let aanreikt en, cherubijntjes dje de lof
trompet steken.
De tentoonstelling begint overigens met
een zeldzaam blad dat buiten deze verza
meling valt. Het is een portret dat Daniële
de la Volterra van zijn vriend en leermees
ter Michelangelo tijdens diens leven in
zwart krijt heeft getekend. Het was een
voorstudie voor een fresco in een Romein
se kerk, maar hier,-zonder die context
getoond, voldoet het volledig als een zelf
standige artistieke uiting.
Een serie tekeningen van Goltzius
(1558-1616) die tot de belangrijkste grafici
van zijn tijd heeft behoord, vormt het
hoogtepunt van de expositie. Enkele joy
eus opgezette tekeningen, gedeeltelijk ge
maakt tijdens zijn Italiaanse reis, worden
gecompleteerd met een groep zilverstift-
portretjes. Op een heel klein formaat is
Goltzius hier een meester in het detail. De
zilverstift beheerst hij volkomen. Het is
een techniek waarbij op geprepareerd per
kament met de stift wordt getekend in een
opperlaag van lijm, vermengd met been
dermeel. Er ontstaat een heel fijne en
schone lijn met een grote uitdrukkings
kracht.
Wat mindere bladen zijn er van kleine
meesters als Cornelis van Dalen en Corne
lls Visscher, de laatste vermoedelijk een
leerling van Pieter Soutman.
I
Grote Houtstraat 120, Haarlem
ïJWsusses
Randwerk speciaalzaak
interneringskampen heeft dr. Van der
Vaart Smit, die nog duidelijk wortelt
met de maatschappelijke gevolgen van
zijn veroordeling en door middel van
verschillende geschriften zijn houding
van toen probeert te rechtvaardigen,
ervaren als een slag in het gezicht. In
dit licht moet ook deze 'vijfde, vermeer
derde druk worden gezien.
Een vitrine is aan de dichter Joost van
den Vondel gewijd. Hier wordt de aan
dacht onder meer getrokken door een
olieverf op papier die is toe te schrijven
aan Philip Koninck. In de cartouche is een
doodskopje met beenderen te zien. Waar
schijnlijk verwees de schilder hiermee
naar een vroeggestorven kind van de
dichter.
Centraal staat een gedicht met het hand
schrift van Vondel: Jonghvrou Ida stil van
aert/Slijt haar jaeren ongepaert. Het is een
tekst die vandaag de dag in feministische
kringen nog best actualiteit zal hebben.
Jan Lievens getuigt van zijn bewondering
De vierenvijftigste druk van „Het
Achterhuis” van Anne Frank is deze
dagen door uitgeverij Contact op de
markt gebracht in een oplage van
twaalfduizend exemplaren. Vanaf
1947, toen de eerste druk van dit inmid
dels wereldberoemde boek verscheen,
zijn er in Nederland 465.800 exempla
ren verkocht. Het boek is vertaald in
meer dan vijftig talen en over de hele
wereld zijn er meer dan een miljoen
van verkocht. De ongebonden nieuwe
uitgave kost 16,90, de gebonden
29,50.
(ADVERTENTIE)
i S> 12,5% I
Op zijn reis door Italië maakte Hendrik
Goltzius dit zeer fraaie portret van de
beeldhouwer Giovanni di Bologna in
zwart en kleurkrijt. Het blad vormt onder
deel van een collectie portretten die Tey
lers Museum uit eigen bezit toont.
t
Dr. H. W van der Vaart Smit voert in zijn boek „Kamptoestanden" feitenmateriaal
aan om een vergelijking tussen de Nederlandse kampen, die na de oorlog werden
ingericht voor NSB’ers en de nazi-concentratiekampen uit de Tweede Wereldoorlog
te kunnen rechtvaardigen.
weerloze mensen te kwellen en te mis
handelen, waarbij door de Duitsers ge
durende de bezetting toegepaste me
thoden zijn overgenomen”.