IMF-DIRECTEUR WITTEVEEN OP CONGRES NCW:
Nieuwe gelede-bus in Amsterdam
Kritiek FNV
inkomens
KUNSTMESTSECTOR LEVERT PROBLEMEN OP
Gerofabriek
Voorlopig nog
geen doorbraak
zonne-energie
weer gezond
op ontwerp
openbaarheid
Onder nemers willen ook
wel eens schouderklopje
Flinke groei bij DSM in matig verlopen 1976
F
postgiro en
rijkspostspaarbank
31
Extra uitdaging
UtSo.ooo-
Voorzitter christelijke werkgevers
Schaduw
Conjunctuur tegen
Aardgas
Tweemaal vingers branden
Optimisme
Ontslagen?
betaalkaart
Vastberadenheid
iTJ
§8
VRIJDAG
1 3
M E I
19 7 7
ECONOMIE
STATIONSSTRAAT 33 LOOWOUDE 9999
08
Contant vreemd geld in meer dan 30 landen
-
Schijnt uw vakantiezon dit jaar in Italië?
Laat uw vakantievreugd dan niet
bederven door te weinig geld op zak.
Neem wat betaalkaarten van de postgiro
mee.
Elk postkantoor in Italië geeft u er
50.000 lires per kaart voor, op vertoon van
uw nieuwe giropas en uw geldig pas
poort.
Buone vacanze!
Gisteren is in Amsterdam de
eerste van een serie van 25
geleden-bussen in dienst geno
men. De eerste bus werd giste
ren symbolisch overgedragen
aan wethouder Treumann. Op
de foto: de stadsbus maakte
gisteren, getooid met een bloe
metje, een feestelijke rit.
(Van onze redactie economie)
DEN BOSCH. Hoewel de situatie in de wereldeconomie niet
gemakkelijk is, de werkloosheid groot en de inflatie onaanvaardbaar
hoog, is er toch hoop op een evenwichtiger en duurzamer groei. Dit
verklaarde dr. H. J. Witteveen, directeur van het Internationaal Mone
tair Fonds en oud-minister van Financiën, gisteren op het congres van
het Nederlands Christelijk Werkgeversverbond. De overheden zullen
moeten voortgaan met een stimulerend beleid, ook om financiële
stabiliteit te bereiken, maar zij moeten dit uiterst voorzichtig doen.
9234567
TH G LUCASSEN
(ADVERTENTIE)
Deze afremming kan tijdelijk meer over-
(ADVERTENTIE)
Italiaans geld
naar post rek
3
van
handtekening
signature
in nederlandgarantie tot 100 gulden na legitii
dmv.giropas
ts.v.p:
uit Holland
(ADVERTENTIE)
De Wit constateerde overal een zekere
Bogers: „Zo branden wij onze vingers tweemaal”.
Er zijn ook schaduwplekken op het DSM-beeld. De
Maatregelen die inflatieverwachtingen
wekken brengen het gevaar met zich dat
het herstel van het vertrouwen bij het
UTRECHT (ANP) Evenals onlangs
het CNV heeft nu ook de FNV kritiek
geuit op het onlangs verschenen wetsont
werp over de openbaarheid van inkomens
uit arbeid dat een instrument moet zijn
voor een beter inkomensbeleid.
De FNV heeft, evenals het CNV, kritiek
op het feit dat blijkens het ontwerp om
praktische redenen de openbaarheid van
inkomens alleen bedrijven geldt met meer
dan 25 werknemers. De FNV vindt het
onbevredigend dat de minister de prakti
sche overwegingen niet aanduidt. En dan
nog moeten ook die kleinere ondernemin
gen niet buiten schot blijven.
„De toekomst geeft ons weer vertrou
wen”, zo schrijft zij.
Na de langdurige periode van reorgani
satie heeft Gero 1976 afgesloten met een
winstsaldo van 169.631. Het vergelijkba
re cijfer over 1975 was 7,2 mln negatief.
Volgens het IMF zullen de industriële
landen dit jaar hun nationaal inkomen met
Aldus de voorzitter van de raad van bestuur, drs. W.
Bogers, in een toelichting op het jaarverslag. Hij
karakteriseerde de DSM nu, 75 jaar na de oprichting
en van mijnbedrijf geworden tot chemisch concern,
als gedomineerd door een zeer sterke groei. In de
jaren 1970 ’76 groeide de omzet gemiddeld met 34
percent. Zonder de sector energie (aardgas) was dat
29 percent per jaar. Dat is ook vergeleken met de
chemische industrie in de westerse wereld een sterke
groei. In 1976 steeg de omzet met 22 percent tot 9305
miljoen. Deze toeneming is vrijwel geheel een groei
van de omzet in hoeveelheden.
(Van onze financiële redactie)
HEERLEN. Voor DSM was 1976 een matig jaar.
Voor een deel is dat volgens de verwachtingen van
de raad van bestuur. Voor een deel is het een gevolg
van tegenvallende marktontwikkelingen bij enkele
van de belangrijkste groepen van chemische produk-
ten. Ondanks een bescheiden eindcijfer voor de
inflatiecorrectie een winst van 132 miljoen tegen
144 miljoen in 1975 heeft ook het afgelopen jaar
wel bijgedragen tot het verwerven van een positie
die de leiding van DSM voor de middellange termijn
voor ogen staat. De onderneming is goed in staat
geweest het deel ’76 van het zeer grote investerings
plan, ad 1,3 miljard, uit te voeren.
(Van onze redactie economie)
DEN BOSCH. Ondernemers willen
ook wel eens een schouderklopje hebben,
omdat zij zich evenzeer als anderen in
spannen voor economisch herstel.
In vergelijking met 1974, toen de top
werd bereikt, is het tempo van de prijs
stijgingen gehalveerd. Maar voor onder
nemers gaat het om een langere termijn
als zij investeringsplannen overwegen.
Zij zoeken naar duidelijke aanwijzingen
dat de regeringen vastberaden zijn de
prijzen stabiel te houden. Volgens de
IMF.-directeur moeten daarom juist de
regeringen voorzichtiger zijn met de eco
nomische expanset.
groei van de collectieve lasten. Zonder
overigens de solidariteit met de zwakste
groepen aan te tasten. Dat zei gisteren
voorzitter ir. J. de Wit van het Nederlands
Christelijk Werkgeversverbond ter gele
genheid van de jaarvergadering van deze
organisatie.
Volgens hem is het hard nodig de positie
van de ondernemers in het economisch
bestel te erkennen, in plaats van daarover
„alleen maar mistroostig te doen”.
bulkprodukten nemen nog steeds een te grote plaats
in. De produktie van speciale chemische produkten
verkeert, ondanks groei, eigenlijk nog in de beginfase.
In 1976 zat de conjunctuur DSM op enkele belang
rijke markten tegen. Gevolg prijsdruk. Dat geldt met
name voor kunstmeststoffen, waarvoor de situatie
verder verslechterde en waarvan het duidelijk werd
dat er ook structurele problemen zijn. De omzet in
deze sector liep met 10 percent terug en het bedrijfsre
sultaat met 83 percent.
De Westeuropese kunstmestproducenten ondervin
den veel hinder van goedkope stikstofmeststoffen uit
Oost-Europa en uit Spanje en Portugal en van inge
voerde fosfaatmeststoffen uit Tunesië en de VS. De
concurrentie is daardoor groot. Dat uit zich en in de
afgezette hoeveelheden en in de prijzen.
De Nederlandse thuismarkt is, hoewel op zichzelf
beduidend, naar verhouding klein voor de hier be
staande produkte. Niet minder dan 65 percent moet
mismoedigheid. Maar de ondernemers wil
len heus wel hun schouders eronder zet
ten. Zij moeten dan wel een zekere waar
dering voor hun „wagend ondernemen”
constateren, anders gaat de wil eruit. De
psychologische factoren zijn in het econo
misch krachtenveld van groot belang.
Maar men moet de zaken niet al te strak
capaciteit geven voor landen die met zwa
re inflatieproblemen en tekorten op de
betalingsbalans kampen. Voor andere be
tekent het dat de groei van de produktie
maar iets boven die van de industriële
capaciteit mag liggen. Het IMF heeft bere
kend dat de groei van de industriële pro
duktie in de industriële landen nu slechts
ongeveer vier percent per jaar is, één per
cent minder dan in de zestiger jaren.
De laatste jaten is in de internationale
positie van de betalingsbalansen een ster-
worden uitgevoerd en daarvan de helft ver weg, dus
tegen hoge transportkosten. Frankrijk bijvoorbeeld
behoeft maar 20 percent te exporteren.
In de uitvoer naar het Verre-Oosten is de positie van
DSM ongustig ten opzichte van Japanse producenten,
die er dichter bij zitten. De positie van DSM daar
wordt vooral bedreigd door de toenemende produktie
in het Midden-Oosten, waar de producenten over zeer
goedkoop aardgas kunnen beschikken.
ke verschuiving opgetreden. Inflatie en
recessie bemoeilijkten de aanpassing hier
aan. Door de olieoverschotten van de
OPEC-landen, die in 1974 76 miljard dollar
in totaal bedroegen en in 1967 nog altijd
44 miljard dollar, trad verstoring van het
evenwicht op. In de komende jaren wordt
een geleidelijke vermindering verwacht.
Toch zijn deze overschotten weinig groter
dan die van de Westerse industriële landen
bij elkaar.
Witteveen ziet hierdoor dan ook geen
onoverkomenlijke problemen voor de we
reldeconomie. De olieoverschotten zijn
een extra uitdaging om deze extra bron
van besparingen zo te benutten dat de
groei en de financiële stabiliteit van de
ontwikkelde landen gesteund en de eco
nomische vooruitgang in de ontwikke
lingslanden wordt bevorderd.
Dit betekent dat dit geld belegd moet
worden in investeringen op langer termijn
in landen, die de middelen kunnen aan
wenden voor produktie-investeringen.
DEN HAAG (ANP). Zonne-energie
bevindt zich nog in het stadium van de
research. Weliswaar werkt Shell Oil aan
een project voor omzetting van zonne-
energie in elektricteit, maar voorlopig is
geen wezenlijke doorbraak in deze vorm
van energie-opwekking te verwachten; de
grote moeilijkheid is vooralsnog de opge
wekte zonne-energie op te slaan. Dit zei ir.
K. Swart, directeur van de NV Koninklijke
.Nederlandsche Petroleum Maatschappij,
gisteren in de jaarvergadering.
ZEIST (ANP). De Gerofabriek is na
de diep ingrijpende maatregelen weer een
gezond bedrijf geworden, zo stelt de direc
tie in het verslag over 1976.
Hiermee wierp de NCW-voorzitter al een
blik vooruit naar komend sociaal-econo-
misch overleg tussen werkgevers, werkne
mers en overheid. Hij zei dat het wel
vaststaat dat de druk van de collectieve
lasten (overheidsuitgaven en sociale voor
zieningen) belangrijk omlaag zal moeten,
wil het bedoelde evenwicht in de economie
ook kunnen worden gevonden. Hoe dat te
bereiken, moet in een overlegsituatie wor
den uitgemaakt.
ongeveer 4,5 percent zien stijgen. Geleide
lijk wordt op een stijgend investeringspeil
gerekend. Al met al zijn er goede redenen
om in een bevredigende mate van econo
misch herstel te geloven. Men dient echter
onvoorzichtige pogingen tot economische
expansie te vermijden. Het is vooral van
belang in het kader van de inflatiebestrij-
ding te zorgen voor stabiliteit van het
prijspeil.
i Witteveen constateerde dat de plotselin
ge vertraging van de produktiegroei in de
tweede helft van 1976 hard aankwam na
dat de conjunctuur aanvankelijk snel was
opgeleefd. Belangrijke oorzaak van de stil
stand was een teleurstellend verloop van
de investeringen. Ook kwam er vertraging
in het economisch herstel, doordat de sti
mulerende werking van fiscale maatrege
len in een aantal landen minder bleek dan
•verwacht.
DSM ondervindt het verder als een handicap, al is
het onvermijdelijk, dat verreweg het grootste deel
van de produktie-activiteit plaatsvindt in een klein
land met een beperkte thuismarkt. DSM is voor 59
percent (in 1976) aangewezen op afzet over de grens
en dat maakt haar naar verhouding kwetsbaar.
President-directeur mr. G. A. Wagner zei
in antwoord op vragen dat de nieuwe
Pertamina-raffinaderij te Tjilatjap op
Zuid-Java die daar vorig jaar in bedrijf is
gesteld al niet meer aan de lokale behoef
ten kan voldoen. Vanuit Singapore wordt
de ontbrekende hoeveelheid betrokken.
De FNV acht het wetsontwerp een te
kleine stap naar die openbaarheid. Aller
eerst wijst de vakcentrale erop dat niet
alleen de inkomens uit arbeid in de open
baarheid moeten komen, maar dat er voor
alle inkomens regelingen moeten worden
getroffen om tot grotere openbaarheid te
komen. Pas dan is er een goed fundament
gelegd voor een inkomensbeleid dat de
bespreekbaarheid van alle inkomensver
houdingen naderbij brengt.
Voorgesteld wordt de winst over 1976,
tezamen met het saldo voorgaande jaren
van 26.240, over te boeken naar de
«•serve
Zij willen graag dat naar hun visie wordt
geluisterd, ook al zou ons land op de nul
lijn moeten gaan zitten voor wat betreft de van tevoren willen regelen, er moet ruimte
zijn voor het voortdurend aanpassen van
een evenwichtssituatie.
Al deze factoren drukken zwaar, omdat de prijzen
op de wereldmarkt tot een zeer laag niveau zijn
gedaald als gevolg van een overschot in de produk-
tiecapaciteit. Ook een aantal Europese concurrenten
kan werken met lagere aardgasprijzen dan DSM. De
prijs voor aardgas voor de produktie van ammoniak
steeg in Nederland in 1976 mét 50 percent. Dat zette
DSM 80 miljoen gulden terug in het bedrijfsresul
taat.
Daar komt nog bij dat de loonkosten ongunstig
afsteken bij die in het buitenland. Tenslotte hebben
wij een harde gulden en dat zit ons, althanw DSM.
dwars bij de export. De opbrengsten daarvan in
buitenlandse valuta verminderen in guldens steeds.
De gulden is hard dankzij ons aardgas en, aldus drs.
Ondanks de in acht te nemén terughou
dendheid zijn er gevallen, waarin regerin
gen voorbereid moeten zijn op verdere
stimulerende maatregelen als het econo
misch herstel zwakker blijkt dan ver
wacht. Hierbij denkt de IMF-directeur aan
landen, waar het herstel nog niet goed op
gang is gekomen en die een goede beta
lingsbalanspositie hebben. Produktivi-
teitsverbetering zal daar de kosten doen
verminderen en een beter exportklimaat
teweegbrengen.
DUURZAMER GROEI ECONOMIE”
Over nagenoeg het hele terrein wordt in deze jaren
een grote investeringsinspanning geleverd: zes mil
jard gulden. Na 1978 wordt met de investeringen de
tering naar de nering gezet. Het vijfjarenplan zal dan
rond 3 miljard zijn. Met het huidige investerings
plan hoopt DSM een wat grotere diffententiatie in
haar industrieel pakket aan te brengen. Ai met ai is de
Raad van Bestuur gematigd optimistisch over de
positie van DSM op langere termijn.
Al met al is het beeld van DSM gedifferentieerd.
Naast kunstmest lopen ook garen- en vezelgrondstof-
fen stroef. De industriële chemicaliën en bouwmateri
alen gaan bevredigend, evenals kunststoffenverwer-
kende ondernemingen. Daar tussenin staat het werk
gebied kunststoffen, waar de situatie nu nog onbevre
digend is. DSM is doende hier door een aanzienlijke
schaalvergroting een beter perspectief te openen.
Wat de kunstmest betreft beraadt DSM zich op de
problemen. In ieder geval is duidelijk dat verdere
investeringen in deze sector gericht zullen zijn op
kostenbesparingen. Er werken in de kunstmest bij
DSM zo’n 5000 mensen. Drs. Bogers sloot de mogelijk
heid van ontslagen niet uit.
postgiro
cheques postaux néerlandais
carte de paiement
„HOOP OP EVENWICHTIGER EN
Door het resultaat van ƒ8,8 mln uit de
crediteurenakkoorden en de verkoop van
vaste activa werd over 1975 uiteindelijk
een positief resultaat van 16 mln
behaald.
bedrijfsleven wordt geschaad. Onzeker
heid over het verloop van prijzen en kos
ten remt het vertrouwen en zorgt voor
terughoudendheid bij investeerders, met
alle gevolgen van dien voor de produk
tiegroei. Misschien is dit verschijnsel een
van de oorzaken voor de nog steeds aarze
lende reactie van de investeringen op het
aan de gang zijnde conjuncturele herstel,
meent Witteveen.