Sprookje voor volwassenen
in Filmhuis Velsen
TOEN DE DAISY OP HAAR LADING DREEF
Over IJmuiden gesproken
Per spoor
heel Nederland door
Voor de halve prijs
op reis
STERK
voor beter schoenwerk
IJMUIDEN:
Kennemerlaan 95
Lange Nieuwstr. 797
SANTPOORT:
Hoofdstraat 152
fa
IJmuider Courant
Opvang voor mishandelde vrouwen
straks ook in Kennemerland
JAGUAR
ideale voetvorm muilen
voor mannen.
wat vertel je me nou?
r
Damiatevoordeel
Oud Hollandse
Jaarmarkt
Burgerlijke stand
HAARLEMSE STICHTING „BLIJF VAN MIJN LIJF” IS IN OPRICHTING
Heemskerk
Politienieuws
WOENSDAG
1 8
MET
19 7 7
Definitief
„UN RÊVE PLUS LONG QUE LA NUIT
Wij staan op de
op 20 mei 1977
Nederlandse
Spoorwegen
Olympia
Drifters
r
Kroonsberg
Kennemerlaan - IJmuiden.
In samenwerking met de Nederlandse Spoorwegen kunnen wij de
bezoekers van de jaarmarkt weer een unieke „Spoordag" aanbie
den. In de N.S.-kraam verkopen wij dagkaarten. Een dagkaart 2e
klas kost u nu slechts 15.- (i.p.v. 29.-).
Op een willekeurige dag kunt u op deze kaartjes zoveel sporen als u
maar wilt (onderbreking van de reis is toegestaan) door geheel
Nederland.
Deze kaartjes zijn geldig t/m 12 juni 1977 en uitsluitend verkrijgbaar
op de jaarmarkt dus NIET bij onze kantoren of bij de stationsloketten.
Met geweld
'n winkel vol kleur
DE KENNEMER COURANT EN HET DAGBLAD VOOR IJMUIDEN
s
Maten 40-47
ie
9-
el
d
5,
4-
D-
id
er
ti
le
(Van een onzer verslaggeefsters)
HAARLEM/UMOND. In navolging
van Amsterdam zijn nu in Haarlem de
eerste stappen gezet voor de oprichting
van een stichting „Blijf van mijn lijf”.
Evenals in Groningen, Amsterdam, Zwol
le en Nijmegen zal deze Haarlemse stich-
IN HET JAAR 1921 voeren er welge
teld 3621 mannen op de trawlervloot
van IJmuiden. Over vier van hen gaat
dit verhaal: Jan Koeman, schipper te
IJmuiden, Arend Akkerman, stoker te
IJmuiden, Arie Visser, matroos in Eg-
mond aan Zee en Reyer Tol, kok in
Velseroord.. Zij voeren op de trawler
Pieter Cornells UM 146.
Duitse schip met een lading hout op
weg was van Noorwegen naar Enge
land. De schoener was uit de zeilen
gewaaid. Het dek blijkt praktisch gelijk
met het water te liggen.
DE MATROOS Visser, de stoker Ak
kerman en de kok Tol komen direct
achter hem aan. Het bootje gaat hevig
te keer als de vanglijn is losgemaakt.
Het wordt op de hoge zee weggeslagen.
DE TERUGTOCHT naar de trawler
is moeilijk omdat de jol met deze veer
tien man allerlei kuren toont. Toch
komt ze langszij van de Pieter Cornells.
Als iedereen aan boord van de trawler
is geklommen grijpt een zware golf het
scheepsbootje. Het wordt tegen de zij
kant van de Pieter Cornells gekwakt en
wordt op de Haarlemse Kampervest 70
een contactbijeenkomst gehouden waar
vrouwen die belangstelling hebben voor
dit initiatief en eventueel willen meewer
ken aan de verdere realisatie, bij elkaar
komen.
verbrijzeld. Maar het heeft zijn taak
volbracht in een redding die anderhalf
uur heeft geduurd.
En dus een karige besomming in het
vooruitzicht. Maar de stemming wordt
er niet door gedrukt. De schipbreuke
lingen, een en al dankbaarheid, zeggen
de mannen van de trawler goeiedag; de
Duitse vice-consul in IJmuiden zal hen
verder helpen op de weg naar huis. Ook
schipper Jan Koeman maakt zich klaar
om zijn straat op te zoeken hij heeft
de stoomfluit van zijn boot binnen de
pieren flink laten gaan, ze weten dus
dat hij eraan komt. Stoker Akkerman
spoelt zijn handen af; de stookplaat ziet
er weer netjes uit. Zoals kok Reyer Tol
zijn kombuis keurig in orde heeft; de
laatste vuile koffiemokken zijn weer
kraakhelder geworden die krijgen
een dag rust. Matroos Arie Visser is al
aan dek; hij heeft het gebruikelijke
zootje vis ingepakt. Als een jongen aan
de kant vraagt „zakkiedragen?” knikt
hij. Even later loopt hij naar het Wil-
lemsplein, waar de autobus staat voor
Egmond.
DIT WAS HET VERHAAL van vier
van de 3621 varensgezellen die de traw
lervloot van IJmuiden in 1921 rijk was,
het verhaal dat schuilgaat achter vier
van de opmerkelijk vele medailles die
ooit een plaats in de la van een linnen
kast kregen. De mannen van de IJmui-
dense trawlervloot hadden na slechte
reizen wel eens gebrek aan contanten
om in die bergplaats te stoppen. Me
dailles kon je er altijd vinden.
(Met dank voor de gegevens verstrekt
door een aantal lezers, in het bijzonder
de heer L. Gravemaker te IJmuiden en
aan de schrijver van een reportage in
De Courant van 28 febr. 1921).
„Kapper Kroonsberg in Oud
Umuiden, over wie de heer Oerlemans
vertelde, kan ik me goed herinneren.
Olympia had eerst haar oefeningen in
school C, later in Creutzbergschool.
Als jongen liet ik me daar voor de
Eerste Wereldoorlog knippen. Het ta-
Geboren:
Remon Gerhardus Jansen, Sandra van
der Ven, Monique Angelique Munster, De-
bora Elisabeth van der Sleet, Dennis van
Zwieten, Roberto Jose Garcia Perez, Sabi
na Prud’homme de Lodder, Esther Marga-
retha Niewold, Andrew William Freeth.
Dennis Liefting, Nicolette Rademaker,
Monique Melendez Rodriquez, Mustafa
Kaymak
welijke dingen ook. Toch is ze niet van
haar plannen af te brengen.
De regisseuse van deze film, Niki de St.
Phalle, is een 47-jarige kunstenares die
zich met meerdere vormen van kunstuitin
gen bezig houdt als objecten maken, kos
tuums en decors voor ballet maken en het
schrijven van toneelstukken. Haar eerste
film, gemaakt in 1972 heette „Daddy”.
„Un rêve ,lus long que la nuit” wordt
woensdag- en donderdagavond om half
negen vertoond in Filmhuis Velsen aan de
Kanaalstraat in IJmuiden en zondaga
vond om negen uur in het Alpha Filmhuis
aan de Moenstraat in Beverwijk.
ALS DE TRAWLER weer thuis-
stoomt breekt een orkaan los. Zwaar is
de storm nog als de Pieter Comelis op
18 januari de haven van IJmuiden
binnenkomt. Met een schrale vangst.
DE KAPITEIN van de Daisy blijkt
zesendertig te zijn. Hij is verreweg de
oudste van een bemanning die voor een
groot deel de jongenskiel nauwelijks
blijkt te zijn ontgroeid. „Bijna vijftig
uur zijn we achter elkaar aan dek ge
weest”, vertelt hij. „Eten of drinken
hadden we niet alles stond onder
water of was door de overlopende
zeeën weggeslagen”. Viermaal had hij
een schip zien passeren zonder dat de
schoener was opgemerkt. Vele opva
renden hadden de moed eigenlijk al
opgegeven toen ze de vuren van de
trawler zagen. De laatste vuurpijl die
op de Daisy was te vinden werd afge
stoken. Daarna hadden ze hun sein
vlaggen in petroleum gedrenkt en deze,
aan tien stokken bevestigd, allemaal
tegelijk in brand gezet: de laatste hoop
na die uren van wanhoop
„Bijzonder goede herinneringen be
waar ik aan de gymnastiekvereniging
Olympia, opgericht 8 januari 1925.
Directeur was Chr. F. Smit, drogist in
de Kennemerlaan. Van de broers Smit
herinner ik me ook goed de opticièn
Pieter Smit en de drogist Simon Smit
van de Kanaalstraat, later het Kenne-
merplein. En natuurlijk verdient voor
al ook Truus Smit vermelding, die pia
nolerares was; ze heeft eens een Olym-
pia-lled gecomponeerd. Olympia heeft
zo’n IV a 2 jaar geleden opgehouden te
bestaan. Tot zolang heeft mej. Ineke
Smit, dochter van de in 1971 plotseling
overleden Chr. F. Smit, de leiding ge
had.” (Mevr. F. Maas-Wijker, Haar
lem).
„Op de kop van de Vissershaven
stond vroeger het zeer bekende kof
fiehuis De Leeuw. De eigenaar vertel
de me wel eens: als ik zie dat er slecht
weer op komst is weet ik dat ik op
extra klanten kan rekenen, want dan
komen de Engelse drifters binnen. De
ze drifters lagen langs de hele Neder
landse kust Ze hadden een staand net
uit. Bij slecht weer viel inderdaad de
hele vloot Umuiden binnen. Het was
dan een ware Engelse invasie.” (S. te
S.)
(Reacties op deze rubriek: schrifte
lijk aan het bureau van dit blad met
vermelding „Umuiden, wat vertel je
me nou?” telefonisch 023-378601).
Inbraak. Door met een lang voorwerp
tussen de mazen van het hekwerk door te
„hengelen”, zijn inbrekers er gisternacht
in geslaagd twee langspeelplaten uit de
grammofoonplatenhandel Koopman ge
vestigd in de Beverhof te ontvreemden.
Diefstal. De politie Beverwijk heeft
gistermiddag proces-verbaal opgemaakt
tegen een 49-jarige inwoner, die uit de
winkel Van C A een pantalon ter waarde
van 110 had willen stelen.
n
ie
d
n
5
Voor mij was het „de” vereniging van
Umuiden. Ik was lid vanaf mijn ze
vende jaar en heb het altijd een enor
me leuke club gevonden. Ik denk graag
terug aan de geweldige fakkeloptoch
ten met praalwagens op Koninginne-
dag, door Umuiden naar het Stormvo-
gels-terrein. Ik weet nog hoe ik op zo’n
praalwagen zat en hoe fascinerend het
was van daar af de fakkels te zien. Op
het Stormvogels-terrein werden dans
jes gedaan. De meisjes waren gehuld in
mooie costuumpjes, vervaardigd door
de dames De Koning van Wilhelmina-
kade 63. Ook de fakkels werden door
leden gemaakt. Het waren stukken van
ruwe bezemstelen, omwikkeld met
oranje gekleurd papier, voorzien van
het bekende maantje van Olympia. De
fakkels hadden de vorm van een ou
derwetse lantaarnpaal zonder kop. Ik
herinner me ook de Luilakmarsen.
GEHUWD
T. A. W. Druijven en A. C. J. Limmen,
C. H. M. Bart en F. T. M. Zonneveld, P. J.
Hoogewerf en A. Terpstra, C. van Leeu
wen en K. Pijpen, J. W. J. F. Zonnevelden
C. G. G. Jansen, B. Westerman en L. de
Bie.
OVERLEDEN:
Laurentius Tuijn, geb. 5 november 1904,
Pieter Elzinga, geb. 6 dec. 1894.
ONDERTROUWD:
J. B. Reuvers en E. Groot, M. M. J. Heijne
en T. M. Zwaga.
i-
0.
4,
9-
Camélia is een gewoon klein meisje, dat
een gewoon alledaags leven leidt. Op een
nacht droomt ze dat ze wakker wordt in
het rijk van een goedmoedige draak. On
danks de vriendschap van het dier, slaat ze
op de vlucht. Ondanks de waarschuwin
gen van de draak gaat ze door een verbo
den poort en belandt dan in de netten van
de „Papesse”, de vrouwelijke paus en de
„Homme Ombre”, de drager van de ge
heimzinnige ring. Terwijl het sprookje
zich ontwikkelt, wordt Camélia een jong
meisje. In opdracht zoekt zij een schat die
achter een van de zeven aanwezige deuren
moet liggen. Die deuren geven toegang tot
de dood, de wreedheid, de ontucht, oplich
terij, corruptie, luxe en liefde. Tijdens
haar speurtocht maakt Camélia de meest
merkwaardige dingen mee, de meest gru-
uu voetafdruk in leder.'
Gaze nu passen bij:
VELSEN De kijkers in Filmhuis Vel
sen en het Alpha Filmhuis in Beverwijk
kunnen zich deze week amuseren met een
merkwaardig „grote mensensprookje"
dat werd gemaakt door de Amerikaans-
Franse scenarioschrijfster en regisseur
Niki de St. Phalle. „Un rêve plus long que
la nuit” is de titel van deze uit 1976
daterende film, waarin het meisje Camé
lia in een droom de meest fantasierijke
avonturen beleeft.
offers van verkrachting of aanranding.
Tevens wordt tot doel gesteld de proble
men van mishandeling aan de oppervlakte
te brengen, de oorzaken bespreekbaar te
maken. De stichting wil de taboesfeer rond
mishandeling doorbreken. Voorkomen dat
vrouwen uit een soort schaamtegevoel of
uit angst hun mond houden, angst voor
represailles of angst voor een veroordeling
door buitenstaanders. Daardoor staat
niemand te springen om de vuile was bui
ten te hangen, zelfs al wordt zo de moge
lijkheid tot een uitweg geblokkeerd.
DE ZEE BEUKT op de schoener. Dat
geeft een hels lawaai, ook al omdat de
fokkemast overboord ligt maar nog
met het schip is verbonden door bak-
boordswant en stagen. Water en wind
wrikken mast, ra’s, vallen en brassen
weg en smijten ze weer tegen de schoe
ner. Achterop de campagne staan tien
mannen tegen elkaar aan gedrukt. Ze
zijn machteloos. Het schip is niet te
redden. De ondergang kan een kwestie
van uren zijn.
SCHIPPER KOEMAN schreeuwt dat
zijn trawler in de buurt zal blijven tot
het dag wordt Dan kan worden beke
ken hoe de situatie van het schip is. In
geval van nood zal hij direct bijsprin
gen, maar zolang er geen levensgevaar
is vindt hij het beter op het daglicht te
wachten. Vroeg in de morgen blijkt dat
hij te doen heeft met een driemaster-
schoener uit Flensburg. De naam is
Daisy. Bij het praaien hoort hij dat het
De Haarlemse „Blijf van mijn lijf” zal
opvang en zo nodig huisvesting gaan
bieden aan vrouwen uit Haarlem en om
streken. Nu al zijn de initiatiefneemsters
bij herhaling geconfronteerd met verzoe
ken om opvang, met name vanuit bestaan
de instellingen. Hoewel niemand nog kan
peilen hoe groot de behoefte in Haarlem
zal zijn aan de geboden bescherming, is
zeker dat er een behoefte bestaat. Ten
eerste hebben de initiatiefneemsters dat
kunnen afleiden uit de ervaringen van de
andere stichtingen in het land en in de
tweede plaats hebben zij zelf schrijnende
problemen kunnen constateren.
Dat geldt vooral voor de deelneemsters
uit de gemeente Velsen. Deze vrouwen
hebben in hun woonomgeving (Zeewijk) al
zeer regelmatig hulp en bescherming moe
ten bieden in gevallen waar mishandeling
of al was gebeurd of net kon worden
voorkomen. Omdat vaak de eerste nood
zaak een vluchtplaats is, waar bijvoor
beeld een moeder met kinderen terecht
kan voor een of zo nodig meerdere nach
ten, waar ze rust krijgen en gelegenheid
om een en ander te overdenken, kunnen
bestaande instellingen niet altijd even suc
cesvol optreden. Het enige dat zij kunnen
bieden is bemiddeling tussen beide part
ners, terwijl daarvoor de tijd niet altijd
rijp is.
De ervaringen in Zeewijk, waar mannen
met de regelmaat van de klok hun vrou
wen (met kinderen) al of niet met geweld
de deur uit zetten of waar vrouwen zelf
weglopen omdat hun kinderen of zijzelf
worden mishandeld, hebben de aanzet ge
geven tot het initiatief voor een Haarlems
„Blijf van mijn lijf”. De keus voor een
vestiging in Haarlem is gedaan omdat de
betrokken vrouwen Velsen te klein von
den. De kans dat de plaats van het ge
bruikte pand geheim zal blijven hetgeen
essentieel wordt geacht voor de gevluchte
vrouwen wordt aanmerkelijk vermin
derd. In Haarlem wordt de garantie voor
anonimiteit iets groter geschat, al is het
blijkens de ervaringen in ondermeer Am
sterdam onvermijdelijk dat af en toe een
van de betrokken mannen aan de deur
staat te tieren.
Volgens de statuten gaat „Blijf van mijn
lijf” ook hulpverlening bieden aan slacht-
Op de bijeenkomst van zondag aan
staande zal een definitieve werkgroep of
kerngroep worden geformeerd. In afwach
ting van zondag zijn door de acht initia
tiefneemsters geen stappen ondernomen
omdat men eerst wilde afwachten hoe de
belangstelling en de wensen liggen. De
kerngroep zal daariia contacten kunnen
gaan leggen met bijvoorbeeld de gemeen
te, politie, huisartsen, het maatschappelijk
werk en andere betrokken instanties. Een
goede samenwerking met bestaande in
stellingen wordt van groot belang geacht,
terwijl gemeente, provincie of rijk zullen
worden benaderd voor een bruikbaar
pand en de nodige subsidie.
Om de gedachtenvorming zondag op
gang te brengen wordt als informatie een
video-opname over de Amsterdamse stich
ting „Blijf van mijn lijf” getoond, waarna
in kleinere groepen kan worden gepraat.
De verwachting is dat de zondag duidelijk
heid zal brengen, waarmee de vrouwen
concreet aan de gang kunnen.
Het voorlopig kontaktadres van „Blijf
van mijn lijf” Haarlem is bij de Raad voor
Maatschappelijk Welzijn, telefoon 023-
319318, waar vrijwel dagelijks de initia
tiefneemsters te bereiken zijn. De bijeen
komst zondag is voor ieder toegankelijk
en start om half elf op de Kampersingel 70
in Haarlem.
Glorie van IJmuiden in het begin van deze eeuw. (Foto beschikbaar gesteld door de heer D. Lammers te IJmuiden).
Koeman weet het tenslotte in zijn
macht te 'krijgen en stuurt het naar de
schoener een knap staaltje van zee
manschap. Vier Duitsers springen
over. De boot moet afstand nemen van
het wrak maar komt terug hoewel de
zee hoger lijkt te zijn geworden en er
steeds meer wrakhout in de weg drijft.
Weer springen mannen in de scheeps-
boot, vijf. Dan volgt als laatste de kapi
tein.
SCHIPPER JAN KOEMAN heeft ab
normaal lang op de brug gestaan. Hij
gunt zich even tijd om beneden een
mok koffie te gaan drinken. Dan wordt
hij gealarmeerd door de wachtsman:
„Ouwe, kom gauw boven d’r is wat
aan de hand; er worden vuurpijlen af
geschoten, aan bakboord”. Als Jan
Koeman op de brug komt is er niets
meer te zien. Maar een paar minuten
later ontdekt hij een lange vurige
streep in de verte. Geen vuurpijl, geen
stakelvuur wat dan wel? De streep
flikkert nog eenmaal op.
„WE GAAN D’R OP AF”, zegt schip
per Koeman. De hele bemanning komt
aan dek. Lange tijd is er niets bijzon
ders op te merken. Maar na een half
uur stomen ontdekt iemand het silhou
et van een schip. Ze naderen zo dicht
mogelijk, varen er in de wilde zee om
heen dan horen ze stemmen. Op de
campagne staan mensen. Uit hun ge
roep is op te maken dat hun schip
gebroken is. Het drijft op zijn lading:
hout.
Op 16 januari 1921 stomen ze naar
huis. Het werk op de visserij is zwaar
geweest Gewoonlijk kunnen ze op de
terugreis bijkomen van de drukte.
Maar deze keer niet. Het weer is al
dagenlang van slag. Ze hebben daar
door maar weinig kunnen vangen. De
hevige storm die gepaard gaat met felle
regenvlagen dwingt hen voortdurend
op hun hoede te blijven. Als ze
’s avonds het vuurschip Doggersbank-
Ziuid zijn gepasseerd is er nog steeds
een wild aanjagende zee.
ting tot doel hebben: de opvang en be
scherming van mishandelde (of bedreig
de) vrouwen en hun kinderen. Daartoe zal
op een anoniem te blijven adres een pand
worden geopend waar vrouwen al of niet
met hun kinderen onderdak krijgen wan
neer zij dat willen. Komende zondag
rief was vijf cent, maar dat werd al
gauw verhoogd tot een dubbeltje. Ik
weet ook nog dat we als kinderen voor
vijf cent naar de bioscoop in Cycloop
gingen.” (Chr. Visman, Driehuis).
„MAAK DE SCHEEPSBOOT
KLAAR”, zegt schipper Koeman. Een
van zijn matrozen begrijpt dat niet.
„Kunnen ze d’r zelf niet met heurlui
eigen boot afkommen?” vraagt hij.
Koeman schudt zijn hoofd. „Nee”, zegt
hij, „kijk maar naar de voorroef, bij de
fokkemast: hun boten liggen in enden
en brokken!” De scheepsboot van de
trawler wordt te water gelaten; de
riemen liggen klaar om naar het wrak
te roeien. „We gaan d’r op af’, roept de
schipper. Een paar van zijn mannen
aarzelen. Dan trekt hij zijn oliegoed uit,
hij schopt zijn laarzen weg en doet een
zwemvest aan. Hij springt in de
scheepsboot.
In onverwoestbaar
Juchtenleder
Alle maten Jfc
y muidcn
4