ina
1
er
X
FRITS BAREND EN HENK VAN DORP
STOPPEN MET DE FC AVONDROOD
Fl
r
i
KT
ui-
Joost Nuissl
Belachelijk maken
Schilperoort
De heren Frits Barend en Henk van Dorp hebben het druk. Het als sportjourna
listen opererende duo is moeilijk te pakken te krijgen, want dén vertoeven zij in het
buitenland voor een interview, de andere keer zitten ze in vergadering bij het
weekblad Vrij Nederland, waarvoor zij een sportrubriek verzorgen. Maar dan is de
afspraak er toch. Op Schiphol kan een ontmoeting geregeld worden, vlak voordat
beide heren in het vliegtuig stappen, op weg naar weer een onderwerp voor het
VARA-televisiesportprogramma „FC Avondrood”, dat dinsdag na drie jaar af
scheid neemt van de vaderlandse beeldbuis. Over hun bestemming doen Barend
en Van Dorp nogal geheimzinnig. We houden het voorlopig dan maar op
Bestemming Onbekend, maar later in het Schiphol selfservice-restaurant „De
Wijde Wereld” zegt Frits Barend: „Ach, laat ik het maar zeggen ook. Het maakt
niet zoveel uit. Voor de laatste FC Avondrood gaan we naar Johan Cruijff in
Barcelona. In die drie jaar dat we op de televisie zijn geweest hebben we hem nog
niet in ons programma gehad en hij wilde wel”
-
I
W
lel-
im
ng
n;
•an:
J
eer
:en
ren
ijd
vee
Op de afgelopen VARA-vereni-
gingsraad werd duidelijk dat de VA
RA nog een opening hield voor een
item van jullie in het nieuwe informa
tieve magazine, waarvan jullie dan,
als de actualiteit daarom vraagt, ge
bruik kunnen maken.
Henk van Dorp: „We hebben hele
maal geen contact met de VARA. Een
heleboel mensen bij die omroep kun
nen ons dan ook wel doodkijken. We
zijn natuurlijk ook wel een stelletje
eigenwijze flikkers. We mogen alles
doen voor ons programma als we
maar binnen een bepaald budget blij
ven en dat steekt natuurlijk. Er zijn
VARA-mensen die een hoop moeite
moeten doen om gedaan te krijgen
wat ze willen en dan komen daar even
twee free-lancers die helemaal doen
waar ze zin in hebben. Dat geeft sche
ve ogen”.
Frits Barend: „In sportjournalis
tieke kringen worden we vaak ver-
van vertelkunst, maar er zitten grappi
ge vondsten bij. Aan de andere kant
zijn de onderwerpen en de „plots"
(voor zover aanwezig) vaak te alle
daags om te beschrijven. Zij het begrij
pelijk vanuit zijn vak, legt Schilper
oort naar onze smaak te veel de nadruk
op zijn status van „bekende Nederlan
der", (met de bijbehorende feestavond-
jes in de provincie), terwijl daarweinig
belangstelling voor andere dingen te
genover staat
Het is natuurlijk zijn zaak al? hij in
zijn vrije tijd niets liever doet dan
thuis zitten, maar je kunt je afvragen
of hij over die huiselijkheid een heel
boek moet vullen. Zo besluit hij alle
zeven reisverhalen met de mededeling
dat wij „wel moeten beseffen dat die
verhalen zijn geschreven door iemand
die maar het liefste in de tuin zit met
een boek op de knieën." We bedoelen
maar: Doe dat dan en verspil er verder
geen papier aan!
Henk van Dorp: „Ja, we houden er
niet van om zoals bij TROS-Aktua
zenuwachtig naar de telex te lopen
Het aantrekkelijke van zijn verhaal
tjes is, dat ze heel duidelijk niet de
pretentie hebben u te doen schuddebui
ken. Ze zijn simpel geschreven, een
beetje bescheiden eigenlijk, en vaak
wordt in een enkel, schijnbaar alle
daags zinnetje een gehele denkwereld
of maatschappelijke situatie vastge
legd. De verhaaltrant is, misschien
juist door dat gebrek aan pretentie,
onstuitbaar humoristisch. Zo zelfs, dat
je, zodra je in de stemming bent geko
men, zit te schaterlachen om de krank
zinnige situaties die achter die zo alle
daags aandoende taal zijn verstopt.
Maar humor is niet te beschrijven.
Aan de neiging om hieronder te gaan
citeren zullen we niet tegemoet komen,
op het weergeven van één beginnetje
na. dat typerend is voor Nuissl’s stijl
„Er was eens een man zo desperaat
op zoek naar het geluk, dat hij het niet
kon vinden. Hij kreeg dan ook ver
schrikkelijk de pest in, verliet huis en
haard, trok de woestijn in en riep daar
zo hard als hij kon: „grote boze we
reld!" En toen „grote boze rolwereld’"
En nog harder: „snert!" Daarna kroop
het beste werken. Cameraman Fred
Brinkman had nog nooit een voetbal-
onderwerp gemaakt. Zijn eerste klus
voor ons was een special over Nico
Jansen. Toen hij in de Kuip kwam
keek hij zijn ogen uit. Hij stelde zijn
camera achter het doel van Feyen-
oord-keeper Treytel op en besefte
daarna pas dat hij Nico Jansen moest
hebben en dat die dus nauwelijks in
de buurt van zijn eigen goal te vinden
was. Prachtig en moet je hem nou
zien. Dat gaat ontzettend lekker”.
Terug naar de onderwerpen van FC
Avondrood, waarvan het controver
siële interview van Barend en Van
Dorp met iemand uit de sportwereld
altijd één van de belangrijkste is.
Henk van Dorp: „We wilden ge
woon kijken of er een cliché-bericht
bestond”.
Frits Barend: „Dat doen we dan
gewoon voor ons eigen plezier”.
Toen de piraten nog piraten waren,
maakten Frits Barend en Henk van
Dorp voor Veronica een sportpro
gramma op de zondagochtend: „Spor
tief zijn en beter worden”. Het ver
haal wil dat na het vertrek van beide
heren, de Telegraaf adopteerde het
programma, de luistercijfers omhoog
schoten.
Henk van Dorp: „Bij Veronica za
ten we tegenover Duys op Hilversum
3 en we hadden toch zo’n twee miljoen
luisteraars. En dat na ons vertrek de
luistercijfers omhoog schoten is be
slist niet waar. Wij hadden een be
paald publiek en dat is gewoon blij
ven luisteren”.
Frits Barend: „We zijn bij Veronica
weggegaan omdat we vonden dat die
bom bij het schip van Radio Noordzee
niet kon. Daar konden we het beslist
niet mee eens zijn. We zijn nog een
tijdje blijven hangen, maar het was
niets meer. Toen zijn we weggegaan”
Het maakt nogal wat verschil of je
nu bij de commerciële piraat Veroni
ca zit of bij de arbeidersomroep VA
RA, lijkt ons.
Henk van Dorp: „Veronica en VA
RA maakte voor ons geen verschil om
bij te werken. Zowel bij Veronica als
bij de VARA kunnen we binnen het
budget doen waar we zin in hebben,
dus dat maakte niets uit”.
Zou er ooit nog een terugkeer naar
Veronica, sinds de legalisering offici
eel VOO geheten, in zitten?
ro
lde
Ie n
en-
en-
ide
er-
«8>
>en
Van geheel andere aard zijn de Ver
haaltjes van Joost Nuissl, verschenen
bij uitgeverij Come Zelen (St Odi-
hënberg) Het is Nuissl’s prozadebuut
3
Henk van Dorp: „We wilden eens
kijken of er een cliché-bericht be
stond. Een jaar lang hebben we steeds
in onze uitzending het bericht gehad:
Tom Okker verloor in de tweede ron
de van het prof-tennistoemooi in Dal
las van Haldeman in die en die set
standen. En steeds lieten we Okker in
een of ander prof-tennistoernooi in de
tweede ronde verliezen van iemand
die betrokken was bij het Watergate-
schandaal. Niemand heeft daar ooit
op gereageerd. Het was zo normaal
dat Okker in de tweede ronde verloor,
dat niemand er op lette of er wel echt
was gespeeld en tegen wie Okker nou
in feite had gespeeld. Pas toen hij hier
in Rotterdam speelde kregen we van
de organisatie te horen dat hij hele
maal niet had verloren, maar dat we
hem tegen een Watergate-betrokkene
hadden laten spelen, hadden ze hele
maal niet in de gaten”.
Heeft zoiets nog een functie ook?
Frits Barend: „Als ze eerst Henk
Terlingen terughalen en Rob Out er
uit schoppen dan zouden we daar
eventueel over na willen denken.
Henk Terlingen hebben ze werkelijk
op een schandalige manier behandeld
en dat moet dan eerst even rechtgezet
worden”.
Henk van Dorp: „Maar ze halen
Terlingen niet terug en schoppen Out
er niet uit. Dus een terugkeer zal ook
niet gebeuren”.
Frits Barend. „Het is misschien wel
waar dat die manier van interviewen
een beetje is uitgewerkt, maar als we
terugkomen met het programma dan
zit het er misschien ook wel niet meer
in”.
Het hoge woord is eruit. Als uitsmij
ter dus Nederlands voetbalwonder in
FC Avondrood, dat in de laatste uit
zending ook aandacht zal besteden
aan de verkiezing van de beste en de
slechtste scheidsrechter van het jaar.
Het afscheid van FC Avondrood. Een
definitief afscheid?
Henk van Dorp: „We stoppen er
minstens een jaar mee omdat we nu
wel eens wat rust wilden hebben. Dan
gaan we op ons gemak bekijken of we
met het programma doorgaan of niet.
Televisie vreet aan je en naast het
werk voor Vrij Nederland werd het
gewoon wat te veel”.
Frits Barend: „Ja, we zouden eens
over een andere formule na kunnen
gaan denken. Soms waren we tevre
den over onze uitzendingen, maar
vaak ook niet”.
Henk van Dorp: „De eerste twee
jaar die we deden waren niet zo best.
Pas het laatste jaar werd het een
eenheid”.
Is het niet een beetje vreemd, dat
als je zelf het gevoel hebt dat je pas in
het laatste jaar een beetje met je
programma goed gaat draaien, dat je
dan ook prompt stopt? Het lijkt ons
dat een tv-maker die net de juiste
formule voor zijn uitzending gevon
den heeft er niet meteen mee kapt.
Henk van Dorp: „Het gaat er niet
om dat we bewust een goed program
ma aan de kant willen zetten, maar
meer om privé-overwegingen. Ik heb
twee kinderen die me eigenlijk ook
we] eens willen zien en met de combi
natie VARA-Vrij Nederland was dat
bijna onmogelijk. We moesten één
van de twee laten schieten en dat is
dan FC Avondrood geworden, omdat
we de schrijvende journalistiek zeker
niet los wilden laten. En als het ons
uitstekend bevalt, dan komt FC
Avondrood misschien helemaal wel
niet terug. Dat laten we voorlopig
maar in het midden. We zien wel”.
Vaak zie je dat journalisten voor
twee verschillende werkgevers op
hetzelfde terrein werken, dat ze vaak
voor beiden hetzelfde onderwerp ge
bruiken. Zien we in Vrij Nederland
binnenkort een verhaal met Cruijff
staan?
Frits Barend: „Het is een schande
dat journalisten hetzelfde onderwerp
voor verschillende dingen gebruiken.
Voor één van de twee blijft in die
gevallen altijd de rest over en dat kan
natuurlijk niet, want op die manier
doe je er altijd één tekort”.
Henk van Dorp: „We hebben dat
altijd bewust proberen te vermijden.
We hebben wel eens bijvoorbeeld
voor de VARA drie jaar geleden een
bepaald onderwerp gedaan, waarvan
we veel later vonden dat het ook leuk
zou zijn voor Vrij Nederland, of an
dersom. En dat gebruikten we dan
ook, maar dan pas twee of drie jaar
later”.
guisd. Maar dat is geloof ik inherent
aan het vak. In de sportwereld wordt
vaak zoveel geluld. Mensen blazen
altijd van alles op. Als Ton van
Duinhoven met een Jamin-spot een
smak geld verdient dan hoor je daar
bijna niemand over, maar als Cruijff
eens een keertje reclame draagt dan
dreigt er een nationale ramp uit te
breken. Alles wordt vaak uit zijn ver
band getrokken”.
Met jullie tv-programma ben je nau
welijks actueel gebonden. Dat geeft
een wat ruimere vrijheid van werken.
om dan op het eind van je programma
vlug het laatste nieuws voor te lezen.
We gaan steeds meer becommentarië
ren en dat vinden de mensen mis
schien ook wel leuk”.
Dan zegt Henk van Dorp plotseling:
„Mag ik je pen en blocnote even heb
ben” en hij schrijft drie namen op:
geluid: George Bosaers, camera: Fred
Brinkman, cutter: Frans Meiland.
Van Dorp: „Wil je die drie namen in
ieder geval in je verhaal zetten. Dat
zijn de mensen waar we vast mee
samenwerken en die nemen een groot
deel van het succes van het program
ma voor hun rekening. We werken
sinds een jaar samen en dat scheelt
enorm. Een vaste ploeg is toch zeker
m boekvorm beslaande uit precies
twee dozijn korte verhaaltjes, waarvan
er een paar al m dagbladen en tijd
schriften zijn verschenen, en welke
hier van prachtige pentekeningen zijn
voorzien door Rob Vlaanderen
Als het in dit kleine land niet zo
bedonderd was gesteld met de muziek
KEES SCHILPEROORT
moeite gehad met het bedwingen van
lachstuvpen
JOOST NUISSL
en amusementindustrie, zou het stuk
ken eenvoudiger zijn u een beeld te
hij opgelucht in een grot en bleef daar
geruime tijd zitten, zodat er geruime
tijd niets van hem vernomen werd".
Nuissl’s verhaaltjes zorgen stuk voor
stuk voor veel leesgenot, hebben alle
een originele „plot” en worden dan ook
van harte aanbevolen.
Henk van Dorp: „We stoppen er
helemaal mee. Ben Elkerbout van de
VARA heeft nog van alles geprobeerd
om ons programma op de buis te
houden, maar we hebben hem duide
lijk gemaakt dat we er gewoon een
tijd mee wilden stoppen. En dat houdt
in dat we dus ook niet in dat nieuwe
informatieve magazine willen gaan
zitten. We denken heel anders over tv-
maken dan bijvoorbeeld de mensen
van Achter het Nieuws. Dus daar wil
len we ook niets mee te maken heb
ben. Wij maken tv op onze eigen ma
nier en dat past in geen enkel ander
programma. Als ik naar de Ombuds
man kijk en naar ons eigen program
ma dan zie ik het verschil, dan zijn we
toch met heel iets anders bezig”.
Frits Barend: „Een Gerrit Komrij
die in een van onze uitzendingen het
voetbal volkomen belachelijk maakt,
dat had voor ons een functie. En dat
dan vlak na het gesprek dat we had
den met de heren Molenaar van AZ.
Bovendien was Komrij nog erg gees
tig ook. De Molenaars hebben er
enorm om moeten lachen. En dat voor
mensen die vreselijk veel geld in dat
voetballen hebben gestoken. Dat is
toch prima”.
Henk van Dorp: „Ik wil onszelf niet
met bijvoorbeeld Koot en Bie vergelij
ken, maar het gaat geloof ik wel een
beetje die kant op. Die denken ook
heel anders over televisie dan andere
mensen en dat heeft volgens mij best
zin”.
Evenals jullie programma lijken
jullie zelf ook een beetje buitenbeen
tjes bij de VARA.
Kees Schilperoort, de kogelronde
spelletjesleider wiens baggervette
lachbuien onveranderlijk volgen op
kwinkslagen van eigen makelij, heeft
een boek geschreven. Het heet (houdt u
vast) „Met bloedverwanten en dieren in
automobielen naar feesten en kroegen"
en het heeft de pretentie heel leuk te
zijn. Zo blijkt althans uit de achter
flap, waarop Schilperoorts dochter Ma
rion Franqoise heeft laten afdrukken
dat haar de tranen over de wangen
biggelen. „En dat kan bij u nu ook
gebeuren”, schrijft ze.
Wij hebben doorgaans moeite met
dergelijke jubelende aanbevelingen,
zeker wanneer het om humor gaat. Met
loodzware mondhoeken hebben we dan
ook de strijd met de nationale grapjas
aangebonden. En het moet ons van het
hart: de verhaaltjes zijn eigenlijk best
aardig. Het zijn korte schetsjes, een
soort van cursiefjes, over de onderwer
pen die in de titel worden genoemd.
Behalve over die onderwerpen zijn er
nog hoofdstukjes over rijmen en over
reizen.
Wanneer we de verhaaltjes „aardig"
noemen, bedoelen we ook niet meer
dan dat. Het zijn geen meesterwerken
geven van de sfeer die Nuissl’s liedjes
en verhaaltjes omgeeft. In dat geval
zou u namelijk zijn allereerste lang
speelplaat, „Er staat wat te gebeuren
al jaren kennen. Nu kent u vermoede
lijk slechts die paar hitjes van hem, die
weliswaar aardig zijn, maar die slechts
een fractie vertellen van wat Joost
Nuissl presteert.
Kortom, het boek met de lange titel,
uitgegeven door Centripress (Bussum),
is bepaald geen „must”, al zullen Schil
peroorts fans er geen kwaad woord
over willen horen. Wijzelf hebben geen
mensen bij de VARA