Springlevend historisch alternatief in Haarlemse kerk
Verdi moeiteloos door
Grace Bumbry gezongen
Authenticiteit voorop
bij ensemble Paco Pena
Globe steunen
Klassieke dansen ontroeren
door eenvoud en schoonheid
Bour efficiënt leider
in eigentijdse muziek
Aandacht een vereiste voor Weekend Extended Vocal Techniques
Verbluffende zang van Prima Materia
1
Brabant blijft
r
V
Leerzaam flamencoconcert in Amsterdam
JOYCE TRISLER WEKT DENISHAWN TOT LEVEN
HERHALINGEN VAN GAUDEAMUS-WEEK
11
19 7 7
JUNI
MAANDAG
2 O
KUNST
10
H
L
Hesperion: fascinerend
«1
een
1
J. H. MOOLENIJZER
ppa.
ville,
Van-
JOHN OOMKES
De interessante en zeer verantwoorde
'j
NO
I
1
1
l
t
1
zine.
;iese-
boer
uoy,
a
r
1
y
lijk
de
alle
En
•uy-
oor
hij
AMSTERDAM. De Gaudeamus-Mu-
ziekweek 1976 beleefde gisteravond zijn
naweeën op een Holland Festivalconcert
in de Sonesta Koepelzaal. Ernest Bour
dirigeerde het Radio Kamer Orkest in een
uitvoering, die een herhaling betekende
van een aantal composities die in dit vorig
jaar gehouden internationale concours bij
jury en publiek een goede pers kregen.
Jordi Savall, Hopkinson Smith, Lorenzo
Alpert, Gabriel Garrido en Christophe
Coin zijn verantwoordelijk voor de muzi
kale wonderen die hier verricht werden.
Hoofdrolspeelster in „Hesperion XX” is
evenwel de sopraan Montserrat Figueras,
die evenals de instrumentale leden van
haar groep verbluft met een enorm virtu-
Erg verwonderlijk was het daarom niet
om te moeten constateren dat slechts zo’n
120 bezoekers zaterdagavond en -nacht
verbijsterd kennis kwamen nemen van de
ongelooflijk aandoende zang- en stempres-
taties van het Extended Vocal Techniques
Ensemble uit San Diego in Califomië en
Prima Materia uit Rome. Samen met Joan
La Barbara traden zij op in een voor dit
festival zeer geëigend Weekend Extended
Vocal Techniques, een weekeinde gewijd
aan de vorderingen die de menselijke stem
de laatste decennia heeft weten te berei
ken. Dat de Sonesta Koepelzaal dan ook
AMSTERDAM. Een van de doelstel
lingen van het Holland Festival is attent
te reageren op nieuwe ontwikkelingen
binnen de kunst, vooruit te lopen op de
smaak van het publiek en nieuwe zaken
aan te dragen. De belangstelling voor
nieuwe kunstuitingen, de cultuurhonger
is ontegenzeggelijk minder dan tien jaar
geleden, maar toch is het een taak die niet
uit de weg gegaan mag worden. Zo heeft
het Holland Festival dit jaar en de twee
voorafgaande jaren de nodige aandacht
besteed aan die avant-garde componisten
die het etiket Minimal Art opgedrukt kre
gen. Bij het eerste concert van Steve
oos raffinement bij het reproduceren van
de rijk versierde melodische lijnen. De
veelvuldig in deze muziek voorkomende
kleine voorslagjes en dergelijke (ter mar
kering van die melodische lijn), worden bij
haar manier van stemgebruik helemaal
organisch in het geheel opgenomen. Haar
zeldzaam fijn genuanceerde zang, is - of
het nu een volkslied, een anonieme ballade
of composities van Ortiz, Narvaez of An
chieta betreft - zeer welluidend en uitdruk
kingsvol. Een karakteristieker geluid, met
het fatalistisch-suggestieve mezzo-timbre
in het lage register, is op zichzelf boven
dien nauwelijks denkbaar.
In een intelligent opgebouwd program
ma vol boeiende afwisseling, werd het
enthousiaste gehoor een royale kijk gege
ven op de rijkdommen die schuil gaan in
niet uitpuilde van de zangpedagogen en
koordirigenten is me een raadsel.
Exotische trekken, met typisch Moorse
invloeden inzake intervals-vorming, wa
ren duidelijk herkenbaar in de Spaans-
Joodse, gezongen romances en instrumen
tale stukken vol bizarre effecten en verras
singen. Maar dan een uitheemse schoon
heid, die een uitgezuiverde puurheid ten
toonspreidde, zonder enige goedkoopte.
de Spaanse (profane) muziek uit de over
gangstijd tussen middeleeuwen en renais
sance. Het overvloedig gebruik van „guir
landes”, welke in diezelfde periode in de
muziek van de Noordelijker gelegen lan
den vaak een rumoerige drukte in het
klankbeeld veroorzaakte, verleent aan de
ze kunst slechts voorname gratie en ele
gantie binnen het klassieke evenwicht der
renaissance.
DEN BOSCH. (ANP) Met elf stemmen
tegen en 51 voor hebben Provinciale Sta
ten van Noord-Brabant zaterdag besloten
om Zuidelijk toneel Globe ook van 1978
tot 1981 te subsidiëren. Daarmee onder
schreven de staten een voorstel van het
college van Gedeputeerde Staten. Vorig
jaar besloot Noord-Brabant de subsi
dieregeling slechts voor een jaar te ver
lengen in afwachting van een landelijk
toneelbeleid van het ministerie van CRM.
Wat Susan Hendricks, Roberta Laneri,
Maria Monti, Gianni Nebbiosi en Claudio
Ricciardi doen heeft meer met mediteren
dan met concerteren te maken. Het zin
gend improviseren, al gebeurt dat ogen
schijnlijk binnen een zeer beperkt kader
(zoals bij minimal music), is bij hen een
heel natuurlijk proces, nauwverbonden
met het religieuze. Toegegeven, na twee
van zulke ruim een half uur lange improvi
saties heb je het wel gehoord, maar ben je
nog niet uitgeluisterd.
Zondagavond genoot een uitgelaten pu
bliek in de Amsterdamse Stadsschouw
burg van deze bijzonder ontspannen, lich
telijk belachelijke maar ook zeer instruc
tieve dansavond. Het begon met een de
monstratie van de danstechnieken uit
1920. Voor een beter begrip is het mis
schien nuttig te weten, dat de naam van
deze school is samengesteld uit die van
Ruth St. Denis en Ted Shawn. De eerste
ontwikkelde haar schoonheidsideaal toen
haar oog toevallig viel op een Egyptische
Die stilte was er dadelijk bij de aanvang
van de Ouverture „La forza del destino”
zonder dat erom gevraagd hoefde te wor
den. Edo de Waart, die de leiding had van
dit concert van het Concertgebouworkest,
deed geen enkele concessie aan de muzika
le voorschriften om het massale publiek
tegemoet te komen. Hij hield het fortissi
mo binnen de perken van de welluidend
heid en besteedde de uiterste zorg om een
bijna breekbaar pianissimo te bereiken,
zonder zich om de grote ruimte te bekom
meren.
De grote attractie van dit concert was
het optreden van de Amerikaanse mezzo
sopraan Grace Bumbry, die haar interna
tionale roem te danken heeft aan de aparte
bekoring van haar stem, die in alle regis
ters van hoog tot laag, dezelfde intensiteit
en warmte behoudt. Al op zeer jeugdige
leeftijd verwierf zij grote bekendheid in
Amerika, maar haar internationale succes
heeft zij te danken aan haar sensationele
optreden als Venus in Wagners „Thann-
hauser” tijdens de Festspiele in Bayreuth
onder leiding van Karajan. Dit is een on
vervalste sopraanpartij, maar zonder haar
stem geweld aan te doen, zong zij in Salz
burg de Carmen. Zoiets komt maar een-
werk steeds weer moesten uitvoeren. Ook
in het buitenland groeide de interesse.
maal in de geschiedenis voor. De grote
grammofoonplaten-maatschappijen zorg
den voor de rest en Grace Bumbry is
langzamerhand een begrip geworden voor
iedere operaliefhebber. Een aparte ver
dienste van haar is, dat zij zich geen allu
res aanmeet van een operadiva. Zij blijft
eenvoudig en bescheiden en juist door
haar innemende persoonlijkheid verovert
zij het meest veeleisende operapubliek.
Zelfs in de grote Zuidhal had zij geen
moeite om hqar stem tot in de verste
hoeken te laten doordringen en van de
eerste tot de laatste seconde van haar
optreden hield zij de aandacht gespannen.
Zij zong de Aria van Leonora „Pace, pace,
mio Dio” uit „La forza del destino”, vervol
gens de Cavatine van Elvira uit „Ernani”
en de aria van Eboli „O don fatale” uit
„Don Carlos”. Maar het publiek liet haar
natuurlijk niet gaan zonder toegift en zij
besloot met de aria „Vieni, t’affretta” uit
Macbeth. Het was misschien jammer, dat
zij zich uitsluitend tot Verdi bepaalde, ter
wijl zij juist door haar veelzijdigheid grote
naam gemaakt heeft maar het is nu
eenmaal zo, dat Verdi voor iedere opera
zangeres het begin en het einde is.
Het is eigenlijk niet nodig om te zeggen,
maar het Concertgebouworkest vervulde
de rol van opera-orkest op voorbeeldige
wijze. Edo de Waart voelt zich als een vis in
het water bij operabegeleidingen, dat
heeft hij dubbel en dwars bewezen met
„Aida” en de „Rosenkavalier”. Maar ook
als concertdirigent beschikt hij over uit
zonderlijke talenten. Hij besloot het con
cert met een volmaakt beheerste uitvoe
ring van de „Schilderijententoonstelling”
van Moessorgsky in de instrumentatie van
Maurice Ravel. Het is waar, dat het een
paradepaard is van alle grote dirigenten,
maar het is altijd weer een feest om ernaar
te luisteren.
Ted Shawn baseerde zich vooral op Indi
aanse en Japanse dansen. De laatste werk
te veel met sportgroepen en had geduren
de enige tijd een dansgroep met uitslui
tend mannen. Wat ik hier vertel is gewoon
dansgeschiedenis, maar hoe het werk van
deze mensen er echt uitzag weet bijna
niemand meer, daarom ook was die de
monstratie van de danstechnieken zo inte
ressant. Hoe bouwde men aan het bewe
gen als Egyptische „tweedimensionale” fi
guren, hoe aan Indiase handgebaren, hoe
werd er gewerkt aan het Japanse sjaalslin-
geren, enzovoort.
Na de eerste pauze kregen we een aantal
lieve dansen te zien, voornamelijk van
prille meisjes in Griekse tuniekjes, op wal
sen van Brahms, op Liebestraum van Liszt
en op korte stukken van Chaminade en
Debussy. Dit is een zo jeugdig soort dan
sen dat het me door het zien daarvan
opeens duidelijk werd waarom Jugendstil,
Jugendstil heet. De naïviteit werkte lichte
lijk op de lachspieren van het publiek en
dat zou nog veel erger worden. Op deze
manier werd er trouwens ook in ons eigen
land gedanst door verschillende dames
met als meest uitgesproken vertegenwoor
digster Lili Green. Niet alleen nu wordt er
door het publiek om gelachten. Dat was
vroeger ook al zo.
Het volgende nummer, een mannendans
op muziek van Bach (Ted Shawn) ging
gepaard met gierende lachgolven die nog
werden overtroffen door het geloei dat er
opging bij de dramatische dans voor vijf
dames op de Sonate Pathétique. Toch be
zitten al deze dansen een ontroerende een
voudige schoonheid en ons lachen komt
misschien alleen maar voort uit onze
schuchterheid ten opzichte van die ontroe
ring.
sigarettenreclame. Danstechniek had ze
eigenlijk niet, maar aan de hand van pri
mitieve filmpjes over dansen uit India,
Japan, Java en Kreta, vond ze haar eigen
bewegingssysteem uit.
20.15
igheid
elfilm
iO’S
t de
e.
MUZIEK
AMSTERDAM. Concertgebouw
(20.15 uur):: Nederlands Kamerorkest
onder leiding van Vladimir Ashkenazy,
viool met Mozart-programma. Sonesta
Koepelzaal (20.15 uur): Pro Cantione
Antiqua onder leiding van Mark Brown
met eenstemmige en polyfone composi
ties uit Engeland en Spanje.
DEN HAAG. Nederlands Congresge
bouw (20.15 uur): Internationaal Koor-
f estival.
Diligentia (20.15 uur): Paco Pena en
zangers met flamenco’s. Remonstrant
se Kerk (20.15 uur): Dorothy Dorow,
sopraan en een instrumentaal ensem
ble onder leiding van Reinbert de
Leeuw met werken van Schönberg,
Dallapiccola, Stravinsky, Dorow en
Loevendie.
Een overzicht
van het concert
dat Hesperion
XX gisteren in
de Bakenesser-
kerk in Haarlem
gaf
:elevi-
jaans.
K)Tv-
letrie.
»5 (K)
ïrkne-
rische
ws uit
00 (K)
15 (K)
natief
lespel.
r irrte
iifilm.
lezing die Ernest Bour met solistische bij
dragen van Anne Haenen en de clavecinist
Jan van der Meer van alle werken gaven,
stelden de diverse compositorische kwali
teiten ervan in een helder daglicht.
JOHAN VAN KEMPEN
Na de tweede pauze volgden nog wat
Oriëntaalse dansen, waarvan vooral de
laatste van vijf dames met een enorme
blauwe zijden sjaal, die nu eens als golven,
dan weer als de hemel, nu eens als een
parachute dan weer als een gordijn ge
bruikt werd. Deze voorstelling gaat op 21
juni in Den Haag en op 22 juni in Rotter
dam. Vanavond komt Joyce Trisler met
een eigen (hedendaags) programma in de
Koninklijke Schouwburg in Den Haag.
Het zien van hun historische werk was in
ieder geval een belevenis.
CONRAD VAN DE WEETERING
In-
ende
'ene-
irten
ram-
12.45-
it.
00 (K)
■delin-
Laurel
20.35
\acht-
Jour-
95 (K)
eken-
is. tv-
as, tv-
20.45
0 (K)
15 (K)
>0 (K)
23.55
tar en
Silder
Q Ac-
)Kim-
iserie.
Jour-
seine
rnaal.
lingen
)0 (K)
inche.
rnaal.
cus.
wee,
De sopraan Anne Haenen zong, evenals
in die Gaudeamusweek 1976, de solopartij
in Nigel Osborne’s effectmatig opgezette
werk „The Sickle”. Deze compositie op
poëzie van Mayakovski is soms vervuld
van spanning en dan weer zonder enige
zeggingskracht. En vooral in de orkestpar
tijen is een hinken op twee gedachten waar
te nemen, met zowel elementen van eigen
tijdse uitdrukkingsvormen als van de Hol-
lywood-romantiek.
ne Oliveros dankzij een groot komisch ver
mogen, de schade ingehaald. De groeps-
improvisaties van Prima Materia, even
eens een vijfmans sterk ensemble uit San
Diego, maar tegenwoordig woonachtig te
Rome, beklemmen veel meer. Niet uitslui
tend omdat hun inhaleringstechniek en
het verbluffende tweestemmig zingen
door hen zover ontwikkeld zijn, maar ook
op de manier waarop dat toegaat.
Hun stemgebruik heeft een minder sys
tematisch karakter, maar staat nadrukke
lijk in verbinding met een gevoelswereld.
György Ligeti’s raffinement inzake het
esthetisch hanteren van het orkest, kwam
goed naar voren in de fijn verzorgde weer
gave van diens vierdelige „Kammerkon-
zert”. Al is deze knap geschreven muziek
misschien (zoals in het tweede deel; Cal-
mo, Sostenuto) inhoudelijk niet zo sterk,
toch stak ze qua kwaliteit met kop en
schouders uit boven de op deze „Gaudea-
mus Hoogtepunten”-avond gebrachte pre
mières.
Dat betrof dan een eerst vriendelijk en
prettig van klank zijnd, maar jammer ge
noeg in taaiheid ontaardend werk voor
blazers en slagwerk van Wim de Ruiter:
„To be or not to be”, alsmede een aan
elkaar gebreid en nogal ongelukkig geiïn-
strumenteerd „Profiel, per cembalo e or
chestra”; door Bernard van den Boogaard
in een visieloze soort „neo-neo”-stijl ge
schreven.
gebaseerd op een kort gedeelte van een
roman van Samuel Beckett, te kunnen
bevatten, is een grote luisterbereidheid
nodig. Eerst dan kun je verwonderd vast
stellen hoe makkelijk de leden van het
ensemble -gezeten in een huiselijk inte
rieur - van een ’growl’-techniek (zoals jazz-
trombonisten wel gebruiken) overschake
len op een tandtriller of inhalerend zingen
om direct daarna feilloos een hoge e te
pakken.
Nu lijken deze (voormalige) Amerikaan
se studenten met niets anders bezig te zijn
dan hun techniek op het gebied van de
stemexploraties te vergroten, want hun
werk maakt een van de emotie of van een
filosofisch of politiek beginsel losgekop
pelde indruk. Na de pauze echter wordt in
de finale van John Philip Sousa’s operette
El Capitan en in het body music-achtige
Piece for Trumpet and Dancer van Pauli-
Montserrat Figueras en de overige leden
van „Hesperion XX” hebben in hun artis
tieke spontaniteit en hun uitgesproken in
tuïtie voor de uitvoeringspraktijk van dit
hoogst waardevolle culturele erfgoed, alle
academisme van hun conservatorium tijd
achter zich gelaten (zoals Jordi Savall het
toelichtte) of eigenlijk eerder ingeruild;
voor een creatieve benadering van een -
blijkens deze avond - springlevend histo
risch alternatief.
JOHAN VAN KEMPEN
Aan „Les soupirs de Genevieve” van
Fabio Vacchi, een nerveus vibrerend stuk
voor strijkorkest, verleende de jury des
tijds de eerste prijs. Bour leidde het Radio
Kamerorkest efficiënt door de middels een
oninteressant schema in elkaar gesleutel
de partituur, die overigens niet veel meer
van de aard van de componist laat zien
dan diens goed gevoel voor strijkersbe-
handeling.
Nu duidelijk is geworden dat die rege
ling nog wel een aantal jaren op zich zal
laten wachten, vindt het Brabants provin
ciebestuur dat subsidiëring vanuit Noord-
Brabant moet blijven bestaan om een goed
aanbod van repertoiretoneel te waarbor
gen. Aan de provinciale subsidiëring zijn
wel een aantal voorwaarden verbonden.
Zo moet het gezelschap zich onder meer
vestigen in Eindhoven. Nu heeft Globe
Amsterdam nog als standplaats.
HAARLEM. „Hesperiden” zijn in de Griekse mythologie de dochters van de nacht,
wonend in een tuin met gouden appels, in het uiterste Westen. De naam van het Spaanse
ensemble „Hesperion XX” - dat zondagavond een Holland Festivalconcert gaf in de
Bakenesser Kerk - is daaraan verwant en verbeeldt het streven van deze kunstenaars om
de oude cultuur van „Hesperion het avondland; West-Europa) via hun musiceren in
onze twintigste eeuw (XX) vertegenwoordigd te doen zijn.
Nu hadden zij bij het eerste gedeelte van
het programma van het EVT-ensemble,
dat uit William Brooks, Edwin Harkins,
Deborah Kavasch, Philip Larson en Linda
Vickerman bestaat, nog kunnen besluiten
het niet veel langer aan te zien en te horen,
want het gepiep, gegorgel en geschreeuw
waaraan het wat gedateerd aandoende A
merciful Coincidence van Roger Reynolds
zo rijk is, lijkt op het eerste gehoor niets
„ter leringhe ende vermaeck” te bevatten.
Vreemdgenoeg gaat het nu juist daarom.
Reich, een van de meest vooraanstaande de essentie van dit stuk van Reynolds,
minimalisten, in 1972 in Eindhoven, kwa
men dertig schuchtere belangstellenden
kijken. Nu vijf jaar later volgen honder
den muziekliefhebbers de laatste ontwik
kelingen van een Philip Glass of een Terry
Riley.
(K)
lede-
(K)
AMSTERDAM. De Joyce Trisler
Danscompany is een kleine moderne Ame
rikaanse dansgroep, die pas drie jaar be
staat. Vorig jaar maakte de groep als pro
ject een studie van het soort dansen dat
zo’n 60 jaar geleden door de leerlingen van
de Denishawn school werd uitgevoerd. Ze
werden daarbij geholpen door de nu 80-
jarige Klama Pinska, die jaren geleden op
die school is opgeleid en nu nog steeds in
San Francisco les geeft. De bedoeling was
om de aldus gereconstrueerde dansen
maar vier keer in New York uit te voeren,
maar er bleek zo overweldigend veel be-
Inderdaad zijn het gouden vruchten, die
- lange tijd door de nacht bedekt - door hen
in onze eeuw worden teruggetoverd. Een
redelijk bezette Bakenesser Kerk was er
gisteren getuige van dat blaas-, strijk-,
tokkel- en slaginstrumenten uit de vroege
renaissance werden bespeeld op een ma
nier die fascineerde en die deed beseffen
dat geen primitivisme, maar uitingen van
een hoog ontwikkelde en uit uiterst ver
fijnde cultuur aan de orde werden gesteld.
AMSTERDAM. De enorme afmetin
gen van de Zuidhal van het RAI-gebouw
maken deze ruimte eigenlijk bij voorbaat
ongeschikt om als concertzaal dienst te
doen. Toch hebben de vierduizend toe
hoorders zaterdagavond met volle teugen
genoten van een concert, dat aan alle
verwachtingen voldeed. Het was verheu
gend te constateren, dat het publiek als bij
afspraak meewerkte om de nadelen van de
sfeerloze omgeving tot een minimum te
beperken. Men begreep, dat musiceren in
deze immense hal slechts mogelijk is in
een sfeer van de grootst mogelijke oplet
tendheid en absolute stilte.
AMSTERDAM. Elk festival heeft zijn
ups en zijn downs, zijn hoogtepunten en
teleurstellingen; het is het beeld dat het
Holland Festival vrijwel traditiegetrouw
biedt. Door evenals vorig jaar (Amerika in
verband met het 200-jarig bestaan van de
Verenigde Staten) ook ditmaal („de men
selijke stem”) voor een centraal thema te
kiezen, heeft de organisatie in ieder geval
weten te bereiken dat het publiek wat
beter weet waar het aan toe is. Het concert
dat de Spaanse flamencogitarist Paco Pe
na en zijn zangers gisteravond in de Klei
ne Zaal van het Amsterdamse Concertge
bouw gaven, is daar een mooi voorbeeld
van. Niet de individuele brille van Peda
stond centraal, maar de aanstekelijke
volks zangkunst met haar bijna onbeperk
te improvisatiemogelijkheden die de fla
menco eigenlijk is.
Zo zijn we voor de pauze getuige geweest
van een ingetogen en leerzame lezing van
Pena die telkens werd geïllustreerd door
een van de leden van zijn gezelschap, dat
bestaat uit Angelita Vargas (cantaora
zangeres van de hedendaagse flamenco),
Manuel Soto (cantaor zanger van de
traditionelere vormen van de flamenco),
Francisco Garcia Lopez (cantaor en pal-
mero iemand die de structuur van de
flamenco accentueert door ritmisch hand
geklap) en Rafael Munoz (palmero). José
Carmona speelt naast Pena gitaar. Fla-
MAANDAG 20 JUNI
MUZIEK
AMSTERDAM. Sonesta Koepelzaal
(20.15 uur): Collegium Vocale Gent en
Musica Antiqua Amsterdam onder lei
ding van Gustav Leonhardt met Bach-
programma.
DEN HAAG. Diligentia (20.15 uur):
Hesperion XX onder leiding van Jordi
Savall met profane 15e en 16e eeuwse
Spaanse muziek. Nederlands Congres
gebouw: Internationaal Koorfestival.
BALLET
AMSTERDAM. Stadsschouwburg
(20.15 uur): Nederlands Danstheater
onder artistieke leiding van Hans Knill
en Jiri Kylian in „Lieder ohne Worte”
in een choreografie van Hans van Ma
nen en „Acqua Femina” in een choreo
grafie van Jiri Kylian.
DEN HAAG. Koninklijke Schouw
burg (20.15 uur): The Joyce Trisler
Danscompany met „Dance for Six”,
„Journey”, „Butterfly” en „Little Red
Riding Hood”, ingestudeerd door Klar-
na Pinska.
DINSDAG 21 JUNI
TONEEL
AMSTERDAM. Mickery (20.30 uur):
„Vox Populi, Vox Dei” van Ritsaert ten
Cate.
BALLET
AMSTERDAM. Stadsschouwburg
(20.15 uur): Nederlands Danstheater
onder artistieke leiding van Hans Knill
en Jiri Kylian in „Lieder ohne Worte”
in een choreografie van Hans van Ma
nen en „Acqua Femina” van Jiri
Kylian.
menco is een samengaan van Andalusi-
sche folklore en zigeunermuziek. Voor een
onvoorbereide luisteraar doet de flamenco
wat overdreven aan. Het is een manier van
zingen, waarbij de zanger of zangeres zijn
of haar gehele emotionele bagage uitpakt
op een directe en onverhullende manier.
Ga je als luisteraar de communicatie en
dus de confrontatie met geluk, vreugde of
leed niet uit de weg, dan kim je je geen
meeslepender muziek voorstellen. De op
zwepende zang, het verrassende raffine
ment van de stembuigingen en de tomeloze
inzet waarmee gezongen wordt heeft de
flamenco populariteit bij een groot pu
bliek bezorgd. In tegenstelling tot Fiesta
Gitana en Manitas de Plata maakt het veel
dichter bij de bronnen van deze warmbloe
dige zuidelijke muziek staande ensemble
van Paco Peha daar geen misbruik van.
Het gaat hun om het begrip van en de
liefde voor deze muziek en niet om com
mercieel entertainment of showbizz-achti-
ge allures.
We krijgen dan ook te horen hoe pas in
een laat stadium de gitaar aan de flamenco
werd toegevoegd en hoe de invloeden uit
de Andalusische folklore de melodische
rijkdom vergrootte. Er waren eerst slechts
eenvoudige ritmische instrumenten en mo
gelijkheden, handgeklap (de palmero),
castagnetten of zoals ook bij het introduc-
tienummer gebeurt ritmisch tikken op een
houten tafel. Ingeleid door Peha krijgen
we de flamenco in al zijn vormen, van de
vrolijke bulerias tot de smartelijke sigui-
riyas en het cante libre voorgezet. De wijze
waarop dat gebeurt, verdient alle lof. De
zangers, en niet het minst de onstuimige
Angelita Vargas, zijn nog doodgewone,
spontaan-reagerende mensen die verlegen
dankbaar de geestdriftige toejuichingen
van het intens meelevende publiek over
zich laten gaan. Daarnaast zijn de vaak
hartverscheurende improvisaties van een
ander voor hen zelf ook dermate aangrij
pend, dat er op het podium intens met
elkaar wordt meegeleefd.
Niet iedereen zal gecharmeerd zijn van
het ongeschoolde, hese stemgeluid van de
zangers van Paco Peha, maar het zuidelijk
elan waarmee het gebeurt, belooft het bes
te voor de opzet van het Holland Festival
van 1978 als „volkskunst populaire
kunst” het thema zal zijn. „r-
JOHN OOMKES I langstelling voor te bestaan, dat ze het
Het Extended Vocal Techniques Ensemble tijdens A Merciful Coincidence van Roger
Reynolds.