CENTRUM MET MUZIKAAL THEATER VAN DAVID HARE 1 Moving Being verwarde show Meubelfabriek j£. Oisterwijk r Overtuigende schilderstijl van Margreet Bouwman bij SBK Stranglers breken door met agitatie en kracht Filmacteur Zero Mostel overleden Geloogd Massief Eiken van de Meubelfabriek Oisterwijk: op maar 1O plaatsen te koop. r w Enthousiast punkconcert in Paradiso door Ko van Leeuwen Fatalisme IN CONSEQUENT BELEID OOK PLAATS VOOR JONG TALENT DANSERS UIT WALES IN DE MELKWEG Jetty Wery EEN MERCEDES HUREN? Bouwens Autoverhuur In de leer r, q v 0 l o I o Li am ol VRIJDAG Bouwjaar Natuurlijk bij: 1977 Kampervest 23, Haarlem, tel. 312638 n w <5 hJ AMSTERDAM. „The ship is sinking” zingt zangeres Maggie aan het slot van Rock ’69, de muzikale theaterproduktie waaraan bij toneelgroep Centrum momenteel gewerkt wordt. De eindfase is bijna bereikt, er zijn al openbare repetities in de grote zaal van Bellevue aan s de Leidsekade. Met deze tweede produktie, die op 14 september in première gaat heeft Centrum zijn acteurs weer eens voor ongewone problemen gesteld. Rock ’69, geschreven door Engelsman David Hare, is namelijk een mengvorm van toneel en muziek. Het is geen volbloed toneelstuk, maar ook geen musical. Het is een toneelstuk dat over het wegkwijnen van een eens succesvolle muziekformatie gaat en wil je zo’n verhaal compleet hebben dan is life optreden van de muzikanten essentieel. 1 A r KUNST i (ADVERTENTIE) JOHN OOMKES (ADVERTENTIE) r Iers, maar daar die laatsten nauwelijks over enige danstechniek beschikken, ont aardt hun choreografiën doorgaans in wat (meestal traag) geloop. We krijgen een mensgroot schuimplastic worstbroodje ge presenteerd, zien Christus kruisigen waar na zijn lichaam van het kruis genomen wordt en in een kinderwagen afgevoerd. Belinda Neave mag de gevoelens van haar eigen ingewanden tonen door het dansen met onderdelen die ze uit een anatomische pop haalt. Er zijn mime-nummers, lezin gen met lichtbeelden, virtuoos gebruik van een draaiende brug en hoewel vrijwel alles toch bloedserieus wordt gepresenteerd, is er zelfs af en toe enige humor (de huis vrouw, die zozeer wordt geboeid door het voorlezen van een sexboekje, dat ze de seksuele benadering door haar man nog slechts hinderlijk vindt). Vóór de pauze ligt het meest dynamische van Maggie. Haar knokken tegen de op komst van het verval. Wat zij wil is alles of niets. Er zijn erg dramatische hoogtepun ten in. Eddy wil ze heel onderkoeld ge speeld zien. Het vergt veel discipline en zelfbeheersing om dat helemaal goed dui delijk te maken. Ik hoop dat het straks goed overkomt. In elk geval, het is een geweldig stuk, waarin voor het publiek ook enorm veel te beleven is”. Beperkt door de techniek lukt haar dat effect in de tekeningen veel minder. Haar manier van inkleuren heeft hier een nogal naïef trekje meegekregen. Je zou die teke ningen, die steeds een of twee motieven bevatten die in de schilderijen worden uitgewerkt veel beter kunnen beschouwen als voorstudies dan als een zelfstandig kunstwerk. Dan geven ze een aanvullend beeld van een kunstenares die nog midde nin de opdouw van haar stijl zit, maar daar reeds bijzonder positieve getuigenis van aflegt. Gisteravond speelden The Stranglers, een van de toonaangevende Engelse punk bands van het ogenblik, voor een afgela den huis, veertienhonderd man, in het Am sterdamse Paradiso. Een teken aan de wand. Gaat het dan ruim anderhalf jaar nadat de eerste schorrie-morrie-bands (een punk is letterlijk een stuk schorem) uit Londen zich hier kwamen vertonen, eindelijk gebeuren? Hij wint door technisch k.o., maar pas op het moment dat hij weer het podium op klimt merken de andere groepsleden zijn verdwijning op. Na een klein intermezzo gaat het in sneltreinvaart verder, met aar dig nieuw materiaal (Five Minutes, Dance Floor, Like to meet you) dat waarschijnlijk het nieuwe album wel zal vullen dat bin nenkort uitkomt. De Stranglers zijn nog lang niet aan het eind van hun Latijn. Met een enorme kracht en agitatie wordt veelal nieuw materiaal de zaal ingeslin gerd. De pompende bas van Bumel, het splijtende en afgebeten melodische mate riaal van Cornwell en de nerveuze belich ting hebben hun uitwerking op het publiek dat tegen het einde het podium opzoekt zonder dat dat problemen geeft. Volop zwetend en dansend staan ze vlakbij de musici, die fysiek contact niet uit de weg gaan. Publiek en band zijn één. Overigens stapt Burnel rustig van het podium als iemand uit het publiek hem blijft irriteren. Dit alles en nog veel meer heet dan multi-media show. Het komt op mij over als een vuilnisbelt van ideeën. WCONRAD VAN DE WEETERING. (Tot en met het einde van deze maand, van dinsdag tot en met vrijdag tussen 13- 17 uur, op zaterdag van 11-17 uur en tevens op donderdagavond van 20-22 uur). CEES STRAUS Het zijn vooral de grote doeken waarin de ideeënwereld overtuigend wordt uitge dragen. Margreét Bouwman schildert met een bewustheid die vooral via de kleuren- keuze en de materiaalbehandeling wordt uitgedragen. Haar doeken zijn uitermate glad geschilderd en door de transparante gelaagdheid krijgt de verfhuid een bijna menselijk karakter, ze schijnt wezenlijk te ademen. Het is de zangeres Maggie die in Rock ’69 tot het laatst doorvecht. Zij spoort de an deren voortdurend aan, maar wordt ten slotte toch in de algehele malaise meege sleept. Fatalisme overwint en de onder gang wordt ingeluid. „The Ship is sin king”, de tekst van het nummer Titanic, is symbolisch. Eddy Habbema: „Het gaat ei genlijk om hét stuk lopen van de hoop van een hele generatie. De sociale betrokken heid, wat is daar tenslotte van over geble ven. Het is net zo als met toneel en engage ment. Ook in de popwereld sloeg de com mercie toe. Daar komt bij dat die jeugd met al die idealen ouder werd, verburger lijkte, trouwde, gezinnetje stichtte en het daarbij liet. De sleutelzin van Maggie is steeds: Je moet in beweging blijven. Daar gaat het nou precies om. Ik vind dat David Hare dat in zijn stuk heel sterk naar voren brengt. Heel knap voor iemand van dertig jaar - hij is net zo oud als ik - om zo raak te schrijven over iets dat nog zo vers achter je ligt”. De Maggie die Henriëtte Tol speelt is een jonge vrouw die aan de drank en de verdovende middelen raakt. Zij leeft heel anders dan de doorsnee meid. Voelt Hen-, riëtte enige verwantschap met de figuur Maggie? Henriëtte Tol: „Ik ben erg over die rol gaan nadenken en dat maakte dat ik er steeds meer affiniteit mee kreeg. Waanzinnig veel nu zelfs. Je moet goed begrijpen dat je in zo’n rol zoveel van jezelf investeert...je gaat steeds meer din gen ontdekken over jezelf. Je zou best zo willen leven als Maggie...alleen, het heeft geen zin. Wat dat nadenken betreft, heeft Eddy Habbema me vooral op het spoor Tientallen levensechte Londense punks bevonden zich in Paradiso en wel omdat de punkbands in Engeland van de podia geweerd worden waar dat maar mogelijk is. Met hun vreemde kleding, hun zwarte of gekleurde opmaak en hun eigenaardige dans (de pogo, waarbij op en neer wordt gesprongen maar dan zonder trampoline; zeer uitputtend) zetten de boel in Paradiso gisteravond prima in beweging. Nauwe lijks staan Jean Jacques Burnel (bas en zang), Hugh Comwell (gitaar, zang en spil van de groep), Dave Greenfield (toetsen; het gebruik daarvan is afwijkend bij punkbands) en Jet Black (drums) op het podium of de boot is aan. Muzikaal gezien zijn er in hun stompende zowel als uitgera felde geluid de gitaar wordt ritmisch en tokkelend bespeeld invloeden van de Doors te herkennen. Cornwells stem lijkt wel wat op die van Lou Reed. De produktie staat onder leiding van Geoff More, die de groep Moving Being in 1968 stichtte. Het hoofdbestanddeel van de voorstelling wordt gevormd door steeds weer terugkerende beelden van een lang durige gijzeling die zich afspeelt in een enorm hotel, ingeleid met een lange recla mefilm over de Holiday-Inn hotels, die over de hele wereld volkomen identiek aan elkaar zijn. Aardig is de projectie van de film over zo’n hotel op een gazen doek, die ojSeens overgaat in een zeer realistisch gespeeld scène op het toneel. Bij iedere scène van die gijzeling zien we hoe de sfeer tussen de erbij betrokken mensen zich ontwikkelt, soms dramatisch, soms humoristisch. Deze scènes worden echter door een zodanig uitgebreid aanbod aan andere zaken afgewisseld, dat er ei genlijk aan het geheel geen touw valt vast te knopen. Opvallend zijn een paar dansfragmen- ten van Belinda Neave en Francis Roze- laar-Green. Zij dansen overigens ook re gelmatig samen met de andere vier spe- biance, een hoekje in café De Smoeshaan. „In deze produktie moeten toneelspelers plotseling gaan zingen of een muziekin strument bespelen. Dat vereist een extra grote inzet. Vooral voor Henriëtte is het een enorme opgave”. Henriëtte Tol, tot dusver een actrice die „ook meespeelde” bij Centrum, maar haar aandeel altijd met zorg opleverde. Nu met haar 24 jaar ver vult zij wat in vaktermen een „dragende rol” genoemd wordt. Zij is de zangeres van de band waar het om gaat en dat betekent dat ze al tijdig zanglessen moest gaan nemen. Eddy Habbema: „Je hebt er geen idee van hoe moeilijk zij het in die voor stelling heeft. Gewoon praten, je tekst als toneelspeler en dan ook nog zingen, het zijn twee heel verschillende zaken. Met- Jules Hamel is het ook zo. Hij moet ook nog zingen naast het acteren. Die combina tie van zingen en spreken, een absoluut totaal verschillende gebruik van je stem, nou-, dat vergt een geweldige discipline”. Rock ’69: de ondergang van idealen het net bij de repetitie meegemaakt met Jules. Hij was het niet met me eens. Dat is prima, daar moet je hard met elkaar over kunnen praten. Iedereen moet achter zijn eigen inbreng staan, anders wordt het zin loos”. Rock ’69 speelt op het breekpunt van verschillende tijdsperioden. Vooral tegen het einde van de jaren zestig treedt bij de idealisten van de jaren vijftig een gevoel van vermoeidheid op. Protesten tegen een maatschappij die broodnodig verandering behoefde lijken nauwelijks resultaat te hebben geboekt en er is een welhaast angstaanjagend gevoel van lijdzame be rusting gekomen. De nieuwe generatie ziet het verbeterideaal van zijn voorgangers niet zitten. De popmuziek, eertijds een uiting van onbehagen, heeft zijn stroomlij nen gekregen, de commercie heeft het ook daar voor het zeggen gekregen. En overal dreigt het ideaal van weleer tenonder te gaan in het moeras van de gezapigheid. vreemd soort saamhorigheid, maar het veroorzaakt ook wel spanningen. Je hebt HAARLEM. Voor Haarlemse kunstenaars zijn de mogelijkheden om te exposeren in eigen gemeente de laatste jaren in snel tempo beperkter geworden. Het aantal gelegenheden waar nog kan worden geëxposeerd is bijna op de vingers van een hand te tellen, een situatie die niet bevorderlijk werkt op het artistieke klimaat ter plaatse. Jonge kunstenaars hebben bovendien de handicap dat zij eerst nog hun reputatie moeten vestigen, hetgeen weer in hoge mate afhankelijk is van het exposeren in galerie of museum. De bestaande.instellingen staan daarbij voor de taak hun beleid met de grootste zorg te omgeven, maar worden hoe dan ook geconfronteerd met het gegeven dat hun beleid van bepaalde partijen aanvechtbaar of op zijn minst discutabel zal zijn. ■A Eddy Habbema, regisseur van Rock’69, en Henriëtte Tol die de rol van Maggie in deze muzikale theaterproduktie speelt. Regisseur Eddy Habbema, vaste gast bij Centrum, werkt met grote ambitie aan Rock ’69. Habbema is pas dertig jaar, maar heeft grote affiniteit met muziek in het theater. Zijn grote liefde gaat uit naar operaregie en bij voorkeur barokopera’s, die hij zo authentiek mogelijk, de muziek volgend, wil enscèneren. Muziek kwam er ook aan te pas toen hij „Een kannibaal als i jij en ik”, de musical van Freek de Jonge j en Bram Vermeulen, moest regisseren. Nu dus theater en muziek bij Centrum. „Voor I de acteurs en voor de muzikanten is dit een riskante uitdaging”, zegt Habbema, nadat we de duistere toneelruimte van Bellevue hebben verwisseld voor een prettiger am- eersteklas eikehout goed uitgewerkt in eigen droogkamers geloogd volgens oud recept eigen originele modellen gemaakt in eigen werkplaatsen 12 jaar garantie op de houtkonstruktie ongekende service gratis thuisbezorgd door geheel Nederland verkoop uitsluitend in onze eigen tien toonzalen. Beverwijk, Parallelweg 100,tel. 02510-26923, ma t/m za 9-18 uur. PHILADELPHIA (UPI/Reuter). In een ziekenhuis in Philadelphia is gister nacht op 62-jarige leeftijd de filmacteur Zero Mostel overleden. Mostel, die veel komische rollen heeft gedaan, kreeg voor al bekendheid voor zijn creatie van Tevje in de muscial Anatevka. Hij heeft driemaal de Tony-award gekregen, een prijs voor filmspelers. Mostel, die in 1915 in Brooklyn werd Bob Zimmerman, langzamerhand Cen trums huiscomponist geworden, verzorg de voor de Nederlandse voorstelling van Rock ’69 geheel nieuwe muziek. De liedjes - vijf in totaal - worden in het Engels gezongen. Bij Zimmerman gingen Hen riëtte Tol en Jules Hamel muzikaal in de leer, maar ook acteur Jimmy Berghout, die in de band de basgitaar hanteert. Hab bema: „Hij is er helemaal gek van gewor den. Hij heeft er keihard aan gewerkt om dat instrument zo snel mogelijk door te krijgen. Eigenlijk is het krankzinnig, als je bedenkt dat zo’n stuk met allerlei extra’s voor acteurs en musici toch in een normaal repetitieschema klaar komt. Dat zegt ook wel iets over de inzet van iedereen. Het is voor ons allemaal een echt avontuur. De musici moeten ook toneelspelen. We doen dus allemaal dingen die we normaal niet gewoon zijn. Dat heeft geleid tot een De burgerlijke pers in Groot-Brittannië maakte twee jaar na de eerste tekenen dat de punks zich aan het roeren waren nog altijd iedereen die zich extravagant kleedt of handelt, tot het mikpunt van de spot. AMSTERDAM. Zelden zal een voorstelling zijn naam meer eer hebben aangedan dan het stuk Babel’s Dancer van de groep Moving Being uit Wales, die vanaf donderdagavond tot volgende week zaterdag in de Melkweg optreedt. De groep bedient zich van een ontelbaar aantal technieken, die nogal verwarrend op de toeschouwer overkomen. Er zijn acteurs en dansers, er is film, video, een spel met poppen, acrobatiek, een rolschaatsnummer, een tapnummer en er zijn citaten van vrijwel alle min of meer bekende hedendaagse filosofen (Mc Luhan, Marcuse, Levi Strauss, Berger enz.) die overigens nauwelijks te volgen zijn omdat hun uitspraken, die toch al niet altijd even simpel zijn, ook nog danig gestoord worden door muziek, gestamp en andere acties. Elementen van planten en bloemen, af komstig van het lanci maar ook uit zee, worden door Jetty Wery uit Oegstgeest verwerkt in keramiek. In het keldertje laat zij kleinplastiek zien dat goed van kwali teit is, maar toch nog meer aan originali teit moet winnen. Jetty Wery zit op het goede spoor -ze weet bijvoorbeeld precies wat ze met de monochroom bakkende cha motte moet doen- maar haar vormentaal mist te zeer een eigen gezicht. 'Keep ’em laughing”. In de jaren ’50 kwam gen op de zwarte lijst te staan. Om in de kost te kunnen voorzien ging Mostel schil deren, maar hij kon zijn oude vak niet vergeten. Bekendheid bij het grote publiek kreeg hij eerst weer in de jaren ’60 toen hij in Anatevka het beroemd geworden liedje If I were a rich man zong. gezet. Zijn manier van regie spreekt me erg aan”. Habbema: „Muziektheater - en zo kun je Rock ’69 toch wel noemen - heeft nu eenmaal mijn grote interesse. Maar ook de gesproken tekst. Het blijft voortdurend strijd leveren met de tekst. Mijn werkwijze is wat je zou kunnen noemen schil voor schil afpellen. Alle vervelende effecten vermijden. Ik heb een absolute af keer van voorstellingen waarbij de vorm de inhoud overtreft. Je mag je als regisseur niet ver liezen in de vorm. Alles wat op het toneel gebeurt, elk gebaar en elk woord moet werkelijk zin hebben”. Henriëtte Tol vindt het fantastisch dat ze als Maggie ook kan zingen: „Het is een dijk van een rol. Jij hebt zojuist het rustigste deel ervan gezien. klop, klop, klop dat klinkt goed geloogd massief eiken Dat dat zo fel gebeurt een blikvanger als Johnny Rotten van de Sex Pistols komt veelvuldig groot in het nieuws ligt in de angst die deze media hebben voor de punkbeweging. Het betreft namelijk de jeugd uit de grote steden die geen toe komstmogelijkheden ziet en dat nihilisme accepteert en uitdraagt. De hoop bestaat niet meer voor hen en zoiets wordt als zeer gevaarlijk beschouwd omdat het de kern van het leven raakt. geboren, debuteerde in 1942 in de film „Keep ’em laughing”. In de jaren ’50 kwam hij vanwege zijn linkse politieke opvattin- De Stichting Beeldende Kunst, die aan de Gedempte Oude Gracht in Haarlem een artotheek en twee zaaltjes tot haar be schikking heeft, is in ieder geval niet een consequent beleid te ontzeggen. Afwisse lend Haarlemse kunstenaars en zij die van buiten komen hebben hier een maand lang de beschikking over een ruimte. Het is weliswaar geen grote expositiemogelijk heid, maar door een goede keuze van de werken kan binnen de grenzen van het beperkte gegeven toch een heel redelijk beeld worden getoond. Bovendien is het A beleid zodanig dat kwaliteit, op welke leef tijd van de kunstenaar die zich dan ook manifesteert, al gauw een kans krijgt. Voor het publiek kan die actualiteit zeker van waarde zijn zoals nu blijkt uit het sterke debuut van Margreet Bouwman. Het is haar eerste solo-tentoonstelling die veelzijdige aspecten van haar kunnen laat zien. Margreet Bouwman volgde haar oplei ding aan de Gerrit Rietveldacademie in Amsterdam en studeerde voor het MO- diploma tekenen. Toch zou je haar oplei ding bij het zien van de reeks tekeningen en schilderijen in de bovenzaal van de SBK veel „Haarlemser” beschouwen, waarbij ik direct denk aan een voortgezet te opleiding als die van Ateliers ’63. In het werk van Margreet Bouwman is namelijk een vrij grote voorkeur terug te vinden voor de stilistische opvattingen die onder meer door Reinier Lucassen word uitge dragen. In haar beeldtaal zien we steeds een lege of bijna lege ruimte centraal staan waar omheen zich een niet duidelijk te precise ren wereld bevindt. De lege ruimte is soms een alledaagse spiegelruit waarin het vage beeld van een passant is te zien. In andere doeken behoort die ruimte tot de eigen uitdrukkingswijze van de kunstenares die ze gestalte geeft door zeer persoonlijke symbolen en motieven. Hoewel die tame lijk algemeen te karakteriseren zijn -Mar greet Bouwman toont een voorkeur voor de Griekse, Romeinse en Egyptische kunst- vormen ze onderdeel van een strikt particuliere expressiviteit. Vooral komt dat door het feit dat de „optelsom” van de symbolen niet nader verklaard kan wor den. Anderzijds heeft Margreet Bouwman ook een literaire aanpak vermeden wat gezien de populariteit ervan voor de hand had kunnen liggen. j4- Een van de doeken die Margreet Bouwman bij de Stichting Beeldende Kunst exposeert en dat de titel „Avalokiteshvara" kreeg. ü- In Paradiso dansten gisteravond jonge punks (links op foto) naast de Stranglers op het podium. Rechts gitarist Hugh Comwell. (Foto Lex van Rossen) AMSTERDAM. De jaren zestig gaven een constante beweging en ontwikkeling te zien, terwijl het decennium waarin we nu leven eerder dat van de stilstand en/of behoudzucht kan worden genoemd. Je zou zo’n uitspraak kunnen testen in het licht van de gehele politiek-maatschappelijke ontwikkelingen van de afgelopen 25 jaar, maar als we ons zouden beperken tot de muziek alleen dan levert zo’n onderzoekje dezelfde resultaten op. Alleen lijkt het alsof minderheidsgroepen zich kunnen af zetten tegen de wereld om zich heen door het ontwikkelen van bijvoorbeeld nieuwe muziekvormen. Zo zetten Amerikaanse tieners zich halverwege de jaren vijftig af tegen de vervelende en door het tv-kijken van hun ouders bepaalde wereld, door opwinding te zoeken in eigen uitgaansmogelijkheden en eigen muziek. De rock was geboren. De opkomst van de beat en de rhythm blues rond 1963 in Engeland valt daar ook uit te verklaren. En het is weer zover.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1977 | | pagina 17