lonen-raketmotor moet de voortstuwing leveren s 1 w I ■Ff KOMEET PAS BEREIKBAAR NA EEN REIS VAN VIER JAAR door Pieter Bok Onzekerheid Het nut ral Stuwkracht Als spierinkje Het zonnestelsel is een rijk geschakeerde familie van hemellichamen, die om de centrale ster, de zon, wentelen. Tot de meest spectaculaire leden behoren de kometen, en een van de bekendste daarvan is de komeet van Halley, die tot dusver om de 76 jaar voor een indruk wekkend hemelverschijnsel zorgde. Men verwacht in 1986 deze ko meet weer te kunnen bewonderen, wanneer de nabijheid van de zon voor een imposante staart moet zorgen. Men weet eigenlijk nog niet zo heel veel af van kometen, en om enigszins in die lacune te voorzien, heeft de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie NASA het plan opgevat om er een (onbemand) ruimtevaartuig heen te sturen om de komeet van Halley in 1986 te observeren tijdens de passage langs de zon. 9$ ..1. js 06s' I 1 i ieey ""1974 '^1964 - n Per sonde naar sneeuwbal” van Halley drie is de vraag of dit hele •:k i'. em vijs het Uranus Saturnus Jupiter 1933 A j 1948 Om terug te komen op de NASA- plannen om in dat jaar een sonde iale' vrij tot jn) jn) jn) De moeilijkheid is dus, dat men moet besluiten honderden miljoe nen guldens te besteden aan de con structie en lancering van een ruim tesonde naar een object, waarvan men niet precies weet waar men het op welk tijdstip precies moet vinden en of dit object er nog wel is. langs de komeet te zenden: onzeker heid is een van de grootste proble men van deze pretentieuze missie. Men weet niet nauwkeurig op welke plaats de komeet op een bepaald tijdstip zal zijn, men weet zelfs niet of de komeet nog „in leven” is. Per slot van rekening is de komeet in de kosmische ruimte veel minder dan een spierinkje in de oceanen,.waar heel wat zaken ronddartelen, die het op zijn leven hebben gemunt. Men kan niet afwachten tot de komeet weer verschijnt, dat wil zeg gen in de buurt van de zon komt. Dan is het te laat om de sonde nog tijdig te bouwen en te lanceren voor een jarenlange tocht door de ruimte. ruimtevaartuig gelanceerd met deze motor als primaire voorstuwings- en besturingsmogelijkheid. linge posities van aarde en sonde, die naar een onzeker doel op weg is. Zou het de moeite lonen om eert dergelijke hachelijke onderneming te starten? Wat is het wezenlijke, doel, wat is het „nut”? het i de >50- mte en 117, een >len drie en ver- )cht itter Ori- =N m- 30. ekt JC- sus ur- tie: 33. |RC in itin- ele- de aai- -ge- los- 28 >50- Zo’n plan om een ruimtevaartuig naar de komeet van Halley te sturen, is ogenschijnlijk een koud kunstje als men weet dat de ruimtetechniek in staat is mensen op de maan te laten landen, slechts enkele honder den meters van een tevoren vastge steld doel, Marslandingen uit te voe ren en een ruimtevaartuig (de Pio nier) zó zuiver te lanceren, dat het tussen de planeet Saturnus en haar ringen doorschiet. Maar een ruimte vaartuig naar een komeet sturen is in wezen nog veel gecompliceerder dan dat kosmische ringsteken. En kele van de problemen zijn de vol gende. Door de afstand die het ruimte voertuig moet afleggen, duurt de reis ongeveer vier jaar. Het ligt dan ook in het voornemen de Halley- sonde tussen maart en juni 1982 te lanceren. Voordat die sonde gecon strueerd is (nu staat er alleen nog maar iets op papier), verlopen er enige jaren. Daarom moet er thans, in ieder geval dit jaar, een beslissing worden genomen. Te meer is dit het geval omdat om verschillende rede nen (waarover later meer) een ge heel nieuw voortstuwingssysteem ingebouwd moet worden; dus uit voerig getest. vNeptunus berekende de banen van 24 toen bekende heldere kometen en vond opvallende overeenkomsten in de banen van een komeet, die in 1531, 1607 en 1682 was verschenen en concludeerde dat het om een en de zelfde komeet ging met een omloop tijd van ongeveer 76 jaar. Die ko meet werd naar hem vernoemd. Hij voorspelde een nieuwe verschijning in 1758, hetgeen dan ook prompt in de kerstnacht van dat jaar ge schiedde. Halley heeft dat niet meer beleefd, omdat hij inmiddels in 1742 was overleden. De komeet ver scheen sindsdien met een regelmati ge tussenpoos van 76 a 77 jaar weer aan de hemel. Later heeft een ijveri ge astronoom uit oude kronieken vastgesteld, dat deze komeet met diezelfde tussenpozen is verschenen sinds de vijfde eeuw voor het begin van onze jaartelling, op één uitzon dering na, die misschien niet geregi streerd is geweest. De komende ver schijning wordt in februari 1986 verwacht. De baan van de komeet van Halley in de omloop tussen 1910 en 1986, ontleend aan Elseviers „Atlas van het heelal”. De gestippelde lijn is de komeetbaan, de plaats in de loop der jaren is aangegeven. Als cirkeltjes links zijn de banen van Mars en aarde getekend, de overige planeetbanen zijn met pijl in de richting van hun beweging om de zon als delen van cirkels aangeduid. Op het ogenblik moet de komeet zich tussen de banen van Saturnus en Uranus bevinden. Deze energie is in de ruimte in overvloed aanwezig, zeker in de na bijheid van de zon, waarheen de Halleysonde gezonden moet wor den: zonne-energie* De sonde moet daarom worden uitgerust met enor me panelen, die deze zonne-energie opvangen. Daarom is het ontwerp van deze sonde dan ook voorzien van dergelijke „wieken”. Het is al leen de vraag of de sonde samen met die panelen vervoerd kan worden in één spaceshuttle, die tegen deze tijd beschikbaar is, om materieel naar een baan om de aarde te brengen en buiten boord te zetten. Wellicht zijn er meer shuttlevluchten nodig met daarna een assemblage van het ge heel in een baan om de aarde. Na de assemblage of shuttle-lancering in één stuk kan de sonde dan op eigen kracht of aanvankelijk met een hulpraketje-oude-stijl op koers wor den gezet en verder aan zichzelf worden over gelaten. Niet geheel overigens, want de noodzakelijke besturing (dat wil zeggen het in- en uitschakelen van de ionen-boordraket) moet ge schieden (aan de hand van waarne mingen met betrekking tot de plaats van de vuile sneeuwbal van Halley) vanuit observatoria op aarde. Dat roept weèr enorme problemen op, omdat de „bevelen” aan het instru-, mentarium in de sonde er zelfs tnet de lichtsnelheid van 300.000 km per seconde er geruime tijd over doen. Hóe lang is van tevoren niet te zeg gen, want dat hang af van de onder- De kometen kunnen ons waar- schijnlijk veel vertellen over de oor-' spronkelijke materie van het heelal, In de waarschijnlijk miljarden jaren van hun bestaan zijn zij kennelijk niet „ingevangen” door grotere brokken materie als planeten én' sterren. Zij staan derhalve betrek-* kelijk dicht bij de oorsprong van dë/jj wereld waarin wij leven, zowel het zonnestelsel als in de interstellair ,j re ruimte. Alleen daarom al zijn zij wetenschappelijk fascinerend gé-L’. noeg voor het ondernemen van zo’n onzeker experiment als de sonde naar dé vuile sneeuwbal van Halley In 1910, tijdens de vorige ver schijning van de komeet van Halley, maakte de Lick-ster- renwacht deze opname van de „vuile sneeuwbal” en zijn ijle staart. In dat jaar ging de aarde door een deel van die staart. Mede doordat men ko meten als onheilsboden be schouwt, was men bang dat uiterst giftige gassen in de dampkring terecht zouden komen. Nu zijn die gassen waarschijnlijk helemaal niet giftig en bovendien uiterst ijl, maar niettemin stuurden Amerikaanse astronomen, die wel eens wat meer over de aard van de kometenstaart wilden weten, ballonnen naar zeer hoge luchtlagen om mon sters van de eventueel veront reinigde atmosfeer te nemen. Van die experimenten kwam niets terecht. Er werd geen spoortje vreemd gas aange troffen. Inmiddels blijven de astronomen even nieuws gierig, weshalve nu de doel treffender methode op stapel staat om komeet en staart van nabij in de ruimte te observe ren en fotografisch te analy seren. Men heeft (op papier) daarom be sloten tot de uitrusting van de Hal- ley-sonde met een ionen-raketmo- tor. Daarin wordt een bepaalde hoe veelheid materie ontleed in elemen taire deeltjes, zoals (gesimplificeerd) protonen en elektronen. Die hebben een elektrische lading. Door het op wekken van bijvoorbeeld magneet velden langs elektronische weg kun nen die deeltjes worden uitgestoten óp basis van hét principe dat gelijk- polige deeltjes elkaar afstoten, zoals gelijke polen van magneten dat doen. Door die uitstoting wordt een stuwkracht verkregen, zoals de uit stoting van ontploffende en bran dende gassen stuwkracht leveren voor conventionele raketten. Het is allemaal veel ingewikkelder dan wij hier in kort bestek kunnen uiteen zetten, maar het komt allemaal neer op het principe van de gelijkheid van actie en reactie, waaop alle ra ketsystemen berusten. De ionen-raketmotor is in onder zoekcentra op aarde wel herhaalde lijk getest en in de ruimte bij hoge uitzondering experimenteel be proefd, maar er is nog nooit een Daarbij moet dan, gezien de om standigheden, een zeer grote flexibi liteit worden ingebouwd. Dat bete kent ook, dat men niet genoegen kan nemen met een traditionele lance ring: een soort kanonschot vanaf de aarde in de juiste „richting”, waar bij slechts relatief kleine koers- en snelheidsveranderingen door mid del van boordraketten mogelijk zijn tijdens de vlucht. Daartoe moet de sonde een voort durend beschikbare onbeperkte hoeveelheid energie aan boord heb ben. Met de conventionele, tot dus ver gebruikte systemen in de ruim tevaart kan dat niet. De komeet van Halley heeft een omlooptijd om de zon van ongeveer 76 jaar. De kortste afstand tot de zon bedraagt 90 miljoen kilometer en een grootste afstand van ongeveer 5295 miljoen kilometer. Dat is ver der dan de planeet Neptunus. Door de lange reis over vele plane tenbanen heen kan de baan van zo’n licht krieltje als een komeet nu en dan sterk beïnvloed worden door de veel massalere planeten, die hun aantrekkingskracht uitoefenen. Meestal is de kans daarop niet groot, omdat het baanvlak van de meeste kometen niet samenvalt met de zeer dicht bij elkaar liggende baanvlak- ken van die planeten. Maar het komt heel vaak voor, dat op grond van vroegere waarnemingen verwachte komeetverschijningen uitbleven, waarschijnlijk ten gevolge van der gelijke baanverstoringen. Bij de komeet van Halley zijn der gelijke invloeden al aangetoond, waardoor soms de verschijning bij de passage langs de zon op een an der tijdstip viel dan aanvankelijk was voorspeld. De Engelse astronoom Edmund Halley, die leefde van 1656 tot 1742, Voor de werking van een ionenra ket is een forse hoeveelheid initiële energie nodig, zowel voor de ontle ding van materie in geladen elemen taire deeltjes als voor het magne tisch mechanisme waardoor deze deeltjes kunnen worden uitgestoten. Het onderzoek draagt een zuiver wetenschappelijk karakter, waar door van een direct nut niet kan worden gesproken. Een van de doe leinden van veel astronomisch on derzoek, ook via de ruimtevaart, is het herschrijven van de geschiede nis van het heelal, waarvan men thans aanneemt dat het ongeveer 20 miljard jaar oud is. Een juist beeld van die geschiedenis geeft niet al leen inzicht in het ontstaan en de ontwikkeling, maar ook in de toe komst. En al worden we daar niet direct beter van, het is logisch dat men nieuwsgierig is naar dergelijke zaken, ook al raken zij vooralsnog nergens ons dagelijks bestaan. Niettemin kan dit betere inzicht oris ook meer duidelijk maken welkax processen zich in het heelal van van daag af spelen. Wellicht dat daaruit' dan ook nog direct praktisch nut verworven kan worden. Bij dit alles komt, dat men niet geheel zeker is van de plaats van het doel waarop gemikt wordt. Die on zekerheid is een gevolg van het veel al ongedurige gedrag van kometen, waarvoor hun aard verantwoorde lijk is. Een komeet is waarschijnlijk een brok los samenhangende materie van enkele tientallen kilometers doorsnee, de kern. Daaromheen be vindt zich (alweer vermoedelijk) een veel lossere „coma” van gassen, ijs- deeltjes en stof of wolken gruis. De diameter daarvan kan honderden kilometers bedragen. Dit samen raapsel, dat door een Amerikaanse astronoom wel eens een „vuile sneeuwbal” is genoemd, doorloopt een langgerekte elliptische baan om de zon, die in een van de brandpun ten van deze baan staat. De komeet bevindt zich daardoor meestal ver van de zon en komt slechts éénmaal in een omloop in de buurt van de zon. In dat laatste geval wordt de coma sterker verhit en worden gas sen door de druk van het zonlicht weggeduwd. De komeet zelf geeft geen licht, maar wordt alleen (zoals ook plane ten en manen) verlicht door de zon en wordt daardoor zichtbaar. De komeet is dan ook vrijwel altijd on waarneembaar. Op enigszins grote afstand van de zon (meestal) is het zonlicht te zwak voor een terugkaat sing die op aarde zichtbaar is, vooral ook doordat de komeet zelf erg klein is en de lichtende staart van door de zon uitgestoten en verlichte gassen alleen optreedt in de buurt van de zon. Alleen nabij de zon (kosmisch gesproken, want dat kan nog een afstand van honderdduizenden kilo meters zijn) is de komeet waarneem baar en kunnen daardoor de baane- lementen worden vastgesteld. Dit heeft weer tot gevolg, dat de baan niet zo heel nauwkeurig bekend is als bijvoorbeeld de baan van de pla neten, die veel vaker waarneembaar zijn. Sk gevaarte met één shutt- I levlucht in de ruimte kan worden gebracht, I of na enkele vluchten J in een baan om de aar- de moet worden geas- ^sembleerd. vuile MAR5 1986 /f n Hij beleefde de door hem voorspelde herver- schijning in 1758 niet I meer. Overigens staat I thans vast dat lang niet alle kometen tot het zonnestelsel behoren, maar dat er ook „vuile sneeuwballen” zijn die m uit de interstellaire ruimte komen, en langs de zon scheren in een open parabolische in plaats van een gesloten elliptische baan. Een (uiteraard gete- i kend) beeld van de ont worpen Hally sonde. De I tekenaar zag de sonde als het ware staande op i een van de twee lange armen met zonnecel- I len. De andere arm is de naar „achteren” ste- i kende „bak" met twee schuine kanten. Deze I armen met zonnecellen leveren voldoende energie voor de ionen raket in de sonde zelf l (midden op de plaat tussen de zonnecelar- men) en de weten- schappelijke appara- L tuur en zenders en ont- mnririove nnn hncirri IJoi m K Edmund Halley, de En- gelse Astronomer Roy al, die voor het eerst de naar hem vernoemde komeet als een lid van het zonnestelsel identi- K ficeerde en zijn ellipti- sche baan berekende.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1977 | | pagina 23