2 Het afgrijselijke confectie-effect HkV** I a- EERSTE FRANSE HULP VOOR DIEREN Ode en treurzang op de Rijn der Woeste hoogten” en het Volendam van Engeland I 1iiBw door Hans van Straten Merkwaardig man FERNANDEZ STOPT VEEL FREUD IN ZIJN BOEK Opium Varkensstal Droomland O os 22 .-f Mocht u zich gedrongen voelen uw schreden te richten naar het Engelse dorp Haworth, het plaatsje waar in het midden van de vorige eeuw de domineesfamilie Brontë woonde, waar Emily haar beroemde roman Wuthering Heights schreef en Charlotte haar nauwelijks minder befaamde Jane Eyre, dan moet ik u dit bezoek ten stelligste afraden. U had misschien gehoopt in de oude pastorie en haar omgeving iets terug te vinden van de sfeer waarin deze meesterwerken zijn ontstaan. Helaas, van deze sfeer is vrijwel niets meer te bespeuren. Het dorp is ten offer gevallen aan massatoerisme van het ergste soort. Haworth is het Volendam van Engeland geworden. En wat men u er laat zien, is vaak van twijfelachtige herkomst. til m i’ I utr - - zoeken in Haworth i larlem. H.R. JEROEN KOOLBERGEN >mbad, s geo- arena- it 2 uur vonne, ast St. erdag- stheer/ mster- men linnen derin- 1 raad >it dat emen voor ndag. I, om door nnen tus- n on- Latere schrijvers hebben het geheim van de Brontës wel eens verklaard uit deze sfeer, zij hebben gesproken over een „be hekste” pastorie, waarin een plotselinge vlaag van genialiteit zich over de zusjes zou hebben uitgestort. Die legende is intus sen wel de nek omgedraaid. Literatuur was in de pastorie namelijk niets nieuws. De meisjes vonden het voor beeld voor hun schrijverschap .al in hun vader. Behalve zijn preken schreef domi nee Patrick Brontë ook gedichten, een roman en talloze beschouwingen, die ook zijn gepubliceerd. er is geboren - het oudste van de vele dubieuze Brontë-overblijfselen. Na de vroege dood van de moeder wer den de kinderen naar een kostschool ge stuurd. En hoe slecht ze het daar hadden, kan men opmaken uit Jane Eyre. De oud ste twee meisjes, Maria en Elizabeth, stierven aan de gevolgen van ondervoe ding en het straffe regime. Misschien is daar ook de bodem gelegd voor de tuber culose waaraan de andere meisjes zouden doodgaan. Terug in de pastorie kregen zij les van een tante. Branwell werd onderwezen door zijn vader. Op een avond bracht de dominee uit het dorp een doos houten soldaatjes mee. Zelden heeft kinderspeel goed zulke verstrekkende gevolgen gehad voor de literatuur. De meisjes waren verrukt van de solda ten. Ze gaven ze dadelijk namen, de mooi ste werd Hertog van Wellington genoemd. Om deze hertog en zijn onderdanen gingen zij sprookjes bedenken, die in minuscuul handschrift werden genoteerd in kleine boekjes. In de loop van enkele jaren zijn zo een honderdtal boekjes ontstaan, waarvan de meeste bewaard zijn gebleven. Lange tijd heeft men in die boekjes niets anders ge zien dan aardige, maar onbelangrijke curi osa. Pas tijdens de Tweede Wereldoorlog is in die opvatting verandering gekomen. Dominee Patrick Brontë, de vader van de schrij vende zusjes 2. Een tijd terug was het leuk, met die wilde plakker in Amsterdam. Nu plakt echter allerlei ongeïnspireerd gespuis de stad vol met zouteloze teksten waar niemand een boodschap aan heeft. Zelfs corps en type van de letters die gebruikt worden, ademen de banaliteit van de ongelukkigen die in blinde na volging, zonder een spoor van zelfkri tiek? de lijmkwast hanteren .Zo slaat Na met een vergrootglas te zijn ontcijferd, zijn ze uitgegeven. Deze verhalen, die zich aanvankelijk af speelden in het gefantseerde land Angria, hebben de hele Brontë-studie overhoop gegooid. Allerlei elementen uit de volwas sen boeken blijken terug te gaan op de Angria-verh alen Verder maar weer. We kunnen, achter glas, pillendoosjes zien, niet groter dan een het confectie-effect zelfs op straat in Amsterdam toe. Er staat een leunstoel van enigszins uit zonderlijke makelij. Het is een stoel waar van ’gezegd’ wordt dat Branwell er ge woonlijk op zat ate hij zich in de Black Buil, de dorpsherberg, ging bedrinken. De inrichters van het museum hebben zich in veel gevallen moeten verlaten op dit soort overleveringen. Schilderijen aan de muur zijn ’’waarschijnlijk” van Branwell, een potloodkrabbel op de muur stelt ’’vermoe delijk” Emily voor. 6. Een andere wijze man, die nog niet knarst, maar ongetwijfeld zeer veel te knarsen zal krijgen, is Claude Lévi- Strauss. Hij schreef een boek over iden titeitsvorming bij wilde Indianenstam men (La pensee suauvage). Een boek om nooit te vergeten. Hee, waar begint Porporino mee? Met een lange uitwei ding over de identiteit van het jonge zangertje dat opgroeit in een dorpje bij Napels. Die identiteit heeft alles met zijn naam te maken, net als bij de Indianen. Toeval? De analyse komt de lezer van Lévi-Strauss wel erg bekend voor. Zo schreef Gabriel Marquez een magistraal boek over een Zuidaméri- kaans dorp, met een maffe uitvinder als hoofdpersoon (Honderd jaar een zaamheid). Om te lachen en te huilen. Wat nu? Porporino gaat ook over een dorp en zijn inwoners. En het jonge zangertje wordt na gecastreerd te zijn, geprotégeerd door.jawel, een maffe uitvinder! Toeval? De beschrijving van het 18e eeuwse Napelse society-leven doet erg aan Casanova’s avonturen denken. De goede man speelt zelfs een rol in he| boek. En steeds komt in de gedetailleerdheid van de beschrijvin gen Proust om de hoek kijken. pen met de Brontë-pastorie erop, we kun nen ons haar laten bewerken in de Brontë Hairdressing Salon. Er is ook een boek handel, pal tegenover de pastorie, die al leen geen Brontë Bookshop heet omdat die naam al door een andere boekwinkel wordt gevoerd. Maar ’’Museum Books hop” klinkt ook goed. Er hangt een bordje naast de deur: „Toen de Brontë-familie in Haworth woonde, was dit de drogisterij. Hier haalde Branwell Brontë de opium die de indirecte oorzaak werd van zijn voortij dige dood”. De Black Buil, waarschijnlijk de be kendste pub in heel het Verenigd Konink rijk, kunnen we niet in, want Engelse pubs zijn van half drie tot zes gesloten. Maar we kunnen terecht in het Heathcliff Coffee house. James tspan- :unnen jruiken avond, al niet! slbond, recht 023- orn en 023- p kan erder. unter- n.a.v. Rama gelijk- nutten ■je ilma- jïnte- r. en ichrijf Ged. n. I We kunnen ons weefsels en breiwerken aanschaffen, voortgebracht door Brontë’s country, we kunnen plastic asbakjes ko- arden. Toch moet het eens allemaal echt zijn geweest. Een grauw kerkje, een grauwe pastorie, een overvol kerkhof, uitzicht over heuvels en moors, geen bomen - die er nu staan, zijn van later tijd - hier vestigde zich in 1820 de dominee met zijn gezin, dat wil zeggen met een vrouw die binnen het jaar aan kanker zou sterven, vijf meisjes en één broer, de sombere Branwell, een geboren mislukkeling, maar niet zonder talent. Gelukkig, in een vitrine ligt iets dat echt is: een boekje met Gondal-verhalen van Emily en Anne. Nadat wij nog even heb ben stil gestaan in de keuken, waar enkele voorwerpen hangen die nooit aan de Bron tës hebben toebehoord, kunnen we weer naar buiten. Daar wijst de reclame ons wel de weg. Een merkwaardig man, deze predikant! Hij was in Ierland geboren als zoon van een doodarme boer, die niet eens wist hoe hij zijn naam precies moest schrijven, het was iets als Prunty, Brunty of O’Pronty. In Drumballyroney wijst men u nog de ruïne van het huisje waarvan men meent dat hij sft tijd srswerk 02550- Door de publikatie van dit jeugdwerk heeft men zich een indruk kunnen vormen van de intensiteit waarmee de kinderen Brontë zich al op prille leeftijd met litra- tuur bezighielden. Merkwaardig is dat men in deze geschriften de ontwikkeling van de diverse persoonlijkheden al hele maal kan volgen. Charlotte ziet men uit groeien tot de realistische, soms ironische schrijfster die wij uit de boeken kennen. Er is een uitstekend kijk- en leesboek op de markt van Brian Wilks, dat simpelweg The Brontës heet. Het is veel boeiender dan het Brontë Museum. En u hoeft echt niet naar Haworth om het te kopen De boekhandel zal het graag voor u bestellen. 1. Zogenaamde hippe jongeren gin gen zich op een gegeven moment kle den in oude legerspullen. Het duurde niet lang of het confectiewezen kreeg hier lucht van en stortte zich op deze nieuwe rage. Met desastreuze gevolgen: zelfs allerhande van oorsprong degelij ke modezaken hangen vol met de mo dieuze rommel afgeleid van wat eens een leuk idee was. Onder het „confec tie-effect” verstaan we dus in het ver volg: het op zodanige wijze overnemen van een origineel idee, dat a. de goede smaak geweld aan wordt gedaan, en b. de oorspronkelijkheid van het idee (door de massificatie) teloorgaat. leister-, EL- en br. Ab- -14117. na 18 H.R. SlIlllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllilHIlllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllHllllllllllllllllllllllllllimillllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllillllllllllll^ 1WAR- J.sani- j lood- mplete ringen. \AZille- IJmui- Kortom: Haworth is een oord geworden waar alles ondergeschikt is gemaakt aan het beginsel: pluk de toerist. Zulke oorden kunt u beter mijden. Interesseert u zich echt voor de Brontës en hun werk, dan heb ik een beter idee. Maria Branwell, de jonggestorven moeder van het gezin Het kerkje in Haworth is niet meer het zelfde waar dominee Brontë heeft ge- gepreekt. Zijn opvolger heeft het doen ver vangen. De pastorie is door dezelfde opvolger uitgebreid, want hij wilde niet wonen in „een varkensstal”. Maar de kern van het huis is nog dezelfde. Het ziet er alleen niet meer hetzelfde uit. Het behang, de gordijnen en de vloerbe dekking zijn van later tijd, want de Bron tës konden zich een dergelijke luxe niet permitteren. De meubelen die er staan zijn ook niet van Brontës geweest, al dateren ze wel uit hun tijd. We mogen een blik werpen in de „study”, waar dominee zijn preken schreef. Naar binnen kunnen we niet, want dat wordt door een koord verhin derd. Dus verdringen we ons om over eikaars schouders iets van het interieur te kunnen zien. Net zo is het met de huis kamer. sigarettenpeukje op het piepkleine tekenlijf te zetten. Arme hond Het boek wijdt de meeste aandacht aan de hond. Paard en kat komen ook nog aan de orde en dan wat kleingoed zoals papegaaien, apen, leeuwen en wolven. Terwijl hier in Neder land steeds maar weer wordt afgeraden of verboden „vreemde” dieren in huis te halen. Kortom: „Eerste hulp voor dieren” (uitgeverij De Boekerij, prijs 19,90) kan niet blindelings in praktijk worden gebracht. Hondenliefhebbers vinden in het boek „De hondendokter” van de Britse Terri McGinnis (kennelijk met plezier en kennis vertaald door de dierenarts drs. P. Poll) een heel wat betere gids. Terri McGinnis is een vrouwelijke dierenarts. Ze behan delt alle „problemen” rond zieke en gezonde honden op heldere wijze, zonder afleidende verhaaltjes. Het boek is goed toege spitst op Nederlandse situaties. Zo is de vermelding van de teken heel wat minder alarmerend. „De Hondendokter” is uitgegeven door Veen (prijs ƒ24,90). Vroeger zou een boek over de Rijn ongetwijfeld een romantische uitgave zijn geworden. Die romantiek is nu wel grotendeels weggevaagd door de kwalijkriekende de ten /ersen, media, em. N vindt collec- nerken prijzen, slijpen kundig, apdel aatsen. aarlem. bij het 4. Er bestaat op muziekgebied in Ne derland trouwens een aantal mensen dat ze nog bruiner bakt. Ik doel op het illustere gezelschap dat muziekpro gramma’s fabriceert voor de omroep die zich beijvert voor de Totale Rück- sichtslose Ontkenning van het Schone. Het confectie-effect ten voeten uit: in radio- en tv-programma’s en almaar nieuwe grammofoonplaten worden grote componisten, het kan niet schelen wie, op moderne wijze geïnterpreteerd, wat wil zeggen dat hun muziek wordt getransformeerd tot lekker in het ge hoor liggende pap, die naar binnen glijdt zonder dat men daar zijn smaak papillen bij hoeft te gebruiken, laat staan dat men zou moeten herkauwen! Wie hoort niet steeds vaker het geknars van botten die zich omdraaien in het graf? Als Rosemary Brown nu toch eens de waarheid sprak? Ach, compo nisten kunnen jullie dan niet eens er gens anders gaan spoken, en de van Otterloo’s, de Van Dijks, de Van Leers, de Jacobsen en wat dies meer zij, de stuipen op het lijf jagen? Bekruipt u ook vaak de vraag: waar om lees ik dit boek eigenlijk? Bij mij was het laatst weer zover, en wel met Dominique Fernandez’ Porporino of de mysteries van Napels. Er zou eens een goed essay geschreven moeten worden over de navolging. Daarvoor is dit de plaats niet; ik volsta met enige voorbeelden van de vloek der imitatie die de mo derne mens steeds vaker lijkt te treffen. gak.,-, Branwell is degene die tussen al dit meisjesgedoe het bruuske en jongensach tige element vormt. Gevechten, moord- en slachtpartijen kunnen hem niet gruwelijk genoeg zijn. Maar ook kan men constate ren dat Branwell als talent beslist de min dere is van Charlotte. 5. Als er iemand ligt te knarsen, dan is het natuurlijk Freud wel. We zullen hier niét ingaan op wat er allemaal met zijn ideeën is gebeurd. We hoeven slechts te denken aan de talloze gezelschapsspelletjes, geënt op zijn the orieën, die tegenwoordig in Amerika worden gespeeld, en al duchtig aan het overwaaien zijn. Laten we volstaan met op te merken dat Dominique Fernan dez, over wiens boek we het zouden hebben, veel Freud in zijn boek stopt. Dat haal je er ook weer uit. Wat een verspilling van energie! Als je het er toch zo weer uit kan halen, waarom het er dan ingestopt? In Frankrijk mag het boek „Eerste hulp voor uw huisdier” van dr. Jean Pommery wellicht uitstekend voldoen, voor ons land is het niet bepaald de meest ideale gids bij dierlijk misfortuin. Natuurlijk staan er veel nuttige dingen in het boek en voor degenen, die van een anecdotisch stijltje houden, zal het ook een zekere bekoring hebben, maar er staan te veel opmer kingen en adviezen in, die naar Nederlandse begrippen te denken geven. De Franse dierenarts juicht het toe, dat men injectienaalden in de dierenapotheek thuis heeft en die ook gebruikt; dat men in het bezit is van bijv, een operatiepriem en die niet nutteloos in de kast laat liggen als de nood aan de man komt. Pommery gaat natuurlijk van Franse ervaringen uit, zoals bij het hoofdje „teken”: als je .dat leest verkeer je als eigenaar van een gezonde, door het bos dravende hond elke dag in grote angst vanwege de ziektes piroplasnose en geelzucht (die door Franse teken worden overgebracht). Om die teken uit de hondenvacht te krijgen adviseert Pommery om als petroleum of ether niet voorradig zijn naar Engels voorbeeld een Patrick Brontë bracht het eerst tot schoolmeester en ging toen zelfs, hoogst ongebruikelijk voor een arme Ierse boe renjongen, studeren in Cambridge. Op zijn 34e trouwde hij met de zes jaar jongere Maria Branwell, een koopmansdochter uit Cornwall. Zowel van vaders als van moe ders kant zijn de meisjes Brontë dus van Keltische afstamming. Wat is er nu anno 1977 in Haworth van dit alles terug te vinden? Heel weinig. In de eerste plaats is het er zo druk dat u nauwe lijks de kans krijgt alles rustig te bekijken. Nauwelijks is het Brontë-museum in de oude pastorie geopend, of met busladin gen tegelijk komen de bezoekers opzetten. Ze zwerven uit over het kerkhof - de doden van Haworth hebben in hun graf geen rust gevonden. Ze zitten op trappen en venster banken, ze drinken bier en laten popmu ziek los uit hun meegebrachte radio’s. Begrijpt u me goed: ik beschuldig Fernandez niet van opzettelijk plagi aat. Het lijkt er meer op dat hij zelf niet beseft hoe hij diverse auteurs imiteert. Dit in tegenstelling lot al de bovenge noemde imitators/confectionairs die de volle verantwoordelijkheid dragen voor de verarming van de cultuur die ze teweegbrengen. Bij het boek van Fer nandez is het dan ook meer zo, dat je denkt: hee, dit komt me bekend voor. En: waar heb ik zoiets eerder gelezen? En: o, ja dat is het thema van dat andere boek dat ik ken. En: goh, dat is wel erg Freudiaans gedacht. En: zou dit een toespeling zijn? Maar het heeft geen functie. En tenslotte: het is eigen lijk niet eens een spannend boek. Dus: waarom lees ik het eigenlijk? Dominique Fernandez: Porporino of de mysteries van Napels, A. W. Bruna Zoon, Utrecht/Antwerpen, 1977; uit het Frans ver taald door Jenny Tuin (de vertaling is uitste kend). ^Sss Emily, de meest begaafde maar ook de schuwste van het drietal, is in haar 30- jarige leven zelfs nooit van haar jeugdfan- tasieën losgekomen. Samen met Anne schiep zij nog een ander droomland, Gon- dal, een gebied waar vrije, trotse mensen woonden. „Aha”, zeiden de onderzoekers, „maar dan is Heathcliff, de held uit „Wu thering Heights”, niets anders dan een verdwaalde Gondal-bewoner”. Ook Emi ly’s poëzie gaat voor een groot deel terug op de Gondal-fantasieën. 3. Vorige zomer produceerde pop zanger Stevie Wonder een welhaast ge niaal dubbel-album, Songs In The Key of Life, zowel op de radio als in menige huiskamer bijna stukgedraaid. Wat ge beurt er? Een misselijk type, zich zan ger noemende, brengt een kwakzalveri- ge versie van een van de nummers als singeltje uit. Geen wonder dat sommige disc-jockeys weigerden dit plaatje te draaien. Er zal desondanks wel geld mee verdiend zijn, maar het slappe aftreksel was een klap in het gezicht van de ware muziek-liefhebber. Je rein ste drab, om de culinaire vergelijking nog wat door te trekken. XAN, uwd, ïking onge o. nr. De oude pastorie van Haworth, waar de Brontës woonden vingernagel. Ze hebben toebehoord aan Charlotte. Een kaartje vermeldt dat er nog pillen in zitten. Dat was in de tijd waarin de mensen hun slaappillen nog niet met 100 tegelijk uit de. apotheek betrokken. dampen en het minder frisse water, vergeven door rioleringen, industrie-uitworpen en oppervlaktevervuiling. „Warum ist es am Rhein so schön?” is een oude, vergankelijke tophit geworden. Het is allemaal niet meer zo mooi op en rond Europa’s belangrijkste rivier. Het „Groot Rijnboek” van Jaap Willems (Unieboek, f27,50) is beslist geen boek vol romantiek, hoewel hij de fraaie plekjes noch in woord noch in beeld (vaak foto’s van de befaamde Jan van der Kam) verdonkeremaant. Willems begint zijn ode en tegelijk treurzang op de Rijn zelfs met een verhaal over de oorsprong van de rivier, over legenden en fraaie vergezichten. Maar hij kan en wil beslist ook niet de problematiek ontlopen. Hij vertelt van natuurreservaten, stuwen en bruggen. Hij belandt tenslotte ook bij de vervuiling met alle nare gevolgen voor de ecologie, voor de gezondheid van mens en dier. Hij vermeldt de tergend lanzaam verlopende politieke besprekingen. Hij noemt natuur- lijk ook de actiegroepen, die zich verenigd hebben in de Internationale Rijngroep. De g resultaten van de acties (denk aan de massale demonstratieve fietstocht van de oorsprong van de Rijn tot Hoek van Holland) zijn tot nu toe bescheiden. Maar ze houden wel de publieke opinie wakker. En ze blijven prikken in het vlees van de politici van de Rijnlanden. 7 Sfeer van Brontë ver te De .Black Buil' waar Branwell Brontë zich regelmatig placht te bedrinken S

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1977 | | pagina 23