I
s
WATERLOOPLEINPARK
FIETS
6
PARKEREN
O
Een weekje
I
aardig zijn
voor Tweewielers
O
O
O
O
O
ngWiTyfïfy
■HM
•IS’
gif
Kil
lüj
JBSW
iu I
I
1
I
ling
i
tg
rule
•7
Simulatie-apparatuur
7'
ONDER REDACTIE VAN INGE CRUL
4
17
1
„Wat heeft nou allemaal in uw
leven gedaan voor u bij die krant
kwam?” vraagt de heer P. van den
Driest, direkteur van de Amster
damse Hogere Zeevaartschool me
en ik som verbouwereerd al mijn
ambachten op. Tot zijn volle te
vredenheid, hij knikt instem
mend, zegt: „Als iemand anders
van baan verandert is dat de ge
woonste zaak van de wereld,
nietwaar? Maar neem nou een
zeeman. Als die werk aan de wal
zoekt valt hij van z’n geloof zegt
men. Een zeeman „werkt” ook
niet, die „vaart”. De werkelijk
heid is, vertelt hij, dat zeelui net zo
hard als anderen van baan veran
deren, vaak ook geplaagd door
heimwee naar hun gezin tijdens
de lange vaartijden. „Het is een
jeugdberoep”. Én met een knip
oog: „alleen de sterken blijven
over”.
Bijlmer doolhof
-
11
i - S:
Ii
te
t.
-
U -
t -
«WW
i J
hij vaart!
Een zeeman werkt niet
7
I
I
I
I
i
Groen straks in plaats van afbraak en auto’s?
auto dus moet je vooral daar
voor zorgen redeneert men.
Gemakshalve vergeet men de
fietser die ook in de rest van
het jaar de RAI met een be
zoek wil vereren.
De sloop op het Waterlooplein vordert gestaag. Auto’s heb
ben inmiddels dankbaar bezit genomen van het kale terrein dat
is ontstaan nu de metro-caissons verzonken zijn. Het plan van
Voor het leren van navigatie, radar, en
het opdoen van kennis over nautische in
strumenten en systemen is een schat aan
kostbare instrumenten opgesteld Alsof
het gebouw aan de Nieuwe Vaart niet
zwaar verankerd lag kun je hier nadoen
dat je op. een schip in het Kanaal, in de
Golf van Biscaye, waar dan ook zit, met als
enige verschil dat je niet zeeziek wordt.
Het meest herkenbare voor de leek is dan
nog het kompas, met „aanhangende” ap
paratuur. Op het dak staat een satellietan-
tenne, die overkomende satellieten op een
beeldscherm in een lokaal registreert. Ver-
iedereen zou helpen zodat de kosten gedrukt kunnen worden.
De gemeente zou alleen met plantgoed en dergelijke kunnen
helpen.
Op de 22ste is een adres aan de gemeenteraad gestuurd met
dit plan En nu maar afwachten wat men daar wil: auto’s of
groen
Iedere leerling maakt in ieder geval één
keer mee hoe het tot een pakketje opgebou-
wen rubbervlot zich in luttele seconden kan
ontplooien. Hier zo’n vlot in half opgebla
zen toestand.
vanngsregiement” hoewel deze in de wan
delgangen gebruikelijke term voor de ’’Be
palingen ter voorkoming van aanvarin
gen” de heer Van den Driest steeds als een
contradictio in terminis blijft overkomen.
4-.S
der is er een „radiorichtingzoeker”, waar
mee je kunt simuleren dat allerlei radio
stations binnenkomen en elkaar kruisen
en storen. En natuurlijk instrumenten,
computers om het mistige gebeuren van de
radar duidelijk te maken.
Voor de aankomende radio telegrafist is
er een paradijs van radio’s, ontvangers en
zenders, waarbij ook de oudjes bij alle
moderniteiten staan omdat je die zo lekker
uit elkaar kunt halen. Bijna teleurgesteld
zegt de heer Van den Driest: „ik dacht dat
u nou wel zou vragen hoe zit het met
roeien, splitsen en knopen en zo Goed,
hoe zit het daar dan mee?
Een understatement, hijzelf hoorde daar
immers ook niet toe. Na vele vaarjaren
werd hij afgekeurd (,,m’n ogen”) en be
sloot zijn vak op de wal over te dragen op
de komende generaties. Eerst in Den Hel
der, de laatste tien jaar in Amsterdam,
waar één van de negen Hogere Zeevaart
scholen in ons land staat, die opleiden voor
kaderfuncties aan boord, de stuurlieden
en radiotelefonisten. De heer Van den
Driest mag dezer dagen het genoegen sma
ken dat zijn school in een geheel ver
nieuwd gebouw is geherbergd. Op 6 april
wordt de nieuwe behuizing aan de Nieuwe
Vaart geopend, een fraai gebouw dat uit
stekend geoutilleerd is met alle mogelijke
apparatuur voor het scheepvaartonder
wijs.
Een school met tegen de vierhonder leer-
rljngen mannen grotendeels, een enkel
meisje daartussen. Is er voor iedereen nog
werk? Adjunct-directeur Spaans: „er is
een lichte malaise natuurlijk op het mo
ment. Maar We kunnen alleen maar zeggen
dat al onze jongens die hier van school af
gaan op dit moment meteen werk hebben.
Hoe het over een paar jaar is kan niemand
zeggen, het is een conjunctuurgevoelig be
roep, maar dat is ook het geval met bedrij-,
ven aan de wal”. En de heer Van den
Driest: „Ik ken verhalen van mensen die
niet kunnen stoppen omdat ze geen opvol
gers hebben. Veel van onze leerlingen ver
dwijnen ook naar de schepen van de EG-
landen. Onze diploma’s staan hoog aange
schreven".
Dat geldt ook voor het werk aan de wal,
waar ex-zeelieden volgens hem geziene
krachten zijn. „Je vindt ze altijd terug op
Een schip op het droge dankzij de simulatie-apparatuur. „Kapitein” Van
den Driest bij het kompas op de achtergrond, de heer Mulders adjunct-
directeur van de lerarenopleiding bij het instrumentarium vooraan.
plekken, waar geregeld en georganiseerd
moet worden, waar snelle beslissingen ge
nomen moeten worden en waar je verant
woordelijkheid moet dragen. Dat hebben
ze in een brede opleiding mét de techniek
geleerd, én in de praktijk. Ze zijn gewend
om met kostbare schepen en ladingen
(denk eens aan tankers vol chemicaliën)
om te gaan. Twee keer vier uur per dag
staan ze op de bok en waken over de
veiligheid van een schip. Moeten ze meteen
kunnen beslissen, want vaak heb je de tijd
niet om eerst eens rustig te gaan overleg
gen. Bovendien zijn zeelui gewild omdat ze
een Wat ruimere blik hebben”.
De havenstad Amsterdam heeft de Zee
vaartschool al enkele eeuwen binnen haar
muren. Sinds 1785 de Kweekschool voor
de Zeevaart, sinds 1859 de Hogere Zee
vaartschool van het Zeemanshuis. In 1971
gingen die twee samen. Hun behuizing
was slecht tot nog toe, verdeeld over drie
panden. Een deel zat in een verdieping
van het Zeemanshuis, een deel in het pand
aan de Prins Hendrikkade dat ook het
internaat herbergde. Het is nu helemaal
Mensen van 16 tot 55 jaar kunnen op de
school terecht voor de basisopleiding of
diverse aanvullehde cursussen. De school
is vooral HTS-gestructureerd. Er zijn twee
HBO-opleidingén, waarvoor je Havo met
wis- en natuurkunde nodig hebt (een brug
klas voor Mavo’ers verkeert in zijn laatste
dagen). Deze twee leiden op tot stuurman
op de grote handelsvaart (met de eerste
twee jaar intern), en radiotelegrafist. Ver
der zijn er opleidingen tot derde, tweede
en eerste stuurman. Sinds augustus be
staat een speciale opleiding tot stuurman
op de kleine handelsvaart voor Mavo-men-
sen met wis- en natuurkunde. Verder zijn
er refreshment courses voor gezagvoer
ders, en is in het gebouw ondergebracht de
„Vereeniging Cornells Douwes”, die on
derwijzers voor het scheepvaartonderwijs
aflevert.
Jos Vernooij, raadslid van
de PPR, de partij die onlangs
een nota over het fietsen in
Amsterdam uitbracht, ver
baast zich met ons over de
Vol enthousiasme leidt de directeur me
door het nieuwe gebouw, waarbij we ook
de ander adjunct-directeur, de heer De
Jong, ontmoeten. Een enorme hoeveelheid
ruimte: veertig leslokalen, een kantine, le
rarenruimte, filmlokaal. En merkwaardig
genoeg nergens een gymnastieklokaal. Al
le vakken die mensen met A-opleidingen
ooit verfoeiden zijn hier bij elkaar ge
bracht in lokalen, praktika en talloze in
strumenten.
Wat er zoal aan „steunvakken” gegeven
wordt: Engels (dé scheepstaal), Neder
lands, wiskunde, natuurkunde, computer-
kunde, statistiek, mechanika, elektrotech
niek, scheikunde zodat je wéét wat voor
gevaarlijke stoffen je vervoert. „Beroeps
gericht” worden de andere vakken ge
noemd. Scheepsbouw natuurlijk, meteoro
logie (dagelijks komen weerkaarten van
vier stations in Europa via de mufaks
binnen), scheepvaartwetg&ving, het „aan-
Het nieuwe pand grenst aan het Zee-
fnanshuis en ligt schuin tegenover het
Scheepvaartmuseum. Eens legden hier de
schuiten aan voor de pakhuizen van het
Veem Prins Hendrik. Latere eigenaars wa
ren Pakhoed, en na een fikse brand, de
Amrobank. De jongste eigenaar is het rijk,
dat eigenlijk alleen het skelet liet staan bij
de ingrijpende verbouwing. De pilaren die
overal stonden bleven, nu verpakt in hout.
Houten schrootjes werden ook gekozen
voor de plafonds, de muren zijn van
schoon metselwerk. Rondom de grote be
staande lift is per verdieping het schoolge
bouw opgetrokken: geen „kale-koude-kik-
kergangen, met de lokalen als cellen er
aan” aldus de directeur, maar veel ruime
hallen, ontmoetingsruimten, waaraan de
lokalen grenzen, klassen, waarin je hier en
daar nog de bude vormen van het pakhuis
kunt herkennen. Er is, behalve een lift, ook
een ruim trappenhuis. Van de oude bouw
bleef de brandtrap verder bewaard.
internaat geworden, evenals het derde
schoolgebouw in de aangrenzende Foe-
liedwarsstraat.
Het blijkt dat die samen zijn gebracht
bij het onderwerp veiligheid, hulp en ge
neeskunde aan boord. Wie wil varen moet
zich kunnen redden zonder schip: daarom
gaat men twee keer per jaar met de Prinses
Margriet mee en maakt ook de reddingsoe-
feningen mee. In de school zijn ook red
dingsvlotten aanwezig, kleine pakketjes
die met één klap tot grote rubbervlotten
worden compleet met allerlei hulpmidde
len zoals de intrigerende blikjes drinkwa
ter. Men heeft het plan ook een cursus
Revival on sea te beginnen.
De school en het internaat hebben twee
rubbervlotten, waarmee eventueel vlak
voor de deur nu gevaren kan worden.
Zeilen is geen verplicht vak, je zou het
onder reddingsmogelijkheden kunnen vat
ten. De heer Van den Driest: „Maar het is
wel zo dat bijna alle leraren zeilen in hun
vrije tijd”. Een fraaie foto boven zijn bu
reau getuigt daarvan. Het is nog maar één
van de weinige wandversieringen hier. Hij
wil het liefst vitrines in de gangen hebben
en uitleenkunst aan de muur. „En dan niet
alleen maar dingen die met zeevaart te
maken hebben. Zeelieden zijn juist men
sen die met zoveel culturen in aanraking
komen, dat je het hier niet eenzijdig moet
maken”.
parkeerterrein dat alleen maar meer auto’s naar de buurt zou
trekken, (en dat betekent overlast) dat men met een geheel
nieuw idee kwam: een park. Tijdelijk natuurlijk, net als dat
de gemeente was dan ook om hier een parkeerterrein te' parkeerterrein zou zijn, want hier moet immers eens het
exploiteren, maar de buurt, geschrokken van deze plannen, is stadhuis verrijzen. Dat park waarover verder nog geen concre-
daar tegenin gegaan. Als er al geparkeerd moet worden, laat te plannen zijn zou door de Nieuwmarktbuurt worden opgezet,
het dan een parkeerschap van de buurt zijn en niet van een
particuliere exploitant, stelde men. Dan kan er tenmiste ook
aan aanvullende maatregelen worden gedacht, zoals een
fietsenstalling en een witkarrenstation.
Inmiddels zijn die plannen pok al weer van de tafel. In een
algemene buurtvergadering kwam er zoveel protest tegen een
Een nieuw ge
bouw op histori
sche bodem, aan
het water
Overigens had Vernooij vo
rig jaar B en W. gevraagd of
er geen betere bewegwijze
ring voor fietsers in de Bijl-
merdoolhof kon komen. Ant
woord volgde op 14 februari:
binnenkort komen er op
plaatsen waar fietsroutes de
Bijlmermeer binnenkomen
oriëntatieborden met wijk-,
straat- en gebouwnamen. Met
de ANWB samen worden
waar nodig alleen op door
gaande fietsroutes paddes
toelen neergezet. Verder kan
men niet gaan, dus geen „ob-
jectbewegwijzering”, met
bordjes naar alle gebouwen
toe. Dit in verband met kos
ten en de konsekwenties voor
andere woonbuurten in Am
sterdam, zeggen B. en W.
Wat betreft die kosten: zou
die hele nieuwe bewegwijze
ring met stadsroutes en wijk
en districtsnummers dan
niets gekost hebben? En wat
betreft die gevreesde konse
kwenties: zou dat niet erg los
lopen? De Bijlmer hoeft hele
maal geen precedent te
scheppen omdat het zijn ei
gen unieke situatie heeft.
Kan de fietser elders op’ het
kompas van de autoborden
varen (vooropgesteld dat hij
die dan begrijpt in de
Bijlmer is zijn weg juist ge
scheiden van de autoroute!
De R in RAI staat voor
Rijwiel en de W in ANWB
voor Wielrijder. What’s in a
name. De Tweewielers spe
len bij beide allang niet meer
dan een ondergeschikte rol
en vooral de enige met puur
menselijke kracht voortge
dreven Tweewieler, de Fiets,
is naar de tweederangs posi
tie achter onze Bl'ijde Auto
rijders verschoven. Leuk
voor toerisme, dagtochtjes en
trimmers-after-dinner, des
noods achterin de kofferbak,
maar vooral niet als wérke
lijk (stads) vervoersmiddel.
tijdelijke fietsenstalling bij
de RAI, noemt het een „stuk
propaganda” om het juist nü
eventjes te doen, terwijl er in
werkelijkheid niets aan de er
kenning van de fietser wordt
gedaan. „Wel een parkeerga
rage, maar een fietsenstalling
die in feite zoveel goedkoper
is en handiger ook voor bij
voorbeeld kinderen, komt er
niet”. Jos ziet het als een dui
delijk symptoom door de hele
stad: „Er wordt ge
schreeuwd om parkeer
ruimte voor auto’s, maar je
fiets kun je nauwelijks kwijt.
Men is gefixeerd op die auto
en vergeet de fiets als nor
maal stadsvervoermiddel
voor de Amsterdammer”.
fietsenstalling, mét een
zwaar door geparkeerde au
to’s overbelaste buurt, mét de
driftige aanbouw van de par
keergarage voor 1500 auto’s.
Gezien de gedachtenkronkels
van de RAI is dat niet zo gek
natuurlijk. Met een Twee-
wielertentoonstelling komen
er mensen met fietsen, moto
ren en zo, maar de rest van
het jaar komt iedereen per
Eén keer per jaar wil de
RAI die in haar naam de
Automobiel ook openlijk
omarmd heeft iets aardigs
voor de Tweewielers doen.
Dus: een Tweewieler-RAI in
het tentoonstellingsgebouw
aan het Europaplein. Fietsen
alleen was blijkbaar te wei
nig, dus is er ook ruimte en
aandacht voor motoren en
brommers. Helemaal aardig
lijkt het dat de RAI zelfs
opeens een bewaakte fietsen
stalling (drie kwartjfes)
creëerde. Na vijf maart is die
pret afgelopen, dan is alles
weer normaal, zónder
tos j t'i .1
-
X
i'
7g| -