Opvallende „verjonging” bij Zinnemann
amsterclam
hcicirlem
filmhuizen
M
DUJARDIN
uceaxzeaz,
Parodie op heldenroman
slordig vervaardigd
Rijpingsproces van een
Franse puber in beeld
Zeventigjarige filmer met indrukwekkende staat van dienst
MEULENHOFF COMPLEET
-BOEKENWEEK 1978
De Gaulle
Duitse soldaat
Nachtvoorstellingen
Warhol
FILM
19 7 8
MAART
Charles Boost
g
BOEKHANDEL H. DE VRIES
VAN WENNEKER
IR I J DAG 3
18
□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□OOI
Onder een jonge generatie van
luitse filmers werd het tegen het
inde van de twintiger jaren mo-
e, minstens als introductie tot
en verdere carrière, te oefenen
iet wat men „montage-films”
oemde. Het waren goedkope ex-
erimenten want men gebruikte
oor deze vingeroefeningen be
land filmmateriaal dat geknipt
n geplakt werd tot een nieuw
eheel.
□□□□□□□□□□□□□□□□□□□^□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□OODOOQOO*
□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□OD
^□□□□□□□□□□□□□□□□□□□«^□□□□□□□□□□□□□□□rinncTOnai>nnnnnnnnnnnDuDDaaoDDDaDaL.aD1jDaDaDDaauDaaaDDDaDaaaQQoaaDooDD0ODODDDaoDaaoDOaooDoooaDOoaDoaoaoaDQODOoo.
A
IP
I JMr
F
17
een maak” is zijn bondig commentaar.
„Ik kijk liever naar musicals dan dat ik er
Moment uit Louis Malle’s „Le souffle au coeur” (Filmliga JHVU, Haarlem)
de
land, maar toen de geluidsfilm in 1930 een
voldongen feit was, vertrok hij naar Holly
wood (later zouden Siodmak en Wilder
volgen), waar hij van alles deed tot het
spelen van twee figuranten in „All quiet on
the Western Front” toe.
len
ifd
Hij was er zowel een Duitse soldaat in als
een Franse ambulance-chauffeur, zo ver
telde hij in een interview met Gordon Gow
in het Engelse filmblad „Films and Fil
ming”, eveneens naar aanelding van „Ju
lia”. Want het valt iedereen op dat de nu
zeventigjarige Zinnemann na een indruk
wekkende staat van dienst zich plotseling
„verjongd” heeft in zijn nieuwste film. Wie
Zinnemann noemt, bedoelt in de eerste
plaats „High Noon” met Gary Cooper en
„From here tot Eternity” met Montgomery
Clift, Frank Sinatra en Burt Lancaster.
Zo maakte hij in 1948 in een Zwitserse
productie „The Search”, een film over
„displaced persons”, over zwervende kin
deren door de ruïnes van Oost-Europese
steden. Andere films met een diepere be
doeling volgden. In „The Men” (1950)
speelde Marlon Brando onder zijn regie
een oorlogsinvalide die moet vechten om
zijn handicap, verlamming van beide be
nen, te overwinnen. En „Teresa” ging over
de moeilijkheden van oorlogsbruidjes, in
dit geval een Italiaans meisje dat met een
Amerikaanse G.I. getrouwd is maar niet
kan wennen aan het leven in de VS.
d|e
En hij keerde terug naar het leven dat
zoveel dramatische motieven te bieden
heeft. Ditmaal werd de drugverslaving het
onderwerp van een film die „A Hatful of
Rain” als titel kreeg. Het jaar daarop werd
in „A Nun’s Story” de moeilijkheden in
beeld gebracht van een jonge non (Audrey
Hepburn) die zich niet kan schikken in de
discipline van het klooster en ontrevreden
is met het nuttig effect van haar opgeslo
ten leven.
Een western, „The Sundówners” (1960),
een historisch drama, „A Man for all Sea
sons”, (1966) en een opwinende thriller
„The Day of the Jackal” (1973), waarin
Edward Fox een bijna geslaagde poging
doet generaal De Gaulle te doden, bewij
zen overtuigend de veelzijdigheid van Zin
nemann wie, hoe men ook per film over
hem wil oordelen een groot vakmanschap
en een uiterste verzorging van de stof die
hij eenmaal ter verfilming heeft gekozen
niet kan ontzegd worden. Tenslotte, is er
een bindende gedachte in dat sterk uiteen
lopende werk te ontdekken?
vrouw (Ann Margret) die op zoek is naar
een gestolen diamant, is te ingewikkeld
voor woorden. Marty Feldman is bij zijn
eerste regie als een kind dat mag spelen
met de mogelijkheden van de film en van
dat voorrecht een overdadig en soms nogal
slordig gebruik maakt.
Aan grappen en gekke situaties ont
breekt het hem niet maar wel aan discipli
ne en ordening. Wat „The last Remake”
maakt tot een vuurwerk van improvisaties
waarvan maar een gedeelte met effect de
lucht ingaat.
De enige serieus te nemen première is nu
in Tuschinski 3 te vinden waar „Soleil des
Hyènes” draait, een film van de Tunesi
sche regisseur Ridha Behi die mede dank
zij Nederlandse ontwikkelingsgelden tot
stand is gekomen. En dank zij Nederland
se technische steun, want camera (Theo
van de Sande), montage (Ton de Graaff) en
geluid (Erik Langhout) bij deze film waren
in Nederlandse handen.
„Soleil des Hyènes” werd vorig jaar in
de Arnhemse Filmweek gelanceerd en
daar zeer gunstig ontvangen. Het gegeven
is actueel. Een Noord-Afrikaans vissers
dorpje trekt de aandacht van enige ener
gieke Duitse projectontwikkelaars die in
ma”, waarover de maker, volgens ge
noemd interview, verre van tevreden is.
an
pel
Is
sr
Filmhuis Velsen, Kanaalstraat 257 te IJ-
[luiden, heeft op dinsdag 7 en woensdag 8
naart de fraaie satyre „Pardon, wordt er
ier geslagen” van Marek Pi^yowski, een
an de succesnummers van een vorig Film
nternational op het programma genomen.
Op maandagavond en in de nachtvoor
stellingen brengt Studio „Le Gang”, een
Franse gangsterfilm van Jacques Deray
met Alain Delon als de bendeleider die
kort na de oorlog Parijs onveilig maakt
met een stelletje ex-oorlogshelden en colla
borateurs die het vechten nog niet moe
is..Deray zet met „Le Gang” de traditie
van zijn voorafgaande Boralino-films
waardig voort.
Verdere nachtfilms van enige betekenis
zijn te vinden in Palace waar „De Kaping
van de Pelham Express” van Joseph Sar
gent draait, een thriller waarin een com
plete New Yorkse subway-trein gekaapt,
de passagiers gegijzeld en een losgeld van
1 miljoen geëist worden; en in Frans Hals
waar „Superfly”, een „all-negro” gangster
film met grote partijen heroïne als inzet
zijn houdbaarheid sinds 1972 (toen neger-
films in de mode kwamen) wil bewijzen.
Voor de jeugd heeft Palace de Karl May-
film „De Schat van het Zilvermeer” pro
longeert Lido voor de zoveelste week Dis-
ney’s „De Reddertjes” en komt Studio met
„Lieverdjes uit Amsterdam”, zijnde twee
meisjes uit de hoofdstad die op vakantie in
Limburg betrokken raken bij een bank
overval.
,„The angry Silence” („Misdadig Zwij-
len”) behandelt het verzet van een jonge
irbeider (Richard Attenborough) tegen
vilde stakingen op zijn fabriek, een hou-
ling die hem en zijn gezin zwaar te staan
:omt. De film die de activiteiten van mis-
ladige vakbondsleiders wil signaleren die
takingen organiseren omdat ze bij een
ihrustige arbeidssfeer wel varen, ging in
ijn tijd om die inhoud voor nogal „rechts”
loor.
Filmliga J.H.V.U., Kamperstraat 37 te
Haarlem brengt vandaag om 8 uur „Le
Souffle au Coeur”, een film van Louis
felle waarin tegen een geladen politieke
ichtergrond (de film speelt in 1954, het
aar van Dien-Bien-Phu, de vernederende
lederlaag van de Franse troepen in Indo
china) een klein familiedrama zich ont
wikkelt, waarbij terzijde sprake is van
acest. Het rijpingsproces van een Franse
>uber in een gespannen periode van het
ia-oorlogse Frankrijk, zo zou men deze
•ijzonder aardige, gedurfde en volwassen
ilm kunnen omschrijven. Alleszins een
eprise waard!
Filmhuis Het Melkwoud, Zijlstraat 63 in Haarlem probeert met „The angry Silence”
tn oude, uit 1960 daterende Engelse film in de belangstelling terug te brengen. De film
Igemaakt door Guy Green in een periode dat de Engelse film zich meer realistisch en
vciaal bewust ging opstellen en jonge talenten als Tony Richardson („Look back in
inger”), Karl Reisz („Saturday Night and Sunday Morning”) en John Schlesinger („A
lind of Loving”) naam gingen maken. Aanvang 20 uur.
Marty Feldman zorgt voor een vrolijke noot in de door hemzelf geregisseerde „The Last
Remake of Beau Geste" (Studio, Haarlem).
snel tempo van het landelijke en besloten
gehucht een moderne badplaats voor bui
tenlandse toeristen maken.
Hoe deze modernisering met als gevolg
de dagelijks stroom per vliegtuig aange
voerde zonne-aanbidders die de sfeer en
leefgewoontes van de plaats aantasten en
van de eenvoudige vissersbevolking kleine
zakenmensen maken die briefkaarten en
souvenirs aan de man zien te brengen,
terwijl de inheemse vrouwen de toegang
tot het strand ontzegd wordt omdat dat
voor de rijke gasten gereserveerd is, laat
de film in beklemmende niet mis te versta
ne beelden zien. Zonder overigens een
oplossing te weten voor deze botte en be
tonnen gang van zaken, die gesanctio
neerd wordt door het toverwoord ontwik
kelingshulp.
(ADVERTENTIES)
Mel Brooks heeft twee acteurs tot „star
dom” gebracht: Gene Wilder en Marty
Feldman en beiden zijn uit dankbaarheid
voor zichzelf begonnen, maar wat erger is,
in dezelfde kolderstijl als hun leermeester
blijven dóórwerken, zodat hun werk nau
welijks uit elkaar te houden is. Ook al
omdat hun aller voorliefde uitgaat naar
parodiëren van voorbije filmgenres.
Brooks nam de western op de hak in
„Blazing Saddles”, de griezelfilm in
„Young Frankenstein”, de zwijgende film
in- „The Silent Movie”.
Marty Feldman doet nu hetzelfde met de
film over het vreemdelingenlegioen, een
geliefde genre in de jaren dertig en zelfs
toen al in het belachelijke getrokken door
het duo Laurel-Hardy. En Gene Wilder
komt volgende week met een Valentino-
parodie. „Beau Geste” werd in' 1924 door
P. C. Wren geschreven als een serieuze
heidenroman waarin een mislukte adellij
ke telg uit een Engels geslacht onderduikt
in het Franse woestijnleger.
Het onderwerp sprak een groot publiek
voldoende aan om tot driemaal toen een
filmversie te rechtvaardigen, in 1926 met
Ronald Colman in de hoofdrol, in 1939 met
Gary Cooper en in 1966 met Guy Stock-
well. De tijd was dus aangebroken het
onderwerp wat minder serieus aan te pak
ken. Men kan niet zeggen dat Feldman die
zich in verschillende films een komiek met
een heel eigen stijl getoond heeft, zich in
dit regiedebuut als een groot komisch ta
lent presenteert.
Hijzelf heeft de parodie geschreven en er
met hulp van Chris Allen een draaiboek
van gemaakt. Hij begint met het klassieke
beeld uit „Beau Geste’1, het woestijnfort
slechts bemand door dode legionairs die
rechtovereind staan bij de schietgaten.
Vervolgens wordt in flash-back uiteen
gezet hoe Sir Hector Geste (Trevor Ho
ward) nadat hem een dochter geboren
wordt in plaats van de gehoopte zoon
Beau, een tweeling adopteert die later uit
groeit tot Marty Feldhem en Michael York.
Hoe zij dan in de woestijn terecht komen,
te maken krijgen met een super-sergeant
in de gedaante van Peter Ustinov met
houten been en met Sir Hectors tweede
Bij de overvloedige stroom van prolongaties behoren deze week maar liefst twee
Nederlandse films. „Mantel der Liefde” is gebleven in Roxy en „Dr. Vlimmen” heeft een
tweede week in Luxor gehaald. Wie behoefte heeft aan wat nieuws kan, wat de
dagelijkse voorstellingen betreft, het beste terecht in Studio waar „The last Remake of
Beau Geste” draait, gemaakt door een van de leerlingen van Mel Brooks, de maker van
onder meer „The Producers”, „Blazing Saddles”, „Young Frankenstein” en „Silent
Movie”.
Zo werd bijvoorbeeld uit fragmenten
in oude films van de bekende actrice
enny Porten een beeld samengesteld van
sar filmloopbaan en uit liefdesscènes,
slicht uit diverse blijspelen en operettes
en humoristische montagefilm „Rundum
ie Liebe” bij elkaar geplakt. Dit soort
ampilatiewerk is nu niet nieuw meer
laar toen, zo omstreeks 1928 en 1929
eleefde men veel plezier aan dit spelletje
sn samenvoegen van niet bij elkaar beho-
inde beelden.
Een stap verder leverde de zogenaamde
edefilms op als „Berlin, Sinfonie einer
irossstadt” van Walter Ruttmann of
Markt am Wittenbergplatz” van Wilfried
,asse, waarbij ook de montage een grote
al speelde maar het basis-materiaal niet
ij voorbaat voorhanden was. Het moest
jlf gefilmd worden en aan de documen-
lire werkelijkheid ontleend worden.
De volgende fase werd het observeren
an mensen door de camera om zo tot een
lik levende werkelijkheid te komen. Een
arste poging om een menselijk document
i maken leidde tot de zwijgende film
fenschen am Sonntag” uit 1929, een ex-
eriment waaraan niet minder dan zes
mge mensen hun krachten hadden gege-
>n: Eugen Schuftan, Robert Siodmak,
igar Ulmer, Billy Wilder, Fred Zinne-
ann en Moritz Seeler.
Tenminste drie van hen, Siodmak, Wil-
>r en Zinnemann hadden een grote toe-
omst in het vooruitzicht, terwijl Schuftan
an bekend cameraman werd, eerst in
Uitstand, later in Frankrijk, Engeland
Robber Symphonic”), Nederland („Co-
ledie om Geld”) en Amerika („The Hust-
>r”, „Lillith”). Hij was bovendien de uit-
inder van het zogenoemde „Schuftan-
erfahren”, een optische truc waarbij
Maar tussen 1944 toen hij eindelijk naam
maakte in Hollywood met „The seventh
Cross” (over een ontsnapping uit een con
centratiekamp) en nu is er heel wat film
materiaal door Zinnemann’s handen ge
gaan en heeft hij practisch geen genre
ongemoeid gelaten.
Voor „From here to Eternity” (1953), zijn
hardste oorlogsfilm die zich afspeelde in
een soldatenkamp kort voor het uitbreken
van de oorlog kreeg Zinnemann een
Oscar. Een korte ontspanning volgde in
Amsterdam heeft deze week weinig
nieuws te bieden. In City Iis „Sexerella en
Prins Erotico” in première gebracht, een
erotische of zo men wil lichtelijk porno
grafische behandeling van het sprookje
„Assepoester”, terwijl City 7 de „Crazy
Horse Show” brengt, een verfilming van
de bekende Parijse naaktrevue met pikan
te kijkjes voor en achter de schermen van
een dure naaktshow.
Het resultaat van deze voorschriften in
zake spel en beeldopvolging kan men te
rugvinden in Barnet’s „Het Meisje met de
Hoedendoos” uit 1927 en bij diens „Het
Huis aan de Trubnajastraat” uit hetzelfde
jaar die resp. op dinsdag 7 en donderdag 9
maart vertoond worden. Op woensdag nog
een film van Jakov Protazanov, „De Kel
ner van het Palast Hotel” met als thema de
vernederingen waaraan een kelner in een
deftig hotel blootstaat.
Brando die alleen, op eigen krachten zijn
oorlogshandicap moet overwinnen, Gary
Cooper die door iedereen verlaten het te
gen een drietal schurken moet opnemen,
de verslavingsproblemen van Don Murray
in „A Hatful of Rain” de gewetensbezwa
ren van zuster Luc in „The Nun Story” en
de geestelijke kracht van Sir Thomas Mo
re in „A Man of all Seasons”, Lillian Hell
man die haar vriendschap moet bewijzen
tijdens een gevaarlijke treinreis door
Duitsland, het zijn allemaal, zo zegt Zinne
mann, personen onder zware druk die op
het jaar daarom met de musical „Oklaho- eigen geestkracht moet terugvallen om bij-
waarover de maker, volgens ge- na onoverkomelijke moeilijkheden het
hoofd te bieden. En wie beter dan de
filmer zelf kan zijn eigen werk zo kort en
krachtig, karakteriseren.
slechts kleine modellen nodig waren om
grote bouwwerken te suggereren.
Maar op het ogenblik interesseert ons
het meest Fred Zinnemann, vorige week in
het nieuws gekomen door zijn erg mooie
en gevoelige film „Julia” naar een gegeven
van de Amerikaanse schrijfster Lillian
Hellman. Toen ze aan „Menschen am
Sonntag” bezig waren was Zinnemann 22
jaar, hij had enige tijd lessen in camera
techniek gevolgd in Parijs, had verschil
lende cameramensen geassisteerd in eigen
De ruïnes van Berlijn in de Zwitsers-
Amerikaanse productie „Achter de Wol
ken”, die onder regie van Fred Zinnemann
in 1948 tot stand kwam.
Aanvang 20.30 uur. En Filmhuis Zand-
voort in de Openbare Bibliotheek, komt
met een Andy Warhol, dat wil zeggen een
film geregisseerd door zijn blijvende
plaatsvervanger Paul Morissey. „Heat” is
de korte en duidelijke titel van Warhol’s
visie op Hollywood met Joe Dallesand-o
als een gewezen jonge filmster die in ?n
goedkoop motel wacht op werk. Eer. os-
teloos beeld van de filmstad voorai ook
door enkele bijfiguren in de omgeving van
Joe die de gruwelijke leegheid en landerig
heid van Hollywood accentueren.
In het Filmmuseum Vondelpark 3 in
Amsterdam gaat de reeks films uit de
vroege Meshrabpom-studio’s nog onver
stoord verder. Ditmaal is onder meer het
werk van Boris Barnet aan de beurt, een
van de leerlingen (met onder anderen Pu
dovkin) van Lex Kuleshov, de vader van
de Russische filmkunst en leider van een
experimenteel laboratorium waar hij zijn
befaamde theorieën over de filmmontage
in de praktijk uitwerkte. Het spel van de
acteurs (mimiek, houdingen en bewegin
gen) stond onder invloed van de F.E.K.S.,
de fabriek voor excentrieke vertolking die
leerde dat het spel zo ver mogelijk verwij
derd moest blijven van de werkelijkheid
en meer in de richting van de karikatuur
moest gaan.
vR.rU>