VERENIGING KLM-CABINEPERSONEEL VERWACHT PROBLEMEN
0'
Mi.
l
l
r
I
I
DOOR DE LANGE FLAP
LANGER VERS.
I-
t
op dreef
Mini
I
ir gennac:
half:
ïm
nét even anders
Hf
l:.
WOENSDAG
2 2
MAART
19 7 8
f
6
WO E
door Rien Polderman
L "te
1
Rubriek over stedebouw,
ruimtelijke ordening
en provinciaal bestuur
pleegd heeft. De KLM vindt de
gramschap niet terecht en bena
drukt de vrijwilligheid waarmee
de veertien personeelsleden terug
zijn gegaan in hun salaris.
1111
SCHIPHOL. De Vereniging
van KLM-Cabinepersoneel (VKC)
verwacht vroeg of laat ernstige
problemen met een veertiental
stewardessen en hofmeesters die
zich door de KLM-directie vrijwil
lig vijf- tot negenhonderd gulden
in loon achteruit hebben laten zet
ten. Het VKC-bestuur noemt dit
„op z’n zachtst gezegd een staaltje
van onzorgvuldig personeelsbe
leid”. De vakvereniging vreest dat
de groep binnen de kortste keren
ontevreden is over de verdiensten
en dan bij de VKC aanklopt.
Daarnaast is men erg boos dat de
directie niet de VKC geraad-
Wandeling langs het water.
Spiegelbeeld van
vroege voorjaarszon.
Je herboren voelen in je
nieuwe jurkje van jersy ajour.
Tikkeltje exclusief wel.
Alléén in écru. 149;
WA
I
Voorzitter lede Aukema
7'*’
In 1976 werd het systeem van de kortver-
bandcontracten afgeschaft. Stewardessen
en hofmeesters konden vanaf dat moment
voor onbepaalde tijd in de lucht blijven.
bachtelijke bedrijfjes enz. Maar de ge
meente zou de bevoegdheid moeten heb
ben kantoren te vorderen om die tot woon-
ruimte te verbouwen, wanneer een benaal-
De fractie van de Vervoersfederatie
FNV in de ondernemingsraad vroeg eind
vorig jaar of voor deze mensen een gunsti
ge regeling getroffen kon worden, voorzo
ver ze nog in dienst waren van de KLM.
Me\
foto i:
over i
bij S
streel
maar
tje W
Herm
Schaf
Sterk
„IN I
blad) v
broodjt
kattedr
veel on
met eei
len hac
Haarle
zestig
DEN
voorke
per bu:
minist
gunstii
De
is om
Acht<
den, I
Volg<
Koop
vóór:
Louis
links
v.d. I
is v.t
Je moe
vaak h
dan ge
van de
zei: „Ik
juffrov
ren), a
IJmuic
ner vai
van zij
„WIJ
verwijl
drikstr
ders ee
nomen
begon
daarvc
machii
De wii
traat.
zijn k
Oortw
en op
horst.
„WE
Dins
van A
Ventsi
The D
nia, Gi
IJmuit
ley; K
Dins
naar i
Tuaps
The E
dam;
met,
mul,
Berge:
Myste:
Borda
Woe
Cont.
Tholsl
Flint,
Woe
sund;
den, I
madal
Cont.
negenhonderd gulden terug in loon, gaan
ze zeker merken. Ik weet niet wat de VKC
doet als ze op een gegeven moment bij ons
komen voor hulp om meer salaris te ver
krijgen”. Het is een ongelukkige zaak. Een
incident weliswaar, dat we met het be-
stuurscommentaar in Cabine hebben wil
len afsluiten.”
Voor de KLM is de kwestie ook afge
daan. De KLM-voorlichtingsafdeling zegt
dat het wel vaker voorkomt dat perso
neelsleden naar andere afdelingen willen,
maar dat ze dan wel in een normale sollici
tatieprocedure terecht komen. „Dat houdt
in dat als mensen graag in de vliegdienst
Onlangs kwam het antwoord: „De directie
stelt éénmalig de mogelijkheid open voor
werknemers bij het grondpersoneel, die in
het verleden werkzaam zijn geweest bij
het cabinepersoneel en op 1 januari 1978
nog niet de leeftijd van 34 jaar bereikt
hebben.” Tegelijkertijd liet de directie we
ten dat het de eventuele belangstellenden
vrijwel zeker geld ging kosten, omdat ze op
een aanvangssalaris geprikt werden van
1694 gulden in de maand.
Vijfenvijftig KLM’ers kwamen voor de
ze regeling in aanmerking. Veertien gin
gen er tot nog toe mee akkoord. Uit een
bestuurscommentaar in het maartnum
mer van het maandblad Cabine van de
VKC blijkt dat de vakvereniging drie jaar
lang al „om voortreffelijke redenen” een
dergelijke regeling heeft afgewezen. De
KLM was het daar, volgens de schrijver
van het commentaar, voorzitter lede Au
kema, steeds mee eens. Verwondering der
halve over het plotselinge omslaan van het
KLM-standpunt. Aukema ergert zich voor
al vanwege het ontbreken van vooraf
gaand overleg met het VKC-bestuur.
De VKC-voorzitter schrijft in zijn com
mentaar dat de KLM niet wenst op te
draaien voor de gevolgen van de regeling,
daar de betrokken stewardessen en hof
meesters niet gedwongen zijn om terug te
keren naar de vliegdienst. Aukema wil zelf
ook geen verantwoordelijkheid dragen
voor „de misstap” van de KLM. Hij meent
dat de veertien KLM’ers op het moment
dat ze weer overstapten „een sociaal pro
bleem” werden.
De pensioenen zijn volstrekt onvoldoen
de. De aanvangssalarissen zijn door een
veranderd aannamebeleid reeds nu niet
meer acceptabel voor de nieuw in dienst
komenden, laat staan voor de mensen die
acht of meer dienstjaren hebben en thans
tussen de 2200 en 2600 gulden verdienen.
De leeftijd 34 jaar en alleen voormalige
leden van het cabinepersoneel binnen de
KLM zijn ook voor discussie vatbaar.
Kortom, de KLM haalt met deze mensen
een ontevreden toekomstig kader in huis.
Nog af gezien van wat het voor het overige
cabinepersoneel betekent. We zijn boos en
teleurgesteld”.
Voorzitter Aukema vertelt dat hij de
veertien mensen goed onder ogen gebracht
heeft wat ze willen en welke consequen
ties daaraan verbonden zijn. „Desondanks
zijn ze teruggegaan naar de vliegdienst.
Maar ik, met mijn ervaring, durf te zeggen,
dat ze ontevreden zullen worden. Vijf tot
Bij iedere overschakeling zijn er mensen
die net uit de boot vallen. In dit geval de
cabinemensen die hun kortverbandcon-
tract beëindigd hadden en de leeftijd van
28 jaar waren gepasseerd.
Waarom leveren de stewardessen en hof
meesters zoveel geld in? De veertien heb
ben reeds eerder in de vliegtuigen bediend
onder een kortverbandcontract. Dat bete
kende dat zé na drie (hofmeesters) en vijf
jaar (stewardessen) ander werk moesten
zoeken. Zij kregen een baantje bij de
KLM-gronddienst.
willen, bereid moeten zijn eventueel terui
te gaan in salaris. Niemand verplicht het
om stewardess of hofmeester te worden.
Dat geldt ook voor sollicitanten van bui
ten ons bedrijf.”
Over het verwijt van de VKC dat er geen
overleg geweest is alvorens deKLM-direc-
tie de regeling trof, zegt de voorlichter
„Er is geen overleg nodig geweest, omdol
het hier geen aanpassing van de CAO
vetreft, maar een verruiming van een in
terne regeling. Uiteraard is een en andei
wel meegedeeld aan de Vereniging voor
KLM-Cabinepersoneel.
Leedvermaak is een kwalijk trekje.
Maar ik kom er rond voor uit, dat ik me af
en toe aan uitbundig leedvermaak te bui
ten ga. En dat is, wanneer ik bemerk, dat
de zaken in de binnenstad slecht gaan. Ik
bedoel dan niet de zaken van de bakker, de
slager, de groenteboer, de schoenmaker en
de edelsmid of welke andere winkelier.
Die mensen gun ik graag een dik belegde
boterham. Neen, waar ik me oprecht over
verkneukel dat is het ongeluk van de han
delaren in kantoorruimte.
Meestal is het tegendeel het geval, maar
soms gaat de handel in onroerend goed
ontroerend slecht. Voor dit soort gelegen
heden heb ik in mijn agenda een feestelijk
met vlaggen en toeters versierde lijst,
waarop ik met genoegen het faillissement
zou willen aantekenen van ondernemers,
die menen in kantoorruimte te moeten
handelen. Hoe meer faillissementen in die
branche, hoe vrolijker mijn stemming.
Leedvermaak.
Natuurlijk is het niet zonder reden, dat
ik de handelaren in kantoorruimte in de
binnenstad ongeluk en rampspoed toe
wens. Die reden is, dat op de plaats van de
kantoren, die dag in dag uit tevergeefs in
de onroerendgoed-advertenties worden
aangeprezen, woningen hadden kunnen
staan. Er zijn wachtlijsten vol woningzoe
kenden, die maar wat graag juist in de
binnenstad zouden wonen. Op loopafstand
van een uitgebreid en gevarieerd aanbod
winkels, dicht bij de bioskoop, de schouw
burg en het concertgebouw, in het hart van
een goed werkend openbaarvervoersnet,
met een ruime keus in café’s eq restaurant
jes vlak naast de deur.
Hartje Haarlem, hartstikke gezellig. In
derdaad. Maar die gezelligheid wordt wel
ernstig bedreigd door allerlei kale lege
gebouwen.
Een gebouw, waar ik nooit voorbij loop
zonder een mengeling van leedvermaak,
ergernis en spijt is het lege kantoorgebouw
op de hoek van de Anegang en de Lange
Veerstraat. Het zou een uitstekend woon
gebouw kunnen zijn, wanneer het daartoe
zou worden aangepast. Maar nee, zo wordt
dat helaas niet bekeken. Een plek in de
binnenstad is koopwaar, waaraan ver
diend moet worden. Binnen de huidige
economische machtsverhoudingen is het
kennelijk niet mogelijk om ruimtegebruik
af te stemmen op datgene, waaraan maat
schappelijk gezien de grootste behoefte
bestaat: Versterking van de woonfunctie
van de binnenstad.
Niemand weet nog officieel, wat er in het
nieuwe streekplan voor het Amsterdam-
Noordzeekanaalgebied komt te staan.
Maar het is vrijwel zeker, dat de bekende
litanie over de schaarste aan ruimte in
onze Randstad daarin niet zal ontbreken.
De schaarste aan ruimte maakt een ver
standig gebruik van die ruimte noodzake
lijk. Een kind begrijpt, dat verspilling van
ruimte op de ene plaats, moet leiden tot
een grotere vraag ernaar op andere plaat
sen, want de behoefte aan ruimte is een
onwrikbaar gegeven.
Leegstand van kantoren in de binnen
stad is ruimteverspilling, die zich wreekt
in een groter ruimtebeslag buiten de stad.
Het helpt de onevenwichtige groei van
dorpen als Nieuw-Vennep en Hoofddorp
in de hand werken. De ruimtelijke proble
matiek van het platteland is verweven met
die van de stad.
Maar de versterking van de woonfunctie
van de binnenstad is natuurlijk niet alleen
uit ruimtelijk oogpunt nodig. Nieuwe bin-
nenstadsbewoners zijn een onontbeerlijke
aanvulling van de klantenkring voor het
brede scala aan winkels en winkeltjes, die
natuurlijk ook voor een deel wordt ge
vormd door de winkeliers zelf. Voor de
instandhouding van bijvoorbeeld scholen
en kleuterscholen, waartoe wellicht de
winkeliersbevolking alléén op den duur
niet in staat zou blijven, is de vestiging van
jonge gezinnen in de binnenstad eveneens
van belang. Zo zou kunnen worden voor
komen, dat de binnenstad vervalt tot een
louter koop- en werkstad, die na zessen als
een onguur en verlaten oord achterblijft.
Dit betoog betekent niet, dat nu maar
alle kantoren en bedrijven uit de binnen
stad zouden moeten worden geweerd. Be
paalde activiteiten behoren echter in die
binnenstad thuis. Ik denk aan gerechtsge
bouwen, advocatenkantoren, notaris-bu-
reau’s, uitzendbureau’s, overheids
diensten, krantenredacties, een kamer van
koophandel, bankinstellingen, kleine am-
Grondpersoneel levert deel
salaris in voor vliegbaan
de termijn van zinloze leegstand -dus
ruimteverspilling - zou zijn verstreken.
Een termijn van een half jaar lijkt me
voldoende voor het bedrijfsleven om te
bewijzen, dat er echt behoefte is aan kan
toren.
Misschien, dat een huisvestingswet in
een dergelijke vorderingsbevoegdheid
voor de gemeentelijke overheid zou kun
nen voorzien. De huisvestingswet staat al
enige tijd bovenaan de verlanglijst van het
provinciaal bestuur. Daarmee zou wette
lijk mogelijk kunnen worden, wat nu in de
praktijk al jaren gebeurt in de vorm van
kraakacties.
Zo zou er wel een eind komen aan mijn
leedvermaak. En wel in dubbele zin. Maar
dat genoegen lever ik graag in voor het
goede doel.
Geen pret meer over het verlies op leeg
staande kantoorruimte. Want de overheid
zou de vordering wel moeten compenseren
met een tegemoetkoming halverwege. Op
basis van een geïndexeerde prijs uiter
aard.
Geen plezier meer over de schade, die de
handelaar zou lijden, wanneer zijn leeg
staand kantoor terecht zou worden ge
kraakt door woningzoekenden.
SELECTI