Anton Pieck: gekleurd
romantisch verleden
premieres
Beethovenavond krijgt
magistrale bekroning
wij
ontvingen
I
I
BRUIN
BEDFORD «0
3
ri
I
Nieuwe boeken over volksvermaak en torens
r -
Geïnspireerd musiceren onder Haitink
IN 10 DAGEN
WINKEL b.v.
Fleurop voor
tabernal
sinds 1889
OP DE ZONNEBANK
tii
RUTH LOCK -
BARNEVELD
Laatste essentie
^3
tr-0
Expressionisme
Zuiderdorpstraat 15
Oud-Velsen Tel. 02550-15797
culinaire
specialiteiten
De beste kracht in uw bedrijf.
INTRODUCTIEPRIJS
MAAND MEI EN JUNI
ƒ75,-
(kuur 10 maal één uur p dag)
t ROODE HERT
17e eeuwse herberg
Culinaire specialiteiten
in een even rustige als
sfeervolle omgeving van
een beschermd dorpsgezicht
wie niet lekker is
(Van onze correspondent in Parijs
Rudolph Bakker)
PARIJS. Paul Cézanne
(1830-1906) is tot en met 23 juli te
zien in het Grand Palais. Het zijn
„de laatste jaren” (1895-1906) en
de tentoonstelling was eerder in
New York, georganiseerd door
het Museum of modern art, teza
men met het Parijse Louvre. De
ruim honderd werken omvatten
portretten, stillevens, landschap
pen en een deel van de befaamde
„baders en baadsters”, waarvan
het absolute hoogtepunt: de
„Grandes baigneuses” uit het Phi
ladelphia Museum of Modern Art
helaas niet mee kon komen door
de breekbare staat waarin dit
doek van 208 bij 249 centimeter
zich bevindt.
VINKENSTRAAT 28 - ZANDVOORT
Tel. 02507-2889
02507-6597
St
e
KUNST
Cézanne: hartklop van het evenwicht
CEES STRAUS
(ADVERTENTIE)
■s
Geopend vanaf 17.00 uur
’s Maandags gesloten
(ADVERTENTIES)
Een van de werken uit zijn laatste levensperiode en tevens een van de mooiste
aquarellen: La Montagne Saint Victoire
Tuinmeubelen kiezen op onze perma
nente show. Da s nü al van de zomer
genieten U vindt er alle bekende mer
ken Maar ook het komplete toebeho
ren. Zoals fraaie kussens, parasols,
tuintafelkleden Eigenlijk alles voor uw
tuinkomfort U bent van harte welkom!
Zijn kegels, bollen en cilinders wezen de
weg naar het kubisme, naar nieuwe har
monieën die van binnen uit beleefd ont
stonden en niet voortkwamen uit de bestu
dering van de vormen zoals de mensen
hadden geleerd die te zien. „Ik ben de
maker van een nieuwe harmonie”, zei'Cé-
AUTOMOBIEL-
EN GARAGEBEDRIJF
Houthavenkade 50 -ind terr Prov weg
Zaandam - telefoon 075-123205
Beide deeltjes zullen huh eigen publiek
trekken: „Iedere Stad een eigen Toren”
wellicht voor de topografisch ingestelde
lezer en „Volksvermaak” voor degenen
met een sociaal gerichte belangstelling.
De kopers van de prentkaarten zullen
vooral de platen uit Volksvermaak wel
herkennen. Op het ijs, Driekoningen, de
Carolsingers. De baanveger, Koek en zo-
pie, IJsgenoegens, in welke oplagen zul
len ze in de afgelopen decennia wel niet
verkocht zijn?
In Iedere Stad een eigen Toren gaat de
meeste belangstelling uiteraard uit naar
wat Pieck in zijn nabije omgeving heeft
opgetekend. Hij tekende bijvoorbeeld
een drukke Jansstraat in Haarlem met
uitzicht op de Grote Kerk waar kennelijk
net een dienst wordt gehouden want licht
straalt uit alle ramen. De bijgaande tekst
is gekozen uit de „Causerie over Haar
lem” van Lodewijk van Deyssel, „De
Oude Sint Bavo is dus zo een gebouw met
als het waren hele wijken van onregel
matig gevormde ruimte overkapping”.
Opvallend is steeds dat Anton Pieck
zijn prenten overvloedig stoffeert met
zowel chique als met volkse typen, het
geheel een bont uiterlijk gevend. Werke
lijk arm, met hongerige gezichtjes, opge
lapte schoenen en gaten in de kousen,
ziet niemand eruit op de platen van An
ton Pieck. Daarvoor is in zijn hang naar
de romantiek van het verleden geen
plaats.
„Internationale naturistengids 1978-
1979”, samengesteld door de Internatio
nale Naturisten Federatie, uitgave Klu
wer 17,90).
bij de Velsertunnel
op weg naar IJmuiden
Hagelingerweg 28-32
Santpoort. Tel. 023-376943
nooit echt kon tekenen of schilderen, dan
was zoiets buitengewoons als de „baad
sters” nooit mogelijk geweest”. Ze stellen
hem op een lijn met de jonge Marx, als
voorloper van een samenleving waar men
53^5 geen schilders meer kent, alleen nog men-
I
J) soort smokingjas. De broek als een jute
zak is van boven tot onder met verfklod-
ders bedekt. De Cézanne van deze jaren
was al een vereenzaamd mens, om zijn
onmogelijk optreden verlaten door zoon
en vrouw, verbitterd door een in een dra
ma geëindigde liefdesrelatie met een ande
re vrouw. Toch schreef hij in de laatste
jaren brieven aan zoon Paul: „Zorg goed
voor je moeder”.
Cézanne leerde het schilderen nooit, al
thans dat beweerde hij. En experts van nu
mislukten. Door een teleurgestelde en ra
zende papa aan zijn lot overgelaten, begon
voor Cézanne een lange lijdensweg op
zoek naar de waarheid, in de laatste jaren
economisch aangenaam geplaveid met een
paar miljoen francs, die papa toch als
erfenis aan zijn zoon had nagelaten.
Daarop begon Cézanne in alle eenzaam
heid en verguisd door zijn omgeving een
nieuwe strijd, alleen te vergelijken met die
van de 15e eeuwers, op zoek naar het
perspectief. Mathematische vormen waar
in de natuur (of: het ademhalende leven)
moesten kunnen worden uitgedrukt wer
den zijn obsessie. In iedere rots, boom,
huis en vallei zag hij cilinders, bollen en
kegels, als een Bartók die de „pastorale”
van Beethoven van het koektrommeldek-
sel probeerde te weken. Hij streed de strijd
tot aan zijn dood toe, vermoedende dat hij
had gefaald. „Ik wil al schilderend ster
ven”, zo sprak hij eens en zijn wens werd
vervuld. Altijd werkend „sur le motif”,
zoals hij het noemde, was Cézanne door
een onweer overvallen in het landschap
rond Aix, dat hij de laatste jaren van zijn
leven niet meer had verlaten. Door suiker
ziekte verzwakt, viel hij flauw op de weg
en werd hij door een man met een kar
opgepikt. Toch keerde hij naar de plek
waar hij werkte terug, maar stierf aan de
complicaties die na de kou en de door
weektheid hadden ingezet.
=jjHlllllillllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll||Q±
Door de kortsje en de langste van Beet
hovens rijpe symfonieën in het program
ma naast elkaar te plaatsen, werd een
opmerkelijk contrast verkregen tussen de
uitingen van twee wezenlijke kanten aan
diens componistennatuur. Het opgewekte
en speelse van de „Achtste”; een bondige,
klassiek gebouwde symfonie zonder con
flicten tegenover het schrijnend-tragi-
sche en extatische van de „Negende” met
zijn gigantische afmetingen.
Meteen al in de Achtste Symfonie werd
je door Haitink tot ademloos luisteren ge
dwongen, in een aanpak met heel effec
tieve kleine rubati, verende ritmiek, fijne
dynamische contrastwerking en prachtig
stuwend spanningsverloop naar de cli
maxen. En vooral ook in de eerste delen
van de „Negende” werd diezelfde geïnspi
reerde geest, op aangepaste wijze, in het
musiceren voortgezet.
Behalve over het met intensieve betrok
kenheid zingende Groot Omroepkoor van
de NOS, had Haitink in de finale de be
schikking over een vocaal solistenkwartet
van ietwat heterogene samenstelling.
Horst Laubenthal en Leonrad Mróz, res
pectievelijk tenor en bas, waren bij de
geslaagde uitvoering van hun taken wel
aan elkaar gewaagd.
Maar de volumineuze zang en enigszins
opera-achtige voordracht van de sopraan
Edda Moser, was bij tijd en wijle zo over
heersend dat de altzang van Anna Rey
nolds zwaar in de verdrukking kwam, ter
wijl door deze dramatisch uitpakkende
sopraan soms evenzo de onderlinge zuiver
heid van het kwartet wel eens even in
gevaar werd gebracht.
De individueel of collectief geleverde
prestaties van alle medewerkenden aan
deze finale, leidden desalniettemin tot een
magistrale bekroning van deze Beethoven
avond. Met als voorspelbaar gevolg: een
laaiend enthousiaste zaal.
JOHAN VAN KEMPEN
„Grenzen aan de geneeskunde" door
Ivan Illich, uitgave Het Wereldvenster
24,50).
„Van vrouw tot vrouw”, door Lu-
cienne Lanson, uitgave Elsevier 29,50).
zanne en hij geloofde er zo heilig in, dat
deze zekerheid op zich al een harmonie is,
die uit zijn, eerder als experiment,^achter
gebleven doeken straalt.
Geen groter tegenstelling dan tussen Cé
zanne en Van Gogh, beiden toch dichters
van een positivistische natuurbelevenis.
Als Cézanne de harteklop vertegenwoor
digt van het evenwicht, is Van Gogh de
hartklopping van de neuroticus en wijst
Van Gogh, niet als Cézanne de weg naar
het koele aan Braque herinnerende kubis
me, maar naar het expressionisme dat in
de Duitse verscheurdheid na 1918 zijn
hoogtepunten vond.
Een tentoonstelling als deze in het Grand
Palais heeft alle bezwaren van dergelijke
rrjonster-circussen: de leek raakt ver
dwaald en verdwaasd, alleen de expert
krijgt de kans materiaal bijeen te vinden
waarvoor hij anders de wereld over dient
te reizen. Mijn eigen relatie tot de „Mon
tagnes en Provence” in de Londense Nati
onal Gallery, als een in de baaierd van
lijsten plotseling opdoemende vijver vol
koelte en rust, is veel intenser dan ze kan
zijn met de tientallen meer of minder ge
slaagde pogingen van Cézanne, die alle
maal als absolute meesterwerken nu in het
Grand Palais naast elkaar hangen.
Maar dat is het eeuwige probleem met
tentoonstellingen als deze: de noodzaak
van het elimineren. Kijk wel naar het
portret van Gustave Geffroy, van Ambroi-
se Vollard, van „Le jardinier Vallier”. Kijk
naar een paar van de landschappen: bo
men en rotsen in een onbewijsbare harmo
nie, of naar „Les grands arbres”, een aqua
rel wat tot de laatste mogelijkheden gaat
die Cézanne tot zijn beschikking had. En
natuurlijk „La montagne Sainte-Victoire”
(81), een ander aquarel dat doodzieke
managers boven hun bureau zouden moe
ten hangen om in het rustige ritme van
grijzen, blauwen en bruinen, van op elkaar
aanspelende en kruisende lijnen, in de
optimistische fierheid van de uitgebeelde
natuur en diens stille kracht, hun polsslag
weer tot bedaren te brengen.
In de zeer aanbevelenswaardige catalo
gus, die maar een kwart kost van een van
die peperdure kunstboeken met dezelfde
titel, tekst en plaatjes, zijn afbeeldingen
van een aantal doeken geplaatst naast
foto’s van de door Cézanne uitgekozen
„motifs”. Daar doen zich raadsels voor die
binnen een artikel niet kunnen worden
opgelost. De aanschaf van de catalogus (50
francs of 25 gulden) loont alleen daarom al
de moeite.
En dan is er in de Franse musea het
lofwaardige verschijnsel van „Le petit
journal des grandes expositions” voor een
enkele franc (of minder dan 50 cent) een
vouwblad met alle afbeeldingen en alle
informatie die een onvoorbereide bezoe
ker in staat stellen de strijd met de kunst
aan te binden.
AMSTERDAM. Het is altijd een akelig idee om je te moeten bedenken dat het aan
Beethovens totale doofheid te wijten is, dat deze de menselijke stem op zo’n haast
ongenietbare manier in de finale van zijn Negende en laatste symfonie heeft toef/epast.
Al bleef zijn innerlijk gehoor op ongeëvenaarde wijze intact, kennelijk besefte de
componist toch niet meer welk effect te hoog geschreven zangpartijen in de praktijk
teweeg brengen. Zo moet je bij het beluisteren van de betreffende muziek altijd weer
heel erg je best doen juist vanwege de mogelijke irritatie door de reële klank om
Beethovens ideaalbeeld na te voelen.
Maandagavond was het dan weer eens
zo ver. De „Negende”, voorafgegaan door
de „Achtste”, klonk in het kader van de
Beethovencyclus in het Amsterdams Con
certgebouw. Koninginnedag of niet; zoals
alle voorgaande Beethovenconcerten was
de warme grote zaal weer tot de laatste
plaats bezet.
Aan de vooravond van zijn tournee naar
Amerika, betekende dit de laatste uitvoe
ring die in deze serie door het Concertge
bouworkest onder leiding van Bernard
Haitink werd gegeven. De rest van deze
gecombineerde Beethovencyclus komt
dan voor rekening van het Amsterdams
Philharmonisch Orkest, dat juist terugge
keerd is van zijn Duitse tournee.
1 Cézanne moest een gleuf in zijn studio-
muur laten uitbreken, toen de baadsters
klaar waren. Hij werkte er volgens de
legende zeven jaar aan. In het „Grand
Palais” is een „voorstudie” te zien, uitge
leend door de National Gallery in Londen.
Een foto uit begin 1904 toont Cézanne in
zijn atelier met de nog wordende baad
sters op de achtergrond. Een triest mens
met een witte hangsnor, gestoken in een
Aanvankelijk aangetrokken door het
impressionisme, zag Cézanne daar toch de
oplossing van zijn problemen niet: het ging
hem niet om een uitbeelding van de natuur
(in de ruimste zin van het woord) alleen,
het ging om de laatste essentie: de hart
klop van het bestaan als een allesomvat
tende harmonie tussen de mensen, de din
gen en het landschap om hem heen.
Cézannes schaarse uitspraken over wat
hem dreef geven de richting aan. „De
natuur is meer in de diepte dan aan de
oppervlakte”, „de kunst is een harmonie
die parallel loopt aan de natuur”, „het
landschap denkt door mij en ik ben zijn
geweten” en „ik ben één met mijn doek”.
Poussin (1594-1665) was zijn grote voor
ganger en diens „Et in arcadia ego”, zijn
grote voorbeeld. Cézanne legde zich er bij
neer dat zoiets nooit meer kon worden
herhaald, iets waar alles zo meedogenloos
op zijn plaats stond, niets aan het toeval
was overgelaten, de eenvoud hallucineren
de vormen had aangenomen.
ANTON PIECK; behoeft in deze krant
geen introductie meer. Soms verguisd in
vakkringen, maar veel meer nog aanbe
den doorigrote lagen van de bevolking
die van kindsbeen af geen kerstdagen
hebben overgeslagen zonder een kaartje
met de beste wensen te versturen die
vergezeld gaan van een van zijn char
mante wintertafreeltjes.
Piecks stijl - een sprookjesachtig getint
naturalisme waarin 20e eeuwse novitei
ten worden weggelaten en dat terug
grijpt op stijlbegrippen van voorliggende
tijden - is onnavolgbaar en als zodanig
uniek. Hij biedt de vele liefhebbers van
zijn werk een aparte wereld, een rust
plaats met de romantiek van het verle
den. Zijn platen moeten worden gelezen,
ontdekkingen worden gedaan zoals men
oude landkaarten bestudeert om namen
van dorpen en steden van vroeger te
vergelijken met die van nu.
Als wat wordt genoemd een „nalezing"
van de vroegere kalenderplaten die
Pieck heeft gemaakt, begon uitgeverij
Omniboek te Den Haag in 1976 met een
serie, getiteld „De wereld van Anton
Pieck” die nu met twee deeltjes wordt
voortgezet. De keuze der begeleidende
teksten zijn van Hans Vogelesang die
voornamelijk schrijvers uit het verleden
heeft gekozen. De teksten - veelal poëzie -
en prozafragmenten - zijn goed afge
stemd op de tekeningen, vaak ademen ze
precies dezelfde sfeer in woord als de
beelden.
In het eigen theater in Scheveningen
geeft het vormingstoneelgezelschap
Nieuwe Komedie aanstaande vrijdag de
première van De S.F. Herrsch Show.
Science fiction toneel voor leerlingen van
Mavo en LTS, die binnenkort de school
verlaten en aan het werk gaan, zo noemt
de groep de nieuwe produktie zelf. Het
stuk krijgt begeleiding van pop-musici.
Het gaat over problemen als: wat kun je
als schoolverlater doen met je opleiding,
hoe kom je aan werk, waarop moet je
letten als je solliciteert, wat doe je als je
ontslagen wordt, hoe kan je je organiseren
en wat kan je daarmee bereiken? De basis
tekst van deze produktie is van Per Juste-
sen. Edgar Danz regisseerde het stuk.
De Haagse Comedie geeft zaterdag
avond 6 mei de première van De Voorpagi
na (The Frontpage), een oorspronkelijk
blijspel van Ben Hecht en Charles MacAr
thur, dat vooral als film (laatste versie met
Billy Wilder) bekend werd. Het stuk speelt
in het turbulente Chicago van de jaren
twintig. In de perskamer van het gerechts
hof verblijft een stel ongelikte nieuwsja-
gers, met als aanvoerder Hildy Johnson.
Hildy’s plan de journalistiek vaarwel te
zeggen wordt nog even opgehouden door
de ontsnapping van een ter dood veroor
deelde. Enerverende uren die in de film
met aanstekelijke humor óverkwamen. De
Haagse Comedie brengt ze op het toneel
onder regie van Jules Royaards met Guido
de Moor in de rol van Hildy Johnson.
zomerbloemen in kleur” door Wim Ouds-
hoorn. Deze zeven deeltjes werden uitge
geven in de serie Groenboekerij van de
uitgeverij Zomer en Keuning, prijs per
deel ƒ12,90.
„Het gezinsboek voor vrije tijd en va
kantie”, uitgave Zomer en Keuning
54,50).
„Woonideeën voor doe-het-zelvers”,
ontwerpen, verfraaien, verbeteren en on
derhouden van huis en interieur, door
Albert Jackson, David Day en Mar
Groen, uitgave Zomer Keuning
49,50).
„Vis, mosselen en garnalen” door Lily
van Pareren, uitgave Zomer Keuning
6,50).
„Sauzen en dressings” door Hans Bel-
terman, uitgave Zomer Keuning
(ƒ6,50).
„Praktisch reform handboek” door
Felix Ragner Hettema, uitgave Ankh-
Hermes 29,50).
„Ken uw spaniel” door H. Nielen-Of-
fenberg, uitgave Elsevier (ƒ41,90).
„Ken uw poedel” door A. C. de Wind-
Nunnikhoven, uitgave Elsevier 14,90).
„Van vis tpt vis”, communicatie in de
vissenwereld, door prof. dr. A. Stolk,
uitgave Elsevier 19,90).
„200 Brasemtips” door Dick Langhen-
kel en Nico de Boer, uitgave Elsevier
(ƒ10,50).
„200 Kunstaastips” door Jan en John
Schreiner, uitgave Elsevier 10,50).
„Hoe de bijbel tot ons kwam”, lei
draad voor school en katechisatie, door
Abr. Heringa, uitgave Nederlands Bijbel
genootschap 3,50).
„De rattenvanger van Hameln” door
Tony Ross en bewerkt door Herman
Pieter de Boer, uitgave Elsevier.
„Ontwakende intelligentie”, toespra
ken en gesprekken (deel 3: Zwitserland)
door J. Krishnamurti; „Het ik als ge
weld”, toespraken en gesprekken (deel 4:
Engeland) door J. Krishnamurti, uitgave
Ankh-Hermes, prijzen resp. 19,50 en
ƒ15).
„Het krankzinnige kwartiertje" door
Nico Scheepmaker, uitgave Unieboek
(ƒ19,90).
„Beter surfen met de zeilplank" door
E. Prade, uitgave Elsevier 24,90).
Doet n mens goed: een bioemengroet
Maak keus uit het Fleurop ideeënboek bij uw
bloemist. xaajjrqx
Fleurop Interflora staat er
voorin.
Koninginnegracht 135,
Den Haag.
„Signalement van sprekende zegswij
zen”, betekenis en herkomst van beken
de en onbekende zegswijzen, door Anne-
marie Houwink ten Cate, uitgave Else
vier 19,90).
„De sleutel is gebroken" (De Jorda-
ches, deel 2) door Irwin Shaw, uitgave
Elsevier 32,50).
„De winter van de wolf” door Rudolf
Braunburg, uitgave L. J. Veen 19,90).
„Operatie Neptunus” door Samuel
Edwards, uitgave L. J. Veen 19,90).
„De helderziende Peter Hurkos” door
Norma Lee Browning, uitgave Teleboek
(ƒ16,90).
„De grote achtervolging”, een literaire
thriller, door Tom Sharpe, uitgave Else
vier 22,50).
„Een vuurtje onder de pauwetroon”,
verhalen uit het Perzisch verzet, samen
gesteld door Bahman Nirumand, uitgave
Het Wereldvenster 19,50).
„Schoolrijp maken”, oefeningen voor
5-8-jarigen, door Pieter Langedijk, uit
gave Ankh-Hermes 19,50).
„Kevelaer in beeld”, fotoboek van Jür
gen Heinemann, uitgave Butzon Berc-
ker in Kevelaer (DM 28).
„World Press Photo 1978", uitgave
Teleboek.
„Amsterdamse stadswandelingen”
door Jan Weggelaar, uitgave H. J. W.
Becht 19,50).
„Elseviers ideeënboek voor kleine tui
nen” door Ed. E. van den Brule, uitgave
Elsevier 39,50).
„Van week tot week in eigen tuin”,
vraagbaak voor de sier-, groente- en
fruittuin, door Wim Oudshoorn en G.
Kromdijk, uitgave Zomer Keuning
24,50).
„Cacteeën”, soorten, herkomst en ver
zorging, door dr. W. Barthlott, uitgave
Zomer Keuning 23,50).
„Weidebloemen en akkerbloemen”
door dr. Helmut Freitag, uitgave Zomer
Keuning (ƒ23,50 herdruk).
„Leuke tuinideeën in kleur” door Rob
Herwig; „Praktisch tuinieren in kleur"
door Wim Oudshoorn; „126 cactussen en
vetplanten in kleur" door Wim Ouds
hoorn; „201 vaste planten in kleur” door
Wim Oudshoorn; „201 heesters in kleur”
door Jaap Hage; „126 bollen en knollen
in kleur” door Wim Oudshoorn; „201
^llIlllllliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiF
f zeggen wel „Gelukkig maar dat Cézanne
sen die schilderijen maken.
In 1839 geboren als de zoon van een
ambitieuze hoedenmaker, later bankdirec
teur, deed Paul alles wat hij kon om zijn
vader te doen geloven dat een bankcarriè-
re beter is dan schilderen. De pogingen
ri- In het boek
„Iedere Stad een
Toren” zijn ook te
keningen opgeno
men van Vlaamse
stadsgezichten,
zoals deze prent
met de Groen
plaats in Antwer
pen met op de ach
tergrond de Onze-
Lieve-Vrouwe-
kerk.