De gouden bergen en fraaie leuzen
van de verkiezingen toen en nu
n
Vrouwen II
Vrouwen III
universitair en gemeentelijk bouwbeleid
/r
Vrouwen I
w
pil
iF
8
r
Delft
Alternatief
TENTOONSTELLINKJE IN HISTORISCH MUSEUM
Openheid
SH i
w
donderdag
T
HM
ERM
H^H
13
AMSTERDAM
19 7 8
M E I
1 8
7'J
J
r.
1
gil
p
hg
I
3
3
r
i ULul
I-
o
„Onder ons” doen de dames aan
de Nieuwe Herengracht in Amster
dam dan het volgende deze maand:
filmkijken met Cinemien op de ne
gentiende (om acht uur: De woeste
hoogte) en discussiëren, op de 24ste
over „Oud worden” en op de 31ste
over „vrouwen en de portemonnee”,
steeds om half negen en zaterdag 27
mei zelfs de hele dag vanaf elf uur,
op de Grote Discussiedag. Waarover
staat er niet bij.
Overigens, bewuste mannen en
vrouwen en alle Vrouwenhuizen en
-praatgroepen ten spijt, blijven er
vrolijk missverkiezingen bestaan.
We kondigen aan: de verkiezing van
miss Black and Colour, op zaterdag
tien juni in gebouw De Hoeksteen
(Marcanti) aan de Jan van Galen
straat in Amsterdam. De vijfde
missverkiezing al, en die is, schrijft
men ons, bedoeld voor dames met
een gekleurde huidskleur van diep
zwart tot lichtgekleurd. Dat is niet
discriminerend tegenover het blan
ke ras, zegt de organisatie maar be
doeld om de gekleurde meisjes meer
gevoel van eigenwaarde bij te bren
gen ten aanzien van hun schoonheid.
ONDER REDACTIE VAN INGE CRUL
4
7
AMSTERDAM. Bij de Stichting Wo
nen in Amsterdam is op het ogenblik een
kleine, maar fascinerende tentoonstelling
te zien, die een overzicht geeft van de
na-oorlogse bouwaktiviteiten ten bate van
de diverse Nederlandse universiteiten en
hogescholen. Aanleiding tot het inrichten
van deze teritoonstelling was de presentatie
van het nieuwbouw-project voor de lette
renfaculteit in het centrum van Am
sterdam.
Vorig jaar vroegen we al aan de
toenmalige organisator Danny
Brown hoe dat nou zat met de vrou
wenemancipatie, en toen, we herin
neren het ons nog, zei hij zichtbaar
vermoeid, dat als iemand mooi is en
dat wil laten zien hij of zij dat zelf
moet weten. Discussie gesloten. Er is
nog een hoop werk te doen dames.
Maar pas op met demonstraties bij
Marcanti: de ordedienst is in handen
van sterke stoere mannen van een
karateschool!
:IP>-
.j.
,A
«ST
HM
Een letterenfaculteit in
het hartje van de stad
l
s
*-■
3
4 h
J
ili!
en ver-
ibouwd
sonder-
aliteits-
tenspe-
iet met
otoren,
en.
/oor ge
likt voor
„Maak nu Amsterdam rood”. „Stem louter kabouter”. „Werk - Wonen - en een veilige
stad”. „Geef Amsterdam weer ’n hart”. „Eerst denken, dan doen”. „Tegen de macht van
Beursplein 5, de haven baronnen en de projectontwikkelaars”. „Blijft werkzaam
voor veiligheid en tegen vuiligheid”. „Haalt het paard van Troje niet binnen". „Hogere
lonen, lagere prijzen”.
Het alternatief was een oplossing in het hartje van
de stad. De universiteit kocht het Bunge-huis aan de
■ir Fraaie affiches weerspiege
len de verkiezingsstrijd in de
afgelopen decennia.
Het buitengewoon inspirerende resultaat van die
opdracht wordt nu in zjn historisch verband tentoon
gesteld en is van meer dan alleen Amsterdams belang.
Aangezien het Rijk een gebouw eiste, dat tezamen met
het verbouwde Bunge-huis een oppervlakte van 8500
m2 moest hebben, was het probleem natuurlijk: hoe
kan een vrij kwetsbaar stuk binnenstad zo’n groot
organisme herbergen zonder zijn direkte omgeving
dood te drukken? Er is moed voor nodig om op deze
plek een volumineus gebouw (er is wat ruimte betreft
royaal aan de eis voldaan) neer te zetten.
Spuistraat en de leegstaande Twentse Bank daar niet
ver vandaan. Het eerste gebouw kon betrekkelijk
gemakkelijk en goedkoop verbouwd worden, maar
voor de Twentse Bank zou nieuwbouw in de plaats
moeten komen. Het architektenbureau van Aldo van
Eyck en Theo Bosch kreeg de opdracht daartoe.
Als deze letteren-faculteit gebouwd wordt, dan zal
hij niet alleen een lichtend voorbeeld voor stadsver
nieuwers zijn, maar ook een van de duidelijkste
illustraties van de theorieën, die Aldo van Eyck al
jaren propageert. Men kan het gebrek aan privacy in
het gebouw bekritiseren, maar de openheid naar
buiten vergoedt veel. Er zal sprake zijn van een
werkelijk driedimensionaal gebouw, waarbij voor-en
achterkant (voor zover men daarvan kan spreken)
even actief zijn en zonder de te vaak vertoonde
absolute scheiding binnen/buiten en privé/openbaar.
Anders gezegd, er zal geen scheiding meer zijn tussen
aanval en verdediging. Het gaat hier bijna om een
soort architektonisch „totaalvoetbal”.
■ü- Het ontwerp voor de letterenfaculteit van het
architektenbureau van Aldo van Eyck en Theo
Bosch.
Het menselijk karakter van het ontwerp en het feit,
dat met dit gebouw een veel intensiever grondgebruik
wordt bereikt dan ooit na verbouwing van het be
staande het geval zou zijn geweest, rechtvaardigen de
afbraak van de huidige bebouwing. Niet door middel
van een nostalgische toepassing van de voor de hand
liggende baksteen, maar met behulp van beton en glas
kan een eigentijds, transparant gebouw ontstaan, dat
werkelijk, zoals Theo Bosch zegt, „ruimte teruggeeft”.
MAARTEN KLOOS
(De tentoonstelling is te zien bij de Stichting Wo
nen, Leidsestraat 5, Amsterdam, ma. t/m vr. van 11-17
uur, za. van 13-17 uur, t/m 24 juni a.s.).
Ondertussen is de officiële goedkeuring voor de
bouw van dit tegen de 50 miljoen gulden kostende
komplex nog niet rond. Amsterdam bouwt nog steeds
aan zijn kolossaal medisch centrum buiten de stad en
alle positieve ontwikkelingen bestaan nog slechts op
papier. De grote vraag is: wat gaat men na 1980 met
het dan leegkomende Binnengasthuisterrein doen? Is
de opzet van de letteren-faculteit het begin van een
hoopvolle toekomst of alleen maar een verlekkerend
perspectief? De tentoonstelling kan geen antwoord
geven op die vraag, maar maakt je wel benieuwd
daarnaar.
9:
am
8:
Er is niets nieuws onder de zon. Op muren, verkiezingsborden en papier hebben
politieke partijen altijd al getracht de kiezer voor zich te winnen met gouden bergen en
fraaie leuzen. De stad moest weer veiliger worden, de stad moest rood, of juist uit de rode
1 wurggreep. De groten hielden zich in de stromen overheind, de kleinen kwamen en
gingen. Provo, kabouter, AAP, weet u nog wel. Al heel snel verdween nu Keer Uw
Toekomst, omdat de afkorting, het enig werkelijke schuttingwoord niet op de verkie-
zingsschuttingen mocht. En Glimmerveen, de NVU, z’n lijst zonder naam gelukkig
kwamen die er óók niet, want dat hoort niet eens op een schütting thuis.
Met het. oog op de komende gemeenteraadsverkiezingen bracht het Amsterdams
Historisch Museum politieke voors en tegens in woord en affiche bijeen in een
I minitentoonstellinkje. Het geeft een vriendelijke impressie van de verkiezingsstrijd van
nu en vroeger, van 1911 en 1978. Met onveranderde strijd van partijen en leiders en een
I dankzij het algemeen kiesrecht uitgebreide kiezerskring. Vooral de oude affiches zijn erg
mooi, kunstwerken van mensen als Albert Hahn hangen er. Het schijnt dat de linkse
- partijen altijd het meest actief waren met het aantrekken van kunstenaars.
r In korte bijschriften wordt de bezoeker nog wat verteld over ons kiesstelsel van nu en
E toen (districtenstelsel), over het staatkundig functioneren van B. en W. en raad en
partijen en zaken als een programcollege en een afspiegelingscollege. In dia’s zie je wat
er met je stem gebeurt in 1978 (als je hem ten minste hebt uitgebracht), en op een
kneuterig fihnje hoe dat in 1950 in Amsterdam ging. De actualiteit wordt bijgehouden
met kranteknipsels op een prikbord. Leuk om even te bezoeken, dagelijks kan dat nog tot
en met vier juni van half tien tot vijf uur en op zondag van één tot vijf.
Overigens, wat we misten daar was Sofie, zo alom aanwezig met lijst 11 op muren en
ramen, schuttingen en straatsstenen, in affiches en krijt in het Amsterdamse straatbeeld,
Sofie, op wier lijst namen staan van onder anderen Christus, Sinterklaas en Chaplin.
Sofie komt zoals Klaas eens kwam, maar komt Sofie ook in het Historisch Museum?
Dit bericht kregen we uit Nijmegen,
van een groep vrouwen die het beu is dat
ze ’s avonds na zonsondergang niet met
een gerust hart over straat kunnen lopen
en daarom en masse juist de negentiende
’s avonds massaal de straat op gaan. Ze
zijn niet de enigen: in het hele land wordt
gedemonstreerd. Tegen de gruwelijkste
vormen van verkrachting, die je in de
kranten soms leest. Maar óók tegen het
eeuwige gezeur van hijgerige mannen op
straat, het geroep, handtastelijkheden,
gefluit en wat dies meer zij. En óók is het
een demonstratie tegen de verkrachting
die lang niet iedereen als zodanig ziet; het
lichamelijke maar ook geestelijke ge
weld van mannen tegenover vrouwen bij
het vrijen.
„Omdat het van belang is dat zoveel
mogelijk vrouwen op de hoogte zijn van
deze demonstratie zodat ze kunnen mee
lopen als er in hun stad of dorp geen
demonstratie of manifestatie wordt ge
houden is het van belang dat deze oproep
geplaatst wordt. Bovendien is het voor
vrouwen belangrijk te weten dat het niet
meer gepikt wordt dat zij ’s avonds en
’s nachts nooit veilig over straat kunnen”
schrijven de vrouwen uit Nijmegen.
Daarom dus deze publicatie want
daar staan we achter. En even een tele
foontje naar het Amsterdamse Vrouwen
huis, dichter bij huis en daar gebeurt
vast ook wel wat bij zo’n landelijke de
monstratie. „Ja hoor een heleboel” zegt
de vrouw aan de telefoon. Maar ze wil
niet zeggen wat, „want dan komen er
misschien tegenacties”. Merkwaardige
opvatting. Als er vrouwen zijn die toch
graag op de hoogte willen zijn moeten zé
dan maar het Vrouwenhuis bellen. Tele
foon 020-252066, Nieuwe Herengracht 95.
Overigens zijn wij van mening dat er
ook genoeg mannen zijn die verkrach
ting afschuwelijk en naroepen op straat
onbeschoft vinden en die bepaald niet
hun vrouwen onderdrukken. Dus waar
om zouden die niet gewoon mee
actievoeren? Soms heb je het gevoel dat
er vrouwen zijn die eigenlijk helemaal
niet willen dat mannen „omzwaaien” en
maar het liefst onder-ons blijven.
fiS! Li»
Stedebouwkundig gezien is een belangrijk element
het bijzonder logisch ogende verloop in de hoogte van
het gebouw, van het hoge Witte Huis naar de lagere
bebouwing aan de Torensteeg. Stedebouwkundig èn
architektonisch is de geleding van het gebouw een
vondst. Eindelijk zien we hier nu eens niet een schijn-
geleding zoals die elders regelmatig voorkomt (denk
aan de nieuwe Openbare Bibliotheek in Amsterdam).
Diepe insnoeringen geven naar buiten de indruk, dat
het gebouw een aaneenrijging van een aantal torens
is. Naar binnen betekenen deze sleuven, dat praktisch
overal en op alle verdiepingen daglicht kan toetreden
en kontakt met buiten bestaat. Heel vanzelfsprekend
is er dan ook in het gebouw geen air-conditioning,
maar kan overal het raam opengezet worden.
•h Delft had in het begin van de jaren zeventig al zijn
TH-wijk (foto linksboven).
8:
Van Eyck en Bosch zijn er van uit gegaan, dat ca.
15% van het totale oppervlak openbaar moest zijn. Dat
gedeelte moest ook voor niet-universitair publiek toe
gankelijk en aantrekkelijk zijn. Daarom is aan één
kant van het blok, waar het Witte Huis, een Jugendstil-
monument, de begrenzing aan de Raadhuisstraat
vormt, aan winkelbestemmingen gedacht. En daarom
ook heeft men de winkels en woningen aan de andere
kant (de Torensteeg) niet alleen intakt gelaten, maar
deze gekoppeld aan nieuw te bouwen winkels aan een
passage op de begane grond van het complex. Het
gebouw kan zo een wezenlijk onderdeel van de buurt
worden en zich tevens op de universitaire wereld
richten zonder dat die gescheiden wordt van het
omliggende stuk samenleving.
In de jaren vijftig en zestig werden de Nederlandse
universiteiten geconfronteerd met cijfers, die een
sterke groei voorspelden van met name de B-
faculteiten. De geboortegolf uit de eerste jaren na de
oorlog was in aantocht. Juist de B-faculteiten met
hun laboratoria hebben veel ruimte nodig en zo
waren grootse plannen het gevolg. Omdat de ver
schillende binnensteden geen plaats meer leken te
bieden om deze plannen te realiseren ontstonden in
enkele gevallen omvangrijke complexen buiten de
stad. Utrecht bouwde louter voor een aantal B-
faculteiten de Uithof. Delft, Eindhoven en Enschede
bouwden complete TH-wijken. Nijmegen vestigde
ook een paar A-faculteiten buiten de stadskern. Een
groot deel van het universitaire leven werd geschei
den van het stedelijke leven. In nieuwbouwwijken,
die ’s avonds en in de weekends een doodse indruk
maken, raakten de universiteiten geïsoleerd.
Hier en daar was aan de ontstane situatie weinig of
niets meer te veranderen. Delft zat in het begin van de
jaren zeventig al met zijri TH-wijk, evenals Enschede
waar pijnlijk genoeg juist in die tijd door het instorten
van de textiel-industrie grote bouwterreinen in de
stad braak kwamen te liggen. Utrecht kon eigenlijk
alleen nog maar gaan werken aan een betere koppe
ling van de Uithof aan de stad. Maar voor steden als
Groningen en Amsterdam kwam de ontwikkeling
gedeeltelijk nog op tijd en bestaan er nog mogelijkhe
den universitair en gemeentelijk bouwbeleid te inte
greren.
De Amsterdamse universiteit is al sinds het eind van
de vorige eeuw in verschillende delen van de stad
gehuisvest. De belangrijkste vestigingen zijn het
Binnengasthuis en de Oude Manhuispoort, de Hortus
en het Roeterseiland voor de B-faculteiten. De eerste
na-oorlogse plannen concentreerden zich op Uilen
burg voor de A-faculteiten, op het Wilhelmina Gast
huis en de Kinkerbuurt voor de medische faculteit en
op uitbreiding van het bestaande complex op het
Roeterseiland. Verdere groei resulteerde onder ande
re in de verplaatsing van de biologische faculteit naar
de Watergraafsmeer en in het veel bekritiseerde, maar
desondanks in aanbouw zijnde Academisch Medisch
Centrum in de Bijlmer.
Vervolgens waren twee zaken in hoge mate verant
woordelijk voor ingrijpende wijzigingen in het beleid.
De rampzalige nieuwbouw, waarvoor de oude bebou
wing van het Roeterseiland plaats moest maken, vond
'in weinig ogen genade. En in 1974 had een actie, die
beoogde te verhinderen dat op Uilenburg iets derge
lijks zou komen ten behoeve van de letterenfaculteit,
succes. De buurt nam het niet, dat er woningen voor
de bijl gingen, en toekomstige gebruikers reageerden
negatief op de plannen. De Universiteitsraad zag
daarom van die plannen af.
Met de jaren zeventig kwam een nieuw klimaat. De
voorspelde groei bleek veel minder de B-faculteiten
dan de A-faculteiten te treffen, waardoor het bouwen
in de stad en in relatie met het stadscentrum als
culturele ontmoetingsplaats van belang werd. De fi
nanciële mogelijkheden van de universiteiten ver
slechterden. En er kwam een reactie op het bouwen
zoals dat tot dan toe gedaan was. Steeds minder werd
geaccepteerd, dat woonwijken en waardevolle stuk
ken landschap moesten verdwijnen ten gunste van
massale instituten, en steeds sterker werd de weer
stand binnen de universitaire wereld tegen het opge
legde isolement. Het gevolg was een herbezinning op
de plaats van de universiteit in de stedelijke samenle
ving en daarmee op de mogelijkheden van het klein
schaliger bouwen.
„Verkrachting bestaat. Daarom krijg
ik bibbers in mijn knieën als ik voetstap
pen achter me hoor. Daarom durf ik
’s nachts niet alleen over straat. Daarom
voel ik me bedreigd. Daarom wil ik dat
mijn dochter niet te laat thuis komt.
Daarom krijg ik hartkloppingen als een
auto naast me stopt. Daarom fiets ik
avonds keihard naar huis zonder op of
om te kijken. Daarom probeer ik me
’s avonds op straat zo onopvallend mo
gelijk te gedragen. Daarom wordt er op
19 mei in Nederland een landelijke de
monstratie tegen verkrachting ge
houden.
s»