I
Geen behoefte aan grotere gezinnen
o
r
lm
I
L
.ii
!1
A
W
<9
j i - -
WM
i1
Iw
IW'.
O
afl'
1
Probleem bejaarden
verzorgers: billen
wassen en wegwezen”
I
.ip
door Nel van Bemmel
door Mya Maas
Fossiele resten
Verdwalen
ga?
ng
ig
is
Werkloosheid
Paniek Bondsrepubliek
Voorspelling
Meer bejaarden
Gezinsverzorging
Tekens
i.l
4
i 4 i
I 1
rustgevende gedachte in ons overvolle landje. In tweede instantie steekt hier en
1 J -1— I—I" in z4n ><r> mhtKoorhoirl niat
;n
1
Interieur Pietersberg
in foto’s bewaard
>nze
isten
ü- Oude gravure van steengroeven in Sint Pietersberg
irzie-
E de moeite waard die te ontcijferen.
I
naar
:oor-
il
Hoe zit dat nu in Nederland? Loopt onze
beroepsbevolking terug? Zullen feministi
sche wensen omtrent kinderopvang en
dergelijke beloond worden door een bevol
kingsbeleid dat op groei is gericht? Over
deze en andere vragen hadden wij een
gesprek met de heer D. J. van de Kaa,
directeur van het NIDI, het Nederlands
Interuniversitair Demografisch Instituut
(demografie houdt zich bezig met de sa
menstelling van de bevolking, en de veran
deringen daarin) en hoogleraar aan het
café-bar in Maastricht. Het inte
rieur van zijn café is met histori
sche prenten versierd, met foto’s
ook van de St. Pietersberg, die
voor het grootste deel is of wordt
afgegraven. Er zal nog maar een
vierde deel van overblijven en
daarmee gaat het gangenstelsel
met de vele historische tekenin
gen te gronde.
Vader, moeder en twee kinderen: dat is de voorstelling die we ons nu maken bij
het woord „gezin”. Terwijl het ouderwetse grote gezin tot de uitzonderingen begint
te behoren, zien we steeds meer paren die helemaal geen kinderen willen hebben;
vrijwillige kinderloosheid is al lang geen uitzondering meer. In eerste instantie een
als een waas door de gangen”, zegt
Jan Spee. Hij maakt ook foto’s van
de diverse typen instortingen, van
het afgravingsgebied en van de vor
deringen daarvan. Maar het belan
grijkst vindt hij toch het vereeuwi
gen van de oude opschriften, tekens
en tekeningen.
Het gotisch schrift gaat terug tot
1400. In de tijd dat de mensen nog
niet konden tellen, werden streepjes
gebezigd om getallen en aanwijzin
gen voor het uitgraven van de mer
gel duidelijk te maken.Vóór 1400
was de schrijfkunst, zeker onder de
gewone bevolking een grote zeld
zaamheid.
Van de Kaa: „Nee, in Nederland is voor
lopig geen enkele reden tot bezorgdheid op
dat punt. Integendeel, tot het jaar 2000 zal
het aandeel van de broepsbevolking op de
gehele bevolking toenemen, zodat het
meest onmiddellijke probleem de werk
loosheid is, de vraag hoe je meer arbeids
plaatsen kunt scheppen voor dat toene
mend aantal mensen”.
planologisch-demografisch instituut van
de Gemeente-universiteit in Amsterdam.
„Op langere termijn, dus na 2000, kun je
moeilijk voorspellingen doen. De geboor
tedaling, die in 1964 begon, heeft zich tot
nu toe voortgezet Dat ga je na 2000 mer
ken. We weten echter niet wat er tussen nu
en 2000 zal gaan gebeuren, en dat zal ook
zijn effect hebben. Het ligt niet erg voor de
hand dat de vruchtbaarheid nu weer gaat
stijgen, maar je weet dat nooit zeker”.
„Zo heeft een recente NIPO-enquête bij
voorbeeld uitgewezen dat steeds minder
mensen vinden dat Nederland overbevolkt
is. Dit zou een aanwijzing kunnen zijn voor
een mentaliteitsverandering. Demografen
gebied een Tribunaal met rechters:
„Tribunaal Crimineel”. Ene Johan
nes Rosier werd ter dood veroor
deeld en heeft zich in de berg ver
borgen gehouden. Dat is allemaal te
reconstrueren.
Gedurende de laatste wereldoor
log werd het nationale bezit „De
Nachtwacht” van Rembrandt in de
zijn al erg vaak verrast door het gedrag
van de mensen. In de periode kort na de
oorlog maakte niemand zich zorgen over
de werkgelegenheid voor zijn kinderen, en
kijk nou eens”.
Van de Kaa: „Als je wilt proberen een
voorspelling te doen, moet je een groot
aantal factoren bekijken die invloed gehad
hebben op het geboortencijfer sinds de
oorlog. In de periode na de oorlog was het
nog zo dat je pas trouwde als je genoeg
geld had om een gezin te stichten, en als je
er ook geestelijk aan toe was. Seksualiteit
en huwelijk waren toen nog niet los van
elkaar te zien. Daarna begon, bij een grote
re welstand, de huwelijksleeftijd te dalen.
Men kreeg dus ook op vroegere leeftijd
kinderen, terwijl langzaam maar zeker de
berg veilig gesteld. Een deel van de
Maastrichtse bevolking vond er een
schuilplaats. Dat moet in vorige oor
logen ook al het geval zijn geweest.
Er werden uitgebreide voorzienin
gen getroffen voor het geval Maas
tricht in de frontlinie zou komen te
liggen, om dan een groot deel van de
bevolking te kunnen opvangen. Ook
geboortenbeperking bij een voltooid gezin,
haar intrede deed”.
„De stap naar geboortenbeperking aan
het begin van het huwelijk was niet groot
meer, zodat men niet meer noodzakelijker
wijs gespaard moest hebben om te kunnen
gaan trouwen, er werd dus nóg jonger
getrouwd, maar de kinderen kwamen wat
later. In plaats van zo jong te trouwen,
gaan mensen nu ook vaak samenwonen;
als er kinderen komen volgt het huwelijk
echter alsnog. (In landen als Zweden en
Denemarken gebeurt dat laatste veel min
der: daar wordt ongeveer 30 percent van
de kinderen buiten een huwelijk geboren.)
Tegelijkertijd komen de voorbehoedmid
delen in het ziekenfondspakket, en wordt
de abortus mogelijk gemaakt”.
„Van zo’n hele serie ontwikkelingen, die
op elkaar aansluiten en elkaar mogelijk
maken, valt niet met zekerheid te zeggen
hoe dat op de lange termijn verder zal
gaan, hoewel het waarschijnlijk wordt ge
acht dat de reeks nog niet voltooid is”.
„Wat betreft derde en vierde kinderen in
een gezin, ligt het zeer voor de hand dat
hun aantal niet zal toenemen. Van de eer
ste en tweede kinderen is dat onzekerder,
ook al omdat het bij kinderloze echtparen
niet duidelijk is of het om uitstel of afstel
gaat”.
De wijze van mergelwinning ver
schilt naar gelang het historische
tijdstip. Zo moeten de Romeinen een
andere methode gehanteerd hebben
dan bijvoorbeeld in de Franse tijd
het geval was.
De gemoederen werden toen bezig
gehouden door de vraag of men te
doen had met een voorwereldlijke
vorm van een krokodil dan wel van
een nog onbekende diersoort. Het
dier, waarvan het fossiel zich nu in
het museum voor Natuurlijke Histo
rie in Parijs bevindt, bleek een in de
voormalige krijtzee levende hagedis
te zijn (lengte 10 a 12 meter), die
Maashagedis of Masasaurus wordt
genoemd. Een gipsafgietsel van de
Mosasaurus is te zien in het Natuur
historische Museum van Maastricht.
In het Zonnebergstelsel vindt men
de namen van vele gidsen en van
Er zijn in de berg ook versteende
schelpen gevonden, schalen van zee-
egels, staartstukken van inktvissen
en tanden van haaien. In het „Zon-
nebergmuseum”, een aantal afzon
derlijke gangen, werden levensgrote
afbeeldingen van de Mosasaurus en
de reuzenschildpad uitgehouwen.
Van de Kaa: „£ij beleidsvorming moet
het welzijn van de mensen, de bevordering
van de kansen op een zinvolle levensvul-
ling, voorop staan. Het is op zich heel
legitiem dat je de effecten van bepaalde
maatregelen op demografisch terrein bij
je besluitvorming betrekt. Maar het zou
mij te ver gaan als je nu vanuit een bevol
kingsbeleid zou gaan pleiten voor een ont
houding van kinderopvang. Dat mag pas
als de betekenis ervan heel nadrukkelijk is
aangetoond; de betekenis voor het welzijn
van de mensen”.
„Zo vind ik het heel begrijpelijk dat de
huidige kinderbijslagdiscussie vanuit be-
zuinigingsoverwegingen wordt gevoerd.
De eventuele gevolgen voor de bevolkings
groei worden echter volledig buiten be
schouwing gelaten, en dat is volgens mij
niet terecht”.
„Maar een actief bevolkingsbeleid voe
ren, dat kun je pas doen als het welzijn
daar absoluut zeker mee is gediend. In
Nederland is daar geen sprake van: wat de
mensen nu zelf doen, komt overeen met de
collectieve wensen. Het enige wat je nu
moet doen, is in de gaten houden of dat zo
blijft”.
Bestaat het gevaar dat het aantal
kinderopvangcentra klein wordt gehou
den om te voorkomen dat bij buitenshuis
werkende vrouwen het aantal kinderen
toe zou nemen?
In 1977 wendde hij zich tot de direc
teur van de Provinciale Waterstaat
met een verzoek om legalisatie en
schriftelijke vergunning voor het
betreden van en het werken in het
groevenstelsel St. Pieter, ten behoe
ve van zijn project, op eigen risico:
het vervaardigen van een platte
grond van de stelsels in reliëf op
Nederlands gebied. Schaal 1 500.
„Het gangenstelsel heeft om zijn
uitgestrektheid, zijn doolhofkarak-
ter er verdwaalden herhaaldelijk
mensen en in 1640 kwamen zelfs 4
kloosterlingen om zijn zwarte
duisternis en zijn eeuwige stilte vele
categorieën van mensen gefasci
neerd”, aldus de Nota Provinciale
Waterstaat. Jan Spee is er één van.
„Dat is geen onwil”, zegt hij,
„maar het is niet gemakkelijk als
men bedenkt dat zoiets over een
achttal instanties moet lopen”.
historische figuren die een bezoek
brachten aan de berg.
Moeten wij ons al zorgen gaan maken
over een afname van onze beroepsbevol
king?
Vanwaar dan die paniek bij onze
oosterburen; is de situatie in de Bondsre
publiek zoveel anders dan in Nederland?
Valt er geen enkele voorspelling te
doen over een daling of stijging van de
vruchtbaarheid in de komende jaren?
Ongerustheid ten gevolge van het dalen
de geboortencijfer is in Nederland dus
overbodig: de totale bevolking zal wellicht
nog met zo’n half miljoen mensen toene
men, en ook de beroepsbevolking zal zich
nog uitbreiden. Een ander punt is dat ook
het aantal bejaarden groeit, en met name
het aantal hoogbejaarden, die vaak extra
verzorging behoeven.
De toename in die groep zal zich nog wel
even voortzetten, wat onder meer heeft
geresulteerd in een fiks aantal nota’s op
CRM over de financiering van de bejaar-
Je zou logischerwijs mogen verwachten
dat de invoering van de zevenprocents-
norm gepaard zou gaan met een uitbrei
ding van de gezinsverzorging thuis. Dit is
echter niet het geval: integendeel. Sinds
begin 1976 heeft de gezinsverzorging bij de
bejaarden thuis een pas op de plaats moe
ten maken: het totaal aantal uren bleef
sindsdien gelijk. (Op dit probleem zijn we
al eerder in onze krant ingegaan.) De feite
lijke zorg per bejaarde werd dus minder
door de stijging van het totale aantal be
jaarden, en de invoering van de zevenpro-
centsnorm. Hierbij moet wel worden ver
meld dat die gezinshulp sinds 1970 enorm
was toegenomen: het aantal uren was met
zes vermenigvuldigd. Volgens de inzichten
van CRM was de hulpverlening in 1976
enigszins uit de hand gelopen, en is de
bevriezing (aldus CRM) niet zo dramatisch
als je in eerste instantie zou denken.
Niettemin erkent CRM dat de situatie
langzaam maar zeker slechter zal worden;
1
1st
:r
Veel tekeningen zijn inmiddels al
bekrast en beschadigd. Toon Her
mans, Edmond Jaspar, Joseph Holl
man, hoogleraar H. Henquet zijn
terug te vinden in „de berg”. Alex
Simais en Van der Veur, decorateur
van de Sphinx hebben er ook ge
werkt. Sondeyker maakte „Maas
tricht Vooruit”, de Standsengel met
de brug, de Maas, de St. Servaas en
St. Jan. In het gangenstelsel werd
een kruisweg aangebracht en in de
zogenaamde „Kamer van Napole
on” vindt men een tekening van Na
poleon te paard van Sondeyker. Het-
kasteel van Caestert, dat afgebrand
is, bleef er voortleven en burgemees
ter P. H. Ceulen van St. Pieter, die in
1877 gestorven is. In het instortings-
„Wat mij hindert is, dat er zoveel
moois verloren gaat”, zegt de 42-
jarige Jan Spee. „Als er in Amerika
opschriften te vinden waren uit het
jaar 1637, zouden die met goud wor
den omlijst, maar hier wordt het
allemaal weggevaagd”. Vanuit deze
gedachte is Spee een jaar geleden
begonnen documentatiemateriaal te
verzamelen over de berg, zijn gan
genstelsel, tekeningen en opschrif
ten. Hij legt alles in foto’s vast. Zijn
collectie bestaat nu al uit 1000 foto’s
en 1600 negatieven.
denzorg. Een belangrijke maatregel die
daat in 1975 uit voortvloeide is de zoge
naamde zevenprocentsnorm. Dit betekent
dat in de toekomst ongeveer zeven procent
van alle bejaarden in bejaardenoorden
zullen worden opgenomen. Op dit moment
ligt dat percentage op tien, wat verreweg
het hoogste in Europa is.
De beleidsmakers menen dat bejaarden
erbij gebaat zijn zo lang mogelijk in hun
eigen woning te kunnen blijven wonen. Dit
moet mogelijk worden gemaakt door een
goede gezinsverzorging bij de bejaarden
thuis. Overigens betekent de invoering van
de zevenprocentsnorm niet dat CRM een
aantal bejaardenoorden wil laten sluiten;
het vermoeden bestaat dat 10 procent van
de bejaarden nu een even groot aantal
vormt als 7 procent in de toekomst. De
bejaardenoorden zouden dus rustig op
hun huidige sterkte door kunnen blijven
draaien.
door de Enci ter-hand werd geno
men. Het gangenstelsel in de St. Pie
tersberg is geen natuurlijk reser
vaat, het is, evenals de catacomben
in Rome door mensen tot stand ge
komen.
de gezinsverzorgsters hebben steeds min
der tijd voor een beetje aandacht en gezel
ligheid voor de bejaarden.
Vanuit de hulp verlener sgelederen wordt
hierover heftig geklaagd; in de Groene
Amsterdammer zegt Irene Helle van het
Landelijk Actiecomité Gezinsverzorging:
„We worden een soort veredelde Cemsto-
schoonmaakdienst voor de oudjes. Billen
wassen en weg wezen”.
Op CRM is men niet optimistisch over de
toekomstige ontwikkelingen: een voor
zichtige verwijzing naar het vrijwilligers
werk is de enige reactie op mijn vraag hoe
dat nu verder moet met ons groeiend aan
tal bejaarden.
De heer Van der Kaa plaatst de proble
matiek in wat breder verband: „De kosten
voor kinderen worden minder, maar dat
merk je niet zo omdat die kosten groten
deels rechtstreeks door de ouders worden
opgebracht. De kosten voor de bejaarden
nemen toe; dat maakt een grotere over
dracht van inkomens via de publieke sec
tor noodzakelijk. Voor een gedeelte kun
nen die kosten misschien worden opgevan
gen door een afnemende behoefte aan
onderwijs. Hoewel een verkleining van de
klassen ook weer geweldig belangrijk is.
Het blijft een moeilijk afwegingsproces”.
Ondanks de vergrijzing hebben we nog
geen behoefte aan een stijging in de
vruchtbaarheid. Onder meer door de toe
nemende bedrijvigheid van vrouwen bui
tenshuis valt die stijging niet te verwach
ten. Overigens wordt de keuze vooral
voor vrouwen tussen kinderen of carriè
re eenvoudiger wanneer er betere kinder
opvang wordt gerealiseerd: kinderen en
carrière worden gemakkelijker te realise
ren.
>.Er zijn honderdduizenden op
schriften en tekens in de berg; het is
Van de Kaa: „Er is inderdaad een groot
verschil tussen West-Duitsland en Neder
land. Om te beginnen in de demografische
geschiedenis: vóór en in de Tweede
Wereldoorlog werd de vruchtbaarheid
daar sterk gestimuleerd door de nazi’s;
tijdens die oorlog leed de Duitse bevolking
een groot verlies, en na de oorlog kreeg de
Bondsrepubliek een grote toevloed van
vluchtelingen, onder meer uit de DDR. Dit
alles heeft grote invloed op de leeftijdsop
bouw van de Westduitse bevolking”.
„De vruchtbaarheid is er na de oorlog
steeds lager geweest dan in Nederland, dat
aan de top stond in West-Europa, samen
met Finland en in wat mindere mate
Frankrijk. (Hoewel landen als Ierland èn
Turkije ons nog overtroffen)”.
„In de Bondsrepubliek, evenals in
Luxemburg, kan men nu inderdaad spre
ken van een terugloop van het bevolings-
cijfer. Dat is ook de reden dat de CDU-
CSU vragen aan de regering heeft gesteld
over eventuele aanmoedigingen van de
gezinnen. De regering heeft echter geant
woord de situatie niet zo somber in te zien,
en voorlopig geen maatregelen te zullen
treffen. Wat overigens niet kan verhinde
ren dat in de deelstaat Beieren, waar de
SCU sterk vertegenwoordigd is, regelin
gen ter bevordering van de bevolkingstoe
name wel degelijk bestaan”.
„Hetzelfde zie je trouwens in Frankrijk;
daar acht men een lichte bevolkingsgroei
gewenst. Aan de ene kant omdat dat eco
nomisch gewenst 'zou zijn, en bovendien
ter versterking van het dynamisch ele
ment. Ze zijn daar ook nogal beducht voor
de ontvolking van het platteland”.
Zoals Don Alvarez de Toledo en
Don Frederik de Toledo (zoon van
Alva) (1570); juffrouw Rosa de Hori
zon (1577); Donna Isabella de la Tas
(1577); Steven van Eynatten zu Lich
tenberg (1628); Groesbeek (prins-
bisschop van Luik) (1653); Prince de
Waldeck (1679); Napoleon (1803);
Frederic Lamond (Schotse pianist)
(1900). Verder Alexander Farnese,
Hertog van Parma, de hertog van
Wellington, veldmaarschalk Blu
cher (1800). Van degenen die niet
met hun naam in de berg „vereeu
wigd” werden, maar er toch zijn
geweest, noemen we nog Philips II,
Czaar Peter de Grote (1717), konin
gin Wilhelmina (1895) en prins Hen
drik (1903).
De locomotief van de eerste trein
in Maastricht, in 1853, werd in de
berg vereeuwigd. Een betrekkelijke
eeuwigheid, want nu moet die teke
ning verdwijnen. Decorateur J.
Maas uit Maastricht memoreerde in
de berg het 512,5-jarig bestaan van
de Koninklijke Sociëteit St. Sebasti-
anus, schutterij, 1408-1921. In een
nis vindt men een jachttafereel, ge
tekend omstreeks 1700. Schilder (en
stadstype) Jules Sondeyker tekende
„De Nachtwacht”, de „Lezende
Monnik”, „Jezus in de Tempel” en
de „Mosasaurus”. Op de Nacht-
wacht-tekening heeft een bezoeker
gekrast: „Voor een paar cent kunt u
dit binnenkort kopen als cement”.
Afmeting 1800 mm x 5000 mm; re
lief 3 mm. Dit geheel op panelen,
toegelicht met hetgeen er is en was
in deze stelsels. De kosten van deze
„historische hobby” zijn hoog. Tot
nu toe heeft Jan Spee echter nog
geen antwoord van officiële zijde
ontvangen.
Het ontstaan van de Sint Pieters
berg is in eerste instantie terug te
voeren tot de aanvang van het krijt-
tijdperk. In 1978 verscheen in Pa
rijs een boek over de St. Pietersberg
van de hand van de Franse geoloog
B. Faujas de St. Fond. Hij was bij
zonder geboeid door de fossiele res
ten van de Mosasaurus die in 1770 in
een der gangen werden gevonden.
onderduikers vonden er een schuil
plaats. In 1966 publiceerde de Pro
vinciale Waterstaat in Limburg een
„Nota betreffende de betekenis van
het Zonneberggangenstelsel in de
St. Pietersberg historisch en Ac
tueel”. Daarin staat dat de opper
vlakte van het gangenstelsel 88 ha
bedroeg voor de mergelwinning
Ook kun je prachtige foto’s maken
van schimmels en wortels die door
gangen lopen. In de berg is een
vochtigheidsgraad van 95 procent.
Alles gaat snel rotten. Boomstam
men worden direct door schimmels
aangetast en schimmels lopen vaak
i
In andere Europese landen blijft het niet
j bij vragen. In de Bondsrepubliek wordt
vanuit christen-democratische hoek aan
gedrongen op „aanmoediging van het aan-
tal gezinnen”. De DDR nam ruim ander-
half jaar geleden al maatregelen om het
I geboortecijfer op te krikken, zoals werk-
üjdvermindering van drie uur per week
voor moeders met twee of meer kinderen,
een uitbreiding van het zwangerschaps-
I verlof (met behoud van salaris) van 18 tot
26 weken en financiële hulp in het eerste
j jaar na de geboorte. De resultaten van de
maatregelen werden snel zichtbaar: het
geboortecijfer steeg.
Het ligt in zijn bedoeling de foto’s
te exposeren. Ook is hij van plan een
plattegrond en een maquette in re-
lief (2 bij 6 meter) te maken van de
r berg en zijn gangenstelsel. Volgens
f Jan Spee bestaat zo’n maquette nog
niet. Het zal nog wel enkele jaren
duren alvorens het project z’n be
slag heeft gekregen, want Jan Spee
doet het allemaal in vrije tijd. Een a
tweemaal per week gaat hij met
twee grote lampen en zijn „schiet”-
materiaal de berg in. Ook wel
snachts na 2 uur.
r nog niet zorgwekkend
saafif’j.i
j daar enige ongerustheid de kop op: „Is een terugloop in de vruchtbaarheid niet
rampzalig voor de economie?” En: „Wie betaalt straks mijn aow, als er steeds
J minder jonge, produktieve mensen zijn?” Deze vragen worden veel gehoord.
V
ür Vroegere actie voor geboortenbeperking
f