5
TOUR BOEIEND
NIET GROOTS
orse greep
§n prijzenpot
TOUR-WINNAAR BERNARD HINAULT:
l’loeg Post:
tourpuntiq
'i
99
r»
tour de France
JULI
AAN DAG 24
SPORT
19 7 8
I
(Van onze speciale verslaggever)
PARIJS. Voor Bernard Hinault is de deur naar een rijke toekomst
sojj jn moet nog berekend worden (vroeger in de wielersport opengegaan. Wie de Tour de France wint, weet zich
zeker van startgelden rond de zevenduizend gulden en een jaarsalaris
dat kan wedijveren met dat van de directeur wiens bedrijf hij dient met
reclame op het lijf.
i
I
j,
'i M
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiimimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii
Anquetil
Hinault beter dan ik
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiim
(Van onze speciale verslaggever)
it Bernard Hinault temidden van zijn supporters op de Champs Elysees in Parijs
istlfld:
rd BV.
j
in van 9
tot 16
gerf
jJ- Hennie Kuiper, die inmiddels
weer in Nederland is teruggekeerd
m
De aftakeling van de ouderen begon
enoteei
2.00 380. ioeg ruim een halve ton. Daarbij komt
3,75
door
Peter Heerkens
j og een grote hoeveelheid aan kleinere
remies, die samen een aantrekkelijk ge-
eel vormen.
Jacques Anquetil en Bernard Hinault
hebben veel gemeen Anquetil kreeg door
Op Hinault is dat ook van toepassing,
al zullen de door het dolle heen zijnde
Fransen binnenkort wel iets anders ver
zinnen. Beiden kunnen goed klimmen.
zijn absolute heerschappij in de tijdritten
tijdens zijn topjaren de bijnaam „Mon
sieur Chrono”.
Jacques Anquetil gaf ook grif toe dat
Hinault beter is dan hij. „Bernard heeft
ook een goede sprint in de benen. Daar
kon ik in mijn tijd niet zo veel van. Als hij
zou kunnen leren dalen zoals ik vroeger,
wordt hij onverslaanbaar, want dan
neemt hij niet alleen in de tijdritten af
stand van de rest, maar ook nog in de
afdalingen. Als hij dat leert gaat de wie
lersport inderdaad eentonige tijden tege
moet”.
ine
Jis N V.
-claim,
»ten.
1,00
13,00
00
50
00
De voornaamste prestaties van de ploeg Post
1 de 65ste Tour waren:
foloog Leiden: le Raas, 2e Knetemann, 4e Kui-
irste deel eerste etappe: le Raas, 5e Karstens,
Ie trui Raas;
reede deel eerste etappe: gele trui Raas.
Zoals het zich laat aanzien, wacht de
jonge Fransman een tijd, waarin hij zijn
successen en daardoor zijn marktwaarde
in belangrijke mate kan uitbreiden. Het
peloton lijkt met deze eerste Tour-over-
winning nog niet af van Bernard Hinault,
die zich de afgelopen drie weken een all
rounder toonde waar niemand aan kan
tippen. Wie over een dergelijk rijk arse
naal van gevarieerde mogelijkheden be
schikt zoals Bernard Hinault die etaleer
de, bezit een grote macht.
Zijn specialiteit is het tijdrijden, pre
cies als dat het geval was met Jacques
Anquetil, aan wie hij doet herinneren. In
de dagen van grote roes over Hinault’s
succesvolle jacht op de gele trui, hebben
de Fransen hem niet ten onrechte vergele
ken met „Monsieur Jacques”. Diens klas
legden met 42-22. Dat betekende, dat Ber
nard Hinault bij elke volledige cranck-
omwenteling 70 centimeter meer aflegde
dan zijn lichter trappende concurrenten.
Daarvoor echter had hij, en dat is het
punt waar het om draait, ongeveer een
zesde meer aan kracht nodig. „Wie zo’n
versnelling blijft rondmalen”, betoogt
Jacques Anquetil, „maakt zijn rug kapot.
Zo iets kun je niet ongestraft blijven
doen”.
Kennis nemend van die opmerking rea
geert Bernard Hinault zoals hij zich de
afgelopen 23 dagen liet kennen: zelfverze
kerd, een tikkeltje hautain bijna („typisch
de houding van een echte kampioen”, heet
dat). Hinault: „Als het moet kan ik best
een kleiner verzet rijden en dat zal ik nog
wel eens bewijzen ook”.
met de winnaar van vorig jaar, Bernard
Thevenet, die eerst in de ploegentijdrit
een klap kreeg (2 minuten), daarna in de
individuele tijdrit totaal uit vorm bleek
en tenslotte op weg naar Pau (12.54 ach
ter geraakt) knock-out ging. Ook met
Lucien van Impe, een andere favoriet,
hoefde Bernard Hinault geen groot ge
vecht aan te gaan. De kleine Belg (wiens
kansen in de eerste tijdrit - verlies van
6.17 - werden af geschreven) bleek door
zijn sleutelbeenbreuk in het voorjaar al
te zeer uit vorm geraakt.
Voor Hennie Kuiper moest Bernard
Hinault evenmin zwaar op de pedalen.
Kuiper ondermijnde zijn positie zelf door
in de tijdrit naar St. Foy 2.59 te verspe
len, daarna bezweek hij op Pla d’Adet
(1.29 verlies) onder een demarrage van
Zoetemelk, op de Puy de Dome schakel
de hij zich met een achterstand van 4.02
in de tijdrit definitief uit. Echt moeilijk
had de Fransman het evenmin met Joop
Zoetemelk die eenvoudigweg de macht
miste om hem uit het wiel te rijden. Rest
Michel Pollentier, de enige eigenlijk die
wel de koers opengooide en Hinault tot
op zijn tandvlees dwong, maar de recon
structie van die krachttoer kwam uit bij
het woord „doping”. De onvermijdelijke
diskwalificatie ontdeed Bernard Hinault
ook van deze tegenstander.
De jonge Franse wielerbelofte had
derhalve geen explosie nodig. Hij kon
volstaan met een sterk optreden, zonder
ooit in de rechtstreekse confrontatie
met zijn tegenstanders te domineren.
Aan die situatie beleefde de Tour de
France geen strijd op hoog niveau (bij
welke vaststelling andermaal Italiaanse
deelname sterk werd gemist), maar wel
uiterst aantrekkelijke, boeiende dagen.
Dat laatste geldt ook voor de proble
men rond de organisatie van de etappes,
uit welke bezwaren de coureurs in de
12de rit de moed voor een staking put
ten. In Parijs aangekomen deed Levitan
een voor zijn doen opvallende bekente
nis. „Ik geef toe”, zei hij, „dat het op die
dag beter anders had gekund en ik zal
mijn uiterste best doen om een dergelij
ke last volgend jaar te voorkomen. Maar
ik kan natuurlijk niet de garantie geven
dat er in dat opzicht geen andere hinder
nissen zullen ontstaan.
Aangenomen mag worden, dat de los
geslagen actie onder de renners voortzet
ting vindt en dat er wat dat betreft con
trole zal zijn op de plannen, die de Tour-
leiding deze winter ontwerpt. Het initia
tief van de coureurs om niet langer zo
met zich te laten sollen (Hinault: „In dat
circus hoeven wij toch niet de beesten te
zijn”) betekende een van de grote verras
singen van deze Tour. Er was er nog één:
de zaak-Pollentier, het grootste schan
daal dat de wielersport beleefde in de
problematiek rond dopinggebruik.
Eindeloze debatten, in welke periode be
kend werd dat men Antoine Gutierrez
eveneens snapte toen hij andere dan zijn
eigen urine wilde inleveren. Een paar
Samen met een paar honderd dorpelingen
uit Yffiniac (een 2000 zielen tellend ge
hucht in Bretagné) waren ze per bus naar
Parijs gekomen, Lucie en Joseph Hinault.
„Voor honderd franc”, zei de moeder van
de Tour-winnaar over de kosten van de
trip die ’s morgens om vier uur was be
gonnen. „Inclusief een lunchpakket. Ei
genlijk hou ik niet van al die plechtighe
den zoals hier, maar ja, we konden toch
moeilijk wegblijven.
Tijdens een diner met oud-winnaars
van de Tour, die ter gelegenheid van jubi
leumjaar (75) door de organisatie waren
uitgenodigd, heeft de Franse minister
voor sport- en lichamelijke opvoeding het
dopingprobleem ter sprake gebracht.
„Na dit seizoen”, aldus de minister Jean
Pierre Soisson in zijn speech, „zal er van
uit de regering een bijeenkomst worden
belegd met renners, wielerofficials en or
ganisatoren. Ik heb bovendien een plan
ontwikkeld om de fysieke gesteldheid van
de top-atleten te onderzoeken”, aldus de
heer Soisson.
9 De reünie van de oude glorie in Parijs
werd niet bijgewoond door Tour-winnaar
van 1958, Charley Gaul. Hij was de enige,
die geen gevolg gaf aan de uitnodiging.
Geheel en al verrassend was het ontbre
ken van de Luxemburger niet. Hij leidt
een bijzonder teruggetrokken leven.
De Tour de France 1979 start definitief
in Fleurance. Vorig jaar fungeerde deze
Franse stad eveneens als vertrekplaats.
9 Het gratieverzoek van Michel Pollen
tier is door het hoogste wielercollege van
de Internationale Federatie (UCI) afgewe
zen.
9 De prix de l’Animation (prijs voor de
meest actieve renner) van deze Tour is
toegekend aan Hennie Kuiper. Het ge
schenk bestaat uit een 10-daagse vakantie
voor twee personen in Deux-Alpes.
Joseph Bruyère is uitgeroepen tot de
meest elegante renner van de Tour.
9 Van de 110 in Leiden vertrokken renner
hebben er 78 de Tour uitgereden.
9 Het rugnummer 51, dat Bernard Hi
nault in deze Tour droeg is de laatste 10
jaar vijf keer goed geweest voor een eerste
plaats. In 1969 en 1971 won Eddy Merckx
de Tour met het nummer 51, in 1973 ge
beurde dat Luis Ocana, in 1975 Bernard
Thevenet en nu dus Bernard Hinault.
nten
iten.
n- en
ndel
hiiische
juten
oersen.
oor dit
nen euvi
us aan.
In het klassement Super Prestige Per
nod, een hoog aangeschreven prijs omdat
die geldt als „regelmatigheidsklasse-
ment”, heeft Bernard Hinault de eerste
plaats ingenomen. Hij voegde door zijn zege
110 punten toe aan zijn totaal en verdrong
daarmee Francesco Moser. Joop Zoete
melk verdiende 70 punten, wat betekende
dat hij van de 15de plaats oprukte naar de
3de. Als derde en laatste van de eerste 25
uit het Prestige-klassement slaagde Paul
Wellens erin om via de Tour punten te
veroveren: 40, waardoor hij van de 20ste
plaats klom naar de 7de (90 punten), die
hij deelt met Freddy Maertens. De stand
aan de kop: 1. Hinault: 210 punten; 2.
Moser: 178; 3. Zoetemelk: 136 punten; 4. en
5. Roger de Vlaeminck en Pollentier 104;
6. Bruyère: 103 punten.
rhet
»ge-
vaar
Bfke
mijn
dagen later gaf de uitslag van het dopin
gonderzoek tot twee keer toe aan dat
José Nazabal verboden middelen nam.
Het peloton stelde daarop vast dat dit
een slechte zaak was voor de wieler
sport, welke conclusie als sterkste punt
heeft dat men er twee kanten mee op
kan.
se echter lag toch een niveau hoger dan de
indruk die Bernard Hinault in deze ronde
van Frankrijk maakte. Anquetils rijden
blonk meer uit door natuurtalent, ofwel
de coup de pédale.
Anquetil bezat bet vermogen om zijn
voeten niet alleen te laten duwen, maar
tevens te laten trekken, wat tot een bril
jante stijl voerde. Bernard Hinault doet
het wat ruiger. Hij pompt met bruuske
kracht constant de volle cilinderinhoud,
wat niet zo mooi is maar wel zo effectief
als de wijze waarop Anquetil vanuit een
zelfde basis de Tour vijf keer wist te
winnen.
De vraag die Bernard Hinault bij alle
gejubel over zijn geslaagde debuut in de
Ronde van Frankrijk achterliet, zit ver
vat in die meer geforceerde dan natuur
lijk aandoende manier van rijden. Hij
trapt versnellingen waar anderen van
gruwelen. Bijvoorbeeld: 42-19 in beklim
mingen die zijn meeste tegenstanders af-
een jaar of tien. Op m’n 32ste zal het wel
afgelopen zijn, langer kun je tegenwoordig
niet mee. Wat ik dan ga doen? Ik weet het
nog niet. Een hotel leiden lijkt me aardig.
Of op een boerderij leven. Ik zie tegen die
tijd wel”.
In elk geval gaat Bernard Hinault het
financieel stukken beter stellen dan zijn
ouders, wier eenvoud opvallend aandeed
in alle glamour op de Champs Elysées.
„Hinault zelfs beter dan ik”, bevestigde
Anquetil, „maar ik was waarschijnlijk
een gedurfder daler. Ik kon niet, zoals
Hinault dit jaar, met de specifieke klim
mers omhoog. Bergop verloor ik terrein,
Het was de strijd van de na de heer
schappij van Merckx eindelijk genivel-
leerden tegen het gevaar van een nieuwe
meedogenloze regent: Bernard Hinault.
Het symbool van de new look (koel, bere
kenend, werken) in de profwielrennerij
won dat duel. Daarbij respecteerde hij de
huidige tendens, die zich beweegt op het
niveau van de meer gelijke krachten,
welk feit aanleiding werd tot een van de
mooiste Ronden van Frankrijk van de
laatste jaren. Bij die kwalificatie ligt de
nadruk meer op de aspecten „spannend”
en „boeiend” dan op „groots”, want dat
was deze Tour zeker niet.
De wedstrijd ontleende zijn kracht aan
het enthousiasme, waarmee de gele trui
tot acht keer toe van eigenaar wisselde
(Raas, Bossis, Thaler, Knetemann, Bruy
ère, Pollentier, Zoetemelk, Hinault) en
aan de vraag hoe Bernard Hinault stand
zou houden tegen de gevestigde orde. Dat
gebeurde op een uiterst degelijke, maar
weinig spectaculaire manier met uitzon
dering dan van zijn prestatie in de beide
tijdritten. Overwinningen in deze specia
liteit echter moeten het, hoe fraai ze ook
zijn, qua algemeen kijkgenot altijd afleg
gen tegen de directe man-tegen-man-ge-
vechten, zoals die zich uiten in bruisende
etappes.
Bernard Hinault had het ook niet no
dig om buiten zijn favoriete onderdeel
van bet tijdrijden, nog eens iets extra’s
te ondernemen. Zijn tegenstanders im
mers schakelden zichzelf een-voor-een
uit. Het werd derhalve geen Tour de
France van de knetterende krachtsex
plosies, maar meer - doch het had zeker
zijn grote charme - een afvalkoers.
Tot de grote plus-punten van de nieuwe
wielervedette behoort de eigenschap van
zelfbeheersing in zijn koersprogramma.
Ondanks zijn grote successen van vorig
jaar die hem tot een gewild object van
organisatoren maakten, werkte Bernard
Hinault een mager schema af. Hij reed wat
voorjaarskoersen, deed de Ronde van
Spanje (die hij won) en nam daarna ar
beidzame rust (wat kleine koersjes als trai
ning) tot kort voor de Tour. Ook daarmee
viel Bernard Hinault op, in een tijd waarin
de meesten zich van februari tot septem
ber uitsloven omdat Eddy Merckx ze dat
voordeed.
Bernard Hinault hield zich in en spaarde
krachten. Ook nu criteriumbazen met vet
te contracten zwaaien weet hij de verlei
ding te weerstaan. Hij stort zich niet in de
karavaan die vermoeiende reizen maakt
naar de kermiskoersen, maar werkt een
uitgebalanceerd schema van maximaal 20
wedstrijden af.
Aan dat beleid is de invloed van zijn
ploegleider Cyrille Guimard niet vreemd.
Onder de knoet van Merckx immers er-
vaarde Guimard wat het is om overal te
willen rijden en alles te willen winnen: hij
ging er onder door.
Hinault: „Ik ben me er terdege van be
wust dat de inspanningen aan de top van
de wielersport veel van iemand vragen.
Daarom zal ik zuinig met mezelf omsprin
gen. Ik geef me als coureur hooguit nog
Daarbij past een compliment aan het
adres van de in de afgelopen weken zo
zwaar gekritiseerde Tourbazen Jacques
Goddet en Felix Levitan, die erin slaag
den een bijzonder goede route uit te
zetten. Het parcours blonk uit door een
evenwicht in de zwaartepunten van het
tijdrijden. De vlakke ritten en de berge
tappes. In de rit van Grenoble naar Mor-
zine werd overigens weer eens bewezen
dat niet de organisatie via het parcours
de wedstrijd maakt, maar dat de cou
reurs dat doen met hun werkzin. De acht
bergen, die deze 17de rit telde, fungeer
den niet als scherprechter om de uiterst
simpele reden dat de renners dat niet
wilden uit angst en lijfbehoud. Een paar
stevige beklimmingen in de finale, bie
den meer kans van slagen op grote strijd
dan wat Goddet en Levitan tussen Gre
noble en Morzine projecteerden.
Een succes in het concept was zeker
ook de ploegentijdrit, waar tevoren met
zoveel schrik tegenaan was gekeken,
maar waarvan men na de praktijkerva
ring niet anders kon dan erkennen dat
het een schitterend onderdeel was. Dit
na-oorlogse debuut van Desgranges’
vondst is voor herhaling vatbaar, maar
dan zou er tegenover de inspanning een
grotere honorering in tijdvergoeding
moeten staan. In elk geval beloofde de
Tourdirectie om er in de aanloop naar de
volgende Ronde sterk rekening mee te
zullen houden.
reede etappe: gele trui Raas.
jerde etappe: le Thaler, 5e Knetemann.
lerde etappe: le ploegentijdrit, gele trui Thaler,
ijfde etappe: 2e Karstens, gele trui Thaler.
■sde etappe: 2e Knetemann, gele trui Knete-
ann.
ivende etappe: gele trui Knetemann.
egende etappe: 2e Raas.
iende etappe: le Lubberding, 3e Raas.
Ifde etappe: 6e Kuiper.
waalfde etappe: 2e Raas, 5e Karstens.
ertiende etappe: le Wellens, 8e Kuiper.
- Oertiende etappe: 7e Kuiper.
estiende etappe: le Kuiper, 6e Lubberding.
eventiende etappe: 2e Wellens, 5e Lubberding.
chttiende etappe: le Knetemann, 3e Wellens,
egentiende etappe: 2e Raas.
wintigste etappe: 3e Knetemann, 4e Wellens,
weede deel eenentwintigste etappe: le Wese-
ael.
erde deel eenentwintigste etappe: le Raas,
weeëntwintigste etappe: le Knetemann, 3e
ubberding.
Untenklassement voor ploegen 1.
ubberding winnaar witte trui.
plaats algemeen ploegenklassement.
idividueel eindklassement: 6e Wellens, 8e Lub-
trding.
In de dagen na dat stormachtige
nieuws, waarvoor Pollentier zorgde door
betrapt te worden bij een poging tot
fraude, is het al zolang in discussie zijnde
onderwerp van de stimulantia uitvoerig
besproken in de Tourkaravaan. Renners
en ploegleiders die zich door Pollentier
onrecht aangedaan voelden in de publie
ke opinie, maakten zich druk om het
tegendeel te betogen. Daaromheen: dege
nen die meenden dat het overtuigende
bewijs in daad en woord was bewezen.
1,50
>,50
\oo
),00
1,70
1,20
i,50d
.,80 M5,Ö
>,00 --
1,00
1,20
.50
1,50 13U
1,50
,10
,00
.00
,30
,30b
.50
,10
,00
.50
,00
,50
,50
,50
,10
50d
,50
,50
,00
50d
,50
,00
00
,50
,70
,40
90
50
20
80
00
20
00
00
mezelf omspringen
Ik zal zuinig met
jy Joop Zoetemelk
(Van onze speciale verslaggever)
PARIJS. In de beroepswielersport
I is - onderx verwijzing naar de naam
Merckx - de discussie over het begrip
„nivellering” een al jaren actueel onder
werp. Model voor de theorieën staan
daarbij de koersbeelden van de belan
grijkste wedstrijden: de klassiekers en
de rondes. Bijna aan het eind van die
cyclus heeft de Tour de France, de meest
lerenommeerde krachtmeting van elk
seizoenprogramma, nadrukkelijk in het
teken van dat thema gestaan.
maar in de afdaling was ik er altijd weer
bij”.
PARIJS. Op de zonovergoten
Champs Elysées in Parijs tussen Place
de la Concorde en de Are de „Hinault-
Triomphe”, merkte Jacques Anquetil
>206 ion op; „Bernard Hinault bezit de klasse om
het record van Merckx en van mij te
breken”. Dat zou betekenen dat de nu
nog 23-jarige Breton minstens zes keer
en
Merckx zijn samen houder van het re
cord met vijf overwinningen.
s? Jacques Anquetil
laats van Henk Lubberding 3000.
Het totale aantal overwinningen (11)
racht samen 22.000 in de kas, voor ze
in dagen gele trui krijgt de ploeg 5000,
t fond» I w'tte trui van Henk Lubberding is aan
ig- en eindprijzen goed voor in totaal
6000, de lange tijd dat de eerste plaats in
>t ploegenklassement werd bezet maakte
37j 5000 rijker en de tweede plaats in het
ndploegenklassement bracht 4500 op.
Alleen al aan deze prijzen incasseert de
3,00 112J
5,50
3,00 131J
1.42
3,00 HU
9,00
820
0,50
8,00
5,80
1“
8,50e «J
0,00 Hl
2,00e V
4.50 72J
1,00a 3U
3 20 52J|
2,90 i3ij de tour gaat winnen. Anquetil
8,70
2,00 1001
3.80 381
2,40 uy
120 70|
5.50 1342
HJ
i,<
•“j
30,1
«0,S
Hl
«4,«
40,01
37,0
SM
,00d 49,8t
38,0
12U
r
40JI
U
«51
158J»
Jbj PARIJS. De grote successen in deze
190,n our hebben uiteraard voor de renners
ai in Peter Post aangename financiële ge-
olgen. Behalve verhoogde startgelden en
in nog te bepalen premie van de sponsor
‘mi lelden de Raleighrenners vele duizenden
ildens over aan hun inspanningen.
385
Hoe groot de Tour-verdiensten precies
r -
183$ le'd J°sé de Cauwer de boeken van de
3W Ioeg bij, maar deze keer begon hij er niet
97| m), maar enkele vette bedragen waren in
arijs zo uit de prijzenlijst te lichten. De
sde plaats van Paul Wellens in het eind-
2«o.ii assement leverde 5000 op, de achtste
jgg’jj llonb T 1 <T f QflOO
1331
348.0
b sramff
■it Bernard Hinault