Wat doet sportman
tegen dictatuur?
I
,Deze spelersgroep
wil inspraak9
Ivo Trumbic: Prestatie is een vies woord geworden’
.V.
door Piet Teeling
Propagandastunt
Gat
?au
ILV
>r:
1
-
m
ie
de
n
11
n.
reid
constateert de Joegoslavische bondscoach.
van een waterpolotrainer
raar
i en
is. Het
ir gaat
itures.
omen
Ivo Trumble is er opgewekt onder gebleven. Is er niet moedeloos van geworden,
dat zijn team in de vijf toernooien, die golden als voorbereiding op het toernooi om
de wereldtitel, geen enkele overwinning heeft behaald. Is er zo langzamerhand
ook wel aan gewend geraakt om ieder jaar van de grond af aan een nieuw
zevental te formeren. „We hebben alleen tijd nodig om er iets goeds van te
maken. En tijd wordt ons nu eenmaal in het waterpolo nauwelijks gegund”,
Deze spelersgroep wil inspraak. Oh, ik
ben echt niet tegen inspraak, integendeel,
maar het is ook alweer typisch Neder
lands: zelf denken dat je het beter weet en
als dan niet blijkt dat je het beter weet, je
neerleggen bij een opdracht, waar je eerst
tegen was. Daarmee verspil je tijd En
nogmaals”, aldus Trumbic, „zoveel tijd
hebben we nu ook weer niet. We moeten
verder, anders raken we te ver achter bij
de top.”
Een top, waar Nederland op basis van de
verrichtingen vorig jaar tijdens de EK en
tijdens de toernooien in San Remo, Barce
lona en Heidenheim en de trainingstrip
naar Amerika, Cuba en Mexico zo op het
eerste gezicht niet meer bij hoort. Trumbic
beaamt dat. „We hebben natuurlijk al in de
eerste plaats een fikse trainingsachter-
stand op landen als Hongarije, Joegosla
vië, de Sovjet-Unie, Italië en Spanje. We
trainen sowieso al vijftig procent minder.
Maar daarnaast speelt ook in ons nadeel,
dat èn Italië èn Hongarije èn Roemenië èn
West-Duitsland nog over hetzelfde team
beschikken als waarmee twee jaar geleden
werd gespeeld in het Olympisch toernooi
in Montreal. Wat hebben wij daar nog van
over? Niets, nou ja, dat is overdreven,
maar toch zeker niet veel. Drie spelers,
Stroboer, Buunk en Hoepelman, althans
daar leek het op, maar Hoepelman heeft
inmiddels moeten afhaken wegens een
en de spelersgroep van nu. Want, zegt de
Joegoslaaf: „We hadden ons in Cali (1975)
niet gekwalificeerd voor de Olympische
Spelen. En toch lag er voor Oranje een
bronzen plak in Montreal. Blindelings wer
den de aanwijzingen opgevolgd, zoveel
zelfvertrouwen, zoveel zelfdiscipline ken
de die spelersgroep.
boycot overgaat of niet, ook de regering
zal haar standpunt moeten bepalen.’’
Ook Erica Verkerk-Terpstra, Tweede-
Kamerlid van de VVD en deelneemster
aan de Olympische Spelen in Rome en
Tokio, vindt dat er waarborgen moeten
komen om openingsmamifestaties en
dergelijke van sportevenementen niet te
laten ontaarden in politieke propagan
da. „Het Internationaal Olympisch Co
mité moet voorwaarden stellen aan or
ganiserende landen om dat te voorko
men. Kijk, het is natuurlijk volstrekt
duidelijk dat wat er in Berlijn onder
Hitler is gebeurd nooit meer mag voor
komen. Maar een organiserend land
blindedarmoperatie. Daar kun je als trai
ner niets aan doen.”
Het WD-Tweede-Kamerlid is wel van
mening dat iedere discussie over deelna
me aan de Olympische Spelen helpt,
maar zij is ervan overtuigd dat de groot
ste kans om veranderingen te bewerk
stelligen, in de dialoog ligt. „En je moet
er erg voor oppassen dat sportmanifes
taties niet voor het karretje van de poli
tiek worden gespannen. Niet voor dat
van demonstraties en niet voor het kar
retje van de desbetreffende overheid”.
moet zich onderwerpen aan de voor
waarden die het IOC stelt en omdat het
draaiboek van de openingsmanifestaties
al lang van tevoren bekend is, kun je
voorkomen dat het een propagandastunt
wordt.
We moeten echter gemeenschappelijke
actietechnieken ontwerpen. Tot nu toe
was het standpunt van de voorvechters
van de mensenrechten in de Sowjet-Unie
dat de weg waarlangs de zaak van de
mensenrechten aan de orde moest wor
den gesteld die van de dialoog was: via
de gesprekken in Helsinki, via internati
onale contacten, zoals bijvoorbeeld de
Olympische Spelen. Het ziet er nu ech
ter naar uit dat die weg doodloopt.
„In het verleden hadden acties ten
gunste van dissidenten nog wel eens
positieve resultaten maar nu stoten die
af op de onvoorstëlbara hardheid van de
Sowjet-autoriteiten. Het is uitstekend
dat er nu al een discussie op gang komt
over onze houding ten opzichte van Mos-
kou-1980. Die discussie kan enige reactie
oproepen. Het is echter wel zaak dat we
het cynische Sowjet-systeem gaan be-
Ed van Thijn (PvdA) wil zich nog niet
vastleggen op een standpunt ten aanzien
van een boycot van Moskou. „Wij moeten
de Olympische Spelen wel aangrijpen
om politiek te bedrijven. En we zijn daar
in de praktijk ook al over in discussie.
Een deel van de Nederlandse poloploeg met het brons van de
Olympiade uit Montreal
Daarom ook beschouwt Ivo Trumbic de
wereldkampioenschappen, die over veer
tien dagen in Berlijn beginnen, als een
tussenstation. Een tussenstation op weg
naar de Olympische Spelen van Moskou.
Daar moet het team van nu de prestatie
van het team van twee jaar geleden evena
ren, zo niet verbeteren. „Dat kan”, zegt
Trumbic nu, „daar ben ik van overtuigd.
Maar voorwaarde is dan, dat we met dit
zelfde team door kunnen gaan. En niet, dat
er na West-Berlijn weer drie of vier spelers
bedanken voor de eer. Gebeurt dat wel,
dan kunnen we Moskou beter vergeten.
„We gaan onbevangen en zonder ver
wachtingen naar West-Berlijn. Om erva
ring op te doen. Komen we ongehavend
door de voorronde heen (met Bulgarije,
Israël en West-Duitsland als tegenstan
ders), dan is dat meegenomen. Dan moet
de kwalificatie voor Moskou het team zo
veel vertrouwen schenken, dat er plotse
ling weer een wil is om te presteren.
is een
0-7.30
van geweest vorig jaar in Zweden. Zij
dachten de titel te kunnen veroveren met
een inzet van vijftig procent. Goed, ik weet
ook wel, dat je niet iedere wedstrijd op je
tenen kunt lopen. Dat je je niet iedere
wedstrijd voor honderd procent kunt in
spannen, maar ik verlang dan wel de inzet,
die in ieder geval die honderd procent
benadert”, stelt Trumbic.
„Het ging in Zweden ten koste van de
sfeer en de prestaties. Want prestatie lijkt
zo langzamerhand wel een vies woord te
zijn geworden. De huidige generatie wil
prestaties leveren, maar mist de zelfdisci
pline om tot echte prestaties te komen. Is
niet bereid om er zelf zoveel mogelijk aan
te doen; om trainingen op het hoogste
niveau bij te wonen. Er is altijd wel een
excuus aan te^voeren om weg te blijven. Er
is altijd wel een excuus aan te voeren
waarom het team als totaal faalde, maar
de spelers gaan een paar uitzonderingen
daargelaten voorbij aan hun eigen fou
ten.”
Dat is voor Ivo Trumbic het grote ver
schil tussen de spelersgroep van Montreal
Een groter verschil als op het eerste
gezicht lijkt. Groter ook, omdat in landen
als Hongarije en Joegoslavië met name,
maar ook in Spanje en Italië, de jonge
spelers naar eenzelfde niveau zijn toege
groeid als de routiniers. „Bij ons heeft dat
geen gelijke tred gehouden. Er is bij ons
een gat ontstaan, omdat, eri misschien is
dat ook wel typisch Nederlands, de jonge
re spelers geen tijd hebben gekregen om
naar dat niveau toe te groeien”, aldus
Trumbic.
„Al voor de spelen stond vast, dat een
aantal spelers zou bedanken om nog lan
ger waterpolo op topniveau te spelen.
Maar als ze waren doorgegaan en waar
om niet zelf ben ik tenslotte ook tot mijn
32e doorgegaan met waterpolo in Joego
slavië dan hadden we een geleidelijke
I;
moet verdwijnen en die in feite alleen
maar kan verdwijnen door een verruiming
van interesses. Een soort bewustwordings
proces, dat de spelers elkaar nodig hebben
om tot prestaties te komen. Dat prestaties
alleen voortvloeien uit een eendrachtig sa
menwerken en een vorm van opofferings
gezindheid voor elkaar. Pas dan kweek je
een groep, waarmee optimaal valt te wer
ken.”
Een van die onderdelen uit Trumbics
bewustwordingstherapie is de videoband.
Het laatste toernooi in het West-Duitse
Heidenheim is volledig op videoband vast
gelegd, om de spelers op hun eigen fouten
te wijzen. „Nu worden die fouten geaccep
teerd. Maar in het begin was iedereen bang
om zijn fouten toe te geven. Nu kan het ons
helpen om een verkeerde techniek af te
leren. Om meer inzicht te verschaffen in
het spel en om de tegenstander te analyse
ren. Nu helpt video mee om een bepaald
vertrouwen te ontwikkelen. Vertrouwen in
eigen kunnen”, aldus Ivo Trumbic.
•i De herinnering aan de bronzen medaille van het Nederlands waterpolozeven-
4 tal op de Olympische Spelen in Montreal is bijna vervaagd. En toch.Nederland
7 luisterde niet alleen naar de radioverslagen over de verrichtingen van Oranje in t
Montreal, we zaten met z’n allen aan de radio gekluisterd. Brons was het 4
t resultaat Buiten verwachting. Nederland behoorde niet tot de geplaatste j
ploegen In Montreal, omdat het nationale waterpolo-zevental een jaar eerder in
Call, tijdens het toernooi om de wereldtitel niet verder reikte dan een zevende 1
4 plaats.
1 Maar nu is de herinnering vervaagd. Mannen als Kroon, Landeweerd, Van J
T Zeeland, Smits, Veer zijn van het toneel verdwenen. De Zwarte en Toonen
1 gestopt. Van het zevental van Montreal zijn alleen Tony Buunk en Gijze Stoboer
3 gebleven. En Ivo Trumbic, de Joegoslavische bondscoach van het nationale
waterpoloteam. Tijd om lang aan de successen van Montreal te denken, heeft de
42-jarige Trumbic niet gehad. Hij moest een nieuw team opbouwen voor de
1 Europese titelstrijd vorig jaar In Jönköping (Zweden). J
Hij moest een nieuw team opbouwen voor de Wereldkampioenschappen, die 1
1 vandaag over veertien dagen in Berlijn beginnen. Een team met een merendeel
aan jonge, onervaren krachten. Het dal, waar Ivo Trumbic door moest, was diep. 1
j Even diep als het gat dat was ontstaan, toen de meeste Montreal-gangers een s
punt achter hun polo-carrlère plaatsten. Een gat, dat met jonge spelers werd
opgevuld, die het woord prestatie niet bijster hoog in het vaandel voeren. Want 4
ook voor het waterpolo-wereldje aan de top, is het woord prestatie een vies 2
■i; woord
Erica Verkerk is tegen een boycot van
de Olympische Spelen: „Ik voel mij met
de moties die de behandeling van de
dissidenten in de Sovjet-Unie opwekken
erg verwant. Ik heb zelf voor de Russi
sche ambassade gedemonstreerd. Maar
ik weet uit eigen ervaring dat juist zulk
soort internationale contacten als tus
sen sportlieden de ontspanning bevorde
ren. Dan realiseer je je pas goed dat er
geen hokjes mogen bestaan”.
4 De Nederlandse Sportfederatie (NSF)
z gaat in september praten over de hou-
2 ding die de sportorganisaties moeten
aannemen tegenover dictatoriaal gere
geerde landen. Volgens voorzitter W.
van Zijll van de NSF is het een „tragisch
vraagstuk". „Wij moeten ons bezinnen
op de vraag hoe wij om moeten gaan met
al die landen (misschien wel de meerder
heid) die niet zo denken als wij over de
mensenrechten". Volgens Van Zijll kan
sport niet uit het totale maatschappelij
ke gebeuren worden getild. Volgens de
voorzitter van de NSF gebeurt dat door
de Wereldkampioenschap voetbal in Ar
gentinië te willen boycotten en door het
voorstel van Wladimir Boekowski de
Olympische Spelen in Moskou te boycot
ten.
„Wat is de zin van een sportboycot als
je 360 dagen per jaar met die landen
allerlei prestigebevorderende relaties
onderhoudt. Moeten wij wetenschappers
uit de Sowjet-Unie blijven ontvangen,
met volle zalen tegelijk naar het Bolsjoi-
Theater gaan, ruimtevaarders ontvan
gen en maar blijven klappen? Wij sluiten
culturele verdragen, handelsovereen-
komsten en verspreiden hun publicaties.
Het lijkt me dan niet zo zinvol uit die
hele totaliteit de sport te lichten en dat
ene aspect te boycotten”, aldus Van
Zijll.
Van Zijll stelt dat Moskou in het hele
sportverkeer met dictatoriaal geregeer
de landen een „incident” is. Hij vindt
dan ook dat de discussie algemener moet
worden, misschien dat de sportorganisa
ties richtlijnen moeten opstellen. „Maar
los van wat je besluit, of je toch tot een
Voorzitter NSF W van Zijl
strijden op een intelligente wijze, niet
op een emotionele. Wij moeten ons ook
afvragen hoe de ervaringen met de actie
rond Argentinië zijn. Moeten we de poli
tieke acties via sportlieden voeren of
sportevenementen juist aangrijpen om
publicaties over landen op te roepen,
maar dat moet gemeenschappelijk be
sproken worden”, aldus Van Thijn.
Het CDA-kamerlid Van Zeil is tegen
een boycot. Hij vindt internationale
sportevenementen juist ideale gelegen
heden om sportmensen bijeen te brengen
en via een gesprek elkaar te helpen de
problemen op te lossen. „Gesprekken via
de Verenigde Naties, op de ontwape
ningsconferenties enz. duren wel langer
maar zetten meer zoden aan de dijk dan
een incidentele boycot.”
Iemand die ook vraagtekens zet bij de
effectiviteit van een boycot is hockeyer
Paul Litjens. „Een boycot zie ik meer als
een opwelling van onmacht. Dat zie je
aan Argentinië, nu lees je er niets meer
over. Nu krijg je weer een kwartier lang
gepraat over Mauretanië en de invloed
van de machtswisseling daar. Dit soort
acties hebben alleen maar een tijdelijk
karakter en de vraag is of de belangen
van de mensen die daar leven daar wel
mee gediend zijn: zij worden tenslotte
de dupe van het dictatoriale systeem.”
Litjens is van mening dat het voortdu
rend laten horen van kritiek op de situa
tie in een bepaald land erg zinvol kan
zijn, maar vindt de manier waarop dat
gebeurt erg essentieel. Zo stelt hij dat
naar zijn mening „infiltratie in het sys
teem” wat betreft de Sowjet-Unie meer
effect zal hebben dan een boycot.
Ook de PSP’er Fred van der Spek zet
vraagtekens achter de zin van een boy
cot. In tegenstelling tot de wereldkampi
oenschappen in Argentinië ziet hij een
boycot van de Olympische Spelen in
Moskou niet zitten. „Met Argentinië on
derhouden wij vriendschapsbanden en
dan is een boycot een duidelijk teken
van een breuk. Maar de Sowjet-Unie is
voor ons een vijandig land en een vijan
dig kamp en dan moet je de tegenstellin
gen niet verder verscherpen. Dan moet
je in het praten met mensen zoveel moge
lijk de mensenrechten aan de orde stel
len. Ik zie dan ook bijvoorbeeld wel wat
in demonstratieve acties zoals tijdens de
openingsceremonie het ontrollen van
spandoeken.
Ivo Trumbic vecht evenwel niet alleen
tegen de factor tijd. Hij vecht ook tegen de
typisch Nederlandse instelling van de
mensen, die hij klaar moet stomen voor
een waterpolozevental, dat in Moskou in
1980 op z’n minst de prestatie van Montre
al zal moeten evenaren. Een instelling, die
neerkomt op een zo weinig mogelijk doen
en een zoveel mogelijk bereiken-houding.
Trumbic: „Van Zeeland, Smits en Lan
deweerd zijn daar een sprekend voorbeeld
opbouw van de jeugd in Nederland gekre
gen. Dan zouden we niet alle oefenwed
strijden en alle toernooien hebben verlo
ren. Dan zouden we niet alleen maar één
gelijk spel hebben behaald tegen Grieken
land. Nu moet je de spelers forceren. Ze
voor de leeuwen gooien, terwijl ze te wei
nig routine hebben en dat is triest”, zegt
Ivo Trumbic.
Om het jonge waterpolozevental de no
dige routine te laten opdoen, om l?et team
volwassen te maken, koos Trumbic voor
een trip naar Amerika, Mexico en Cuba.
„Om ervaring op te doen, om een ander
klimaat te leren kennen, om aan andere
levens- en tijdsomstandigheden te wennen
en om duizend-en-één reden denk ik”, zegt
Trumbic. „Er worden immers te veel excu
ses aangevoerd als hetjslecht gaat. Van:
het eten is niet goed; we kunnen niet
slapen; we kunnen hier niet optimaal trai
nen; het is zo warm.”
„Dat soort zaken vormt een psychische
belasting voor de spelers. Een barrière, die
Erica Verkerk-Terpstra