Marokkaan reist ver om zich voelen thuis te 1 LETTER VAN DE WET SCHRIJFT TAAL VAN DE ANGST r 4 w Verzet feller Tien aanslagen Identiteitskaart door Dick Panman en Henk Schol Status bepalend Manifestaties RH 9 ■>g EM 32. i. .V. arde aap- afel. jan- nda; lime lime Het is nog warm als het in Marokko donker wordt. In het dorpje zit een oude man Bgen de witte muur van zijn uit klei en stukken rots opgetrokken huisje. De rook ie zijn sigaret verspreidt wordt langzaam op een licht avondbriesje weggedreven, bor de zanderige straat die uitkomt op het pleintje, komt een jongen aanhollen. Het muildier dat hij achter zich aantrekt, dampt van inspanning. Uit een huis aan e overkant van het plein klinken opgewonden vrouwenstemmen, die plotseling erstommen alsof iemand abrupt het geluid uitdraait. De oude man knippert tegen 8t laatste zonlicht als hij opstaat en door het gat in de muur dat zijn huisdeur is, laar binnen schuifelt. Nog geen vijf kilometer verderop zet een grof gebouwde man, bij wie de ogen liep in de kassen liggen, zijn hak in de maag van een gevangene. Elke avond oltrekt zich hetzelfde ritueel: de „barakoudste” is er verantwoordelijk voor dat dereen liggend kan slapen. Maar de ruimte is eigenlijk te klein. Daarom worden e gevangenen dicht tegen elkaar aangedrukt. Ze moeten op één zij de hele nacht loorbrengen. Als sardientjes in een blik. uin. 1, 5 uitwijzing bedreigde Marokkanen. De Raad van State, die het juridisch ge weten van mevrouw Haars leek te vormen in deze zaak, tikte de staats secretaris op de vingers. „Onze wet hoeft uw wil niet te zijn...” Onder de toenemende politieke druk besloot mevrouw Haars het ui teindelijk oordeel op te schorten. Er zijn juristen, die haar „passief kannibalisme” verwijten, omdat ze de Marokkanen nog eens extra op de proef stelt met dit onzekere uitstel. Bovendien zou ze lang niet alle kaar ten op tafel hebben gelegd, die zijn aangedragen om haar tot een recht vaardige beslissing te motiveren. „Waar het recht tekort schiet, moet genade gelden”, zeggen de solidairi- teitscomités. Het gezicht van de staatssecretaris gloeit weg in een blauwe punt. Met een mistroostig gebaar gooit hij een gehaakt kleedje over het oude zwart wit toestel, waaruit het oordeel over zijn landgenoten zo hard had geklon ken. Zijn ogen zoeken koortsachtig houvast bij zijn vriendin, die haar handen in een vraagteken samen vouwt en wacht tot de bliksem uit het onweer in zijn gezicht slaat. Maar het zijn tranen, die de onmachtige woede verbeelden en de schreeuw om ge rechtigheid inbedden in een oeverloos dal van verdriet. Het is de eerste keer dat hij mevrouw Haars heeft gezien. Met moeite leerde hij het Nederlandse alfabet. Nu schieten woorden hem tekort. Hij stottert en struikelt over de letter van de Nederlandse wet.. Een Marokkaan reist ver om zich thuis te voelen. Als je de gevangenis in Marokko van binnen hebt gezien, als je retourtje Schiphol samen met je paspoort in een stoffige la van het Marokkaanse politiebureau is gefrom meld, dan klinkt het getingel van lijn 10 je als muziek in de oren. Nee, met een tramkaartje kom je er niet vanuit Casablanca. Alleen met veel geluk heb je kans om samen met je vrien den ramadan door te brengen in Am sterdam. Omdat je toevallig werd vrij gelaten uit de hel van je geboorteland. En je daarom weet wat die 182 landgenoten te wachten staat als ze worden teruggestuurd. Nederland is tolerant, zeggen ze. Daar kun je niet alleen geld verdienen via koppelbazen, maar ook vrij zijn. Zeggen wat je wilt, als je maar legaal bent. Staatssecretaris Haars heeft 182 Marokkanen gevonden die dat niet zijn. Een massale nageboorte van de regularisatiemaatregel, die sinds no vember 1975 het mes zette in het aantal illegaal in ons land verblijvende buitenlanders. Uit naam en in het belang van de Nederlandse rechtsorde besloot de staatssecreta ris tot uitwijzing van de Marokkanen, die niet konden aantonen dat ze ge ruime tijd voor het van kracht worden van deze regeringsmaatregel in ons land verbleven. „Een tramkaartje was bewijs ge noeg geweest”, zei mevrouw Haars, l-laar aanvankelijke beslissing joeg het stof hoog op in Nederland. Aller- wege verklaarden in de haast opge richte comités zich solidair met de met „Wie Mohammedaan is hoeft niet van honger dood te gaan tijdens de vastenmaand ramadan”, zeggen de Marokkanen. Maar de hongerstaking in de Amsterdamse rooms-katholieke kerk de Duif duurt voort en het protest van de solidariteitscomités vlamt steeds feller op. Vandaag worden op verschillende plaatsen in Nederland manifestaties gehouden. Waarom die angst, die uit de Ma rokkaanse ogen spreekt en die als een schrijnend waarheidsserum bo ven de diplomatieke betrekkingen tus sen Nederland en Marokko zweeft? Wat is het schrikbeeld, dat Amnesty International met zoveel woorden heeft vertolkt maar wat volgens de staatssecretaris niet kon worden ge staafd met hard bewijsmateriaal? Dit verhaal geeft antwoord op deze vraag en is opgetekend uit de mond van Marokkanen, die in hun geboorte land gevangen werden genomen en desondanks kans zagen terug te ke ren naar Nederland, waar ze voordien al geruime tijd hadden gewerkt. Legale Marokkanen dus, die omwil le van eventuele represaillemaatrege len tegen familieleden of vrienden anoniem moeten blijven, ook al wo nen ze nu in het „vrije” Nederland. Het verhaal is verder gebaseerd op de doctoraal-scriptie van Ankie Men sink uit Nijmegen, recentelijk versche nen onder de titel „Marokko 1956- 1972, de realiteit van 16 jaar onafhan kelijkheid”. 4 r l Daarom zijn ze bang Een straatje in een Marokkaanse stad. portret van koning Hassan. Een foto tijdens de groene mars in de Spaanse Sahara in 1975. Oude Marokkanen dragen een i. i om het eerste verhoor op het plaatselijke politiekantoor te voorkomen. Voor de min der bedeelden volgen op die eerste onder vraging maar al te vaak tientallen nieuwe. Nooit weet je wanneer je uit de cel wordt gehaald. Behalve van verouderde technie ken als onderdompeling en langdurige op hanging, wordt tegenwoordig ook van de modernste electronica gebruik gemaakt. Alles is geoorloofd om het regime van „amir-el-mumini” heerser der gelovi gen) koning Hassan de Tweede te behoe den voor ongewenste uitwassen. Koning Moelay Hassan II regeert Ma rokko sinds op 26 februari 1961 zijn vader, koning Mohammed V, een operatie aan zijn neusamandelen niet overleefde. Boze tongen beweren dat Hassan, die op niet al te goede voet stond met zijn vader, de hand heeft gehad in het mislukken van de met weinig intensive-care mogelijkheden om geven operatieve ingreep. De Marokkaan se in ballingschap levende historicus Diou- ri is daar in elk geval zeker var Voordat Hassan de politieke touwtjes in handen kreeg studeerde hij onder meer aan Arabische en Parijse universiteiten. Behalve met blokken voor zijn tentamens, had hij het met name in zijn Franse jaren druk met mondainere bezigheden. Niet zelden haalde hij de voorpagina’s van bou levardbladen, gezeten in luxe sportwagens en omringd met vrouwelijk schoon. Toen Hassan koning van Marokko werd hebben alleen de Union Nationale des For ces Populaire, een linkse politieke groepe ring en de Union Marocaine du Travail, de linkse vakbond, een dergelijke aanhanke- lijkheidsbetuiging niet uitgesproken. De zeventien jaar van de regering-Hassan worden gekenmerkt door voortdurende conflicten met de binnenlandse oppositie. Met name de bovengenoemde U.N.F.P. verzette zich tegen het bewind. Haar leider Ben Barka werd in 1965 op raadselachtige wijze vermoord in Parijs, vanwaar hij in ballingschap de partij leidde. Tijdens de uitzonderingstoestand van 1965 tot 1970 onderging Marokko achttien regeringswisselingen. De koning formeer de telkenmale kabinetten waarvan hijzelf premier was. De ministers rekruteerde hij uit zijn vriendenkring, die hoofdzakelijk is te vinden in de rijke Marokkaanse fami lies. Het parlement werd in die periode naar huis gestuurd en de koning trok alle uitvoerende en wetgevende macht aan zich. Een van de problemen waarmee koning Hassan buiten Marokko worstelt is de strijd met het bevrijdingsfront Polisario in de Saharagebieden (de massale mars naar de Sahara in 1975). Zijn oude ideaal, een groot Marokko, „Mahgreb” (bestaande uit Algerije, Marokko, Tunesië en een deel van de Sahara) laat hem niet los. Dat heeft ook al tot menig conflict met zijn Algerijn se buurman Bouhmédienne geleid. familie wordt niet altijd op de hoogte ge bracht van arrestaties. In Nederland heeft de vereniging Amicales inmiddels de naam een verlengstuk van de Marokkaan se regering te zijn. Vandaar dat ook in Nederland Marokkanen zich bespioneerd voelen. Zeker zij, die op enig terrein actief zijn geweest ten behoeve van landgenoten of een politiek doel, weten dat hun namen circuleren bij de Marokkaanse veiligheids politie. Hun foto zit daar waarschijnlijk ook in het archief. Een van de veiligheidsmaatregelen die sinds kort in Marokko van kracht is is de verplichte „carte nationale d’identité”. El ke Marokkaan is verplicht een dergelijk persoonsbewijs bij zich te dragen. Hij die betrapt wordt zonder zijn „carte” wacht in vele gevallen opsluiting en uitgebreide on derzoeken. Vooral voor de jonge mannen in Marokko is de „carte” geen pretje. Zo- Dat laatste wordt voor een groot deel >paald, niet door de bewijslast, maar Meer door de maatschappelijke status fan de verdachte. „Als je geld hebt ben je in Marokko”, is een veelgehoorde ïeet. De gevangenispoort opent zich snel oor de mensen met veel dirhams (de Marokkaanse munteenheid die ongeveer Mig cent waard is) of de juiste connec ts. Een briefje van vijf is vaak voldoende Als je voor een politiek vergrijp, wel of niet schuldig, wordt opgepakt, dan weet je niet wat je te wachten staat en hoe lang het duurt. De willekeur viert hoogtij, gerug- gesteund door een corrupte ambtenarij en politie. Dat verklaart de angst waarmee alle Marokkanen leven, die met uitwijzing naar hun geboorteland worden bedreigd. Intern dreigt Marokko een politiestaat te worden, als het dat nog niet is, zeggen waarnemers. Elke daad tegen het regime, één verkeerde opmerking die het oor van een van de duizenden verklikkers bereikt, en de gevolgen zijn niet te overzien. De Liggend mogen slapen is een van de oordelen van deze afdeling. Verderop zit- »n nog veel meer mensen samengeperst in e kleine witte barakken. Daar kun je Heen maar staan. De gevangenen hebben Ik één deken voor de nacht. In de praktijk apen de sterksten, de vriendjes van de arakoudste, op een bed van soms wel cht dekens en hebben ze ook nog twee ekens over zich heen. Dat betekent dat en groot aantal gevangenen is aangewe- en op eikaars warmte gedurende de kou- e nachten in het woestijngebied. Lang duurt de nacht overigens niet. Om ijf uur ’s ochtends worden de gevangenen ewekt met een wilde trap tegen de sche en of, als ze niet snel genoeg reageren aar het oordeel van de bewakers en arakoudsten, een schop tegen het hoofd f in de maagstreek. I Kort daarop is er appèl op de binnen plaats van het kazerneachtige gevangenis- fomplex. Een bewaker gaat snel de rijen langs, hardop tellend. Zijn collega kijkt Huwelijks op het notitieblok in zijn han- len. Zijn priemende blik gaat als een zoek licht over de slaperige en ongeschoren fezichten. Absoluut stilstaan is het devies. Eén verkeerde beweging kan worden be antwoord met een pak slaag. Staande op le binnenplaats wordt het snel duidelijk (at vluchten een zeer riskante aangelegen heid is. Op de daken van de barakken jopen zwaar bewapende cipiers en de me- lershoge muren rond het complex waar irove glassplinters zijn ingemetseld ma len het welhaast onmogelijk om weg te komen. I Twee minuten nadat ze naar buiten wer- ten gedreven, zitten de tachtig ingeslote- fen weer in de barak. Ze weten dat ze nog lot tien uur moeten wachten voor het scha mele „ontbijt” van die ochtend wordt ge tracht. Een slap aftreksel van theeblade- ten en een korst oud brood moeten de mannen het knagende gevoel in hun ma len optnemen. Het voedsel van betere kwaliteit dat door een enkel familielid ‘ordt gebracht, verdwijnt voor het groot ste deel in de mond van de barakoudste en ajn makkers. In één ruimte zitten tachtig mannen die de meest uiteenlopende misdrijven logen de staat en de wetten van Allah lorden verdacht. De verkrachter en de fauwdief, de overtreder van de vasten en ie saboteur, de moordenaar en de jongen lie een watermeloen van zijn buurman Pikte, veroordeelden en mannen die als lun zaak voor de rechter komt misschien «orden vrijgesproken, schuldigen en on- diuldigen. gewonden. Waarom precies de coup mis lukte is nooit duidelijk geworden. De re bellen werden geëxecuteerd en beelden daarvan werden dagen achtereen op de Marokkaanse televisie uitgezonden. Toen een jaar later een mislukte luchtaanval op het koninklijke vliegtuig werd uitgevoerd door opstandige luchtmachtmilitairen volgde dezelfde vertoning met de daders. dra een jonge Marokkaan in zijn gemeente een „carte” komt aanvragen, wordt hij direct geregistreerd voor de militaire dienst. In de steden werd het verzet tegen de dictatuur steeds feller. Stakingen van stu denten, middelbare scholieren en arbei ders, zoals bijvoorbeeld de 1 mei-manifes- taties in 1970 markeerden de onrust. Ook uit het buitenland werd druk uitgeoefend op de Marokkaanse regering. Het gezicht van het land was geschaad, zo bleek uit talrijke commentaren. De bondgenoten van Marokko, de Verenigde Staten voor op, eisten herstel van het „democratisch vernis”, zoals Ankie Mensink het om schrijft. De koning begreep dat hij iets moest doen om het opborrelende verzet het gras voor de voeten weg te maaien. Hij deed dat door een nieuwe grondwet aan te kondi gen waarover het volk zich in een referen dum mocht uitspreken. De nieuwe grond wet gaf echter de koning en zijn regering een nog meer absoluut karakter dan deze al had. Alle oppositiepartijen, de nationa listisch progressieve Istiqlal, de U.N.F.P. en de Partie de la Liberation et du Socialis me (voor vrijheid en socialisme) adviseer den evenals de linkse vakbeweging een boycot van het referendum. Toch werd het referendum doorgezet en de uitslag gaf een overweldigende over winning voor de regering aan. Ook in steden waar de oppositie acht jaar eerder grote overwinningen had behaald, werden nu nauwelijks onthoudingen geteld. „De uitslag was al bij voorbaat vervalst: de verkiezingslijsten waren sinds 1963 nau welijks herzien waardoor twee miljoen stemgerechtigden niet konden stemmen. Deze twee miljoen waren hoofdzakelijk jongeren die het meest skeptisch staan tegenover de monarchie”, schrijft Ankie Mensink. Ook de druk van de autoriteiten maakte een vrije en oprechte meningsui ting erg moeilijk, zoniet onmogelijk. In het regeringssysteem was na 1970 het tweekamer-stelsel afgeschaft en vervan gen door één kamer van afgevaardigden waarvan slechts één derde direct werd gekozen. Dat deel is dan nog zo samenge steld dat een politieke partij nooit de meer derheid kan halen. In 1970 werden verkie zingen gehouden, geboycot door de combi natie van Istiqlal en U.N.F.P. De „onaf hankelijke” koningsgezinde partij haalde een ruime meerderheid. Intussen nam de onrust nog altijd toe. Het leger moest verschillende malen in grijpen om de orde te herstellen. Met name de corruptie onder de ambtenaren eh de rechterlijke macht was aanleiding voor kleinere en grotere acties van de bevol king. De economie stagneerde, de werk loosheid nam zienderogen toe. Veel Ma rokkanen trokken naar West-Europa om werk te vinden. De achterblijvers werden steeds feller in hun reacties. Op 10 juli 1971 trachtte de legertop door middel van een staatsgreep de macht over te nemen. Vijf van de vijftien generaals die het Marokkaanse leger op dat moment telde, waren erbij betrokken. De aanslag had plaats op het moment van een feest ter gelegenheid van de verjaardag van de ko ning. Er vielen 150 doden en zeshonderd Meer dan tien aanslagen op zijn leven heeft koning Hassan in zijn zeventien rege ringsjaren overleefd. De laatste werd in augustus 1972 gepleegd, toen een groep militairen van de luchtmacht het konink lijke toestel waarin Hassan uit Frankrijk terugkeerde, beschoten. Door ingrijpen van gezagsgetrouwe vliegers van de basis Kenitra (waar ook Amerikaanse straalja gers zijn gestationeerd) werd de poging verijdeld. Hassan bleef zelfs ongedeerd. De belangrijkste samenzweerders kregen de doodstraf. De politieke macht van de koning is groot in Marokko. Behalve op leger en politie steunt de monarchie op de ideologie van de Islam. De koning, die voor de onafhankelijkheid van Frankrijk in 1956 nog sultan heette, wordt geacht direct af te stammen van de profeet Mohammed, de grondlegger van de Islam. De relatie van vorst en volk is die van heerser, absoluut vorst en ondergeschikten. De religieuze basis van de monarchie krijgt vooral van uit de orthodoxe plattelandsgebieden veel steun. De koning is zowel wereldlijk als religieus hoofd van het volk. De onderwer ping van het volk aan zijn vorst komt tot uitdrukking in de zogenaamde „bai'a", een aanhankelijkheidsbetuiging van de stam men, vooraanstaande personen en verte genwoordigers van allerlei staatsorganisa ties bij de troonbestijging van een nieuwe koning en bij elke verjaardag van die troonsbestijging. j

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1978 | | pagina 17