panners kunnen geen piramide bouwen Schandelijk uitgewerkt project van Japanse universiteit Klungelig bouwsel naast i I de echte Egyptische koningsgraven Ja 11 J j; B door Bob Tadema Sporry Afgebroken Na 4000 jaar Vinnig artikel door Lea Wijnberg b.|| I I T 1 1 IMK I Elke dag moeten de ruiten van de costuumvitrines van het Nederlands Openluchtmuseum worden afgelapt vanwege de kinderneuzen die er zich halsstarrig tegenaan drukken. Achter die ruiten zijn de kinderen van vroeger, in de verbeelding teruggeroepen zoals ze er moeten hebben uitgezien: bijna geheel verpakt in kleurig of somber textiel. Volledig afgewerkt en versierd. Met lange rokken en broeken, kunstige jasjes, malle hoedjes en schoenen met gespen. De jongens en meisjes van 1978 die er verbaasd naar staan te kijken, hebben zelf nostalgische kleertjes aan, maar dat kun je geen mode, geen stijl noemen. Aan de twee kanten van de glaswand bevinden zich twee tijdperken: een luchtig maar stijlloos heden, en een hermetisch gesloten doch stijlvol verleden grafmonument voor die konlng hadden gebouwd. Omdat er jaarlijks onge veer een miljoen toeristen uit de hele wereld naar dit wereldwonder komen kijken dat zich daar zo trots verheft op het plateau van Gizeh, kon men rekenen op grote belangstelling tijdens en na de bouw van die Japanse piramide, die een schaalmodel zou worden van de echte „Cheops”: schaal 1 op 7. ■MM* if ik - ''f In 1977 werd het voor het eerst bekend gemaakt in de archeologische vakbladen: de universiteit van Waseda in Tokio had een project ontwikkeld waarbij voor het eerst in de geschiedenis een poging zou worden gedaan om eens na te trekken hoe de oude Egyptenaren tijdens de regering van farao P* r I f Af ;f to ri- De stenen van de Japanse piramide staan zo uit elkaar dat de mortel er in klodders uitpuilt I In Egypte begon de rel rond dit „weten- •ir Het hakken van de topsteen een kind D o ü- Klaar voor sacramentsprocessie. 0 I I I Daarom hebben vele malen allerlei lieden tegen betaling van een vette baksjiesj in de grafkamer de nacht doorgebracht om er al dan niet onzegbare dingen te beleven en zelfs om er men kan het geloven of niette ervaren wat er wel allemaal ge beurde als men daar de liefde bedreef! Volgens eigen zeggen waren de Japanners teau van Gizeh op ongeveer 4 km van Cheops’ kolossale monument? Een klein en zeldzaam klungelig uitgevoerd bouw- seltje van hooguit 10 meter hoog en met basiszijden van krap 13 meter. Ook van de 10.000 arbeiders kwam niets terecht. Het werden er tenslotte enige tientallen Zij die uiteindelijk het meeste plezier aan het bouwen hebben beleefd waren ongetwijfeld de Japanse studenten die in witte hansoppen en met plastieken helmen op het hoofd een fijne vakantie beleefden in een lekker klimaat en met niet al te zwaar werk. Wie ook veel pret hadden waren de jongens van de televisieploeg die enige malen per dag een paar opnamen van de vorderingen kwamen maken en dan terugkeerden naar de geneugden van Cairo. Maar voor de restDe foto’s laten overduidelijk zien hoe schandalig slecht het werk werd uitgevoerd. De slordig be- hakte blokken zandsteen zijn zelfs nergens haaks zodat er tussen de spleten die bij de piramide van Cheops nauwelijks 1 mm In een tijd dat het familieleven stervende is, kinderen in het laboratorium ontwor pen worden 'en volksfeesten en kerkelijk vertoon zo goed als verdwenen zijn, is het .extra boeiend te zien hoeveel waarde men vroeger hechtte aan geboorte en doop, resp. aan allerlei feestelijke en plechtige bedragen nu allemaal meer dan een handbreed werden zodat ze moesten wor den opgevuld met grote klodders metsel- Wat een geluk dat het mormeltje intussen weer met de grond gelijk is gemaakt! 1 gEen kind was i niet zomaar allerminst van plan er gekke dingen uit te halen. Voor hen ging het om dé meest pure wetenschap en nergens anders om. En wat heeft hun project, begonnen op 6 februari en geëindigd op 15 maart 1978 uiteindelijk bewezen? Eén onweerlegbaar feit: Japan ners kunnen GEEN piramide bouwen! tje-van-nu en hij had wel met neus èn mond achter de glasruit willen zijn. Het kind-van-toen heeft de rose suiker koek van Lesjesdag opgegeten en mis schien van de brandewijn gesnoept, maar het moest op zijn tijd ook misdienaar zijn of processie-engeltje, wat aandoénlijk wordt uitgebeeld in het Brabantse tafereel van de sacramentsprocessie. Dit vind ik één van de mooiste opstellingen, waarin de eenheid van gebeuren eri kleding, zo ken merkend voor de stijl van Jan Duyvetters kostuumcomposities, opnieuw bewonde ring afdwingt. Hetzelfde kan gezegd wor den van de Pinksterbruid en van een Zeeuwse Koninginnedag: een schuimend- witte wolk van kanten kindermutsen voor de poppenkast, een snufje kleur van ser pentines. Het kind was niet zomaar een kind. het droeg op zijn kleren vaak de kentekenen van rang, stand en geloof, ook van rouw in diverse graden. Een kleine volwassene. Het geheel van de expositie lijkt wat min der in één greep gehouden dan met de vorige tien tentoonstellingen het geval was. Treffend blijven de details: een domi nospel op tafel bij de oudejaarsoliebollen, de kerststal die er dan nog staat. Door de ramen wat sneeuw, en sneeuwvlokken op de zwarte Volendammer kindermutsen met hun snerpend-blauwe rand. Een zil veren rozenkrans met zakdoek losjes op een stoel gelegd. Een breikous op tafel bij thuiskomst van de Loteling. De vitrine met de sitsen, de beroemde Indiase katoe nen stoffen met hun prachtige rode tinten en de speelgoedcollectie verdienen een ex tra vermelding. Een schat aan kledij en sieraden en ook een schat aan kennis van kostuums en cultuurhistorie werd in de expositie geïnvesteerd. Zoals gebruikelijk. De investering komt op naam van het hoofd van de kostuumafdeling Jan Duy- vetter en zijn staf, van wie ik zijn naaste medewerksters in het bijzonder wil noe men: A. C. H. Geerke, R. G. Mellema- Retsema, V. E. U Moonen en H. Stegeman. maakt. Bovendien was het toch ook wel aardig om na 4000 jaar (in werkelijkheid 3500 jaar, want toen werd de laatste grote piramide, nummer 88 in een lange rij, gebouwd door farao Ameni) een „vierde piramide” bij Gizeh te bouwen, al was dat dan in werkelijkheid de tiende, want er staan er negen op het plateau, maar er werd nu eenmaal erg raar met cijfers gegoocheld tijdens het project. De Japanse piramide moest ruim 20 meter hoog wor den. De basiszijden werden 28.80 meter en niet minder dan 10.000 arbeiders zou den te werk worden gesteld plus de Japan ners die de leiding gingen geven. De gege ven tijd van 38 dagen voor de bouw was wel erg krap bemeten als men Weet dat Cheops’ mannen er een jaar of twintig over deden en dat die niet alleen een piramide van onvoorstelbare perfectie (zelfs voor onze tijd!) bouwden méar ook nog zorgden voor een ingewikkeld gangen stelsel, enige vertrekken en een afsluiting van reusachtige steenblokken. En wat kwam er uiteindelijk te staan op het pla- rijk archeologisch terrein. Daar stond nu duidelijk zichtbaar, met op de achtergrond het reuzengebouw van Cheops, een heel klein en heel scheef piramidetje van schots en scheve steenblokken waar de mortel in verharde klodders uitpuilde. Die mortel had men met veel gips aangemaakt, want dat werkt lekker vlug. Maai om „wetenschappelijk” te werken maalde men die gips tussen twee authentieke gra nieten molenstenen (voor graan!) terwijl er omheen een keur van moderne gereed schappen de bouw mogelijk moest maken: electromotoren, stalen hijsinrichtingen, vrachtauto’s en prachtig modern gereed- schap. De Japanners kónden dat onmoge lijk ontkennen maar ze wezen wel op de (ongebruikte) hellende toegangsweg die ze dan toch maar hadden aangelegd om de steenblokken omhoog te slepen op een eenmalig gebruikte houten slede naar an- gebeurtenissen. Het kind speelde daarbij een eigen rol. Op de expositie „Kinderen vieren feest” die tot 1 november in het Arnhemse Openluchtmuseum te bezichti gen is, wordt deze rol heel duidelijk. Een kind was niet zomaar een kind. Het was beurtelings een boreling (zie de vitrine met luiermand en door de kraamvrouw gedra gen gouden ring ten teken dat zij een echtelijk kind had gebaard); een dopeling verborgen onder een fraaie doopdeken, middelpunt van een Hindeloopense doop- stoet en nauwelijks volwassen een loteling met een pet vol linten. Het was een schoolkind dat de klas versiert voor juf, een eerbare dochter die op de merklap voor haar uitzet oefent of eerbiedig toeziet hoe vader de palmpaas optuigt. Ook be toonde het kind zich een waardig lid van de dorpsgemeenschap door de Pinkster bruid te helpen opsieren. Of het functio neerde als deelnemer aan het féést der „Onnozele kinderen” ergens in Limburg. Het was dan als oudere verkleed en mocht voor één keer de baas spelen. Zijn eigen bijdrage aan de folklore leverde het kind ook op „Lesjesdag”, eigenlijk „restjes- dag”, een oud huwelijksgebruik. Een dag na de officiële bruidsdis werd de jeugd onthaald; het Markense interieur met de gedekte tafel lokt bij de omstan ders veel commentaar uit. „Wie staat daar voor ’t raam?”, vraagt een moeder naast me. Oma, weliswaar in lichte rouw, maar toch glimlachend naar het jonge paar. „Zijn de koekjes echt?”, vraagt een jonge- schappelijke” project met een vinnig arti kel in El Ahram, waarbij men een beschul digende vinger uitstak naar wat daar in specie. Bij de Cheops is deze mortel pa- Gizeh werd uitgespookt op een zo belang- pierdun uitgesmeerd en vaak niet eens te zien. Het enige ding dat redelijk zuiver in (zachte!) kalksteen werd uitgevoerd was het zogenaamde piramidion, de piramide vormige topsteen, die door de oude Egyp- tenaren altijd werd uitgevoerd in een van de hardste steensoorten zoals bijvoorbeeld dioriet en dan met een sublieme perfectie. In de Japanse piramide kwam wél een grafkamertje met een gangetje er heen. Dit geheel werd uitgespaard in het inwen dige. Er was zelfs een sarcofaagje van steen waarin met enig proppen en persen misschien een opgerold Japans faraootje had kunnen passen. Op het eerste gezicht leek het plan zo gek nog niet. Men zou bij de uitvoering kennis maken met alle moeilijkheden, vraagstuk ken en problemen waarmee ook de oude Egyptenaren te maken kregen en waar- voor zij tenslotte staat het ding er! uitstekende oplossingen vonden want de beroemde Grote Piramide is praktisch vol- Op 13 maart werd bekend gemaakt dat de Japanse piramide, klaar of niet klaar, op 17 maart moest zijn afgebroken, want wat El Ahram verklaarde kon geen zinnig mens ontkennen: „Het ding bederft het mooie woestijnlandschap en is bovendien ontoonbaar”. Want wat de Reus voor de Dam was, was dit gekke piramidetje voor Gizeh: een aanfluiting. Inmiddels was de film wel zowat gereed gekomen en binnen kort gaat men starten met de verkoop naar het buitenland. Dan kan iedereen met ei gen ogen zien hoe de oude Egyptenaren wis en waarachtig een pyramide bouwen. De piramide van Cheops, de grootste van de 109 die er in Egypte en Soedan bestaan, en de mooiste van de 10 op het beroemde plateau van Gizeh, heeft altijd een onweerstaanbare invloed uitgeoefend op serieuze, maar helaas ook op talloze totaal onwetenschappelijke onderzoekers, die vlijtig speurden naar „het geheim” van het monument dat dit naar hun mening moest bezitten. Daarom voer bijvoorbeeld Thor Heyerdahl op een papyrusboot naar Amerika om daarmee totaal niets te bewij- zen._Daarom stelden de zogenaamde „pira- midioten” de wonderlijkste theorieën op ondanks alle wetenschappelijke hoon. ri- Met antieke granieten komestenen voor graan wordt op ,,farao-nische" wijze gips gema len. tiek model. „Maar”, aldus professor Yoshi- mura in zijn verweer, „we móeten wel met modern materiaal werken, want anders komen we nooit klaar”. Wat een zonder ling argument mag heten als men preten deert te willen bouwen op de wijze der antieke Egyptenaren om zo achter hun geheimen te komen. Een tweede, even zon derling argument werd aangevoerd door dr. Girgis, waarnemend directeur van het Egyptische departement van oudheden die erg enthousiast was geweest voor het pro ject. Dr. Girgis was furieus over de blame rende publicatie in El Ahram. „Er doen zich nergeps problemen voor”, verklaarde hij officieel. „Op 15 maart wordt de sluit steen, de laatste van de 300 gebruikte ste nen (ip werkelijkheid zijn het er 900) ge plaatst en dan is de 20 meter hoge pirami de gereed”. Hetgeen zonneklaar bewees dat dr. Girgis zelfs niet eens de moeite had genomen om zelf te gaan kijken, want dan had hij wel opgemerkt dat de ware hoogte 10 meter bedroeg. Het worden twee vertoningen van 90 minu ten elk. Het is overigens onbegrijpelijk dat een universiteit als Waseda zich voor zoiets heeft geleend. Maar zoals een Amerikaan se egyptoloog zei: „In naam der weten schap kun je allerlei rare stunts uithalen als het maar grof geld opbrengt. En wat doe je er tegen? Niets, helemaal niets. Het vervelende is alleen dat nu iedereen gaat denken dat de échte piramiden op een dergelijke idiote manier gebouwd werden- ”.Wie dus in de toekomst eventueel de film te zien krijgt weet nu waar het om gaat: de bouw van een neppiramidetje dat onge veer driemaal kleiner werd opgebouwd met modern gereedschap en dan nog heel slecht, heel slordig en buiten proportie. D s o Duidelijk is te zien hoe scheet de stenen staan; op de achtergrond het volmaakte monument van farao Cheops. ir De loting uit Staphorst. sj

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1978 | | pagina 27