in Rhode Island
Vervolgtoneel: deel II Three places
|g@
’t Eikenhuys
Grote presentatie
Mediakollectief
Nobelprijs voor Singer
volslagen verrassing
Kwaliteit met hoofdletters geschreven
Rob Sipkes
Edelsmid
y]
n
Fraaie Najaarsexposities bij Bouwman en Polak in Den Haag
Schrijver van het Oosteuropese jodendom
Kleine meesters
Kom kijken naar eiken
13
KUNST
19 7 8
6 OKTOBER
VRIJDAG
W
NOORDHOLLANDS PHILHARMONISCH ORKEST
\IG
CONCERTGEBOUW HAARLEM
JAZZ 1978/1979
Specialist in MASSIEF EIKEN
en RUSTIEKE MEUBELEN.
Breestraat 149 (naast Beverhof)
Beverwijk. Tel. 02510-23368
s Maandags gesloten.
iS,
Ontdek de andere
trouwringen
bij Rob Sipkes.
#3»
1
do. 19 okt. SARAH VAUGHAN
vr. 3 nov. BETTY CARTER
za. 2 dec. ART BLAKEY
za. 30 dec. DIZZY GILLESPIE
za. 6 jan. TOOTS THIELEMANS
za. 25 feb. CHRIS BARBER
za. 24 mrt. HORACE SILVER
HAAL NÜ EEN ABONNEMENT
Kassa open van 10-3 u., tel. van 12-3
u. (023) 320994.
Op zondag is de kassa open als er die
dag een concert is.
Tel. informatie (023) 321155. Lange
Begijnestraat 13, Haarlem
DEN HAAG. Naar goede traditie brengt de R in de maand de
romantiek in de oude kunsthandel. Zijn het de maanden maart en april
die in deze sector de vöorjaarsexposities te zien geven, september en
vooral dit jaar oktober bieden na het zomerreces overal weer het beeld
van oude kunsttentoonstellingen waarin romantiek, Haagse School en
impressionisten centraal staan. In afwachting van het veelal grote
gebeuren bij de Haagse kunsthandel Pieter Scheen zijn het Ivo
Bouwman en Richard Polak, in veel gevallen elkanders tegenpolen, die
momenteel de aandacht trekken met een nieuwe presentatie.
Bezegel het "ja, ik wil”
met een exklusieve
band. Trouwringen,
vormgegeven naar uw
eigen smaak.
Bij Rob Sipkes.
Exklusieve sieraden
Warmoesstraat 2 - Haarlem
Tel. (023)-324309
(achter de Hallen bij de Grote Markt)
(ADVERTENTIE)
6 concerten op de vrijdagavonden
losse kaart 10,(a.i.)
(ADVERTENTIE)
(ADVERTENTIE)
(Van onze kunstredactie)
(ADVERTENTIE)
(ADVERTENTIE)
CEES STRAUS
Spannend op weg
in Rumstick Road
abonnement 6 concerten 50,(a.i.) c.j.p. geldig
kaartverkoop en plaatsbespreken aan de kassa van het Concertgebouw, Lange
Begijnestraat 13, Haarlem van 10-15 uur; telefonisch 32 09 94 van 12-15 uur.
HAARLEM. De Haarlemse Me
dia Manifestatie is de naam van een
groot opgezet evenement, dat van 3
tot en met 5 november wordt gepre
senteerd in het Haarlemse filmhuis
Het Melkwoud, de Toneelschuur, het
Frans Halsmuseum en de Haarlemse
bioscoop het Roxy Theater, en dat
een staalkaart belooft te bieden van
wat er momenteel op het gebied van
de audiovisuele media wordt gepre
senteerd.
Het evenement, enerzijds een film
festival, anderzijds een presentatie
van allerhande audiovisuele produk-
ten, staat onder auspiciën van het
Haarlems Mediakollektief, dat zich
met deze manifestatie voor het eerst
naar buiten toe presenteert. Het ge
heel omvat naast de vertoning van
een dertigtal speelfilms en een groot
aantal korte films een foto-expositie,
een 8-mm filmfestival, dia-presenta-
ties, het vervaardigen van radio-pro-
gramma’s en de verschillende video-
experimenten.
Spalding Gray is op een spannende ma
nier met zijn speurwerk bezig, bijna nuch
ter wetenschappelijk. Als hij zich in de
voorstelling tot het publiek richt dan is het
alsof hij om hulp vraagt. En als hij aan het
slot heel kort voor je komst bedankt dan
klinkt dat ontroerend. Nog interessanter is
dat je als toeschouwer bezig bent aan
eenzelfde soort onderzoek. Alleen is dat
gericht op de wijze waarop Gray en zijn
groep hun onderwerp tot theater hebben
gemaakt. Er zijn heel wat dingen die je pas
lang na zo’n voorstelling opeens duidelijk
worden. Het kan ook geen kwaad over zo’n
een geheel ander toneelbeeld dan het eer
ste. Zoals al in de vorige recensie werd
vermeld staan alle drie de delen op zich
zelf, ook zijn ze eikaars vervolg. Rumstick
Road kan dus gezien worden als een zelf
standige produktie. Als speelplan zijn er
twee opengewerkte kamerruimtes die ge
scheiden worden door een niet voor het
publiek zichtbare ruimte. Daarvoor zit iets
verhoogd een technicus. Hij is het brein, de
machinerie ook, waardoor alles werkt.
Zijn overduidelijke aanwezigheid werkt
heel relativerend. Het onderstreept nog
eens het boven alles documentaire karak
ter van deze produktie, bedoeld om de
„psychiatrische verificatie” voor Gray mo
gelijk te maken.
Dat de Performance Group in staat is
streng vorm te geven aan Spalding Grays
onderzoekingen is buiten kijf. Het decor
van naturelkleurig hout komt op mij over
als een groot brein waarin Gray rondgaat.
Op het innerlijk daarvan krijg je als kijker
zicht doordat de twee deuren die vanuit
het middendeel toegang tot de kamers
geven aan een zijde spiegelen. Heel mooi
werkt dat met de grootmoeder in rolstoel.
Een collectie als die van Ivo Bouwman
een verzameling beelden van de heden
daagse kunstenaar Karel Gomes dient ter
aanvulling staat bijna op een museaal
niveau. Dat brengt prijzen met zich mee
die vooral aantrekkelijk zijn voor beleg
gers. De kunsthandelaar, die in de eerste
plaats de echte liefhebber wil zien binnen
komen, beperkt zich daar natuurlijk be
hoorlijk mee. Dat is de prijs die Bouwman
zichzelf moet betalen in zijn streven om
alleen de beste kwaliteit te kunnen hand
haven.
Richard Polak in de Parkstraat 85 mag
hierin zijn tegenpool heten. Met een collec
tie van voor het merendeel kleine meesters
zit hij in de prijsklasse van tien duizend
gulden heel goed vertegenwoordigd, met
een enkele uitschieter naar boven maar
ook met een flink aantal rond de vijf en zes
duizend gulden. Daarmee richt hij zich in
de eerste plaats op de beginnende verza
melaar.
Polak houdt een heel redelijk pleidooi
voor de meesters van het tweede garnituur
waarmee hij zoveel wil zeggen als dat er
ook genoegen aan een „kleine” naam kan
worden beleefd mits er maar kwaliteit in
het doek zit. Zo’n schilder is W. G. F.
Jansen van wie Polak een vrij fors strand
gezicht heeft, dus heel wat anders dan de
meer bekende heidegezichten van deze
schilder die vaak voor de handel werden
gemaakt. Een winters bosgezicht van H. O.
van Thol, die veel heeft samengewerkt met
Louis Apol en ook diens invloed heeft
ondergaan, is nog zo’n voorbeeld van een
kleine meester met grote kwaliteiten.
Het zoeken naar dergelijke schilders le
vert trouwens tal van verrassingen op: een
heerlijk boslaantje van F. A. Schippérus
bijvoorbeeld, een interieur met wassende
vrouw van Albert Neuhuys en een prach
tig riviergezicht van de romanticus Jan
Weissenbruch. Met de laatste aquarel zijn
we eigenlijk al op het terrein van de grote
meesters aangekomen en ook hier heeft
Polak zich behoorlijk bedreven getoond in
het uitkiezen van enkele topstukken. Van
Jacob Maris bezit hij een uniek landschap
met zandschippers, terwijl Willem de
Zwart is vertegenwoordigd met een boer
derijtje, daterend uit 1910 toen hij onge
meen felle kleuren placht te gebruiken.
Een Petrus Vertin, een Klinkenberg, een
stilleven van Kever, een Paul Gabriël en
een imponerende Wysmuller behoren tot
het vele dat Polak nog verder aan kwaliteit
te bieden heeft.
(De expositie bij Ivo Bouwman loopt tot
en met 14 oktober en is op dinsdag tot en
met zaterdag toegankelijk van 11-17 uur,
op zondag van 13-17 uur. Polak blijft tot
22 oktober geopend, zeven dagen Jüer week
van 12-17 uur).
Isaac Bashevis Singer is de achtste Ameri
kaanse Letterkundige die de Nobelprijs is toe
gekend. Sinclair Lewis, Eugene O’Neill,
Pearl Buck, William Faulkner, Ernest He-
13 oktober, 17 november, 8 december
19 januari, 16 februari, 16 maart
gastdirigenten: RONALD ZOLLMAN, JERZY KATLEWICZ, OTAKAR TRHLIK
solisten: DUBRAVKA TOMSIC, MALCOLM FRAGER, YOURI EGOROV - piano
ANA CHUMACHENKO, CHRISTIANE EDINGER - viool
JAN VAN DEN BERG - fluit
SYLVIA PRINSEN - harp
mingway, John Steinbeck en, in 1976 Saul
Bellow, zijn hem voorgegaan. Ook zijn er
eerder joodse schrijvers geweest die de
prijs kregen. In 1966 ging de onderschei
ding naar de Hebreeuwse romanschrijver
Samuel Agnon en de dichteres Nelly Sachs
die een Zweedse van Duitse afkomst is.
Singer kreeg de Nobelprijs voor „zijn
hartstochtelijke vertelkunst die met haar
wortels in de Pools-joodse culturele tradi
tie de universele condities van het mens
zijn tot leven brengt”.
De Zweedse Academie verklaarde dat
Singers ervaringen in de Poolse getto’s
„hun stempel op hem hebben gezet als
mens en auteur en hem de stof hebben
geschonken voor zijn inspiratie en verbeel
ding”. Het is de wereld en het leven aldus
de Zweedse academie, van het Oosteuro
pese jodendom zoals het werd geleefd in
de steden en dorpen, in armoe en vervol
ging en doortrokken was van een diepe
vroomheid en riten in samenspel met blind
geloof en bijgeloof.
Singer schrijft in het Jiddisch, „de taal
van het gewone volk, de taal van de moe
ders waarin sprookjes en anekdotes, le
genden en herinneringen eeuwenlang voor
het nageslacht werden bewaard binnen
een historische ontwikkeling die niets on
beproefd schijnt te hebben gelaten wat
angst, hartstochten, afwijkingen, wreed
heid en bestialiteit, maar ook wat helden
dom, liefde en zelfopoffering betreft”.
In Singers vertellingen en romans, aldus
de Zweedse academie, is de „breuk tussen
traditie en vernieuwing, tussen transcen
dentie, geloof en mystiek enerzijds en vrij
denkerij, secularisatie, twijfel en nihilisme
anderzijds een wezenlijk thema”. „Het is
een joods, maar tegelijk ook algemeen
menselijk thema”. Singers grote familie
kronieken, de romans „The Family Mos-
kat (1950), „The Manor” (1967) en „The
Estate” (1969) zijn vergeleken met de ro
man „Buddenbrooks” van de grote Duitse
auteur Thomas Mann wiens roman Der
Zauberberg” door Singer vertaald is.
dirigent: ANDRÉ VANDERNOOT
SEIZOEN 1978-1979
SERIE B
Concertgebouw Haarlem - 20.15 uur
eerste concert op 13 oktober a.s.
Evenals in „Buddenbrooks” wordt in Sin
gers romans beschreven hoe oude geslach
ten ten onder gaan omdat zij niet opgewas
sen zijn tegen de eisen van een nieuwe tijd.
Andere werken van Singer zijn: „The Ma
gician of Lublin” (1960), „The Spinoza of
Market Street” (1961), „The Slave” (1962),
„Short Friday and other Stories” (1964),
„A friend of Kafka” (1971) en „Enemies, a
Love Story” (1972). Een aantal van deze
boeken is in het Nederlands vertaald.
Singers vader was een rabbijn en ook
zijn moeder stamde uit een geslacht van
rabbijnen. In de periode tussen de twee
laatste wereldoorlogen begon Singer in
Warschau waar hij als journalist werk
zaam was, verhalen te schrijven. Hij stond
toen onder invloed van zijn oudere, inmid
dels overleden broer die al als auteur be
kendheid had gekregen. Zijn eerste literai
re werken waren geen groots opgezette
romans, maar vertellingen en novelles. In
dit genre heeft Singer naar de mening van
de Zweedse academie „zijn toppunt als
verteller en stilist bereikt”.
In 1935 emigreerde Singer naar de Ver
enigde Staten waar zijn broer al woonde.
Daar verschenen in hoog tempo literaire
werken van de bekroonde schrijver die in
letterkundig opzicht steeds meer gingen
betekenen. Zijn besluit zich geheel aan de
literatuur te wijden, betekende een breuk
met de orthodox-joodse familietraditie.
Sinds 1943 is Isaac Bashevis Singer Ameri
kaans staatsburger.
71
(Van onze kunstredactie)
STOCKHOLM. De toekenning van
de Nobelprijs voor de letterkunde aan de
joods-Amerikaanse auteur Isaac Bashe
vis Singer mag een grote verrassing wor
den genoemd. Tot de laatste dag kwam
zijn naam niet voor op de lijst van de
meest kansrijke kandidaten en ook voor
Singer zelf is de bekroning volslagen on
verwacht gekomen. „Ik ben dankbaar,
maar tegelijkertijd spijt het mij dat
schrijvers, die beter dan ik zijn de prijs
niet hebben gekregen”, aldus de 74 jaar
oude schrijver die hoop uitsprak dat „in
de toekomst alle mensen die erkenning
krijgen die ze verdienen”.
Rumstick Road is het adres waar het
ouderlijk huis, van Spalding Gray stond.
Het wordt de toeschouwer per dia getoond
en Gray geeft er een rustig verklarende
uitleg bij. Wijst de vertrekken aan en ver
telt bij welk raam zijn moeder verschijnin
gen van Jezus moet hebben gezien. In deze
aflevering zijn we getuige van interviews
die Gray heeft met onder meer zijn groot
moeder, zijn vader en telefonisch met de
psychiater die zijn moeder heeft behan
deld. Gray laat zich niet emotioneel aflei
den als blijkt dat de psychiater zijn moe
der in eerste instantie helemaal niet meer
herinnert. Een patiënt die zelfmoord
pleegt is voor een zieledokter ook geen
pretje. Bij dat telefoongesprek houdt de
arts zich veilig op de vlakte en tegen het
slot komt hij met de opmonterende dood
doener dat ieder leven vele ups en downs
kent.
Dit tweede deel van Rhode Island kreeg
•fr Scène uit Rumstick Road, het tweede deel van Three places in Rhode Island gespeeld
door Performance Group uit New York, Ron Vawter met rubber masker; liggend
Spalding Gray. (Foto Bob van Dantzing).
opvoering te schrijven, want naarmate dit
stukje vordert besef ik pas hoe interessant
het werk van deze Amerikaanse theater
groep is en waardeer ik de voorstelling
opeens veel meer dan bij de eerste regel.
In dit tweede deel van de trilogie is
Spalding Gray bezig op intens geconcen
treerde manier zijn eigen herinneringen te
toetsen aan wat hij in de vraaggesprekken
te weten komt. Je ziet hem passen en
meteh als bij een legpuzzel waar de stukjes
tegelijk verschillend zijn en sterk op el
kaar lijken. In de voorstelling werken de
geluidsbanden met de vraaggesprekken
louter als documentatiemateriaal voor
Gray; niet als flash backs van wat vroeger
gebeurd is. Het bijwonen van de opvoering
van Rumstick Road maakt nog meer
nieuwsgierig naar het derde deel. Wie het
zelf wil meemaken en er kan met dit
tweede deel best worden begonnen
moet er voor naar Amsterdam want
Three places in Rhode Island komt niet in
het circuit. Tot 15 oktober in Mickery. Op
18 oktober begint een serie voorstellingen
van deel III: Nayatt School.
KO VAN LEEUWEN
AMSTERDAM. Een zoon probeert te
achterhalen wat allemaal van invloed is
geweest op de zelfmoord die zijn moeder
heeft gepleegd. Daarover gaat de theater-
trilogie Three places in Rhode Island die
de Performance Group uit New York deze
maand in Mickery vol maakt. De afgelo
pen twee weken was het eerste deel, Sa-
konnet Point te zien, waarin een intro-
duktie werd gegeven tot de nog komende
delen en waarin al openingen te zien wa
ren naar de herinneringen van Spalding
Gray, acteur van de groep, die in deze
trilogie met de zelf gekozen dood van zijn
moeder bezig blijft. Woensdag is een serie
voorstellingen van deel II begonnen, die
tot half oktober duurt. Rumstick Road is
de titel ervan en het is vooral een verza
meling vraaggesprekken op tapes.
Maar liefst vijf Jongkinds, een Vincent
van Gogh uit zijn Brabantse periode, een
Breitner uit een nauwelijks bekende stijl
periode, vijf Jan van Mastenbroeks, een
Isaac Israëls en opnieuw, maar liefst vier
Jan Sluyters. Ivo Bouwman (Lange Voor
hout 16) schrijft kwantiteit maar ook kwa
liteit met hoofdletters.
Bouwman heeft zich, sedert hij enkele
jaren geleden zijn behuizing aan de Laan
van Meerdervoort verwisselde voor het
statige pand aan de Haagse dreef, in zeer
snel tempo opgewerkt tot een der belang
rijkste handelaren in 19e en vroeg 20e
eeuwse schilderkunst. Niet tevreden met
het huidige aanbod van Haagse Scholers
dat helaas in de afgelopen tien jaar veel te
snel werd afgeroomd met veel te hoge
bedragen is hij zich langzamerhand meer
gaan oriënteren op het vroege Hollandse
impressionisme dat met Jongkind en de
enkele Van Gogh thans zo uitstekend is
vertegenwoordigd.
Daarnaast wordt soms een frivool uit
stapje gemaakt naar de Fransen, dat nu
geresulteerd heeft in een opvallende Jean
Dufy, broer van de bekende Raoul en een
vertegenwoordiger van het (vroege) fau-
visme.
Bouwman is altijd al een bewonderaar
van Jan van Mastenbroek geweest, een
Rotterdamse schilder aan het begin van
deze eeuw die vooral gegrepen was door
de opkomst van de haven in zijn stad. Van
Mastenbroek was behalve een goed schil
der ook een uitmuntend aquarellist, maar
gezegend met een kroostrijk gezin heeft hij
veel aan de commercie moeten toegeven.
De beste werken zijn in de beginperiode
van zijn schildersloopbaan ontstaan het
geen Bouwman overtuigend weet aan te
tonen. Met name een riviergezicht bij zons
ondergang, een gezicht op Delfshaven en
een Rotterdams stadsgezicht treffen door
hun unieke sfeer.
Met de olieverf van Breitner stuit je bij
Bouwman op een periode waarin de Am
sterdamse schilder korte tijd een ongeloof
lijk blond licht in zijn werk etaleerde. Het
hier getoonde werk moet rond 1897 zijn
gemaakt. Het stelt drie schoolmeisjes voor
en het werd nog voor de eeuwwisseling bij
de bekende kunsthandelaar Van Wisse-
lingh in Amsterdam geëxposeerd. Daarna
is het onder meer bij Oldenzeel in Rotter
dam geweest, maar zeker zo’n drie kwart
eeuw is het toen niet meer in het openbaar
gekomen.
Dat geldt in zekere zin ook voor een klein
schilderij met twee ratten van Vincent van
Gogh, geschilderd in 1884, in zijn Nue-
nense tijd. Het paneeltje, dat uit Neder
lands bezit komt, is helaas al naar het
buitenland verkocht. Hetgeen te betreuren
valt, want voorstellingen met dieren zijn
bij Vincent van Gogh zeer zeldzaam.
Het contact dat Ivo Bouwman met de
erfgenaam van Jan Sluyters heeft, brengt
met zich mee dat hij jaarlijks een of meer
doeken van deze Haagse kunstenaar kan
brengen. Dit keer zijn het er zelfs vier: een
portret uit zijn Parijse periode, twee land
schappen uit verschillende tijden en een
naakt dat de Haagse goegepieente nog
hedentendage kan schokken* Sluyters
heeft vooral in de jaren voor de Tweede
Wereldoorlog een enorme lef gehad, zowel
in zijn schilderstechniek als in zijn onder-
In het Roxy Theater heeft op
donderdagavond 2 november de op
maat van de Media Manifestatie
plaats, als daar wordt begonnen met
De Week van de ondergewaardeerde
Nederlandse film. Het evenement is
een onderdeel van het (tweede)
Noordhollands Filmfestival, dat niet
tot Haarlem beperkt blijft, maar ook
in Alkmaar, Zaandam en Velsen
plaatsgrijpt.
Richard Polak biedt deze kleine aquarel van de romanticus Jan Weissenbruch, een
nog niet nader gepreciseerd riviergezicht.
ft Jan Sluyters was in 1916 35 jaar oud toen hij naar alle waarschijnlijkheid in dat jaar
dit „zittend naakt met zwarte kousen” schilderde. Geëxposeerd bij Ivo Bouwman in
Den Haag als onderdeel van zijn herfsttentoonstelling.
werpen. Een doek met twee, elkander kus
sende dames op de dansVioer dat Bouw
man vorig jaar exposeerde, werd in zijn
tijd als bijzonder onwelvoeglijk afgedaan.
Waarmee uiteraard volledig onrecht aan
de kwaliteit van het werk werd gedaan,
zoals ook dit naakt weer op een zeer hoog
artistiek peil staat.