VELDWACHTER
OP DE HEI
Circus Charivari trekpleister
met dressuur en clownsnummer
I
mod
regionaal zieken-vervoer
s
295,-
Jf
\6orde vrouw van nu.
„GS wijzen Velsen aan voor
bL
99
5
PONY’S OOK
IN VELSEN
VISITEKAARTJE
OPSCHUDDING IN COMMISSIE-VERGADERING
Overstekende jongen
bij aanrijding gewond
v iS
ME
KW
l
19 7 8
OKTOBER
WOENSDAG 1 1
ft
L
iedereen leest
de krant
altijd en overal.
I
4
9
.-
Mantel in
flannel met modieuze
ruitgamering. Verkrijg
baar in zwart, donker
bruin en raf. Maten
40 t/m 52. 169-
U gaat^mque gekleed in
deze fraaie mantel van konijne-
bont met suède bindceintuur.
De kleur is warm bruin. Verkrijg
baar in de maten 36 t/m 48.
IJMOND
-
(ADVERTENTIE)
S
■-
j
„De Drie Seurinis” in actie. Clownswerk van klasse dat tijdens de eerste Velsense voorstelling terecht veel applaus kreeg.
jers,
”ont
(Van een onzer verslaggevers)
VELSEN. Tegen het eind van een
tournee langs circa honderdvijftig Neder
landse steden en dorpen doet het circus
Charivari deze week Velsen aan. Voor een
eerste serie van vier voorstellingen koos
dit op en top Nederlandse circus dinsdag
het open terrein aan de Planetenweg hoek
Betelgeuzestraat in IJmuiden als stand
plaats voor de (tweemast)tent, die maxi
maal duizend toeschouwers kan herber
gen. Tijdens de eerste IJmuidense voor
stelling dinsdagmiddag waren dat hoofd
zakelijk kinderen.
Het duo Los Pistolleros leverde dinsdag
middag adembenemend showwerk met de
nummers messenwerpen, scherpschieten
maar vooral met feilloos gerichte zweep
slagen waarvoor acht kinderen uit het
publiek binnen de piste mochten komen.
Omhooggehouden kranten werden letter
lijk aan flenters geslagen zonder dat de
wel wat verbouwereerde pseudo-artiesten
ook maar een haartje gekrenkt werd. Een
hoogtepunt in de show voor de toeschou
wers èn de jeugdige deelnemers. Tijdens
de twee uur durende voorstelling, met on
der meer lama’s, ganzen, bokken, honden
en een „oosterse show” met springlevende
slangen, waren de clownsnummers bij de
toeschouwers favoriet. Een klassieker was
na de pauze de spiegel-act door het Belgi
sche clownstrio De Drie Seurinis. Clowns
in dezelfde uitmonstering die elkaar voor
een kapotte spiegel trachten te imiteren.
Genoeg om de toeschouwertjes lachkram-
pen te bezorgen.
Na een tweede voorstelling dinsdaga
vond zijn woensdag om drie uur en kwart
over zeven de twee laatste IJmuidense
shows van Charivari. Op het terrein bij het
viaduct aan de Hagelingerweg in Sant-
poort-Noord zijn vrijdag nog twee voor
stellingen (aanvang kwart over vier en
kwart over zeven). Half november betrekt
het circus weer zijn winterkwartier in het
Limburgse IJsselsteyn.
(Van een onzer verslaggevers)
VELSEN. Gedeputeerde Staten van Noord-Holland hebben
de gemeente Velsen aangewezen als centrale post voor het
ambulancevervoer in Midden-Kennemerland. Dit heeft PvdA-
fractieleider A. Schiltmeijer gisteravond onthuld in een verga
dering van de raadscommissie voor algemene zaken.
Hij baseerde zijn mededeling op cörrespondentie waarover hij
beschikt en waaruit blijkt dat het provinciaal bestuur een
dergelijk besluit heeft genomen. B. en W. van Velsen zouden
daarover in een brief van 12 september 1978 zijn geïnformeerd.
De opmerking van Schiltmeijer veroorzaakte nogal wat op
wezen man. De veldwachter en zijn gezin
gingen wonen in de Verlengde Kruis
straat nummer 30. Ten Brink kreeg' het
meteen hard te verduren omdat hij zich
niet eenmaal, maar voortdurend waar
moest maken tegenover steeds andere
vechter sb azen
IJMUIDEN. Een 11-jarige inwoner
van IJmuiden is vanmorgen met hoofdlet
sel en een lichte hersenschudding in het
Zeeweg Ziekenhuis opgenomen na een
aanrijding aan de Dolfijnstraat in zijn
woonplaats.
De jongen stak volkomen onverwacht
vanaf het langslopende voetpad de rijweg
over en werd daarbij geschept door een
28-jarige automobilist uit Velsen die uit
westelijke richting naderde vanaf de Gro
te Beerstraat.
recht
orde
zor-
Plat
lam;
43
211
78
lars
g-
ïrkt
sten
873
kis-
sten
/er-
96;
188;
108;
vijf
Irie
90;
ool-
102;
ting
reel
irie
am-
S, IJ*
'lint,
?ont
Bui-
1-21,
O
schepen voor de Papierfabriek na het
sluiten van de cafés de boel op stelten
trachtten te zetten. Ten Brink, die orde in
Velseroord had gebracht, was de aange- van de vechtpartij rennen, de Herder van
IEMAND HEEFT eens een rijm aan
Ten Brink gewijd: „Er kwam als eerste
Hermandad - Ten Brink op Velseroord. -
Hij drong de gravers van ’t Kanaal, -•
Bertus van Os incluis, - Te leven zoals ’t
behoort, - Niet in de kroeg spaar thuis.”
De veldwachter moest het op de Hei dat
in 1903 de naam Velseroord zou krijgen
drank; ze gaan me vermoorden”, flitste
het door hem heen.
ER KWAM EEN HOND naar de plaats
hen-
loyd
rose,
Irol-
IJ-
Pich-
end-
fzijl;
tter-
•kes-
rg-
bevrijding zocht hij zijn woning in de
Verlengde Kruisstraat weer op. Deze
bleek te zijn afgebroken. De gemeente
Velsen, een van de zwaarst getroffen
gebieden in de provincie, had geen woon
ruimte voor hem beschikbaar. De enige
toewijzing die Ten Brink als oudere kon
krijgen was een plaats in het gebouw
waarheen alle bejaarde geëvacueerden
werden verwezen, het vroegere Badhotel
in Wijk aan Zee. Hij ging er kijken. Oude
Velseroorders en Wijkerogers herkenden
hem: „Komt u hier ook wonen?” Herin
neringen werden opgehaald aan de zeer
gezagsgetrouwe maar toch altijd soepele
politieman: „Drie waarschuwingen, dan
pas een proces verbaal aan je broek. En
nooit stiekum op de loer om te zien of de
lichies van je fiets wel brandden”.
DE OUD-VELDWACHTER voelde er
niets voor zijn oude dag in het Badhotel
door te brengen, te meer omdat hij een
aigen woonruimte in Amsterdam kon
krijgen. Hij keerde dus terug naar de
noofdstad. Op 2 december 1948 werd hij
daar het slachtoffer van een verkeerson
geluk; hij werd aangereden door een
motor en liep een hersenschudding op
jodat hij naar het WG moest worden
gebracht - daar overleed hij twintig da
gen later, eenentachtig jaar oud, een der
laatsten van een garde veldwachters die
iet onder zeer moeilijke omstandighe
den in hun eentje moesten klaren.
(In deze aflevering is gebruik gemaakt
/an gegevens, verstrekt door lezers in
IJmuiden, Velsen-Noord, Beverwijk,
Haarlem, Amsterdam en Alphen aan den
Rijn, waarvoor graag dank. Reacties op
deze rubriek: schriftelijk aan het bureau
/an dit blad met vermelding „IJmuiden
wat vertel je me nou?”, telefonisch 023-
178601).
helemaal alleen opknappen: „Terwijl
Ten Brink vroeger alleen - Zich weerde
en tot slot - Zijn arrestant naar ’t Raad
huis bracht - En opsloot in ’t cachot. „Wat
de veldwachter nooit, in ieder geval niet
toen, heeft geweten: als er weer eens in
het centrum werd geknokt stond zijn
Vrouw met kloppend hart de strijd te
volgen. Door het raampje van de voor
deur had ze' goed zicht op de hoek van de
straat en het grote café van Zeegers, in
de buurt waarvan het bakkeleien ge
woonlijk na sluitingstijd begon. Moeder
Ten Brink had steevast een pook in de
hand om er mee naar buiten te kunnen
rennen wanneer haar man het onderspit
zou delven. Zover is het echter nooit
gekomen.
IN HET JAAR 1904 vernamen de
Velseroorders met gemengde gevoelens
dat de veldwachter ging vertrekken. In
specteur De Ridder, chef van het politie
korps, mocht extra krachten in dienst
nemen. Wijkeroog (het latere
Velsen-Noord) kon nu eindelijk een eigen
veldwachter krijgen. Die was er hard
nodig, vooral in de nachtelijke uren,
wanneer een aantal opvarenden van
de veldwachter. Terwijl Ten Brink met
zijn gummiknuppel tegen één invaller
stand wist te houden viel de hond de
beide anderen aan. De kleren werden
hen van het lijf gerukt. De Herder vloog
hen vervolgens naar de keel. De vech
tersbazen gaven de strijd op. Veldwach
ter en hond geleidden de drie naar het
cachot. De volgende morgen nam Ten
Brink contact op met de kapitein van het
schip waarvan de buitenlanders afkom
stig waren. Deze wilde ze niet meer aan
boord hebben. Hij had op zee al last
genoeg met hen gehad. „Zet ze maar op
de trein naar huis.” Daarvoor heeft de
veldwachter prompt gezorgd, in z’n een
tje, wel met een revolver bij de hartd.
Toen hij terugkwam vertelde hij thuis:
„Ik heb nou gezien wat een gummistok
kan uithalen. Die ene kerel zag er ver
schrikkelijk uit; z’n hele lichaam was
bont en blauw. Maar wat moest ik?” Ten
Brink was geen sentimentele man maar
dit moest hij wel kwijt: „Aan Castor heb
ik m’n leven te danken, die ga ik vandaag
eens goed verwennen” Castor bleef de
lievelingshond van de veldwachter. Toen
het dier jaren later ouderdomskwaaltjes
kreeg vertroetelde hij het tot de laatste
dag.
TEN BRINK is ook nadat hij met pen
sioen was gegaan in Velsen-Noord blij
ven wonen. Hij had er éen stuk land waar
hij vele uren doorbracht, hij had bijen en
hield ér kalkoenen en varkens. Bij de
evacuatie van Velsen-Noord in de Twee
de Wereldoorlog moest ook hij vertrek
ken. Hij vond onderdak bij zijn zoon
Freek, onderwijzer in Amsterdam. Na de
1
„Verlies ik dan ben ik m’n gezicht kwijt,
win ik dan zal-ie voortaan wel alle" res
pect voor me hebben”. Niemand is getui
ge geweest van de slag die op het Hanen
land werd geleverd. Wat in dé weken
daarna wel sterk de aandacht trok: Ber
tus ontliep de veldwachter.
DE MAN DIE ALS overwinnaar uit de
strijd was gekomen: Jan ten Brink. Hij
was op 14 maart 1867 in Hoogeveen
geboren. Als boerezoon moest hij nogal
eens met paard en wagen tarwe naar de
molen brengen. Terwijl de tarwe werd
gemalen daagden de beide zoons van de
molenaar hem uit zijn kracht met de
hunne te meten: „Kan jij onder een zak
tarwe vandaan kruipen?” De volgende
keer: „Zie jij kans onder twéé zakken
tarwe uit te komen?” Het werden zelfs
drie zakken. Dat lukte niet alleen de
broers maar ook Jan ten Brink. Zo oefen
de hij zijn spieren wat hem later uitste
kend van pas zou komen. Hij wilde graag
bij de mannetjesputters van de mare
chaussee. Ze namen hem direct aan toen
hij de leeftijd had. Zeeland werd zijn
standplaats. In Breskens leerde hij Jo
hanna Suzanne Keijmel kennen. Ze was
verloofd; hij ook. Maar ze werden het zo
eens dat ze besloten de verloofden af te
schrijven. Samen brachten ze de brieven
naar het postkantoor. Er was één groot
beletsel bij hun huwelijksplannen: als
marechaussee mocht Jan ten Brink niet
trouwen. Daarom keek hij uit naar een
andere baan. Hij hoorde dat er in de
gemeente Velsen een veldwachter werd
gevraagd en solliciteerde direct. In 1901
werd hij inderdaad als zodanig aange
steld. Het echtpaar ging wonen in de
„Kanaalstraat”, officieel de Kanaalweg
(later Zeeweg), vlakbij het centrum van
de Hei; Ten Broeke had daar een huis dat
hij graag aan de nieuwe veldwachter
verhuurde.
OP EEN KEER hadde veldwachter
weer eens alle moeite in het café van
Beentjes op de hoek van de Doodweg en
de Burgermeester Weertsstraat. Het slui
tingsuur was aangebroken maar drie op
varenden van een houtboot weigerden te
vertrekken. Toen Ten Brink hen stuk
voor stuk naar buiten had weten te wer
ken, begonnen ze op straat herrie te
schoppen. Het was de veldwachter al
gauw duidelijk dat ze probeerden hem
mee te lokken naar een plek waar geen
verlichting was. De politieman had geen
keuze; assistentie was niet te krijgen,
toch moest en zou hij de orde handhaven.
Wel hield hij rekening met een truc die
hij van buitenlandse zeeleiden had ge
leerd: de een verrast je door plotseling
tegen je benen aan te springen, de ande
ren overmeesteren je als je eenmaal op
straat ligt. Vandaar dat Ten Brink stevig
zijn gummistok omklemde. Toen de aan
val inderdaad met een duik naar zijn
benen werd ingezet sloeg hij verwoed
van zich af. De twee mannen die hem
vervolgens van achteren aanvielen wist
hij te weren, al scheürden ze de slippen
van zijn uniformjas. Maar de strijd was
zo ongelijk dat hij uiteindelijk aan zijn,
kracht en zijn moed niet genoeg had.
„Die kerels zijn waanzinnig van de
DE POTIGE JONGENS van de Heide
haalden hun schouders op toen ze ont
dekten dat er een nieue veldwachter was
gekomen, nog wel speciaal voor dit deel
van de gemeente Velsen. Ze hadden geen
enkel respect voor het gezag. Dat had er
nooit in gezeten sinds de kanaalgravers
zich hier met hun gezinnen hadden ge
vestigd. De jongens zouden de nieuwe
dan ook gauw leren dat niemand behoef
te had aan een pottekijker bij het stropen
- wat velen deden, bij het jatten (nou ja,
wat was jatten, je deed het niet uit weel
de) - wat sommigen deden en bij de
knokpartijen als de drank in een te grote
hoeveelheid in de man was - waar ze nu
en dan allemaal aan meededen.
BERTUS VAN OS, overdag een brave
ziel, die voor zichzelf en zijn bijna blinde
moeder de kost verdiende met het zetten
van strikken (de konijnen lopen vrij
rond, waarom zou je ze niet mogen pak
ken) schudde zijn hoofd wanneer hij de
nieuwe zag lopen; waarom probeerde die
lange niet als alle anderen gewoon met
z’n handen de kost te verdienen. Op een
zaterdagavond, toen Bertus een flinke
borrel naar binnen had geslagen en
kwaad werd - dat werd hij nou eenmaal
altijd als hij een flinke borrel op had -
trok hij zoals gebruikelijk zijn duffelse
jas uit, hij gooide z’n pet opzij, hij ont
deed zich van zijn trui, zijn borstrok en
zijn flanelletje (nu kon niemand meer
houvast aan hem krijgen), hij trók zijn
manchester broek uit en liep vervolgens
in zijn lange onderbroek heen en weer.
Nou moest maar een keer worden uitge
maakt wie de baas op de Hei was, nog
altijd Bertus of die nieuwe over wiens
kracht en moed al aardig wat verhalen
de ronde deden.
TOEN BERTUS de veldwachter zag
naderen greep hij iemand beet die toeval
lig in z’n buurt was en die hij toch al eens
onder handen wilde nemen. Hij gaf de
man een paar opdonders en kwakte hem
daarna in de goot. Wijdbeens bleef Ber
tus vervolgens staan wachten tot de veld
wachter vlakbij was gekomen. „Wat mot
jij hier eigenlijk?” voegde hij hem toe,
spottend naar de blauwe uniformjas met
de koperen knopen kijkend. De man van
het gezag ging in zijn volle lengte voor de
stroper staan: „Dat moet je mij een keer
proberen te flikken.” - „Kom maar op”,
zei Bertus. - „Ik wil graag ’ns met jou op
de vuist”, reageerde de veldwachter,
„maar niet hier. En zonder uniform. Als
je het lef hebt kom dan over een paar uur
naar het Hanenland, zonder je maats. We
gaan het samen een keer uitknokken,
met de blote handen.” Toen de veldwach
ter in zijn burgerpak op het eenzame
terrein van het duel kwam stond Bertus
hem al op te wachten, naakt op z’n onder
broek na, één brok kracht. Terwijl hij in
zijn richting liep realiseerde de veld
wachter zich dat het nu of nooit was:
Haarlem: Gr. Houtatraat 180;
Winkelcentrum Schalkwijk,
Rlvldradreef 26;
Alkmaar: Laat 161.
Beverwijk: Breestraat 71.
Meer dan 50 vestigingen.
ö- Velser
oord (Zee
weg) in de
tijd dat
veldwach
ter Ten
Brink, als
oud-mare-
chaussee uit
Zeeland ge
komen, on
der moeilij
ke omstan
digheden
voor
en
moest
gen.
•schudding in de vergadering. De voorzitter van de commissie,
burgemeester mr. P. J. Molendijk, ontkende van het besluit van
GS op de hoogte te zijn. Hem was niets bekend van een brief die
het college van B. en W. over deze zaak zou hebben ontvangen.
Hij zegde toe een en ander te zullen uitzoeken.
Als reactie hierop sprak Schiltmeijer zijn afkeuring uit over de
gang van zaken. Hij achtte het uitermate kwalijk dat hij als
raadslid bij toeval moet vernemen welke beslissing door GS is
genomen. Hij meende dat het Velsense gemeentebestuur in
ernstige mate in gebreke is gebleven ten aanzien van de informa
tieverschaffing. „Het is voor mij een raadsel waarom deze
kwestie is achtergehouden”, zo merkte hij enigszins verbolgen
op.
Meisjes en jongens, al of niet vergezeld
van hun ouders, die op korte afstand van
de kleine piste volop genoten van de die
ren-, clowns- en zogenoemde Wild West-
nummers die elkaar in snel tempo opvolg
den. De directrice Leona de Vrind opende
de show met een hagelwitte Welshpony.
Een sprong door een brandende „hoepel”
en dressuurstaaltjes door drie andere po
ny’s waren een veelbelovend binnenko-
mertje voor Charivari dat zich op het eind
van dit (vijfde) seizoen nog steeds als cir
cus in opbouw beschouwt.
Paardendressuur is voor de Nederlan
der naast het goudglitter van artiestenkle-
dij en paardentuigen synoniem met het
begrip „circus”. Optredens^ met paarden
zijn om die reden een vast onderdeel in het
van jaar op jaar wisselende programma
van Charivari.
■bot
ong
1,76;
ymuidcn.^
wat vertel je me nou?
-WOL