N
komt vanuit VS naar Europa
Christen-feminisme
I
il
J
■f ii
GELOOFSOPVOEDING BEGINT MET SCHULD BEKENNEN
r
door Th. J. Koeckhoven
d
Getuigen van Jahweh
STUDIE-OPDRACHT TINE HALKES IN NIJMEGEN
Christen-vrouw
door Rita Blaauw-van Os
Diepste wortels
Woede
Grootouders
Golgotha
God van zwervers
Mozes gooit de stenen tafelen kapot
Gesprekken en verhalen over godsdienst en geloven wekken nogal eens
reacties op die eerder uit het gevoel voortkomen dan uit het redenerend verstand.
Daar mogen we blij om zijn. Te weinig realiseren wij ons dat de emoties, het hart,
verlangen, verdriet, genegenheid of afkeer ons zonder omwegen in contact
brengen met de mensen, de bewegingen en de dingen om ons heen. Het verstand
of de rede gaat slechts via de omleidende kronkelpaden van redeneren of
analyseren naar het doel of het object, of dat nu mensen zijn of dingen. En dan
nog weet de redenerende mens niet of hij eigenlijk wel is aangekomen. We
moeten echter aannemen dat de ware beoefenaars van de wetenschap tot de
slotsom zijn gekomen dat het werkelijke kennen en het zuivere weten niet worden
bereikt langs de weg van de redenering. Weten en kennen is in feite even direct
als liefhebben en haten.
Wat in de Verenigde Staten sinds 1975
vaste grond onder de voeten van feministen
heeft gekregen door middel van de „Women
Ordination Conference" in Detroit, begint aar
zelend, vanuit de Nijmeegse universiteit, spoor
te trekken door het oude Europa: de feministen
onder de christen-vrouwen slaan hun stellin
gen op de deuren van de kerk.
bi
1
„T
niet-|
leid I
prim,
roepi
Wan
mooi
loopt
„T
volto
wetje
MVh;
elkae
allee
verai
sami
ten”.
L
a
k
Ir
H jji
Echt geloof rust op twijfel
„Maar als voornaamste oorzaak van die algeme-
4
In de Verenigde Staten is daartoe de Feministi
sche Theologie ontstaan, die het aantal vrouwelij
ke studenten aan alle theologische faculteiten met
de helft heeft doen toenemen. Het aantal christen-
feministen onder hen is groeiende, evenals hun
georganiseerde vorm. In november wordt door
hen een tweede internationale „Women Ordination
Conference” (Vrouwelijke Wijdingen Conferentie)
in Baltimore gehouden, waaraan voor Europa de
Nederlandse feministische theologe drs. Cathari
na J. M. Halkes deelneemt.
Een jaar geleden begon dezelfde Catharina T(Ti-
ne) Halkes aan een voor Europa unieke, vierjarige
studie-opdracht aan de theologische faculteit van
de Katholieke Universiteit in Nijmegen. Die stu
die-opdracht moet niet alleen de verhouding tus
sen het algemeen feminisme en het christendom
onder het vergrootglas leggen, maar wil ook een
eerste bouwsteen zijn tot wederzijds begrip. Als
voornaamste knelpunt tussen feminisme en chris
tendom ziet Tine Halkes namelijk de eeuwenlange,
door mannen in de kerk vastgestelde rol en moraal
voor de vrouw, waaraan de vrouw zelf part noch
deel heeft gehad. Reden waarom de gewone femi-
ven. Na Jezus weet hij dat de dood het
leven niet zal overwinnen, dat het leven
zinvol is zolang er mensen zijn die liefheb
ben en zolang er mensen strijden tegen
onrecht. Wij staan in een verbond met
God. Dit verbond verplicht ons niet werke
loos toe te zien, maar te bidden om liefde
en recht en datgene na te streven waarom
we bidden. We moeten het dus zelf doen,
maar we staan er niet alleen voor. We
durven dan vol vertrouwen door-de puin
hopen heen te kijken, omdat we weten dat
ook puin een hecht fundament voor een
goede toekomst kan zijn. Omdat we besef
fen dat we echt niet veel meer zijn dan
zwervers in de woestijn, maar op weg naar
het beloofde land dat overvloeit van melk
en honing. Dat land wordt ons niet in de
schoot geworpen, maar we zullen het met
eigen hand moeten veroveren
„De protestantse vrouwen'', vervolgt Tine Hal
kes, „die wél in het ambt mogen, zitten met de
vraag: hoe nu verder? Ze hebben tegelijkertijd last
Pax Christi, Amnesty International en de
gemeenschap van Taizé. In het licht van
deze heilzame werkzaamheden verbleken
problemen als onkerkelijkheid en het ont
slag van gehuwde medewerkers aan ka
tholieke theologische hogescholen.
Er is reden tot optimisme en er is reden
tot hoop en vertrouwen, hoe moeilijk het
voor velen ook is zich persoonlijk verant
woordelijk te weten voor het welzijn van
alle medemensen; hoe moeilijk het ook is
de vleespotten van Egypte achter te laten
..Die bevrijdende dimensie", zegt Tine Halkes
„wil ik in het besef, dat ook mannen door de
cultuur en het christendom „half" zijn en nóg
worden gehouden door middel van een opgedron
gen’ gedragspatroon, niet verloren laten gaan. Het
seculaire (normale), feminisme is vaak eenzijdig,
dogmatisch en intolerant. Mensen worden door
religie, godsdienst, bijbel, kerk en theologie op één
schroothoop gegooid. Dat kan ik mij enorm goed
indenken, vooral als je door de representanten
daarvan moedwillig verkeerd verstaan wordt. Het
maakt mij ook nog steeds boos”.
Als ouders van leerlingen op middelbare
scholen over deze dingen met elkaar pra-
waarin de hiërarchische orde van „God-Christus-
man-vrouw-kind-slaaf-natuur” de kerk een soort
ongeloofwaardigheid geeft. Maar vanuit de kerk
heb ik die realiteit nog niet gehoord. Vanuit de
kerk wordt ook te weinig uitgenodigd en te weinig
opgeroepen naar de alternatieve levensvormen om d
te zien erniaar ze te luisteren”.
„De feministische theologie meent daarom, dat
het christendom zijn geloofwaardigheid slechts*
kan bewijzen door ook binnen de eigen structuren
élke vorm van onderdrukking af te schaffen. Bij
de Nederlandse bisschoppen neem ik een zekere
voorkeur waar voor vrouwen-in-de-kerk, die mee- I
helpen in de toestand die ze aantreffen en daarin-
niets willen veranderen. Maar ik denk toch; één-
stap verder, jongens! Wat dat betreft ben ik voor
hen een soort belichaming van de vrouw-in-de-
kerk die lastig is!”
komen voor de begeleiding van ouders
Althans vele ouderen vragen dat. Maar il
geloof niet dat hier een taak ligt voor ck
school. De school hoeft niet de ouders opti
voeden. Hooguit kunnen vanuit oudervei
enigingen of ouderraden initiatièven wör
den genomen tot begeleiding van ouder
die dit op prijs stellen. Volwassenkateche
se is wel een zaak van de kerken. He
probleem is bij de kerken al gesignaleerd
ru
di
gs
to
se
gil
ge
ne woede zie ik toch wel, dat de kerk de vrouwen
heeft geprest een moraal te beamen, waaraan ze
niet heeft kunnen denken en waaraan ze geen deel
heeft gehad. Je mag als vrouw nog steeds niet je
eigen lichaam beheren en aan de andere kant is er
de hypocriete moraal ten aanzien van de prostitu
tie. Het tweede, grote verwijt vanuit het feminisme
aan het christendom is, dat deze rolbevestigend
heeft gewerkt. De theologie doet daaraan nog
steeds mee, in plaats van deze aan te passen aan de
realiteit en de levenservaring vanuit de twee sek
sen. Toch is de theologie een min of meer vrije
discipline, die een kritische kijk op de kerk zou
moeten hebben en zou moeten constateren, dat de
1 kerk er niet komt met een uitgesproken mannelij
ke theologie, die hamert op logica, helderheid,
consequentie en een mannelijke moraal, waarin
vrouwen zich niet kunnen vinden"
meewerken. Dat geldt ook voor de schoo
Daarom is geloofsopvoeding giét zo mal
een vak op het rooster, maai’ de hele sfet
op school, de manier waarop leerlingen
leraren daar met elkaar omgaan. Ve
ouders zien zich in deze periode vol on?
kerheden geplaatst voor een onmogelijl
taak. Zij kunnen geen antwoord geven
de vraag: hoe vertel ik het mijn kinderei
Zij weten alleen dat het beslist niet kan
de manier waarop het geloof- hun vroeg!
is opderricht, bijvoorbeeld op de manil
van de oude katechismus. Als zij niet blin
zijn, zien zij waarop het allemaal is uitgeli
pen. Alle (schijn)zekerheden van toen zij
uitgemond in de toestand van vandaag. D
gevolg hebben de opvoeders van toen zei
zeker niet voor ogen gehad. De lessen va
toen hebben een generatie opgeleverd va
mensen die geen pasklare methode hel
ben hoe het hun eigen kinderen te verte
len.
De conclusie moet dan wel zijn dat e
ke
loi
ra
so
di<
re
lie
ev
he
es
di
lij
gt
sli
h<
ht
k<
lil
lii
gf
k<
(b
m
di
oi
cc
d<
Onze ouders en grootouders hadden het
wat gemakkelijker. Dertig, veertig jaar
geleden was het hier ook niet alles met
oorlog, honger, grote verschillen tussen
arm en rijk. Eén ding was echter voor de
gelovige opvoeder duidelijk. Goed, het is
hier een troep, maar eens komt alles goed;
God loont het goede en straft het kwade;
het lijden van deze tijd weegt niet op tegen
de toekomstige heerlijkheid; dit is de kate
chismus, dit zijn de vragen en dat zijn de
antwoorden, punt uit. Ook toen bestonden
er twijfelaars, maar de twijfel moest bin
nenskamers blijven. Twijfel was eigenlijk
zonde, want geloven liet zich even moeilijk
rijmen met twijfel als wetenschap. De we
tenschapsmensen hebben in deze periode
stevige vorderingen geboekt en tegelijker
tijd is het leger der twijfelaars ontstellend
snel gegroeid. Hoe sta je als levendig twij
felende opvoeder ten opzichte van jonge
mensen die nog aan het begin van hun
leven staan: In ieder geval zonder kate
chismus met duidelijke antwoorden op
alle vragen. Maar gelukkig wel met een
gefundeerd vertrouwen in de toekomst
van de mensheid, omdat God staat aan het
begin en aan het einde van de geschiedenis
der mensen en omdat Hij zich midden in
de geschiedenis heeft geplaatst in zijn zoon
Jezus van Nazareth, Jezus als Gods waar
achtige tegenwoordigheid onder de men
sen, die voelbaar en tastbaar wordt overal
waar liefde en gerechtigheid geschieden.
Gods naam wordt geëerd door liefde met
terdaad. Gods koninkrijk wordt gevestigd
door liefde metterdaad.
Deze mogelijkheid is iedere mens gege-
nisterfzich fel plegen te keren tegen het christen
dom, c.q. de kerk. De christen-feministen onder
hen willen, ondanks dat, het christendom niet
prijsgeven en strijden op de eerste plaats voor een
vrouwenbevrijding in de protestantse en katholie
ke kerk.
In Nijmegen verduidelijkt Tine Halkes: „Kijk,
het christendom is een houding, waarin ik leef en
is voor mij tevens een soort schijnwerper, waar
mee ik naar het leven kijk. In dat leven staat voor
mij het feminisme voorop en dan dringt zich de
vraag op: wat betekent hét nu, als je als christen
overtuigd feministe bent? Ik kies dan voor de
constructieve kant en wil vanuit mijn werk en
persoon de mannelijke kerk en theologie die dus
maar half en dus onaf is proberen te helen.
Daarvoor moet ik natuurlijk onderzoeken hoe het
is gebeurd, dat de vrouw in het christendom eeu
wenlang een secundaire plaats heeft gehad".
„Maar daarmee kom ik er niet. Je bent geen
kritische vrouw, als je niet inziet dat je anno 1978
in een volstrekt gehalveerde cultuur leeft, die door
mannen is vastgesteld. En die cultuur heeft alles
met religie te maken en omgekeerd. Daarom kom
je er ook niet met alleen emancipatie; die houdt in
de praktijk op bij het vervullen van mannelijke
funkties. Vrouwen gaan dan in feite mee in be
staande structuren en je mag dan nog blij zijn, dat
je er bij mag horen. Voor de mensbeleving van
vrouwen en mannen is in die structuren nog geen
plaats".
Naarmate de wetenschapsmens verder
doordringt in zijn vakgebied, wordt bij
hem de ervaring dieper dat hij nog maar
aan het begin staat. Het nog te ontginnen
terrein is eindeloos. Het oorspronkelijk
beoogde doel van de wetenschap blijkt na
een heel mensenleven niet veel nicer dan
een aarzelend begin. Het is goed ons dit te
realiseren in een periode waarin deskun
digheid en wetenschap tot de afgoden van
onze maatschappij zijn geworden. De re
sultaten van deze afgodendienst zijn be
kend. De mens vervreemdt van zichzelf en
van zijn omgeving die stelselmatig wordt
verziekt door de vindingen van de moder
ne techniek. Ik besef maar al te goed dat
bovenstaande „redenering” in het oog van
de deskundigen zo lek is als een zeef, maar
de bedoeling is duidelijk. De maatschappij
is op gelukkige uitzonderingen na geen
gemeenschap van mensen meer en de opti
misten die tot taak hebben hun kinderen
op deze maatschappij voor te bereiden
‘hebben in feite slechts één dringende op
dracht: de maatschappij voorbereiden op
hun kinderen. Maar omdat wij opvoeders
dit karwei niet meer kunnen klaren, moe
ten wij onze kindéren en onze leerlingen
liever eerlijk bekennen dat wij het niet
goed hebben gedaan en of zij het maar
beter willen doen.
van en zicht op de Bijbel, die nu al tweeduizend
jaar lang sexistisch en patriarchaal wordt uitge
legd. De katholieke vrouwen zitten met de kerk
structuren, de gegevens „wereldkerk", „Rome" en
het „leergezag" in hun maag, jarenlang toegespitst
op de kwestie van de vrouw-in-de-kerk. Dat zou ik
nu niet meer zo noemen. Het feminisme, dat ik als
een bekroning zie van de vrouwen-emancipatie,
heeft dat voor mij gewijzigd. Dat stelt, denk ik. dat
je tijdelijk eens best apart mag staan met ontdek
king en bezinning naar binnen toe, naar jezelf. Dat
er in communicatie met andere vrouwen een be
vestiging van binnen-uit plaats vindt. Als je dan bij
je diepste wortels bent aangekomen, ontdek je dat
het feminisme een vorm van spiritualiteit is gewor
den, waaraan de joods-christelijke traditie een
transcedent aspect geeft. Ik heb toen ontdekt dat
mijn manier van leven en mijn norm daarvoor een
diep menselijke is en dat laat ik mij niet meer
afpakken!"
en te verzaken aan de eredienst van het
gouden kalf. De eredienst aan de ware
God en bijgevolg de dienst aan de mens
krijgen pas hun kans als de talrijke afgo
den in het stof bijten. Dit is de godsdienst
les die wij aan de jeugd kunnen voorhou
den, dat Jahweh onze God is die geen
vreemde góden duldt voor zijn aangezicht.
We moeten getuigen van Jahweh zijn en de
jeugd metterdaad voorhouden dat we la
chen om de afgoden van Mammon, wel
vaart, hebzucht en egoïsme. Dat is een
verhaal waarin de jeugd kan geloven. Bo
vendien zijn wij als ouderen verplicht
De weg loopt larigs het smalle pad da
naar Golgotha en dan pas naar het nieuw
Jerusalem voert. Het oude boek dat ons
het verhaal vertelt van de bevrijding ui
het slavenhuis van Egypte bergt nog eei
les, een harde les wellicht. Mozes, de leider I
en alle kinderen de Hebreeën die de Nij
achter zich hebben gelaten, zijn de Jor
daan niet overgestoken. Ze zijn als zwer I
vers in de woestijn gestorven, Mozes me
een blik op het beloofde land dat hij zei
nóóit zou betreden, maar wel het volk vai
de nieuwe generatie onder leiding vai I
Jozua. Deze gedachte kan hard zijn vooi
de ouders en de andere opvoeders van nu
in geloof en vol vertrouwen voorgaan naa
een land dat zij zelf nooit zullen bereide»
maar hun kinderen zullen aan komen ei
het land bewonen zolang zij van hun kan
trouw zijn aan het verbond.
In het bovenstaande heb ik proberé
aan te tonen dat geloofsopvoeding onlos
makelijk verbonden is met de hele opvoe
ding en dat geloven derhalve veel meer i
dan het aanvaarden van waarheden o
gezag van een ander. Het is een levenshoi
ding, op een gelovige manier in het leve
staan, weliswaar met vallen en opstaal
het is leven in de verwachting dat hs
aanschijn der aarde zal worden vernieuw
vooral tegenover onze kinderen reken
schap te geven van de verwachting die in
ons leeft, een verwachting die is gebaseerd
op de beloften aan Abraham, aan Isaac en
Jacob; een geloof dat is gevestigd op het
leven en de dood van Jezus de Messias. Dit
verhaal zal altijd en overal moeten worden
verteld. Dit verhaal zal altijd en overal
moeten worden voorgeleefd. Dat in de
eerste plaats in geloofsopvoeding en dat is
een eerste verantwoordelijkheid van de
ouders, hoezeer de hulp Van kerk en school
daarbij welkom is.
„Feministen, met name, worden niet gezien als j'
een vermogen om óók kerk te zijn", zegt Tine
Halkes. „Een christen-vrouw moet nog altijd be- J
scheiden en opofferend zijn, terwijl de christen- I
vrouwen onder deze moraal in bosjes de kerk
verlaten. Vooruitstrevende, katholieke vrouwen
onder hen bedanken voor de ,eer in de kerk te
mogen werken, als ze eenmaal mot de structuren -
kennis hbben gemaakt. In de alom aanvaarde en"
bloeiende bevrijdingstheologie maakt de kerk zich
terecht druk om de Derde Wereld, maar in hoever- I
re zijn de kerk en haar leiders behulpzaam met het
bevrijden van de vrouw, zodat die subject(kerk)-3
object(vrouw) machtsstrijd eindelijk eens op-
houdt?”.
Fr;
Joke
oprit
(Man
voor;
10-ja
tie. I
van
(„He1
word
de b
schol
groe]
oprit
van 1
de, zi
tiego
MVN
Utrei
invot
zal h
feest
De
en dat wij daar zelf aan mogen en moete zeer
het t
vesti;
naar
verai
regei
nodi|
belei
Jol
func
„verl
neerl
is t
werk
taalk
versi
Erna
ring
tiebe
van
Ze
peric
Ams
van kerk en school meer aandacht mo4.
Een God van zulke zwervers laat zich
niet kennen uit een katechismus. Hij laat
zich niet vereren in een cultus met een
voor eeuwen vastgelegd patroon. Hij
wordt gevonden en aanbeden als mensen
elkaar liefhebben en zich in die liefde ook
met God verbonden voelen. Daarbij moet
„roomse blijheid” verbleken, daar deze
blijheid veel meer gelijkenis vertoonde
met de houding van een onmondig kind
dan met de blijdschap van een verant
woordelijke en vrije volwassene die zich
tevens argeloos als een kind durft pver te
geven aan de genade van God, aan het
avontuur van dit leven. Met alle dierbare
herinneringen aan het „rijke roomse le
ven” moet toch keihard worden geconsta
teerd dat dit leven in de korte tijd van een
generatie meer twijfelaars en zoekers
heeft opgeleverd dan twintig jaar geleden
voor mogelijk werd gehouden. Miljoenen
die zich zeker en veilig waanden op de rots
van Petrus zijn nu zwervers in de woestijn
geworden.
Het comfort is verdwenen, maar in de
plaats daarvan is een groot goed gekomen:
de uitdaging om zelf wat van dit leven te
maken zonder zich te verschuilen achter
het gezag van ambtsdragers en zonder zich
te beroepen op eeuwige waarheden. Het
hechte bouwwerk is een kaartenhuis ge
bleken, maar er is alle reden tot blijd
schap. Het persoonlijke geweten begint te
ontwaken en het besef persoonlijk verant
woordelijk te zijn voor de gang van zaken
op deze mensenwereld begint te groeien.
En de eeuwige waarheid is gebleven: de
liefde tot God die de mens voortdurend
oproept om zijn medemens als zichzelf lief
te hebben. Voor velen is dit een harde
waarheid, omdat deze liefde niet vrijblij
vend is, maar dwingt tot persoonlijke be
zinning en tot persoonlijke inzet naar de
mate van de eigen mogelijkheden en be
perktheden.
Laten de kerkgebouwen leger zijn, laat
de jeugd afkerig zijn van regels en institu
ten die vele ouderen heilig zijn of waren,
een heel groot goed is gewonnen. Nog
nooit is op zo’n wereldwijd niveau een
beroep gedaan op het wereldgeweten de
aarde voor alle mensen tot een bewoon
baar huis te maken, vrij van onrecht en
geweld. Denken we in dit verband aan de
niet hoog genoeg te prijzen activiteiten van
„De enige zachte waarden binnen de kerk", gaat
Tine Halkes verder, „vind je in het pastorale werk.
Daarin is men mild, maar dan meer uit de gedach
te „de mens is zwak en bereikt het niet". Die
ervaringswereld het pastorale is niet de enige
bron voor theologie en pastoraal werk, maar wel
een vindplaats. Je moet ze dus met elkaar in
gesprek brengen. Zo is het ook met het feminisme
gesteld. Gelukkig ontstaan er overal in Nederland
al groepjes vrouwen ih de kerken, die niet willen
dat de fundamentele, christelijke waarden als kind
met het badwater worden weggegooid in het femi
nisme".
„Zij zien die fundamentele waarden als verzach
ting en vervolmaking van óók hun cultuur en óók
hun kerk, die door harde, mannelijke waarden ais
kracht, prestige, initiatief en rationaliteit zijn •ge
kneed. Ze beseffen dat we aan het einde van een
overtrokken, mannelijke cultuur zijn gekomen,
!T
ten en denken, komt' keer op keer hui
machteloosheid naar voren. We kunnet
eigenlijk zeggen dat het probleem van d(
godsdienstige opvoeding in schoolverbant
al of niet in de vorm van katechese a
godsdienstles in de eerste plaats het pro
bleem van de ouders is. Hun kinderei
vragen zich af waar hun ouders zich drul
over maken. Hebben ze het wel ergem
over? Inderdaad voor verreweg de grooi
ste groep jeugdigen van veertien tot acht
tien jaar spreken de bezorgde ouders eéi
taal die volkomen langs de nieuwe genera
tie heen gaat. Ook de godsdienstlerarei
delen in dit ongewisse lot. Dan zit er niet
anders op dan de rugzak op de schouder I
te nemen en verder te trekken de woestiii
in. Maaronze bagage is rijk: Gods belofte
de Bijbel, de oasen, het land van beloften
Gods koninkrijk, waarvan echter geei I
steen op de andere komt als we te lui of ti
laf zijn om te bouwen. Zo trekkende ma|
ik hopen dat het kind mij volgt, want il
loop in het spoor van Jezus, de weg, d(
waarheid en het leven.