Vietkong, stormen, Thaise piraten, corruptie politie en honger Refugees need more Fishermen attacked CA do Kon door Hans Rombouts Kar Internationaal probleem Wat voor mensen? I? Cl A E a y JU to V' J Zee van ellende voor boot-vluchtelingen (V€ Vervolg volgende pagins 4 Angst en machteloze woede trokken weer diepe sporen op het gezicht van Chu-Van-Lee. Hij zag alles weer voor zich. Met eenenveertig mannen en vier vrouwen waren ze uit Vietnam gevlucht, op een wankel vissersschip. Zo stil mogelijk waren ze van de kust gevaren, biddend en smekend, dat ze niet opgemerkt zouden worden door een Vietnamese patrouilleboot. Ze hadden geluk. Het was een stikdonkere nacht. De koers was uitgezet op Singapore. De woelige zee, in de eerste kilometers hun bondgenoot, begon steeds meer te koken. De wind wakkerde aan tot stormkracht. Bijna iedereen lag doodziek op het dek, over elkaar heen, want er was geen ligplaats voor iedereen. Eén man stierf. Hij werd overboord gezet. De golven ramden het schip, dat eigenlijk nauwelijks zeewaardig was geweest. Maar de boot bleef overeind. Volgens de berekeningen moesten ze al een flink eind op weg zijn. Niet naar Singapore, want de stroming was te sterk voor de motor. De koers ging noodgedwongen richting Thailand. En ze wisten wat dat betekende: de kans op piraten, Thaise vissers, die niet op vis uitwaren, maar op bult. Een martelende onzekerheid voor de Vietnamezen. Hopen een schip tegen te komen (dat redding zou kunnen betekenen) en toch eigenlijk weer niet, uit angst. Aan de horizon dook het silhouet op van een kotter. Een Thais schip. De bedoelingen waren al snel duidelijk. De Vietnamese boot werd geënterd, niet moeilijk, omdat iedereen uitgeput was. De zeerovers sprongen aan boord en dwongen de vluchtelingen alle sieraden en geld af te geven. Het ging allemaal snel. Voordat de Thais van boord gingen, lieten ze de drinkwatervoorraad in zee lopen en sloegen ze de motor kapot. De boot met radeloze mensen, wier moreel toch al danig was aangetast, dreef stuurloos rond. Men besloot een vuur te maken om de aandacht van de Thaise marine te trekken. Uit het donker kwam na een half uur Inderdaad het geluid van een scheepsmotor. Maar het was hetzelfde piratenschip. De rovers dachten aan nieuwe buit, totdat ze bij de Vietnamezen waren. Woedend sprongen ze aan boord. Ze verkrachtten de vrouwen aan boord op gruwelijke wijze, uren lang. Toen verdwenen ze weer. Bij het ochtendgloren verscheen er weer een vissersschip. Angst, opnieuw. Iedereen was aan het einde van zijn incasseringsvermogen of daar al over heen. Eindelijk bleek het een Thais schip te zijn met eerlijke kerels. De Vietnamezen werden aan boord genomen. Ze kregen eten en verzorging. De ellende leek voorbij. Maar aan land gekomen wilde ook de politie zijn deel van wat nog over was aan geld, dat ontsnapt was aan de handen van de piraten. Zo niet, dan gingen de geteisterde mannen eerst in de gevangenis, voordat ze tenslotte naar het vluchtelingenkamp Songkla mochten. Waar nieuwe onzekerheid en honger wachtten werden gegrepen en wachtten nu op hun veroordeling. Ook de politie mannen, die hun aandeel van de buit opeisen, werden gestraft. De vier vrouwen uit het V letnamese ge zelschap van Chu werden dank zij de zorgen van Cathérine van Don gen verpleegd en zo goed mogelijk opgevangen, voordat ze naar het vluchtelingenkamp Songkla werden overgebracht. Waar ze nu met de andere lotgenoten, ook die in het noordelijker gelegen kamp Lam Sing, wachten op een zo snel moge lijke emigratie naar een westelijk land. Die kampen zijn men zal het begrijpen, ook al zijn de Thaise au toriteiten niet onwelwillend geen paradijzen. De mensen hebben geen of nauwelijks geld. Eten is schaars. De hulp komt van de Verenigde Na- 70.000 zijn al naar westerse landen vertrokken. We hopen er ook in der- de-wereldlanden geplaatst te krij gen. Om nog een cijfer te noemen: deze maand kwamen er 3000 nieuwe vluchtelingen Thailand binnen en er waren 2200 vertrekkers”. In het kamp Lam Sing heb ik nieuwkomers uit Vietnam gespro ken. Lam Sing ligt zo’n 400 km van Bangkok af, aan de Golf van Siam, niet zo ver van Cambodja. Het is een soort verzamelkamp van Vietname zen, die langs de kustlijn aan wal komen. Het is een vrij kleine neder zetting van ruim vijfhonderd vluch telingen, maar dat aantal wijzigt zich met de week. Op weg naar Lam Sing kom je door het vissersdorp van die naam. De Thais kijken je wat achterdochtig aan. De Vietna mezen uit het kamp zullen je later weinig over die vissers zeggen, als je vraagt naar de verhouding met de bewoners van het dorp. Logisch ei genlijk, want het wordt je steeds duidelijker dat in datzelfde dorp, dat tegen het kamp aanligt, de pira ten huizen, die de zee afstropen op zoek naar Vietnamese scheepjes. Ze wonen nu noodgedwongen naast el kaar, zij het dat de vluchtelingen slechts sporadisch en op vastgestel de tijden de poort van hun kamp uitmogen, als ze dat al willen en durven. Thaise politie, waarover de Vietnamezen ook liever niets zeg gen, houdt vanaf de heuvels toe zicht. In Bangkok hoor je, speurend naar verdere gegevens, dat de poli- tiebewakers nog wel eens geld wil len vragen voor het even verlaten van het kamp. De leefomstandigheden zijn niet best. De vluchtelingen huizen in armzalige hutten van bamboestok ken en zwart plastic doek of in oude. afgedankte schepen. Alles hokt bo venop elkaar. Er is nauwelijks ruim te tussen de hutten. De mensen krij gen geen geld in handen van de VN of wie ook; ze ontvangen wel wat voedsel, dat overigens maar karig is. Bij de ingang van het kamp staat een gemeenschapsruimte. Jongetjes spelen tafeltennis met op de achter grond een oven, waarin de doden van het kamp worden verbrand De grote uittocht met behulp van alles wat maar varen of drijven kon begon. De tweede golf vluchtelingen kwam op drift. men uit Vietnam? En hoe deden d anderen dat: Tran-Bang-Poo (voo zichtig formulerend): „Vanaf 19' heb ik me eigenlijk al voorbereid! de vlucht. Ik ben leraar. Ik moest n dus nautische kennis eigen make len fluist veus manr knik! met e waari 's Na On lijk t< gen e roept Thait houd redel gen. betre woon moe alle i weer hoop ‘Hij mijn i kweet [had tnaar [door me h Die I" ttoch'' De behuizing in de kampen is al- lermiserabelst, ook al neemt men de maatstaven van de Thaise platte landsbevolking aan. Trouwens dat is een grote zorg aldus Pierre Jambor, vertegenwoordiger van de VN voor vluchtelingenzaken in Thailand, „dat we een zeker even wicht bewaren tussen de toestand in de kampen en de normale situaties van de Thaise dorpelingen in de buurt. Om het cru te zeggen: de mensen in de kampen mogen het materieel niet beter hebben dan de Thais zelf. We werken in de richting van samenwerking en begrip tussen beide volksgroepen. Je moet niet vergeten, dat de komst van die tien duizenden vluchtelingen voor Thai- Het verhaal van Chu-Van-Lee, zijn afschuwelijke odyssee, staat niet op zichzelf. Wel bijzonder er aan was het vervolg. De geschiedenis kwam ook ter ore van Cathérine van Dongen, een Nederlandse van Viet namese afkomst, die in Thailand woont, aan sociaal werk doet en zich met name het lot van haar Vietna mese landgenoten bijzonder aan trekt. Dank zij haar relaties in hoge Thaise kringen bereikte de tragedie van Chu-Van-Lee het bureau van één van de hoogste politiefunctiona rissen van het land. Hij zei niet van die situaties op de hoogte te zijn geweest, maar beloofde in te grij pen. Hij hield woord. De piraten Wat zijn het voor mensen, die hier zijn aangespoeld als menselijk wrakhout? Tran-Bang-Poo, ooit le raar Engels in Saigon, geeft een ex plicatie: middenstanders, onderwij zers, ambtenaren, maar ook solda ten en vissers. Zij zijn de lieden van de tweede grote vluchtelingengolf uit Vietnam. De eersten waren in 1975 de bonzen en trouwste aanhan gers van het Amerikaans gezinde Thieu-regime, het „marionetten-re- gime”. Zij vluchtten uit angst voor wraak en represailles. Daarna werd het even rustig. Totdat bleek, dat ook anderen, zelfs fervente Thieu- tegenstanders en actieve leden en militairen van het Volksfront voor de bevrijding van Vietnam, niet wer den gespaard (men noemt steeds het getal van 800.000 politieke gevange nen in het Vietnam van dit moment). Het is één van de gruwelijke verhalen uit de tragische reeks over wat nu genoemd wordt de boat-people mensen, die per vaartuig Vietnam en soms ook Cambodja proberen te ontsnappen. Nooit zal het exacte cijfer bekend worden van de vluchtelingen, die de kusten van Thailand, Maleisië, Hongkong, Borneo of de Philippijnen nooit haalden. Die door de Vietnamezen, Cambodjanen, Thaise zeerovers, door stormweer, uitputting, honger en dorst of tenslotte door krankzinnigheid in het uiteindelijke troostende water van de Zuidchinese Zee of de Golf van Siam verdwenen. Men kan er naar raden als men de cijfers weet van hen, die wel min of meer heelhuids van boord kwamen: 16.834 Vietnamezen in Maleisië, 1313 in Thailand (bootvluchtelingen; er zijn ook nog landvluchtelingen), 829 in Singapore, 3914 in Hongkong, 1317 in de Philippijnen, 2.176 in Indonesië, 317 in Macao, 35 in Brunei. En die cijfers veranderen natuurlijk snel, omdat de vluchtelingenstroom eerder toe- dan af neemt. De hutten van de Vietnamezen liggen tegen de zee aan of ze wonen in oude vissersschuiten. Op de achtergrond ligt het Thaise dorp, waarvan een aantal vissers als piraten bekend staat. (Foto bovenaan). ik Een klein bibliotheekje in Lam Sing, geschonken door de Nederlandse am bassade. (rechts). ir Vluchtelingenkinderen spelen tafel tennis in het enige gerieflijke gebouw in het kamp. Op de achtergrond de oven waarin de gestorven vluchtelingen wor den verbrand, (links). CANBERRA (Reuter) AUSTRALIA is to propose that the United Nations ask a broad range of countries, including non-members, to accept refugees from Indochina, government sources said yesterday. Australia wants the net to be cast wider to find permanent homes for the refugees. This is what lies behind Foreign Minister Andrew Peacock’s call in New York for international con sultations on the problem, the sources said. Southeast Asian countries and [North America have allowed in many ties (vluchtelingen-commissariaat), van charitatieve organisaties zoals de Nederlandse Stichting Comité Hulpverlening Zuidoost-Azië postbus 1527, Groningen die nauw samenwerkt met de Ameri kaanse Cama-services, een christe lijke hulporganisatie, of ook door particuliere hulp. Dank zij de activi teit van Cathérine van Dongen bij voorbeeld vertrekt er regelmatig vanaf de Nederlandse ambassade in Bangkok een truck met levensmid delen naar de vluchtelingenkampen. De hulp moet rechtstreeks in han den van de vluchtelingen gespeeld worden, omdat anders de kans be staat dat geld en goederen niet op de juiste plaats arriveren. land een enorme belasting is. Te recht zegt de regering hier, dat het een internationaal probleem is, waarmee je niet alleen Thailand kunt opzadelen. Een probleem dat steeds groter wordt. Toen in 1975 de ineenstorting van de oude Indochi nese instituties een feit werd met de val van Saigon en Pnhom Pen en onmiddellijk de grote vluchtelingen trek begon, kwamen er 40.500 men sen naar Thailand, in 1976 waren het er 70.000 en een jaar later steeg dat aantal tot 115.000. Cambodjanen, Laotianen en Vietnamezen. De VN is er ingesprongen. In 1978 werd zestien miljoen dollar ter beschik king van de vluchtelingenhulp in dit land gesteld. Dat wordt besteed voor materiële hulp (de eerste voorzienin gen zoals kleding, voedsel, water, medicamenten en daarnaast het be vorderen van zelfwerkzaamheid en scholing) en hulp om ze uit hun bannelingen-status te halen (zoeken naar een land, dat hen wil opnemen; hun bestaan legaliseren; het trans port naar hun nieuwe vaderland bekostigen). Je moet die mensen weer moed geven. Ze moeten hun eigenwaarde terugkrijgen. Voor het alternatief van vijf jaar in een kamp probeer je ze er eerder uit te krijgen. productive approach to the problem I than convening a major international I conferenèe which might scare off! countries reluctant to irritate Viet-1 nam I The proposal for a direct approach I to governments will be made today at the annual Executive Committee meeting of the High Commissioner in Geneva by the Australian delegate, Mr Lloyd Thomson Peacock said in New York that Australia was concerned at the limited international reaction to the problem of refugees from Indochina. „Me pude gegevi dollar van a meter hands- verrel een v< een n pan zi gehad ‘toch s was zi 4en fitoott schep re ge; Hoe is Tran-Bang-Poo weggek merit En nt hard 1 .met v oppas dat al over eens doen deree: ook v stuuri woorc rika, een zi tenslo Omdat de burgers van Saigon vo< de gemeenschap moesten gaan we ken, buiten de stad op het land: in< landbouw of de wegenbouw, kre ik het voor elkaar om als visser gaan werken. Natuurlijk word gewantrouwd. Ik heb een keer vai gezeten onder verdenking van willen vluchten. Mijn moeder hee me vrij gekocht. We zouden met zij achten gaan: mijn vader, moede broers, zusjes en nichtjes. Alles wa we hadden of verdienden werd opzi gelegd en Voor goud is alles te koop. Je mod weten, dat er een enorme zwart* markt in Zuid-Vietnam bestaat, die oogluikend wordt toegestaan door het bewind. Dat is nog in de hand gewerkt door de geldsanering nad* val van Saigon. Voor een miljo® oud geld kreeg je maar honderddid- zend nieuwe piasters terug. En j* moest al je geld inleveren. Op d* zwarte markt is het koersverschil voor een Amerikaanse dollar in ver gelijking met de officiële koers vijf Je krijgt dus zwart vijf keer zoveel' De i lieden krijge i ui veiuieuueu weruvpi ![tr’ r omgezet in stukjes goud noi-le; TRAT A Cambodian gunboat at tacked and seized two Thai fishing boats, and captured several N I t K - i ritte

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1978 | | pagina 20