Nasmaak aan
Jan van Gilse
Positieve indruk
huldiging
Joris Ivens
Schouwburg wil
in zomer open
1
Schildersplezier bij
aftasten fantasie
Rijke droomwereld
bij Margot Dukker
a
amrobanki&J
„Lebensmesse”
Een schitterende
encyclopedie voor nieuwe
Amro spaarders
1
!l
i w
648 Pagina’s, ruim 25j000onderwerpen, meer dan
1000 illustraties. Gebonden in harde kunstleren band.
8
door Charles Boost
Expositie Roelof Klein bij SBK
i
Spelstijl
jk
Theepotten
9
KUNST
DINSDAG 14
NOVEMBER
19 7 8
V
ivond
NOORDHOLLANDS PHILHARMONISCH ORKEST
i
Deze encyclopedie geeft u een schat (minimale inleg f 15,-) kunnen deze fraaie
aan informatie. Veel van wat u zou willen encyclopedie kopen voor slechts f 25,-.
weten staat erin. En hoe.
Van a t/m z helder gerangschikt
Van a t/m z verlucht met kleurige foto’s
en tekeningen. Van a t/m z gedrukt op
kwaliteitspapier.
Hoe komt u aan deze grandioze
encyclopedie?
Nieuwe spaarders die in de actie-
periode een spaarrekening openen
AMSTERDAM. In een nog niet half gevuld Amsterdams Concert
gebouw werd maandagavond de Nederlandse muziek op originele
wijze gediend. Composities met een zekere overeenkomst in strekking,
klonken van Kees van Baaren en Jan van Gilse; respectievelijk dus
werk van een overschat en een ondergewaardeerd componist. Van
Baaren (1906-1970) heeft door zijn op de tweede Weense school geba
seerde avant-gardistische opstelling en grote pedagogische kwaliteiten
waarvan de huidige componistengeneratie geprofiteerd heeft een
opgeschroefd image als scheppend kunstenaar gekregen. En het is dan
weer voor een fors gedeelte aan de journalistieke vuilspuiterij van Van
Baarens leraar Willem Pijper te wijten, dat Van Gilse (1881-1944)
tijdens zijn leven juist niet goed tot zijn recht is gekomen.
Bovendien ontvangen ze nog f 7,50
spaarpremie (deze premie is één maand
niet opvraagbaar).
Dit unieke aanbod geldt t/m 5 de-
tjember a.s. Dus wees er snel bij, want voor
de encyclopedie geldt: zolang de n
voorraad strekt I I I I
(ADVERTENTIE)
(ai.)
entrée f 10,
om onze
sepiatekening van
(ADVERTENTIE)
CEES STRAUS
't.
Kwaal formaat 21,5 x 28,7 cm
eidt u in
liste (nor-
us word]
toezicht,
Dat klonk allemaal overtuigend en van
een welgemeende bewondering. En als het
hierbij gebleven was, had Ivens eindelijk
de onversneden lof in ontvangst kunnen
nemen van officieel Den Haag, dat altijd
met enige achterdocht en terughoudend
heid in een grote boog om de jubilaris was
heen gelopen. Maar de prijs moest door de
betrokken minister, in dit geval drs. J. de
Koning, uitgereikt worden, die zijn waar
dering beperkte tot „de grondige aanpak
en artistieke verfilming van het complexe
ontwikkelingsproces in China” en het toen
het juiste ogenblik vond om zijn visie op
mogelijk oplossingen van het ontwikke
lingsvraagstuk te plaatsen tegenover die
van Ivens.
Waar Ivens in zijn films vooral zou ge
pleit hebben voor het collectivistische sys
teem, stond in de visie van De Koning de
opbouw van een democratische samenle
ving centraal.
In zijn dankwoord, dat Ivens vooral
de woorden van lof ook de vele, jongere
camera-verslaggevers liet delen die vaak
met gevaar voor eigen leven de strijdtone
len in de Derde Wereld bezochten, kon de
gehuldigde filmer niet nalaten zich ver
wonderd te tonen over de uitspraak van de
minister wat betreft hun beider maat
schappijvisies.
Ter verklaring: de Dick Scherpenzeel-
prijs werd in 1974 ingesteld door de toen
malige minister van ontwikkelingssamen
werking, drs. J. Pronk, ter stimulering
van de voorlichting over het ontwikke
lingsvraagstuk. De naam Dick Scherpen-
leel werd aan de prijs verbonden om de
grote waardering van de overheid tot uit-
irukking te brengen over de wijze waarop
de te vroeg gestorven Dick Scherpenzeel
door zijn publicistische arbeid bijgedra
gen heeft aan die bewustwording.
en B. V.
breder”
Door onbekend werk van deze twee
componisten te belichten, waarin deze bo
vendien nog geen van beiden hun eigen
weg hadden gevonden, heeft Huub Ker
stens een daad van belang gesteld. Wat
deze dirigent met „zijn” gemengde koren
van de beide Amsterdamse universiteiten,
aangevuld met het R.-K. Hoofdstadkoor,
in combinatie met het Utrechts Stedelijk
Orkest (waarvan Jan van Gilse overigens,
merkwaardige coïncidentie, van 1917-1922
dirigent is geweest) en vocale solisten liet
horen, bood een interessante kijk achter
de schermen van de ontwikkelingsgang
van beide creatieve naturen.
Zeker, Van Baarens cantate „The Hol
low Men”, geschreven voor twee solostem
men, koor en begeleidende instrumenten,
op cultuurpessimistische poëzie van T. S.
Eliot, was in het ontstaansjaar 1949 al bij
het studentenmuziekgezelschap van de
Amsterdamse Universiteit, waarvoor het
gecomponeerd werd, in première gegaan.
Maar met de uitgebreide versie, zoals de
componist die zes jaar later in partituur
bracht, kon men eerst nu met Lucia
Kerstens en Ruud van der Meer in de niet-
ingewikkelde soli kennis maken. En het
HAARLEM. Roelof Klein behoort tot
de wat oudere generatie van Haarlemse
schilders die de natuur zo men wil de
realiteit als uitgangspunt hebben geko
zen. Die generatie, waartoe bijvoorbeeld
ook een Leo de Winter, Jan van der Veer
of een Wim Steyn en Cor Hak behoren,
groeide op met de academische stelregel
dat de natuur onvervormd moest worden
weergegeven. Een deel van deze generatie
koos daadwerkelijk voor het naturalisme,
een vaak snel vervelend soort kunst waar
in de werkelijkheid belangrijker is dan de
schildersidee. Een andere groep ging die
regel vrijer interpreteren. Zij brachten
hun schildersplezier in en ontkwamen er
zodiende niet aan om de realiteit naar hun
eigen hand te zetten. Tot dat deel behoren
alle hierboven genoemde schilders, ieder
voor zich een eigen wereld scheppend die
in de eerste plaats op dat schildersplezier
is gebaseerd.
je de keramiek omschrijven die Marjolijn
Juray uit Broek in Waterland in de kelder
van de SBK laat zien. Marjolijn Juray
maakt theepotten die daar eigenlijk een
parodie op zijn. De symmetrie die in ge-
bruiksaardewerk zo’n grote rol speelt,
wordt door haar aangevochten. Haar
theepotten zijn slappe gevallen in zoete
kleurtjes als roze, crème en lichtblauw. De
deksels hangen er schots en scheef over en
misschien zullen deze potten ook helemaal
niet zo goed schenken, maar daar gaat het
ook niet om. Het is een geslaagd grapje dat
niet meer pretendeert te zijn en als zodanig
verfrissend overkomt.
opmerkelijke was, dat het uit diverse
volksliedjes opgebouwde conglomeraat,
nog niet als muziek van Van Baaren te
herkennen is.
Het met enige moeite als (kunstmatig)
bindend element te ervaren achttonigmo-
tief, dat zich door de gehele compositie een
weg baant, wijst met zijn intervalsopeen-
volging misschien al enigszins in de rich
ting van de twaalftoonstechniek, waarmee
Van Baaren uiteindelijk de aandacht zou
trekken. Maar alhoewel alles, in technisch
betrekkelijk eenvoudige partijen toch to
naal wordt opgelost, trof deze cantate met
meer fascinerende momenten dan in heel
Van Baarens atonale oeuvre te bekennen
zijn. Zou dit op een averechts ontwikke
lingsproces kunnen wijzen?
Bij Van Gilse zijn de bevindingen eigen
lijk tegengesteld. Wagner, Bruckner, (Ri
chard) Strauss en Mahler komen in „Eine
Lebensmesse”, zoals het hier uitgevoerde
„feierliches Spiel" wat deze ondertitel
ook moge beduiden heet, nog te veel aan
het woord om daarin de toekomstige, zich
zelfstandig opstellende componist van de
Tagore-liederen of van de opera „Thijl” in
te zien. Wat daarentegen wél duidelijk
Want al verwachtte je na de, inderdaad
ook het vroegst (1903) geschreven, Wagne
riaanse inleiding nog louter Duitse dikdoe
nerij; samen met de componist ontdekte je
gaandeweg veel meer mogelijkheden inza
ke een persoonlijker en boeiender uitdruk
kingswijze, ter illustratie van de hier (ook
al) aan de orde gestelde existensieel-filoso-
fische tekst van Richard Dehmel. Muzi
kaal epigonisme en originaliteit wisselden
elkaar constant af, terwijl het tenslotte
toch de intensiteit van de eigen invallen is,
die een positieve eindindruk van deze
groots opgezette en ruim een uur durende
„Lebensmesse” bewerkstelligen.
werd, was dat hier in het eerste decennium
van onze eeuw een artiest aan het werk
was, die met uitgesproken sterk gevoel
voor klankkleur, sfeer en monumentali
teit, grote vormen kon hanteren.
En al kon onder Huub Kerstens’ leiding
niet van een rijk genuanceerde uitvoering
worden gesproken, toch heeft deze diri
gent met het hiervoor benodigde solisten
kwartet, koor en orkest, het geïnspireerde
vakmanschap van Van Gilse kunnen laten
zien. Hanneke van Bork, Lucia Kerstens,
Jean van Ree ep Ruud van der Meer in de
vaak dramatische, opera-achtige soli; de
drie Amsterdamse koren in hun vloeiend
geschreven partijen a la Bruckner en het
USO in de voor de zangers soms al te
zware, maar briljant geïnstrumenteerde
orkestbegeleidingen; gezamenlijk hebben
zij met de uitvoering van Van Gilse’s ko
lossale partituur een overtuigend pleidooi
gehouden voor de Nederlandse toonkunst,
ook al getuigt die (om met Pijper te spre
ken) tevens van „verouderde, Duits-ro-
mantische opvattihgen”.
JOHAN VAN KEMPEN
Margot Dukker is vijf jaar bezig met
tekenen. Ze werkt onder zeer beperkende
omstandigheden: het tekenpapier komt na
een drukke dag als huisvrouw in de avond
uren op tafel. Je moet die omstandigheden
weten om je enigszins een beeld te kunnen
vormen in welke situatie dit werk gegroeid
is. Inhoudelijk is het er namelijk niet aan
af te zien. Integendeel zou je zelfs kunnen
zeggen want Margot Dukker blijkt in die
avonduren de sluizen van haar fantasie
breed open te zetten. Haar prenten vallen
in de categorie „literaire” kunst, ze blijkt
HAARLEM. Twee leden van Kunst
Zij Ons Doel hebben ditmaal de expositie
zaal van De Waag (Spaame hoek Dam
straat) tot hun beschikking. Beiden deden
mee aan de voorjaarstentoonstelling van
KZOD in de Haarlemse Vishal waar de
mogelijkheden om tot een afgerond beeld
te komen van de afzonderlijke deelnemers
nu eenmaal zeer beperkt zijn. Het karak
ter van De Waag, hoe beperkt van omvang
misschien, biedt een betere presentatie
dan in een groepstentoonstelling mogelijk
is waar je vaak door de bomen het bos niet
meer kan zien. Zowel het pentekenwerk
van Margot Dukker als de plastieken van
Guus Offerhaus zijn een expositie zeker
waard, niet in het minst door de ongebrei
delde fantasie die door eerstgenoemde
wordt aangewend.
c.j.p. geldig
kaartverkoop en plaatsbespreken aan de kassa van het Concertgebouw, Lange
Begijnestraat 13, Haarlem van 10-15 uur; telefonisch 32 09 94 van 12-15 uur.
Concertgebouw Haarlem - vrijdag 17 november 1978 - 20.15 uur
TWEEDE CONCERT SERIE B „COMPONISTENSERIE”
dirigent: ANDRÉ VANDERNOOT
soliste ANA CHUMACHENCO - viool
enorm veel te willen vertellen. Er is prak
tisch geen plaatsje wit overgebleven, elke
vierkante centimer wordt bevolkt met
vreemde natuurwezens die de beschouwer
in veel gevallen nogal wreed in de ogen
staren.
Het is alsof je een voetbalelftal huldigt
met te zeggen dat je zijn spelstijl niet kan
bewonderen, vond Ivens, die in verband
met ontwikkelingshulp eraan herinnerde
hoe in zijn „katholieke” jeugd zilverpapier
ingezameld werd voor de „missie”, waar
bij vergeten werd dat degeen die het mees
te zilverpapier inleverde, eerst heel veel
chocolade had moeten eten. Maar verder
wilde hij op deze gezellige bijéénkomst
geen politiek debat met de minister aan
gaan
(Beide exposities lopen tot en met 30 no
vember, van dinsdag tot en met vrijdag
van 13-17 uur, op zaterdag van 11-17 uur
en op donderdagavond bovendien van 19-
21 uur). CEES STRAUS
AMSTERDAM (ANP). De directie
van de Stadsschouwburg van Amsterdam
vindt dat dit theater in het vervolg ook in
de zomermaanden open moet zijn en heeft
het gemeentebestuur voorgesteld goed
keuring te geven aan het plan bij wijze
van proef in de vakantieperiode een thea
terprogramma op de planken te brengen.
Dit bljkt uit de toelichting op de begro
ting 1979 van de gemeente Amsterdam.
Tot dusver is de Amsterdamse Stads
schouwburg in de zomermaanden geslo
ten, terwijl er dan juist grote behoefte
blijkt te bestaan aan culturele activiteiten.
Het college van B. en W. wijst in de begro
tingstoelichting op het grote succes van de
openluchtvoorstellingen in het Vondel
park in de zomermaanden.
Verder is er in de zomer, als het theater
seizoen voorbij is, weinig te beleven in de
hoofdstad. Ook het nationale ballet, het
Concertgebouworkest en het Amsterdam
se Philharmonisch Orkest treden in de
zomermaanden niet of nauwelijks op, al
dus B. en W.
Ier vanM
Mitmunisii
ip vrijdü
ijkebijw
GL 2
.Werkelo:
/oerig is
or de dal
>k. Kaart
/rknjgb»
loezelstn
•uxembtu
;n, Sami»
an de zaa
C betaalt
f25,-
voor het
boek
L krijgt^
f7,50
spaar-
premie.
De aard van de prijs die daarvoor aan de
journalisten Lockefeer en Van der Putten,
aan de tv-rubriek Kenmerk van de IKON
en aan dr. S. Bosgra van het Zuidelijk
Afrika Komitee was toegekend, ligt geheel
inde lijn van de idealen van waaruit Ivens
zijn leven lang gefilmd heeft. Het door Aad
van den Heuvel voorgelezén juryrapport
liet daarover dan ook geen enkele twijfel
bestaan. „Het is niet overdreven te stellen,
dat Ivens zijn leven in dienst gesteld heeft
van de strijd voor onafhankelijkheid en
ontwikkeling. Als kunstenaar heeft hij
zich bewezen door vaak vér voor anderen
de strijd van groepen en volkeren te her
kennen als een echte vrijheidsstrijd”.
Verder heet het; „In zijn werk heeft
Ivens nooit geaarzeld om partij te kiezen,
hetgeen hem soms kwalijk werd genomen.
Men denke slechts aan zijn films over de
onafhankelijkheidsstrijd van Indonesië,
„Indonesia Calling”, uit 1946”.
Programma: LUDWIG VAN BEETHOVEN
4 Duitse dansen en 4 Contradansen
Symfonie no 4
Vioolconcert
Nederlandse muziek op
originele wijze gediend
Joris Ivens
verjaardag en ter herdenking van het feit
dat hij 50 jaar als „wereld-cineast" werk
zaam was geweest, de Dick Scherpenzeel-
prijs werd uitgereikt in het Nederlands
Filmmuseum te Amsterdam.
Balletdanseres”,
Roelof Klein en geëxposeerd bij de SBK
in Haarlem.
echter1
denng
ten k<®È
als lid
iet bestuï
iar besta*
besta»»
het eefi
compe®
ueuw is
n Wijk aai
Als bij zoveel fantastisch-realisten
creëert Margot Dukker haar eigen symbo
liek, haar eigen mythes en legenden. Ze
maakt haast nauwelijks historische of so-
ciaal-psychologische toespelingen zoals
dat bijvoorbeeld wel in het surrealisme het
geval is waar de symboliek universele ver
schijningsvormen heeft. Ze hoeft zich niet
te verschuilen achter duidelijk aanwijsba
re thematiek, maar het uitleveringsproces
is hier zo optimaal opgevoerd, dat er voor
de meeste kijkers wel een aanknopings
punt bij zijn of haar eigen droomwereld is.
De overstelpende rijkdom aan ideeën
werkt nogal eens vermoeiend door een
technisch gebrek aan nuancering. Dat
doet zich niet alleen in de onderwerpkeuze
voor, ook de manier waarop de lijn wordt
neergezet is hard en scherp, soms te hard.
Een enkele maal is de ondergrond gewas
sen en dan doet zich meteen wat meer
spanning voor die anders alleen in het
onderwerp gesuggereerd wordt maar ver
der nergens tot uiting komt.
Een enkele maal werkt Margot Dukker
met kleur en het is teleurstellend dat ze
juist dan voor een streng-naturalistische
aanpak kiest die tamelijk commercieel
overkomt. Een betere nuancering van
zwart en wit of een delicate toepassing van
kleur in de fantastische beelden zou haar
werk op een hoog niveau kunnen brengen.
De plastieken van Guus Offerhaus-Lan-
ge zijn in brede kring bekend. Zij ontleent
haar onderwerpen aan de dierwereld, ze
kiest het dier in zijn element. Een vissende
kat, een reiger die een aal beet heeft of een
poes die op haar prooi loert, het zijn alle
maal karakteristieke poses in de dierenwe
reld die bekwaam worden neergezet. In dit
werk telt het moment en voor de beeldhou
wer, die immers met een soort van verstil
ling moet werken, vormt zo iets een extra
uitdaging. Guus Offerhaus gaat die uitda
ging niet uit de weg en weet tussen de
beweging en de verstilling een heel eigen
spanning te scheppen die er voor zorgt dat
je lang geboeid blijft. Een zekere hang
naar een traditionele oplossing van de
wijze waarop het brons als „huid” moet
spreken, is een van de weinige mispunten
die tegen dit werk kunnen worden ingé
bracht.
(Tot en met komende zondag, dagelijks
van 14-17 uur).
Misschien zorgt dat laatste er ook voor
dat tentoonstellingen van deze realistën
niet snel vervelen. Bij Roelof Klein die
deze maand bij de Stichting Beeldende
Kunst aan de Gedempte Oude Gracht 127
in Haarlem is te zien, valt dat schildersple
zier bijna optimaal terug te vinden. Ieder
onderwerp dat hij voor zijn olieverven,
aquarellen of tekeningen uitkiest, is door
trokken van een intense liefde voor het
vak, een bewogenheid die er tenslotte toe
kan leiden dat het bewuste schilderij wer
kelijk wat te vertellen heeft.
Als Roelof Klein met de realiteit gaat
stoeien, brengt hij al vrij snel zijn eigen
fantasie in. Hij „vermenselijkt” als het
ware de dode materie. Rotsblokken, boom
stronken, vergezichten krijgen een mense
lijk gezicht door het inwerken van ogen en
andere gezichtselementen. Bij Roelof
Klein kijkt een landschap terug, het houdt
je bezig omdat je verplicht bent je eigen
fantasie er aan te geven.
Klein tast in het werk zoals dat nu bij de
SBK hangt, maar al vaker te zien is ge
weest, ook zijn eigen grenzen van de fanta
sie af. De ene keer is de suggestie van de
„vermenselijking’ maar zeer sporadisch
aan te duiden, een andere keer gaat Klein
veel verder en misschien wel over de grens
van de realiteit. Soms is de fantasie zo
consequent doorgetrokken dat ze een ge
voel van huivering opwekt maar er zijn
ook momenten dat de toepassing niet ge
heel geslaagd is en er een te opgelegd
effect ontstaat.
Een enkele keer ontsnapt Roelof Klein
aan deze stijl, dan stelt hij zich zeer ont
vankelijk op voor pure schoonheid. Ik
moet zeggen dat dan zijn mooiste prenten
ontstaan: een imponerend zelfportret, een
intiem en poëtisch portret van een danse
res. Zelfs in een neo-impressionistisch
Frans landschap dat niet meer te vertellen
wil hebben dan wat er op staat, vind je zijn
wens om met schoonheid te behagen opti
maal terug.
Roelof Klein en al die andere „oude”
generatiegenoten behoren allang niet
meer tot de avant garde kunstenaars. Ze
maken herkenbare kunst, niet in de zin
van „gemakkelijk te begrijpen” kunst zo
als de schilderijen van het-kind-met-de-
weggepinkte-traan of de-zigeunerin-met-
één-blote-borst pretenderen te zijn. Klein’s
kunst is herkenbaar omdat hij een schoon
heid wil bereiken die van alle tijden is. Dat
hem dat met veel plezier afgaat, is een
bijkomend genot voor de beschouwer.
Variaties op een grappig thema, zo kan
AMSTERDAM.
Officieel Den Haag
heeft het nog altijd
wat moeilijk met de
militante Neder
landse filmer Joris
Ivens. Dat bleek
maandag weer even
toen hem naar aan
leiding van zijn 80e
Het daarop volgende samenzijn met een
drankje en een hapje vond hij een betere
gelegenheid om onder een borrel verder te
discussiëren met de minister. Wat dan ook
uitvoerig gebeurde, met een door De Ko
ning weinig gewaardeerde VARA-micro-
foon in de buurt, zodat geïnteresseerden
aanstaande zaterdagochtend in de VARA-
radio-uitzending Z.l. het debat kunnen
volgen. Achteraf wilde Ivens over zijn
gesprek met de minister wel kwijt dat het
een vriendschappelijk, maar pittig ver
loop had, waarin De Koning toegaf dat
Ivens met Indonesia Calling inderdaad
een koploper was geweest en de situatie
>n Indonesië beter doorzien had dan de
Meeste politici in die dagen. Zou minister
l>e Koning het nu wel of niet eens geweest
aijn met het rapport van de jury door de
Dick Scherpenzeelprijs 1977?.
Men mag aannemen dat hij de passage
in het rapport over de China-film volledig
heeft kunnen onderschrijven, zonder zijn
Maatschappijvisie veel geweld aan te
doen. Maar dat hij in de toekomst niet
opnieuw in een voor hem moeilijke positie
wil worden gemanoevreerd, zou kunnen
blijken uit een bericht in het NRC waarin
preken,
sur verb®
irheid” H
le CPN,
Ie strijdt
/erker)
id houdt5
IverenjgÜ
riaan” W
adering1
'tredenL ---
icature^ wordt gespeeld met de gedachte dat De
ir de h®
Een knap uitgewerkte verbeeldingswereld spreekt uit deze pentekening van Margot
Dukker die onder de titel „Overmacht” in gebouw De Waag is te zien.
i
ip van t
lebben zi
ichuivid
uw en Vi
DZBreg
ond in hl
islag opi
Zij stond, richtte op het juryrapport en waarin hij in
its. De t
lolen (DZI
M. de Joi
Vreugd-i
pnt. Ep<
De Leem
Jew. Drol
t.; 3. hr.e
>71 pnt.»
m dezedii
i woensda
Herderen
Koning thans overweegt de huidige jury
(prof. dr. J. C. Breman, dr. A. H. Van den
Heuvel, A. van den Heuvel, dr. K. Roskam
van Kaam) uit te breiden en „wat
samen te stellen. Genoemd wor
den in dit verband dr. B. Goudzwaard,
Hoogleraar aan de Vrije Universiteit, en
“r S. Faber, hoofdredacteur van het
rriesch Dagblad.
Al met al toch een huldiging met een
h^u*881^ Den Haa8 blijft het moeilijk
“ebben, ook met de 80-jarige Ivens.