Hoe een architect de autoriteiten tergt O ’dfïï» v v* Tl TS door Rien Polderman N Gevaar uniformiteit Opbouwwerken «GS? i en in n leiden lehjk( et huidig* ig en ont- dderschaP heeft. Na dat dicta- Maar wi jen het po- behouden rken in de id. Missie >n artser. iderlandse rauwelijln e hoopge- dit land is idaag no< ;n. I I I v De Belgische architect Lucien Kroil is een groot voorstander van kleinschaligheid en inspraak. Vooral in dat laatste gaat hij erg ver: Inprincipe is hij niet tevreden als de resultaten van die inspraak niet voor honderd percent in zijn ontwerpen zijn terug te vinden. Wat daarvan het gevolg is, kan men zien aan de universiteitsgebouwen die hij ontwierp in de Brusselse voorstad Woluwé-St. Lambrechts: door de vrijwel anarchistische chaos een krachtige provocatie van de omliggende rechtlijnigheid. Een provocatie die trouwens onmiddellijk heeft gewerkt: Kroll is ontheven van zijn opdracht. Verslaggever Rien Polderman sprak met de choquerende architect over wat deze zelf noemt de „tuinkabouter-architectuur”. B -I I» g iw provocatie van Jat voorzag in een brug over België, om dat land te kunnen ritaire bouwen ongelimiteerd kan Dat is uiteindelijk ook de bedoe- En één afrit in Brussel, om de Belgische architekt Lucien Kroll de Voige&eiegenheid te geven tot het verrichten van wat zendingswerk aan Kamerle- •loren hun i voor de niet. God «orden om de ongebruikelijke ma lijk. God lier. - Schets van Lucien Kroll voor de verbouwing van 'n flatblok in Alen- gon Foto linksboven Interieur van één van de hoge studentenka mers. die Kroll ver werkte in de studen tenflat te Woluwé-St Lambre.chts Er is zelfs een kamer van twee bij twee en zeven meter hoog Rechts boven, links en rechts het on gebruikelijke exterieur van de universtitietsbe- bouwing te Woluwé-St Lambrechts. gebroken naar de huurwoning en zo vergroot. Maar ook de buitenkant van de flats verandert radicaal vol gens de plannen van Kroll. Het naar geestige rechthoekige silhouet van de blokken kan worden verzacht. Dat zou moeten gebeuren door het aanbouwen van erkers, van dakop- bouwen en kapjes en het hier en daar plaatselijk verlagen van de ge bouwen. Het doodse silhouet zou zo kunnen worden verlevendigd tot een frivole levenslustige karteling. Maar Lucien Kroll acht zijn taak als architekt niet beëindigd met het .aandragen van bouwkundige oplos singen. Hij wil meewerken aan de algehele rehabilitatie van de wijk, ook in sociaal opzicht. „Er moet”, zo zegt hij, „nieuwe gezondheid voor de wijk worden gevonden”. Een van de mogelijkheden daartoe is het creë ren van ontmoetingscentra, waar al lerlei wijkaktiviteiten zouden kun nen plaatsvinden. De zes schoolge bouwen in de wijk zouden tevens als wijkcentra kunnen functioneren. Kroll wil acih daar sterk voor ma ken. Maar hij moet daartoe in de slag met de wat starre en gesloten Franse onderwijswereld, die maar moeilijk inmening van niet pedago gen kan dulden op het schoolterrein. Hij wil de scholen overhalen zich open te stellen voor de buurt, ook als schoolinstituut zelf. >evel daar in Albert s-generaal tij in Mala- j op deze :i) impopu- olgens z- nemen. In arrestatie j willeken- r tweedui- n vrijgela- jgeven dat enge pk' ügen loste nt v— in Malawi Cnige pot olk ook in tozwaar in te passen in het even tommelige stedelijke totaalbeeld, ioals 'n stad nu eenmaal is. merits ver- male inspraak toch weer een soort uniformiteit ontstaat? Allerlei mas- sabladen praten hun publiek een groot aantal modieuze opvattingen en ideeën aan, die in hun eenvormig heid via de inspraak weer in nieuwe uniformiteit zouden kunnen worden uitgedrukt. Ludien Kroll is daar niet bevreesd voor. Architektuur is geen doel in zichzelf, betoogt hij. Het doel is het tot stand brengen van goede relaties tussen bewoners en de ruimte (zowel binnen als buiteij) en tussen de be woners onderling Dat de welstandscommissie mis schien al te uitbundige uitingen van de inspraak in de vormgeving zou afkeuren, vindt Lucien Kroll niet juist. Hij plaatst vraagtekens bij het feit, dat de welstandscommissie de eenvormigheid en massaliteit van de Bijlmer wel heeft geaccepteerd, maar bezwaren zou hebben tegen „tuinkabouter-architektuur” in al zijn variaties. De tuinkabouter is veel humaner en eigenlijk ’n teken van gezondheid, waar het „cleane” rechtlijnige bouwen een teken is van ziekte, zo stelt hij. De opmerking, dat inspraak en kleinschaligheid extra geld zouden kosten, pareert Lucien Kroll effec tief met een verhaal over de stads vernieuwing in de Normandische stad Alen?on Nu krijgen we bij dat woord direkt beelden van de negen- tiende-eeuwse wijken in Amster dam voor ogen. In Alencon gaat het na twintig jaar toch duurder uit te zijn. Die hogere kosten had men volgens Lucien Kroll kunnen uitspa ren, wanneer men van begin af aan bewonersparticipatie en inspraak had toegepast. Bij de traditionele manier van werken, maakt men al tijd een straat die te breed is. Dat kost onnodig geld. Wij willen de breedte precies afstemmen op de werkelijke behoefte van de mensen. Om die te weten te komen, moet je inspraak verlenen, betoogt hij. Inspraak bij bouwplannen brengt direkt relaties tussen bewoners en omgeving en tussen bewoners on derling tot stand. Er ontstaat een band met de buurt in plaats van onvrede en verpaupering. Inspraak maakt, dat je bouwt voor een bekende behoefte. Leeg stand, omdat iets is gebouwd, waar eigenlijk niemand om heeft ge vraagd (de lelijke flatblokken in Alencon en overal elders), kost ook veel geld. Vaak zijn wel veertig per- -cent van de kosten van een project commerciële kosten. Dat is geld, dat bankiers moeten fourneren om het gat van de leegstand te stoppen. Die onkosten zijn met inspraak te voor komen. Intussen stond de stad Alencon dus voor de dure keuze, de twintig jaar oude flats te slopen of te verbe teren. Lucien Kroll bedacht een ma nier van woningverbetering, waar mee ook stadsvernieuwers in Neder land hun voordeel zouden kunnen doen. Hij ontwierp een methode, waarmee de flats van binnen zouden kunnen worden verbouwd en aange past aan de behoefte. Sommige ap partementen worden daarbij door- „gewone” gezinnen een nog pretti ger effect op het gebouwdé, dan van het werken met louter studenten. Hij toont tekeningen en een ma quette van een inspraak-project in Cergy Pontoise bij Parijs. De Fran se overheid wil er een nieuw stadje bouwen en schreef er ’n prijsvraag voor uit. Kroll was bij de winnaars. Twintig architekten moeten de bouw helpen verzorgen van 2150 huizen. Het bureau van Lucien Kroll neemt daarvan 200 woningen voor zijn rekening. De maquette toont een deel van het plan: grote variatie in de woningtypes, veel ruimte on danks de redelijke bouwdichtheid (35 woningen per hectare) en voor prijzen, die binnen het bereik van de modale portemonnaie liggen. De wensen van de insprekers zijn voor honderd percent in ’t plan meegeno men en zorgen voor grote verschil len, die het geheel een boeiende aan blik verlenen. Zelfs de wens van een Italiaans arbeidersgezin, een huis in Italiaanse stijl, kon worden gehono reerd. Bij de ontwikkeling van de plannen ging men uit van de stelre gel: geen bewoners geen plan. Het woord was dus in eerste en laatste instantie aan de insprekers. Toegepast in de Haarlemmermeer zou het principe, geen bewoners - geen plan, betekenen: Eerst per vlek de in aanmerking komende woning zoekenden selecteren uit Zuid-Ken- nemerland en de Meerlanden. Daar na per groep met de architekt om de tafel gaan zitten om plannen te ma ken. Is er niet het gevaar, dat bij maxi- prachtige hoofdstad laat vertrappen nderdaa ioor projectontwikkelaars en hun g houden alles vernielende hoogbouwkolos- /oldoendi ien, Lucien Kroll heeft voortge- de alleen dracht, pleitbezorger bij uitstek verdien roor inspraak en kleinschaligheid, erinnera Een man dus, die ook de autoritaire gdatinda louwers in Nederland nog wel wat opdracht Ie zeggen zou hebben. Lucien Kroll is vooral bekend ge- De Nederlander, die Lucien Kroll zo enthousiast hoort getuigen van zijn engagement met een Franse krottenwijk, komt al gauw verbaasd tot de conclusie, dat de architekt zich op het terrein van de opbouw werker heeft begeven. De verbazing komt voort uit de typisch Neder landse neiging het werkterrein bij nieuwbouw of stadsvernieuwing te verkavelen in vakjes: een technisch vakje voor de architekt en stede- bouwkundige, een sociaal vakje voor de opbouwwerker. De scheidslijnen tussen die hokjes leveren het is bekend heel wat irritaties op. De opbouwwerkers er geren zich groen en geel aan de technocratische opstelling van ar chitekten en stedebouwkundigen. De technici halen hun schouders op over de vage, onexacte welzijnsleu- terkoek van de opbouwwerkers. Lucien Kroll wordt door een der gelijk vakjes-denken niet gehinderd. Zijn werk getuigt ervan, dat tech nisch opbouwwerk en sociaal op bouwwerk niet van elkaar kunnen worden afgeSplitst. Want de tastba re gebouwde omgeving beïnvloedt onmiskenbaar de sociale omgeving. De ruimtelijke ordening staat in wis selwerking met de maatschappelij ke ordening. De denkbeelden van Lucien Kroll houden voor velen zij ner collega’s de goeden niet te na gesproken nog een wat onbeken de boodschap in. Het is te hopen dat de boodschap voor diegenen, die straks de verste delijking van de Haarlemmermeer gaan vorm geven, niet geheel voor dovemansoren is gesproken. Al moet eerlijkheidshalve worden vooropgesteld, dat het werk van de stedebouwkundigen en architekten pas goed kan zijn, als op provinci aal- en regionaal-politiek niveau daarvoor de voorwaarden zijn ge schapen. otere ont- moties. Ik an. Verder ht vragen i heeft ge- de cultus Lucien Kroll ieft niet te r een reit ?gevahid ^ent u d'e 9raP over het Frans-Nederlandse vriendschapsverdrag? Zij voor- n een god mee kan u Hopelijk maken ze in die brug toch twee afritten in België: eenmaal Eén bij Ottignies, om de gemeenteraadsleden van Haarlemmer- zeer nega- mer jn pe gelegenheid te stellen, de prachtige nieuwbouwstad li^and”5 Mvain-la-Neuve te bezichtigen; omwat op te steken over dubbel jkeTred" fondgebruik, gestapelde laagbouw en de aantrekkelijkheid van louw. De studentenflat lijkt te spot te met alle wetten van constructie esthetica, en het is alleszins be trijpelijk dat er eerst jarenlange strijd moest worden gevoerd met brandweer, bouwpolitie en andere autoriteiten. Juist echter door het anarchistische”, duivetilachtige van de ,00rkomen is de bebouwing zonder Welnu, de provocatie heeft ge werkt; de getergde autoriteiten heb ben ingegrepen. De bestaande orde van het grootschalige autoritaire bouwen maakt zich op, om het „anarchisme" van Lucien Kroll en de zijnen terzijde te schuiven, al thans een halt toe te roepen. De macht van de bulldozer waarmee Brussel de afgelopen decennia al herhaaldelijk op pijnlijke wijze heeft kennisgemaakt doet zich gelden. Iedereen dient weer zijn plaats te weten: de stedelingen ginds en de studenten op de campus; niks integratie. De opdrachtgevers had den op de provocatie geen ander antwoord, dan Kroll te ontheffen van zijn opdracht.en een officiële klacht tegen hem in te dienen bij de Belgische Orde van Architekten. Het vervelende voor de autoriteiten is echter, dat een discussie is aange zwengeld. Men kan niet meer om de ideeën van Kroll en zijn geestver wanten heen. Zelfs al zou Kroll zelf in dit geval worden uitgeschakeld, dan zullen anderen de fakkel verder deragen. Maar Lucien Kroll heeft zich nog niet gewonnen gegeven. En hij krijgt (inter)nationale steun. Vanuit Nederland werd tegen het optreden van zijn opdrachtgevers onder meer geprotesteerd door de Amsterdamse Academie van Bouw kunst. En groep Amsterdamse ar chitekten organiseerde een steunak- tie voor Kroll. De internationale discussie over de denkbeelden van de Belgische architekt onderstreept overigens, dat het belang van die denkbeelden over de grenzen van België heen reikt. Net als het socialisme het ant woord was op een steeds meer inter nationaal georganiseerd kapitalis me, zo is Krolls democratische bena dering van het tot standbrengen van „gebouwde omgeving” een ant woord op de autoritaire manier van bouwen, die internationaal, van Brussel tot Kaapstad, van Tokio tot Berlijn en van Boston tot Bombay op gelijke wijze vorm kreeg. Nu zal men ons in de Haarlemmer meer zien aankomen, wanneer we de suggestie doen om de nieuwe wijken tussen Haarlem en Hoofd dorp op de manier van Lucien Kroll (dus met maximale inspraak) in te vullen. Voor de Haarlemmermeer was de reis naar Alkmaar-Huis- waard II al een hele onderneming en in het gunstigste geval zal daarvan misschien een lichte neerslag zijn aan te treffen in de uitemaeujkv vormgeving van de verstedelijking tussen Haarlem en Hoofddorp. Maar een feit is wel, dat op het ontbreken van inspraak bij het ont werp van de wijk „Overbos” nogal wat kritiek is geweest van de zijde van „opbouwwerkers” en dergelij- zke. En met opbouwwerkers voelt Lucien Kroll zich verwant. In een project in de - Normandische stad Alencon stelt hij zich niet alleen als architekt op, maar ook als een soort „opbouwwerker”. Daarover straks meer. Over de mogelijkheid om nieuwe woonwijken geheel met inspraak te verwezenlijken is Kroll vrij positief. Hij verwacht van de deelneming van -■ echter om een woonwijk, die nauwe lijks twintig jaar geleden werd ge bouwd. Het is zo’n gruwelijke, geest dodende rechtlijnige wijk van lage flatblokken, zoals er kort na de oor log overal in West-Europa uit de grond werden gestampt. De straten patronen zijn er rechthoekig; volgen de baan van de bouwkraan, die de woningen paneel voor paneel in fa- briekstempo in elkaar monteerde. Een naargeestijge wijk, op slonzige, liefdeloze en fatasieloze wijze in el kaar geflanst; een achterbuurt nog voor de „woningen” waren ge bouwd: de slechtste wijk van Alencon. Maar de ondeugdelijke manier van bouwen wreekt zich: de panelen donderen één voor één, of soms met een aantal tegelijk, van hun veran kering af. „Gerechtigheid” vindt Lu cien Kroll, want dat was geen werk, om je zo van volkshuisvesting af te maken. Hij heeft er hetzelfde leed vermaak om, als om het opblazen van de bekende nieuwe krot-flats in Louisiana, Mississippi, wat hij heeft toegejuicht in termen als „fantastisch Vanwaar die reactie? Omdat de geschiedenis volgens Kroll duidelijk aantoont, dat goedkoop al vrij spoe dig duurkoop bleek te zijn. Want men zal nu moeten kiezen tussen sloop of prijzige verbeteringen. Kroll vindt het dan ook een valse vergelijking, wanneer de hogere kosten van het bouwen met in spraak worden worden geplaatst naast een minimum aan kosten Want men laat dan na er bij in te calculeren hoe een bouwplan na een jaar of twintig wordt gewaardeerd. In Alenrjon bleek men met goedkoop jkevred! Webgebruik, gestapelde laagbouw en de aantrekkelijkheid van ji hij den- °9e bouwdichtheden langs nauwe straatjes. Icohol ei r. T’ - k dat d ^erskanten van België. Niet alleen dus in Frankrijk, waar Kroll met kieso5 en aantal projecten bezig is. Evenmin zou enige missie-arbeid verseeie waacl kunnen in Nederland, waar (stede)bouwkundigen vanuit een van Mjnispiaatst superioriteitsgevoel plegen te schamperen op het bouwen in. Hij bian onze zuiderburen. rzuchtini de ecoli voortdi dere die den, ga een her is en e Het is namelijk een opmerkelijke Ier aar raak, dat juist België, waar het auto- n een he j verlon toelsaan; dat juist België, dat zijn ezegd Jk m, zoals de &ai ls ullelnde[1jK OOK ae Deaoe- 6 Ik wil Men nadrukkelijk het idee rin de studentencampus vermijden. -t aan op integratie van het studentenleven in het „normale” ste- ..te leven. Omdat het merkwaardige „ge touw” van Lucien Kroll en de in sprekers voor een dergelijke opna- te in het stedelijke totaal-beeld E^n kans heeft gekregen, roept het kerstanden en spanningen op. Het staat naast een aantal prachtige •cleane” rechtlijnige gebouwen in strak beton en glas en werkt daar als ten enorme provocatie. Als een cho querende tuinkabouter in een mo tel interieur drijft Krolls bebou- *®g de spot met de rest van de tegeving, waarbij overigens het Modieuze streven om te choqueren riet voorop heeft gezeten. waarop hij in de Brusselse geven om morstad Woluwé-St. Lambrechts ;e maken mige universiteitsgebouwen tot jn, als alle fend liet komen. Kroll heeft de in- nog werk ipraak van de gebruikers daarbij zo ter in de ontwerpen doorgevoerd, lat hij er een hooglopend conflict net zijn opdrachtgever de katho- feke universiteit van Leuven aan >ver hield. In Woluwé-St. Lam prechts verrees een heel bijzondere bebouwing, waarbij Kroll de wanor- /Tfl lelijkheid van het stedelijk decor heeft willen overbrengen in de Wrmgeving. Het gaat hier echter iet om wanorde omwille van de Knorde zelf. Kroll heeft alle in- ipraakresultaten tot hun recht wil len laten komen, zonder deze door sen van buitenaf opgelegde orde ring of structuur geweld aan te toen. Daardoor ontstond een onge structureerd, wanordelijk beeld, zelf rechtstreeks overgebracht op het ge- Die onderling uiteraard samen hangende voorwaarden zijn: de eis, dat gewoekerd moet wor den met de schaarse ruimte, dus hoge bouwdichtheden; een goed functionerend open baar vervoer, liefst per rail; en een gevarieerde samenstelling van de bevolking van de nieuwe wijken, verkregen door een zorgvuldige en evenwichtige selec tie van woningzoekenden uit alle maatschappelijke geledingen. Zo niet, dan zou inspraak wel eenS” kunnen ontaarden in sociaal-cultu- rele inteelt, nog voor de wijk er is; dan kunnen net zo goed de laden plannen uit de kast worden getrok ken. Er zal dan een brave ingedutte auto-slaapstad ontstaan, waar te midden van de vele identieke voor tuintjes wellicht een enkele tuinka bouter nog weet heeft van het elan van architekten als Lucier? Kroll. Een elan, dat aan deze slaperige nieuwbouw niet besteed was. ■7 <4 raï 2;

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1978 | | pagina 21