waard
tving, m«i
singel en
j het een
Water binnen
Aan de grond
EMI
EN
atweg f
ar
>f 12 37.1
EMU
EN
atweq f
ar
f 12 37'
Weer verslechtert
BAKKUÏ
en duint
IJST AAM
met C.V
werkplaa
Imte.
toilet, royi
35 m2) n»
hout|
an schoa
me keuke
jkamer nf
it, 1e ver
laapkame
t dakkap»
rrende go
rsloten ao
lid-Wests
310.00,
door J. Salverda
hi
F/f
O
Ij
Ufe ’Sr
overleg.
s géén
vorden
I
Actie aan dek van de Norseman. De zeilen moeten worden gehesen
JF
1
aar het
ten.
trs ge-
res.
uur tel.
het voor- en naseizoen worden vaak week
endtrips gemaakt naar Engeland of Hel
goland, In de zomermaanden zl)n de
schepen langer In de vaart. Ze zijn praktisch
altijd volgeboekt, zegt eigenaar Henk
Hulsman, die nog geregeld zelf aan het
roer staat.
„De mensen zoeken het avontuur”, zegt
hl], „daarom ook varen we praktisch altijd
uit. Als we op zee zijn, gaan we niet terug.
De mensen vragen er wel eens om, maar
er blijft altijd een gevoel van onbehagen
achter, als je het weekeinde In Oudeschlld
hebt qeleqen. terwijl een oversteek naar
Zaterdag tegen het eind van de morgen
lopen de schepen Den Helder binnen. Er
moet uitgeklaard worden. „Als het meezit,
kan het in vijf minuten gebeurd zijn”, zegt
Aart optimistisch als hij met de scheepspa
pieren aan wal stapt om zich bij de douane
te melden. Het valt echter tegen. Al met al
is het ruim een uur later, als opnieuw de
motoren worden gestart. Twaalf uur kie
zen de schepen zee. Het grote avontuur
gaat beginnen. Voor de meeste opvaren
den van de Norseman is het de eerste keer
dat de Noordzee zeilend wordt overgesto
ken. De bestemming is nog niet helemaal
duidelijk. Vast staat wel, dat het Great
Yarmouth of Lowestoft wordt.
aankomen Is heerlijk.”
Vele zeilers, die eenmaal een trip heb
ben gemaakt, zijn vaak verloren. „We heb
ben een vaste kern van mensen, die regel
matig terugkomt. Als ze niet weer komen,
weet je bijna zeker dat ze zelf een schip
hebben gekocht. Vaak komen we ze tegen
in Engelse havens. Dat Is mooi. Ach, kijk,
het zeezellen Is een avontuur. Er gebeuren
dingen, die je niet vergeet, dingen ook die
je anders niet meemaakt. Het Is een kwes
tie van samen iets beleven In een groep.
Dat komt «ooral tot uitdrukking tijdens de
langere trips. Als je naar Ijsland vaart,
Tegen Vier uur zondagmorgen doemen
de lichten van de kust op. De zee vlakt iets
af omdat het schip onder de hoge wal
komt. The Great Escape ligt voor, The
Free Enterprise stoomt een paar mijl ach
ter de Norseman. Zeven uur 's morgens
wordt vastgemaakt in de haven van Lo
westoft. Beneden geurt de koffie. Einde
lijk komt dan ook „der Willy” beneden.
Vanaf Den Helder is hij aan dek geweest,
bang dat hij anders zeeziek zou worden.
Ook op de terugreis komt hij niet beneden.
Hij vertelt dat hij eens van Duinkerken
naar Den Helder is gezeild. Het maakt
indruk, maar hij vergeet in de gauwigheid
erbij te zeggen dat hij slechts als passagier
meevoer. Hij maakt de indruk van een
ervaren watersporter, maar met zijn eigen
boot vaart hij alleen uit als het schitterend
weer is, weten anderen gniffelend te mel
den. Maar wat geeft het, de oversteek zit er
op.
De Norseman onder zeil vlakna het verlaten
van Den Helder op weg naar Engeland
Het is een rustige nacht. Het schip rolt
weliswaar flink in de schuin van opzij
inkomende golven, maar dat mag de pret
niet drukken. Aan de einder schuiven de
boordlichten van een zeeschip voorbij. Het
wolkendek scheurt open en de maan ver
andert de Noordzee in een plas beweeglijk
kwikzilver. Een prachtig gezicht. The Gre
at Escape en The Free Enterprise lopen
uit. Ze voeren iets meer zeil. Niels heeft
zelfs de spinnaker gezet. Aart besluit in de
vroege morgenuren de yankee en de stag
fok te verwisselen voor de genua en hijst
ook de aap, een driehoekig zeil tussen de
bezaan en de grote mast. De Norseman
loopt er geen knoop harder door. Knarse
tandend moet de schipper toezien hoe de
achterstand groter wordt. Als laatste valt
de Norseman maandagmiddag tegen drie
ën Den Oever binnen, waar de schepen
ingeklaard worden.
Eenmaal buiten de pieren wordt zeil
gezet. Het is knap weer. Het zonnetje
schijnt, er loopt niet te veel deining en
onder een zachte bries uit noordwestelijke
richting bruist de Norseman richting En
geland. De meeste opvarenden zoeken zich
een plaatsje aan dek. Aan stuurboord zei
len The Free Enterprise, die uitloopt, maar
de motor een paar klapjes bij heeft staan,
en The Great Escape. Een schaal met
gehaktballen en karbonades gaat rond
Koffiefilters dienen als servetten. „Bier-
tijd”, menen de Duitsers. Een partijtje
blikbier wordt aan dek gehesen. Het laat
zich goed smaken. De eerste fototoestellen
boven scheepswrakken. En dan zie je
Ijsland in één keer in zijn volle glorie. Dat
is nou geweldig.”
Er bestaat overigens een toenemende
vraag naar langere zeereizen. Daarom
maakt bijvoorbeeld Aart Passer In decem
ber met de Norseman een tocht naar de
Canarische Eilanden. Ook staat er een reis
naar Spitsbergen op het programma.
„Twellegea” heeft het plan voor die lange
re reizen een nieuw schip te laten bouwen.
Gedacht wordt aan een 22-meter jacht. De
plannen moeten echter nog worden uitge
werkt
>yale een
189.500,-.
korte ter
Dan een luide kreet en het onheilspellen
de geluid van naar binnen stromend wa
ter. De Norseman helt ver over. Een bui
met flinke Windvlagen strijkt over het
meer. Het raampje boven de kombuis in de
salon verdwijnt onder water. Het blijkt
niet goed te zijn afgesloten. Het water
spuit naar binnen. De vrouwen springen
achteruit. Een van de mannen schiet te
hulp. Eerst met flinke krachtsinspanning
wéét hij het raampje dicht te krijgen. Een
dweil over het aanrecht en belendende
percelen en klaar is kees. De Norseman
stuift verder, de duisternis in.
In de loop van de avond meldt zich via de
marifoon The Free Enterprise, evenals de
beide andere schepen een charterschip
van watersport Twellegea. Het schip staat
onder bevel van de jonge schipper Niels
Lindeyer. Het is uit Staveren vertrokken
met een ploeg feestvierende zeilliefheb-
bers en zal eveneens de oversteek naar
Engeland maken. Het is de bedoeling dat
de schepen bij elkaar in de buurt blijven.
Huisman stelt voor niet naar Den Oever te
varen, maar binnen te vallen in Ouwe
Zeug. Tegen tweeën ’s nachts wordt in de
haven vastgemaakt. De Norseman komt
als laatste binnen.
De mannen van The Free Enterprise
prijzen hun snelle schip. Schipper Niels
wil dat nog wel even demonstreren als hij
na het inklaren de sluis uit vaart. Vol gas
stuift hij om de Norseman heen, terwijl de
bemanning koorstachtig de zeilen hijst.
Als eerste zal The Free Enterprise onder
zeil het Ijsselmeer opvaren. Ze zullen die
andere landrotten, ook wel „walslurpen"
genoemd wel eens even een poepje laten
ruiken Het mocht niet zo zijn. Net buiten
de sluiskolk loopt het schip aan de grond.
Gelaten laat de bemanning het hoongelach
over zich heen gaan. Tergend langzaam
weet Niels zijn schip met een op volle
kracht achteruit slaande motor aan de
worgende greep van de modder te ontwor
stelen. Het schip druipt daarna af naar
Staveren
De Norseman en The Great Escape ma
ken er naar Lemmer nog een mooie wed
strijd van. Spinnakers en apen, alles wat
op zeil lijkt wordt bijgezet. Aart maakt
vreugdesprongen achter het roer en slaat
bemanningsleden op de schouder als hij
ziet dat de concurrentie achterblijft. Ech
ter niet voor lang, dan komt The Great
Escape opzetten en meert tegen negen
’s avonds als eerste af in de haven van
Lemmer. Een zilt avontuur is ten einde. De
meeste reacties zijn enthousiast. Anderen
zijn iets minder geestdriftig zoals bijvoor
beeld Harry en Rob. „Och”, zeggen ze, „als
je zelf een boot hebt,- dan ligt het wat
anders. Het is leuk dit meegemaakt te
hebben, maar voorlopig zullen we het niet
weer doen.
Imde loop van de middag wordt het weer
slechter. Steeds meer bemanningsleden
verdwijnen onderdeks. Sommigen zoeken
hun kooi op. Alleen de wacht en de schip
per blijven boven. De deining wordt hoger
naarmate het schip meer in volle zee komt.
De lucht, trekt dicht, de wind draait naar
het westen. Er moet scherp worden geva
ren om koers te houden. Stampend botst
het zeilschip door de golven, die een van
stuurboord oplopend vrachtschip zo nu en
dan aan het oog onttrekken Het wordt
duidelijk, de voorliggende koers kan on
en filmcamera’s worden tevoorschijn ge
haald. Aart Passer deelt de wachten in.
Vier uur op, acht uur af. De vier Nederlan
ders lopen samen een torn. Iedereen is
enthousiast. Nog wel
pen als baby’s. Tja, de combinatie van
wind en water, eten en drank maakt rozig.
Vijf uur zondagmiddag worden de tros
sen weer losgesmeten. De wind is west en
blaast de schepen mooi voor het lapje
terug naar de Nederlandse kust. Een paar
mijl achter de Norseman pinkelen de
boordlichten van The Great Escape. Niels
is met zijn ploeg verder achtergebleven.
De zeezieken van de heenreis worden door
Aart gerustgesteld. Onder zeil ligt het
schip steviger en doorgaans heeft tachtig
procent op de terugreis niet meer last van
zeeziekte Dat klopt, ofschoon een ietwat
katterig gevoel hier en daar nog de kop
opsteekt.
der zeil nauwelijks meer worden belopen.
De wind komt bijna recht van voren. The
Great Escape meldt dat de motor wordt
gestart. Aart besluit dat voorbeeld te vol
gen. „We kunnen beter zien zo snel moge
lijk aan de overkant te komen”, zegt hij.
„we moeten ons aan het schema houden en
als de wind zo blijft, kunnen we prachtig
terugzeilen.”
Met klapperende zeilen hobbelt de Nor
seman over de grauwe Noordzee. Wolken
buiswater spatten op als het schip zijn
heus in een golf boort. In de kuip duiken
de mannen achter het windscherm weg.
De wind haalt aan.
Niet iedereen heeft zeebenen. Rinus, een
zakenman uit Noord-Holland bijvoor
beeld, krijgt het ’s middags al te pakken,
die gevreesde zeeziekte, de schrik van ie
dere landrot. Asgrauw strompelt hij het
trapje af. Nauwelijks kan hij op de been
dek maaien, moeten losgemaakt worden
en op het andere boord vastgezet. Ook de
zeilen moeten naar de andere kant. Nau-
j welijks echter zijn de schoten en talies
belegd, of de zaak moet weer over. De
mannen werken zich in de koude nacht in
het zweet, mopperend dat die rotwind zo
wispelturig is als een jonge meid. Later
blijkt dat alle werk eigenlijk voor niets is
geweest. De roerganger, die al de hele reis
aan dek is geweest omdat hij bang is
zeeziek te worden wanneer hij naar bene
den gaat, heeft een navigatiefout gemaakt
Een vrachtschip heeft hij aangezien voor
een booreiland, dat aan bakboord gepas
seerd moest worden. Oploevend heeft hij
getracht het zeeschip aan bakboord te
houden. Met een gesmoorde verwensing
wijst de kleine, felle, dag en nacht zware
sigaretten rokende schipper hem op zijn
fout. De Norseman komt terug op zijn
koers. De zeilen moeten weer over. Met
duistere blikken in de richting van de
roerganger, die nu doet of zijn neus bloedt,
komt de wacht weer in actie.
„Trrrek aan die schoot, wel voor de
duivel, komt er nog wat van?!” Donderend
rolt de stem van schipper- Aart Passer over
de donkere Noordzee. Het is drie uur in de
!•- morgen. Slingerend zoekt het zeilschip
Norseman uit Uitwellingerga, onderweg
van het Engelse Lowestoft naar Den Hel-
I der, zijn weg over de nog ietwat woelige
fe, baren. De deklichten branden, de mannen
1 van de hondewacht zijn druk in de weer
met de zeilen. De wind, die over bakboord
van achteren inkwam, is gedraaid. De bul-
letalies, ‘die de gieken van grootzeil en
bezaan op hun plaats moeten houden om
te voorkomen dat ze in de zeegang over het
I
ruime ge-
imer mei
e modem#
diverse
jr, 1e
slaapkó
met dou-
ibinatie er
ap naar de
grote 4e
irzien va
bergruim
I’s. Mitste
sn onder
Half elf zondagmorgen rijdt de bus voor.
De bemanningsleden van de schepen gaan
naar Foxboro Hall, het landgoed van
Twellegea in Suffolk. Luut Bakker heeft
dat zo geregeld. Zoon Jan van Henk Huis
man heeft er de koffie en de lunch klaar.
Bij het knappend haardvuur en de borrel
tjes komen de verhalen los. Schipper Niels
hangt onderuit in een leunstoel en kan zijn
ogen zo nu en dan nauwelijks open hou
den. Aart is aan boord gebleven. Hij is de
hele reis niet uit de kleren geweest. Nu ligt
hij in de kooi. Bovendien moest hij de ’s
nachts opgelopen averij aan de bezaan nog
herstellen en een uitgevallen boordlicht
repareren. Werner heeft een trekharmoni-
ca meegenomen en al gauw schallen de
zeemansliederen vover het statige land
goed. Huisman loopt grijnzend rond. Tij
dens de bustocht terug naar Lowestoft
gaan de stoere zeezeilers onderuit. Ze sla-
ie han-
ite ac-
wordt er aan de vallen gemorreld. Aart
stapt rond, hier en daar zijn aanwijzingen
roepend. Maar dan gaat toch, zij het nog
wat aarzelend, het grootzeil omhoog, ge
volgd door de bezaan en de genua. Een
lekker briesje doet de zeilen bollen. De
motor gaat uit. De Norseman helt licht
over en begint vaart te lopen. De lichten
van Lemmer verdwijnen. Er wordt koers
gezet naar Den Oever. De meeste beman
ningsleden verdwijnen onder in het schip
om zich op te warmen in de salon. Het is
huiverig aan dek. De vrouwen hebben
soep gemaakt.
blijven in het smalle gangetje wanneer het
schip weer een duik neemt. Lange tijd
brengt hij door op het toilet, waar hij vol
overgave de inhoud van zijn maag over de
tong laat gaan. Het brengt hem nauwelijks
enige verlichting. Later komt hij aan dek,
waar hij wezenloos over de rand van de
kuip blijft hangen. Om de tien minuten
komt zijn maag in opstand. Lijkbleek
staart hij in de golven, die wit schuimend
langs het schip schieten. Verkleumd be
sluit hij te langen leste zijn kooi op te
zoeken. Als de zeilen gestreken moeten
worden gaat een ander bijna onderuit in
het braaksel, dat hij in het gangboord
heeft achtergelaten. Rinus is de enige niet.
Hier en daar hangt een plastic huisvuilzak
aan een kooi. Kreunend verdwijnen kok
halzende hoofden daarin. Op The Great
Escape hetzelfde beeld. Op gezette tijden
wordt een zak of iets dergelijks doorgege
ven om in zee te worden geleegd. De ellen
de is groot. Alleen op The Free Enterprise
is de bemanning tamelijk zeevast, als men
de verhalen na afloop in de haven
wanneer Rinus weer is opgekalefaterd en
vrolijk eieren staat te bakken voor honge
rige bemanningsleden tenminste mag
geloven.
Twee dagen eerder is het schip uitge-
e zeild, samen met het zusterschip The
Great Escape, met de eigenaar Henk Hujg-
man'uit Uitwellingerga aan het roer. Ha-
K ven van vertrek was Lemmer, waar direc-
S- teur Luut Bakker van Vethano-Noord de
f schepen had gehuurd om een oversteek te
E maken met de eigenaren van jachten, die
S bij hem in de haven liggen. Zij betalen
5 250 per man voor dat tripje. Vooral op de
t Norseman zijn de Duitsers zwaar in de
C: meerderheid. Met schipper Aart Passer
B meegerekend zijn er vijf Nederlanders aan
L boord. Tegen half negen vrijdagavond
worden de trossen losgegooid en schuiven
de zeilschepen op de motor de haven uit,
het donkere Ijsselmeer tegemoet.
Opeens een kreet van het voordek.
E „Steuerboard, schnell, schnell.” Een zwar-
te staak doemt in de duisternis op voor de
E- boeg van de Norseman. „Ach ja mensch,
F sehe ich doch”, mompelt de schipper, ter-
wijl hij rustig stuurboord uit gaat. De
F; radar staat bij. Vooruit schitteren de
C- boordlichten van The Great Escape. Even
S later klinkt door de marifoon de stem van
Henk Huisman. „Hallo Norseman, hallo
Norseman’ hier The Great Escape. Hoe
gaat het?” „Prima”, antwoordt Aart, „we
varen precies bij de zwarte staken langs.
J We gaan direct zeil zetten.” „Okay, en
stand by op kanaal zes.” „Begrepen, en
uit.” Op The Great Escape floepen de
deklichten aan. De hele bemanning is aan
dek De bezaan wordt gehesen. Aart
maant zijn negen mannen en twee vrou
wen eveneens tot actie. Nog wat onwennig
Engeland op het programma stond. Daar
om varen we over het algemeen gewoon
door. Het is een kwestie van keihard door
zetten, de mensen komen tenslotte voor
de oversteek en die kan ruig zijn. De
Noordzee Is niet gevaarlijk, maar wel ruig.
zoals wij doen, dan Is dat keihard, maar je
vormt wel een geweldige bemanning. Sa
men heb je seinen van In nood verkerende
schepen gehoord, samen heb je een Noor
se visser, die de weg kwijt was, geholpen,
samen heb je de Far-Oër aangelopen,
De liefhebberij op zee te zeilen Is groot
en groeit nog steeds. Duizenden mensen
hebben bijvoorbeeld reeds met schepen
van „Twellegea" uit Uitwellingerga een
van de eerste bedrijven die het charterva-
ren met zeilschepen op zee op grotere
-- Z-.
- W'