s
ing
r
ir
tar
int
a
rs
I
Menselijke
tragiek'’
„Op zoek naar
gezelligheid
„Om gevulde
koek”
„Hoor en
wederhoor
[„Wachten op
i provincie”
Verspeelde
kansen
„Onvervulde
„Geen vreemde i
beiaardiers
„Groeiende
parkeerchaos
„Ander
karakter.
Woekeren
met ruimte”
wensen
7 11
fjl i
Lr
5
VELSEN-IJMUIDEN
19 7 8
VRIJDAG 29 DECEMBER
4
99
fB
I
gebeuren,
dragen
*e,6o
Een jaarwisseling betekent
een mijlpaal. De gelegenheid
bij uitstek om een blik terug te
werpen en een blik in de toe
komst. De mens in de moder
ne samenleving heeft niet
meer uitsluitend te maken met
de dingen die in zijn naaste
omgeving gebeuren. De
nieuwsmedia dragen het
nieuws uit alle hoeken van de
wereld de beslotenheid van
het gezin binnen. Bedreigin
gen van ons bestaan worden
geboren aan de andere kant
van de aardbol. Politieke
spanningen, monetaire en eco
nomische crisissituaties vor
men de donkere wolken. Ze
zouden ons bijna de kleine
zorgen van alledag doen ver
geten. Maar ook die zorgen
knagen onverkort aan ons le
vensgeluk. Aan ons gevoel
van welbevinden. Aan onze te
vredenheid. Nu het moment
nabij is dat we gezamenlijk
afscheid nemen van 1978,
hebben we her en der in Vel
sen maar eens aan de bel ge
trokken en zonder enige aan
kondiging gevraagd: „wat
vond u nou van het afgelopen
jaar. Wat verwacht u van het
jaar dat voor u ligt?” Iedereen
die we zo abrupt met onze
vragen overvielen leek even
verrast. Maar niemand wei
gerde commentaar. Iedereen
had wel iets te zeggen. De bur
gemeester, de parkeerwach
ter, de brandweercomman
dant, de politiechef en de
voorvechtster van het actieco
mité „Het Zeewegziekenhuis
moet blijven”. Die korte ge
sprekjes leidden toch tot een
conclusie. Velsen is een ge
meente met grote problemen.
Met veel problemen. Maar
haar bevolking leeft. Heel erg
bewust. Dat is een prettige ge
dachte bij de overgang van
het oude naar het nieuwe jaar.
Een gedachte om nieuwe
moed uit te putten!
Velsenaren op-^jd^mpel vanhet nieuwe jaar
t
I
I
id
«7,50
ii
I
I
ir Schui-
vee Brit-
>g steeds
-groepe-
■en mee-
dverten-
oriaanse
is waar-
rijlating
•ige drie
ting van
sing van
sdse bla-
srvan de
indho-
en 89-
:rmid-
e man
an de
d een
maar
■keers-
eogen
verige
jolitie-
a gaan
Ouur
)uur
I
I
„Nee noem me maar geen Gerrit,
maar gewoon G. W. Kamkes.” Dat
zegt de hoofdbode van het stadhuis
Gerrit Kamkes. Op 8 maart van dit
jaar was hij dertig jaar in gemeente
lijke dienst.
„Nee,” zegt de immer bereidzame
chef van de huishoudelijke dienst,
„nee, dat is geen reden om drukte
over te maken. Dat hebben we bij het
25-jarige jubileum gehad.”
Wat vond G. W. Kamkes van het
afgelopen jaar?
„Goeiendag.daar vraag je me
wat. Is het menens of flauwe kul?”
Nee het is bloedserieus!
„ONou kijk dan zou ik in de
eerste plaats willen zeggen dat het
ook het afgelopen jaar toch weer veel
drukker is geweest dan het jaar daar
voor. Dat komt omdat er steeds meer
wordt vergaderd. Je moet verschrik
kelijk woekeren met de beschikbare
ruimte. Je kunt moeilijk twintig men
sen in een kamer zetten en vier man in
een vergaderzaaltje. Extra drukte heb
ik er niet van. De koffiedames natuur
lijk wel. Over het algemeen krijgen
we toch wel waardering voor ons
werk, maar jadie ligt natuurlijk
niet elke dag op de stoep!”
Wensen voor het komende jaar?
„Het werk moet leuk blijven. Het
aantrekkelijke vind ik zelf het treffen
van voorbereidingen. Ik ben nu bij
voorbeeld al weer helemaal klaar met
de organisatie van de nieuwjaarsre
ceptie. De zaak staat op papier en je
zou zeggen laat ze maar komen, er
kan nauwelijks iets mis gaan!”
14,80
56,50
57,70
20,50
0,70
>r gewa-
in San
’fieplan-
ts Anto-
•d op de
ek in de
nu toe
de ver
ring op-
fljjftyfobooocciptBC'
Het allereerste nummer van het
wijkblad „Kennemerlaanshow” is uit.
Voor Loek Anderson, voorzitter van
de belangenvereniging Zakencen
trum Kennemerlaan, reden tot vol
doening op de drempel van een gloed
nieuw jaar. Als woordvoerder van de
Kennemerlaanwinkeliers praat hij
mee in de werkgroep die sleutelt aan
een nieuw centrumplan voor IJmui-
den. Voor de winkelconcentratie aan
de Kennemerlaan is de toekomst op
veel punten nog erg mistig. „Kenne
merlaanshow” moet de winkelcon
centratie een nieuw, voortvarend ima
go verschaffen. Een goed tegenwicht
voor de heersende onzekerheid. Alle
aanleiding dus om 1979 hoopvol tege
moet te zien.
De Oud-Hollandse Markt zit Ander
son aan het hart gebakken als speci
fieke wijkattractie. Hij is voorzitter
van de organiserende stichting. Over
voortzetting in 1979 hult hij zich in
absolute vaagheid. Het unieke is hier
een beetje af. Onbetaalde hulp (voor
de organisatie en een aantal uitvoe
rende taken) wordt met het jaar
schaarser. Zelfs bij WAO’ers, gepen
sioneerden en mensen in de WW valt
de animo daarvoor zwaar tegen. In
het nieuwe jaar wil hij zich sterk
maken voor de aanleg van verkeers
drempels in de lineaalrechte Kenne
merlaan en een wat gezelliger aankle
ding van de groene zone, die op de
gemeentelijke kaarten als „Moerberg-
plantsoen” staat aangeduid. „Aan de
functie van openbaar hondentoilet
moet snel een eind komen” zo besluit
Loek Anderson.
'en uit
iher een
i dat de
Jin was
ide vol-
t gehad
sche en
hten en
zet”, zo
orekken
rvat.
zengens
gen het
e Volks-
le diplo-
De IJmuidenaar P. KOOGER, Vel-
sens eerste en enige parkeerwachter,
slaat de bladzij graag om naar 1979
als de klok zondagnacht twaalf uur
slaat. 1978 was voor hem een jaar om
maar snel te vergeten. Een stijgend
aantal parkeerovertredingen noopte
tot de geëigende wettelijke maatregel:
een parkeerbon tussen de ruitenwis
ser. Vijfentwintig harde guldens per
geval, per omgaand te voldoen op het
Hoofdbureau van Politie, waar Koog-
er overigens slechts zijdelings be
moeienis mee heeft. Hij zwaait met
het bonnenboekje in opdracht van de
gemeente Velsen al doet de uniform-
tekst „parkeerpolitie” anders vermoe
den. In zijn dooie eentje ziet hij zich
gesteld voor een groeiende parkeer-
chaos.
Het publiek kan hem wel uittekenen
bij de parkeermeters aan de Lange
Nieuwstraat en elders in IJmuiden.
Kortom overal waar auto’s staan en
parkeerovertredingen schering en in
slag zijn. Intensief toezicht op het
vaak slordig geparkeerde blik levert
bekeuring na bekeuring op. Het be
doelde effect, meer oppassend par-
keergedrag, blijft uit. Met een gestaag
groeiend autopark neemt het foutpar-
keren toe. Het risico, de parkeerbon,
wordt door velen op de kop toegeno
men. Een frustrerende gedachte op
het eind van een jaar dat vergeleken
bij 1977 en de jaren daarvoor een
veelvoud aan parkeerbonnen oplever
de.
Aanstelling van een tweede par
keerwachter is zijn grote wens voor
het jaar dat komen gaat. Corrigerend
optreden èn verruiming van de par-
keermogelijkheden. In dit verband
wordt het IJmuidense Marktplein ge
noemd. Als parkeermogelijkheid
daar in 1979 noueens serieus bekeken
werd Een bescheiden wens op het
eind van het jaar, waarvan hij de
vervulling graag overlaat aan de be
leidsvoerders in Velsen.
Wethouder J. W. Meijer voor de
intimi Ko heeft een bewogen jaar
achter de rug. Wisselde zijn porte
feuille „Openbare Werken” in voor
„Sociale Zaken”. „Je ontkomt”, zegt
hij, „niet aan het onbehagelijke ge
voel dat je juist op het bestuurlijke
niveau je eigen tempo niet kunt bepa
len. Voorschriften en regels dienen
natuurlijk een belang maar werken
vaak zo stagnerend. Buitenstaanders
lijken dat vaak niet te begrijpen. Als
je persoon wordt je er te vaak op
aangekeken dat bepaalde zaken niet
vlot verlopen maar je hebt het niet in
de hand. De problematiek van het
gebrek aan woonruimte dringt zich
dagelijks in zijn volle omvang aan me
op. Met „openbare werken” had ik
veel met technische aspecten daarvan
te maken. Maar veel meer dan in die
tijd wordt ik nu met mijn neus in de
menselijke tragiek gedrukt die daar
mee samenhangt. Twee jaar geleden
ongeveer negentienhonderd woning
zoekenden. Op het ogenblik zoiets van
achtentwintighonderd. De vergrijzing
van de gemeente speelt een rol maar
evenzeer het toenmende aantal echt
scheidingen. De mensen die op grond
van medische indicaties niet in een
flat kunnen wonen. De jonge mensen
die willen trouwen. Voor het komende
jaar heb ik dan ook slechts één wens.
Er moet gebouwd worden. Aan de
Reigersbossenlaan, in Zeewijk en aan
de Van Houtenlaan. Sociale zaken ligt
me wel. Eigenlijk heb ik m’n hele
leven in dit soort werk gezeten. Mijn
belangstelling lag altijd op het sociale
vlak. Het is alleen de kunst om af
stand te bewaren van de proble
men.
Burgemeester mr. P. J. Molendijk.
„Het is voor mij toch wel een turbu
lent jaar geweest. De overgang van de
éne naar de andere gemeente, toch
verschillend van karakter, onderga je
hevig. Niet alleen in de aard van de
problemen zoals de ontwikkeling van
de Velserbroekpolder, de havenpro-
blematiek en de regionale samenwer
king, maar ook het karakter van het
soort werk. In Steenwijk was ik erg
actief. Beheerde de portefeuille „fi
nanciën”, was dagelijks-bestuurslid
van het gewest en had als zodanig
verantwoordelijkheid voor de econo
mische ontwikkeling daarvan. Ja, die
overgang heeft een zwaar accent ge
legd in het persoonlijke vlak. Wat ik
wel ervaren heb is dat het voorzie-
ningsniveau in het oosten zeker niet
minder is dan in het westen. Dat
wordt wel eens beweerd. Nou, dat is
beslist onjuist. Hier in het westen wor
den veel zaken langer besproken. In
het oosten ging dat allemaal wat welo-
verwogener. Men dacht eerst na voor
men ging beraadslagen. De homoge
niteit in de werkkring is gebleven. Die
heb ik altijd ervaren in Steenwijk. Die
ervaar ik nu ook in Velsen. Ik bedoel
met name de werksfeer en hoop dat
die in 1979 zo blijft. Gezamenlijk moe
ten we er aan werken om grotere
zaken dichterbij te halen. De regiona
le samenwerking, havenproblema-
tiek, Velserbroekpolder. Veel hangt
af van landelijke ontwikkelingen. De
regering zou ook een grotere besluit
vorming aan de dag moeten leggen”.
Oud IJmuiden? „Ik hoop dat we
rustig door kunnen gaan. Heb de in
druk dat veel oud zeer de oorzaak is
van nieuw zeer. Eén ding is duidelijk.
Alle partijen willen hetzelfde. De tole
rantiegrens beschouw ik als een bij
verschijnsel waar we ons toch niet erg
door moeten laten afleiden. Ik hoop
oprecht dat 1979 voor Oud IJmuiden
stappen kunnen worden genomen
waar al zo lang door zo velen op wordt
gewacht.
rop de
luis te
temde
dat hij
rorden
tiet ge-
JOÈP ROLVINK pakte als voorzit
ter van het wijkcomité Oud-IJmuiden
precies de helft mee van 1978. In juni
kreeg hij die functie. Vroeg genoeg
om het bijna verstreken jaar af te
doen als „het jaar van de verspeelde
kansen”. De saneringswijk Oud-IJ-
muiden bleef ook met een wijkcomité
als spreekbuis naar de gemeente toe
tussen de wal en het schip zitten.
Tussen de belangengroep en het ge
meentebestuur bestaat een sfeer van
wantrouwen. Door een afvaardiging
in een ambtelijke werkgroep voor het
saneringsgebied zou alles op een
nieuw spoor komen. Rolvink heeft
zich lang vastgeklampt aan die toe
zegging van burgemeester Molendijk,
gedaan tijdens een vergadering van
het comité in juni. Er wordt nu nog
druk gehakketakt over het voorzitter
schap van deze werkgroep. Het wijk
comité kan zonder complete informa
tie over alles wat op de toekomst van
de wijk betrekking heeft geen vol
waardige gesprekspartner zijn. Voor
hem is daarmee de slechte communi
catie tussen het bestuur en de ge
meente en de hardnekkige sfeer van
wantrouwen verklaard.
„Het gemeentebestuur beslist over
ons maar zonder ons”. Zo redeneren
de wijkbewoners. En niets wijst er tot
nu toe op dat de situatie anders ligt”.
Rolvink voelt zich door een roerige
achterban meer en meer de radicale
kant opgestuwd. Er gaan stemmen op
net gemeentebestuur met harde acties
.'indelijk eens lik op stuk te geven.
Joep Rolvink gaat daar dwars tegen
in. „Bij harde acties is de kans op
goed overleg voorgoed verkeken”.
Voor 1979 hoopt hij op voortzetting
van de lopende contacten naar de
gemeente toe. Bij sloop, renovatie dan
wel nieuwbouw in de wijk hoopt hij
op een oplossing in het belang van de
bewoners. „Het gaat niet om de wijk
maar om de bewoners. Laat de be
trokken wethouder dat nu eindelijk
eens goed in zijn oren knopen”.
Commissaris A. J. Wijnstroom
heeft zijn eerste volle jaar als korp
schef van het Velsense politiekorps er
op zitten. Zijn benoeming dateert van
1 december 1977.
In welk opzicht was 1978 een ander
jaar dan de daaraan voorafgaande
jaren? „Ik kon niks meer aan de com
missaris vragen”, antwoordt de poli-
tiebaas gevat.
„Ernstige zaken zijn er nauwelijks
geweest. Ja, natuurlijk, zo’n ramp als
in de Velsertunnel sprong er uit. Voor
de rest ging het best. Velsen is een
gemeente waar het publiek zich over
het algemeen op een behoorlijke ma
nier gedraagt. Daarom is het er pret
tig dienst-doen.
De wijkagenten hebben nu ook een
vol jaar gefunctioneerd en ik mag
zeggen met opmerkelijke resultaten.
Er zijn veel problemen boven tafel
gekomen. Voornamelijk op het socia
le vlak. De vermaatschappelijking
van de politie is duidelijker gewor
den. De leegloop als gevolg van het
gebrek aan woonruimte was en is
natuurlijk wel verontrustend. Je kunt
voor de politie geen voorkeursbehan
deling invoeren. Er zijn veel woning
zoekenden. Maar er is nauw overleg
met de gemeente.
Waar we natuurlijk heel erg aan toe
zijn is een nieuwe behuizing. Er lopen
nog al wat weddenschappen zo in de
trant van „over een jaar wordt wel of
niet gebouwd”. Ik wed zowel op het
één als op het ander. De inzet is altijd
een gevulde koek. Maar het zou me
een lief ding waard zijn als ik exact
zou weten wanneer er met de bouw
wordt begonnen”.
Nauwelijks aangesteld als chef van
de afdeling Sociale Zaken, Volksge
zondheid en Woonruimteverdeling,
schoot de ster van Koen Bijl in 1978
naar een wethouderszetel. K. W. Bijl
nam „openbare werken” over van J.
W. Meijer.
,,’t Is verschrikkelijk druk maar
best leuk” reageert Bijl zonder dat we
daar naar vragen. Ja hoor, ik ben best
tevreden. Het is alleen jammer”, zo
vervolgt hij, „dat veel zaken keihard
worden gespeeld. Die woningbouw,
daar wordt echt hard aan getrokken
hoor. Oud IJmuiden heeft natuurlijk
alle prioriteit. Maar ook de Reigers
bossenlaan, de Kieftendellaan en de
Van Houtenlaan moeten nu toch van
de grond gaan komen. Het is toch
werkelijk te hopen dat dwarsliggers
nu toch eindelijk eens gaan inzien
waar ze mee bezig zijn. Het woon-
ruimtegebrek is een ramp. De norma
le procedures nemen al veel tijd in
beslag.”
Wethouder Bijl zegt geen moeite te
hebben met „openheid”. „Nee, zeker
niet. Wat ik wel eens jammer vind is
dat mijn mening niet wordt gevraagd.
Gewoon hoor en wederhoor, weet je
wel. Dat is toch veel beter voor de
berichtgeving! Ik hoop dat we het
komende jaar ook de ontwikkeling
van de Velserbroekpolder kunnen
doorzetten. Heel belangrijk!”
Voor de Velsense stadbeiaardier
Hein de Ligt had 1978 een rimpelloos
verloop. Wat voor hem beter kon: het
contact naar het (luisterpubliek toe.
Er bestaan goede contacten met de
Velsenaren die zaterdag op vaste uren
op een carillonconcert getracteerd
worden. De waardering voor zijn spel
blijkt uit talrijke telefoontjes na af
loop van het zaterdags concert. Hij
wil echter een meer direct contact met
de burgerij door samenstelling van
verzoekprogramma’s, zijn grote wens
voor 1979.
Carillonbespelingen door gastbei-
aardiers op een of meer avonden door
de week staan nummer twee op de
verlanglijst voor het komende jaar.
De Ligt beschouwt een eigen gemeen-
tecarrillon als een rijk bezit waarvan
optimaal gebruik gemaakt moet wor
den. Hijzelf speelt herhaaldelijk op
verzoek in andere gemeenten maar de
Velsense stadhuistoren is voor colle-
ga-beiaardiers verboden terrein. Van
tegenbezoeken kap dus niets komen.
B. en W. hebben op dit punt de boot
altijd afgehouden. De beweegredenen
daarvoor zijn hem volstrekt onduide
lijk. Carillonspel is voor hem luister-
muziek. Dat de waardering bij som
mige Velsenaren anders ligt is hem
gebleken uit verzoeken de inschakel-
tijd van het automatische speelwerk
(op de hele en halve uren en ieder
kwartier) drastisch te bekorten. Het
woord geluidshinder valt. Voor hem
een merkwaardig begrip als het met
zijn favoriete tijdverdrijf, de muziek
beoefening vanaf de stadhuistoren, in
verband wordt gebracht.
se dele-
n heeft
ssen de
iet ver
ten tus-
i taande,
ledeling
reid” is
1978 Gaat als gunstig jaar de ge
schiedenis in voor de heer L. F. de
Groot, voorzitter van de Stichting
Santpoort en in die kwaliteit zeer be
gaan met het Velsense dorps- en land-
schapsschooon. Om twee redenen,
streven van de stichting ondervond
meer en meer steun en begrip bij de
Velsense raadsfracties en burgemees
ter P. J. Molendijk. De heer De Groot
denkt voor het streven van de stich
ting een medestander te hebben ge
vonden in de heer Molendijk die ooit
deel uitmaakte van het landelijk be
stuur van de Bond Heemschut waar
van de doelstellingen met die van de
Santpoortse stichting overeenkomen.
Het afgelopen jaar had voor de
stichting ook een aantal teleurstellin
gen in petto. Met de vaststelling van
bestemmingsplannen die voor grote
delen van Velsen nog niet van kracht
zijn werd weinig voortgang geboekt
en uitbreiding van de gemeentelijke
welstandscommissie, met een land
schapsarchitect, bleef eveneens een
onvervulde wens. Zonder bestem
mingsplannen is verbouwing en uit
breiding van woningen alleen moge
lijk via voorbereidingsbesluiten, B en
W maken druk gebruik van dat plano
logische achterdeurtje waar de Stich
ting herhaaldelijk ageerde via de wet
telijke bezwaarschriftenprocedure
die daarvoor openstaan. In een geval
(verbouwing van een woning aan de
Anna van Saksenlaan te Santpoort)
wordt de toepassing van de artikel 19-
procedure van de Wet op de Ruimte
lijke Ordening tot bij de Kroon uitge
vochten. De uitslag wordt in het nieu
we jaar met spanning tegemoet ge
zien. Voor 1979 heeft voorzitter De
Groot verder een restauratieplan
voor het pand Kleine Beeckestijn aan
de Santpoortse Hoofdstraat en de
vaststelling van een plaatselijke mo
numentenlijst voor Velsen op de ver
langlijst staan.
Ze kwam in 1977 in Velsen „in het
nieuws” toen het Zeeweg Ziekenhuis
met sluiting werd bedreigd door een
advies van het college van ziekenhuis-
voorzieningen. Achteraf werd door
bewindslieden gesteld dat het slechts
een concept-advies was maar al het
water van de zee wast niet weg dat de
actie vanuit de bevolking waartoe zij
de aanzet gaf bepalend is geweest
voor het behoud van het Zeeweg Zie-
I kenhuis.
Adèle Meijer. Lerares in de Neder-
landse taal. Verwisselde haar werkk-
ring in Amsterdam begin van dit jaar
voor een baan aan het Visseringcolle-
ge. „Heel prettig”, zegt ze zelf over die
stap. De eerste slag voor het behoud
van het Zeeweg Ziekenhuis mag dan
geleid hebben tot uitstel, tot herzie-
ning van standpunten en bepalingen;
Adèle Meijer realiseert zich dat de
strijd nog niet is gewonnen. „Je kunt
niet altijd winnen, maar als er strijd
J geleverd wordt zijn er resultaten te
behalen. We hopen dat de provincie
zal komen met plannen die getuigen
I van realiteitszin en die in ieder geval
aansluiten bij de wensen van de be-
volking. Ik ben heus geen goedaardi-
ge gek die illusies wekt die niet haal-
baar zijn. Ons comité is nog steeds
een afspiegeling van de bevolking. We
beschouwen ons dan ook als de
spreekbuis van die bevolking. Het is
jammer dat de WD het heeft laten
afweten. Hun motief „actie is nu niet
meer urgent” is in strijd met het
standpunt dat ze vroeger innamen. De
kiezers zullen hun die houding niet in
dank afnemen. Er is niet één partij die
zoiets heeft gedaan.”