ALICE (26 JAAR)
De waarde
van. vasten
RIE (62 JAAR)
MARIA (40 JAAR)
Ellende is gelukkig voorbij
9
J
Steeds wer vróuwen zoe
ken (at of niet door de omstan
digheden gedwongen) hun ei
gen weg alleen door het leven.
Groetje van der Veen ontmoet
te een aantal van hen; Van drie
tekende ze het verhaal van hun
marter van Wen op.
Hl
I
„Afgelopen zondag”, zegt Ma
ria, „ben ik de hele dag thuis
geweest. Ik heb niemand gezien
en niemand heeft mij gebeld.
Daar kan ik voor een dagje wel
tegen. Maar zo’n dag denk ik
ook: het is niet zo gek dat men
sen zelfmoord plegen Maria,
veertig, woont al zo’n twintig jaar
alleen. In een sfeervol ouderwets
bovenhuis in het centrum van
een grote stad. Werkt bij een
groot bedrijf waarvoor zij de pu
blic relations voor haar rekening
neemt. Een drukke, zelfstandige
baan, waarbij zij met veel men
sen in contact komt.
Rie (62 jaar) is 33 jaar ge
trouwd geweest. Een vreselijk
huwelijk, zoals ze zelf zegt. Dat
huwelijk eindigde dan ook in een
scheiding. Bijna een jaar woont
Rie nu alleen. Ver van haar ex-
man vandaag, in een plaats in
Drenthe waar woonruimte voor
haar was. Dat vindt ze prima zo.
„Ik zou voor geen goud terug
willen. Ik heb van de scheiding
nog geen minuut spijt gehad. Het
is niet anders. En ik red me wel.
Ik heb het zelf zo gewild. De
ellende is voorbij. Ik hoef me van
niemand meer iets aan te trek
ken. Ik heb rust en vrijheid en dat
vind ik voorlopig prima
iiiiiiiiiiiimimiimiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiliiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiim
„Toen ik achttien was”, zegt Alice (26 jaar) „was ik ervan overtuigd
op mijn 25e getrouwd te zijn. Huishoudinkje, kindje, rozegeur en
maneschijn. Verder dacht ik niet. Maar dat is inmiddels acht jaar
geleden. Nu woon ik alleen, en dat bevalt me uitstekend. Ik leef zoals
ik wil. Trouwens, ik ben vaak graag alleen. Opstaan wanneer het mij
uitkomt, en dan koffie, boeken en de krant. Heerlijk gewoon. Ik voel
me niet eenzaam of zo, maar ik denk dat dat wel met je karakter te
maken heeft. Jezelf kunnen vermaken, relaties aanknopen. Mis
schien ben ik een Einzelganger. Behalve een aantal kennissen heb ik
een paar echte vrienden, o.a. mijn ouders. Bij hen kan ik veel van
mezelf kwijt”.
Ik leef zoals
ik wil
Geen man, dus ook geen kind?
Hoe vul je je leven?
Voel je je tevreden?
FRANS BAKKER, arts
Mijn ellende is voorbij
Ik vind me
„Ik tracht zelf het hiaat op te
vangen. Dat lukt niet altijd even
goed, want je moet constant zelf de
vlam aangewakkerd houden. Als je
contacten wilt moet jij altijd bellen.
Ze bellen jou niet Dat is niet altijd
gemakkelijk. Vroeger was ik erg
verlegen, totaal niet doortastend.
Nu heb ik dat wel geleerd. Nood
gedwongen misschien. Omdat je
probeert een algehele leemte weg te
werken. Je moet ook proberen voor
jezelf steeds nieuwe dingen te ont
dekken, waardoor je je plezierig
voelt. Je moet proberen van kleine
dingen te genieten, trachten in en
buiten je werk onontdekte terrei
nen te vinden”.
„Jij kunt alles doen wat je wilt,
zegt mijn omgeving. Je stapt maar
in je auto en je gaat. Je kunt je eigen
tijd indelen. Je kimt je financieel
nog eens iets permitteren. Maar ze
vergeten daarbij dat ik alles alleen
moet doen. Als je getrouwd bent,
heb je bescherming. Mijn omgeving
mist misschien mijn vrijheid, ik mis
hun gebondenheid. Ik kan mijn
warmte niet kwijt en ik mis een
opvangmogelijkheid helemaal per
soonlijk voor mij alleen”.
Ervaart zij dat gemis als pijn
lijk?
Van een grote plaats in het
westen van het land, waar je veel
mensen kende naar een dorp in
Drenthe waar je niemand kent. Hoe
voelt dat?
„Ik werk eraan steeds een accep
tabele oplossing te vinden voor
mijn problemen. Over het algemeen
ben ik nogal optimistisch van aard.
Ik heb het daardoor misschien ge
makkelijker dan iemand die zwaar
op de hand is. Ik ken bijvoorbeeld
iemand van 43. Zij is ook alleen. Ze
wil maar het liefst oud zijn. Ze ziet
haar situatie als uitzichtloos. Gaat
ieder weekend naar familie. Dat
vind ik geen oplossing. Ik maak het
gezellig in mijn eigen huis. Het is
een ruimte waar ik me lekker voel.
„Ik heb twee keer een verhouding
gehad met een getrouwde man. Bei
de relaties duurden een paar jaar.
Ook toen was ik niet meer zo heel
jong. Ik ben katholiek opgevoed.
Mijn ouders waren nogal streng, in
seksueel opzicht ook. Ik heb op een
meisjesschool gezeten en bovendien
was ik vroeger erg verlegen. Om
gaan met jongens vond ik griezelig.
Tot in de twintig wist ik niet goed
En als ik een pokkenbui heb, draai
ik favoriete muziek. Soms een plaat
die ik van een vroegere vriend heb
gekregen. Dat doe ik expres om me
te harden”.
Heb je relaties met mannen
gehad?
„Trouwens, ook in mijn verhou
ding had ik wel eens zo’n kater. Ook
al wil zo’n man om jou niet schei
den, toch accepteer je hem. Als hij
maar af en toe komt, dan is het al
lang goed, denk je dan. Maar op
momenten dat je hem echt nodig
hebt is hij er niet. Mijn laatste
vriend heeft me na jaren ineens
laten zitten. Maar af en toe belt-ie
nog wel eens. Ergens denk ik dan:
verdomme, hij belt als-ie me nodig
heeft. Maar dat zeg ik hem niet.
Omdat ik zwak ben en omdat ik er
een hekel aan heb mensen te kwet
sen. Toen ik nog met mijn vriend
omging keek ik ook nooit naar an
deren. Dat doe je niet zo gauw als je
iemand hebt die je na aan het hart
ligt”.
wil niet meer zo goed mee. Ik zit in
een orthopedisch corset. Wat moet
je er dan van maken?”
bent toch niet in de wereld om al
leen te blijven. Toen ik mijn vriend
weer kwijt was, heb ik wel in de put
gezeten. Je moet weer wennen, hele
maal alleen. Maar ik laat het niet
gauw merken dat ik in de put zit”.
Betekent alleen blijven voor
jou automatisch afzien van kinde
ren en vind je dat een punt?
„Op beide vragen zeg ik ja. Niet
trouwen, dus geen kinderen. Vroe
ger dacht ik daar anders over. Een
hummel is enig, maar ik ben ervan
overtuigd dat een kind ook een va
der nodig heeft. Een kind opvoeden
vind ik een bloedserieuze zaak. De
verantwoording. Die zou ik niet al
leen kunnen dragen. Een diep res
pect voor de vrouwen die het wel
kunnen. Daar neem ik m’n pet voor
af. En toch zou ik die ervaring van
een zwangerschap willen beleven,
ondanks de misselijkheid en de ver<-
dere ongemakken die zich daarbij
voordoen. Trouwens, het is nog
maar de vraag of ik kinderen zou
kunnen krijgen. Maar dat mensje
dat daar in je buik groeit. Eerr'won-
der. Ik ben stapel met kinderen. De
eerlijkheid, dat kinderwereldje. Ja,
ik zou dolgraag een kind willen,
maar dan wel samen”.
Wat verwacht je van je leven?
„Ik heb mijn eigen naam weer
aangenomen. Ik dacht: ik hoef die
man niet meer, ik wil die naam ook
niet meer. Soms vergis ik me nog
wel eens. Je hebt die naam tenslotte
33 jaar gedragen. Ik heb een rotle
ven gehad. Ik ben blij dat ik er op ’t
laatst tenminste uitgestapt ben, hoe
moeilijk het daarna ook werd. Hoe
veel vrouwen zijn er niet die alleen
maar bij hun man blijven, omdat ze
niet weten wat ze moeten. Mijn
dochter kon goed leren. Ik wilde
ook dat ze koste wat het kost zou
leren. Ik heb haar laten studeren en
daarom kon ik toen ook niet schei
den. Mijn dochter kan nu tenminste
altijd voor zichzelf zorgen als ze
alleen komt te staan. Ik was afhan
kelijk van mijn man. Ik heb het
vaak betreurd dat ik zelf geen goe
de opleiding heb gehad. Maar wat
zeur ik. Er zijn mensen die het veel
slechter hebben dan ik.
rTji
„Maar als zo’n verhouding weer
voorbij is, voel je je wel erg verlo
ren. Ook in seksueel opzicht. Je
functioneert niet zoals je zou willen.
Je gebruikt niet alles wat in je is. Ik
vind dat je alleen niet af bent. Je
„Soms wel. En als ik er eens over
praat, zeggen mijn vrienden: doe er
dan meer moeite voor om iemand te
vinden. Maar ik ga echt niet leuren
met mezelf. Als ik bedenk dat ik
naar een club voor alleenstaanden
zou moeten, vreselijk gewoon. Of
een vakantieries voor alleenstaan
den, ik zou er niet aan moeten den
ken. Ik kijk niet voortdurend uit
naar mogelijke kandidaten. Daar
schiet je niets mee op en het remt je
bewegingsvrijheid. Toch hoop ik er
op niet mijn hele verdere leven al
leen te blijven. Ik voel me onbe
haaglijk bij de gedachte dat deze
situatie de rest van mijn leven zo
blijft. Maar daarbij blijf ik wel reëel
hoor. Er zijn gewoon niet veel man
nen die in aanmerking komen. Op
mijn leeftijd is iedereen getrouwd.
Die mannen gaan niet zomaar
scheiden. Bovendien sta ik nu meer
dan vijftien jaar geleden met beide
benen op de grond ten opzichte van
mannen”.
'WW
je wilt. Maar ik mis wel contacten.
Ik ben ook alleen maar op die cur
sussen gegaan om contacten te krij
gen. Soms voel ik me erg eenzaam.
Om een uur of vier zeg ik wel eens
hardop: ik heb nog geen stem ge
hoord. Dan bel ik gauw mijn doch
ter even. Ik ben gelukkig met mijn
telefoon”.
Hoe vul je je dagen?
„Ik ga vadk even naar het dorp.
Om winkels te kijken en bood
schappen te doen. Ik ga ook vaak
naar mijn kinderen, hoewel ze ver
weg wonen. Alleen om iets te doen
te hebben. Ik ben lid van de biblio
theek. Ik lees wat. Ik hou van hand
werken, maar dat kan nu niet want
ik heb een tennisarm. Soms denk
ik: waar ben ik mee bez g. Alleen
met dagen om krijgen. De avondu
ren vind ik het prettigst. Dan zit ik
tv te kijken. Ik ga laat naar bed. Af
en toe pak ik het telefoonboek en
dan denk ik: wie zal ik nu eens
bellen”.
„Je moet er zelf iets van maken,
zegt de dokter. Maar dat is wel
moeilijk. Een baan krijg ik niet
meer. Daar heb ik trouwens ook
geen opleiding voor. Mijn lichaam
geen van beide. En dan voel je ze
denken. Vreemd, het kind is toch al
26. Ze mag wel opschieten. Vooral
familieleden hebben van die kron
kels. Nou ja, dat interesseert me
niets. Ik krijg alleen wel eens zin om
voor hen afwijkende antwoorden te
geven: nee, ik heb een vriendin of ’t
is een beetje moeilijk mijn vriend
mee te nemen, want hij is getrouwd.
Inwendig begil ik me dan. Ik geloof
wel dat jonge vrouwen van nu het
veel gemakkelijker hebben dan zo’n
tien jaar geleden. Er zijn nu gewoon
veel meer alleenstaanden, door
scheidingen of uit eigen vrije keus”.
De seksualiteit.
„Soms mis ik een man, want vrij
en met z’n tweeën is toch wel heel
prettig, maar over het algemeen
kan ik het alleen ook wel. Ik zou
overigens toch niet met iemand
naar bed kunnen voor wie ik geen
warme gevoelens heb. Misschien
ben ik daarin heel ouderwets. Ik
hoef echt geen maandenlang hand
jes vasthouden. Het hangt van het
moment af, maar wel met die voor
waarde die ik noemde”.
„Ik ben me ervan bewust dat ik
geen reden tot klagen heb. Ik ben
gezond, kan alles aan, heb een zelf
standige baan, heb goede vriendin
nen en vrienden, ik dacht dat ik
redelijk gelukkig was. Ups en
downs hebben we allemaal. Ieder
een moet het alleen kunnen, vind ik.
Als je getrouwd bent kun je ook
weduwe worden. Dan sta je er ook
alleen voor”.
„Ik heb wel overwogen een kind
te nemen, maar ik geloof dat je als
vrouw een groot incasseringsver
mogen moet hebben als je alleen
bent om een kind te krijgen en groot
te brengen. Het lijkt me ook niet
terecht om het een kind aan te doen.
Impulsiviteit in deze dingen lijkt me
niks. Ik ben kleuterleidster geweest
en ik vind kinderen erg leuk. Ik
zoek ook bewust contacten met ge
zinnen met kinderen, niet alleen om
de kinderen, maar ook omdat je
dan midden in de maatschapij blijft
staan”.
klaar is rolt-ie eraf. Dat deed mijn
man ook. Als het gebeurd was sliep
hij. En dan lag ik daar maar. Toen
wou ik ook niet elke avond meer.
Hij wel. Hij dacht altijd aan het bed.
Ik heb dat opgelost door vaak pas
naar bed te gaan als hij al sliep. Ik
heb nu totaal geen behoefte meer
om met een vent naar bed te gaan.
Ik wil niets meer met mijn ex-man
te maken hebben. We regelen het
met de kinderen ook zo dat we
elkaar daar niet tegenkomen”.
„Het alleen-zijn komt echt op je
af. Ineens zat ik hier. Ik ken geen
mens. In het begin dacht ik: ik ga
weer weg. Ik heb hier alleen een zus
wonen. De afgelopen winter ben ik
Engelse en Duitse cursussen gaan
volgen, maar ik kon me totaal niet
concentreren. Handwerken en le
zen gaat ook niet. Maar ach, dat zal
wel weer goed komen. Ik ga al iets
vooruit. Alleen zijn heeft een heer
lijke kant. Je kunt doen en laten wat
niet zielig
Hoe zie je de toekomst?
„Ik laat het maar komen zoals het
komt. Ik denk wel eens: misschien
doet zich nog iets voor op mijn pad,
waardoor ik weer interesse krijg in
allerlei zaken, maar ik zou nooit
meer willen trouwen. Ik heb mijn
hele leven hartelijkheid gemist. En
aandacht. Ik zou heel graag een
vriendschapsrelatie hebben met
een aardige man. Een beetje aan
dacht. Maar ach, mannen zijn niet
voor vriendschap. Ze willen alleen
maar met je naar bed. En bij ge
trouwde mensen ben je niet zo wel
kom. Hoe moet je dan contacten
krijgen? Waarschijnlijk brengt de
toekomst niks, maar daar ben ik
niet zo somber over. Ik heb ook
geen huilbuien, waarbij ik denk:
wat moet ik nou toch. Het gaat best
aardig met me. Ik ben niet zielig. Ik
zou voor geen prijs terug willen.
Alleen de financiële kant zou wat
prettiger moeten zijn. Ik moet
straks naar de sociale dienst. Dat
vind ik heel naar”.
Allee is secretaresse, leert ’s a-
vonds voor het diploma atheneum
en is van plan Duits te studeren. Als
zij aan haar toekomst denkt, ziet ze
zichzelf voor de klas staan. Wonen
in een huisje in de buurt van een
stad.
De rest van je leven alleen
wonen, hoe kijk je daar tegenaan?
„Het lijkt me wel een beetje eng
om alleen oud te worden. Op een
bepaald moment vallen dingen weg.
Ouders, broer, vriendinnen, die
kunnen weggaan of overlijden. Ik
denk dat je dan wel eens eenzaam
zal zijn. Maar nu voel ik mij nog te
jong om me daar druk over te ma
ken. Ik wil nog zoveel doen, ik vind
het helemaal geen punt om voorlo
pig alleen te blijven”.
„Ik hoef helemaal niet te trouwen.
Ik zie te veel ellende om me heen,
ook in mijn kennissenkring. Het
schijnt dat één op de vier huwelij
ken mislukt. Als ik langs een flat
loop, denk ik vaak: één echtpaar op
zo’n rijtje is gelukkig. De rest niet.
In een relatie kun je tenslotte ook
heel eenzaam zijn. Dat heb ik ge
merkt tijdens mijn laatste verhou
ding. In had vaak depressieve
buien, gewoon omdat ik mezelf niet
kon zijn. Paul, mijn vriend, leefde
in een kakwereldje. In zijn kennis
senkring gold: wie niet studeerde
telde niet mee. Je hele gedrag werd
bepaald door de kliek. Zo ook dat
van Paul. Opzitten en pootjes ge
ven. Twee jaar lang heb ik het kun
nen volhouden”.
„Toen nog kóstte het me moeite
de relatie te verbreken. De eerste
weken alleen waren ook heel verve
lend. Daarna vond ik het een bevrij-
ding. Ik kan nu tenminste dingen
doen die ik zelf leuk vind. Als ik nu
weer een verhouding begin, moet ik
wel helemaal gek van die man zijn.
Respect voor elkaar. Eerlijkheid,
vertrouwen en een enorme kame
raadschap. Anders hoeft het voor
mij niet. Ik vermaak me best in
mijn eentje, maar heb wel moeite
alleen een kroeg binnen te stappen.
Uit verlegenheid durf ik geen bab
bel te beginnen met een man die mij
op het eerste gezicht sympathiek
lijkt. Met vrouwen vind ik dat geen
enkel punt. Eigenlijk belachelijk.
Daar is de maatschappij schuld
aan. Mannetje benadert vrouwtje
en niet omgekeerd. En het omge
keerde vind ik heel normaal, maar
toch durf ik niet. Misschien komt
dat nog. Als ik tijd heb, ben ik bij
vrienden of nodig zelf mensen Uit”.
„Relaties vind ik belangrijk. Met
nieuwe mensen maak je nieuwe
dingen mee. Krijg je een bredere
kijk op allerlei zaken. Maar je moet
aan zulke relaties zelf natuurlijk
werken. Nou moet je niet denken
dat ik me nooit verdrietig voel. Ik
heb periodes dat ik mezelf heel zie
lig vind. Meestal vlak voordat ik
'ongesteld word. Als iemand dan
een lelijk woord tegen me zegt, brul
ik al. Maar dat heeft niets met een
zaamheid te maken”.
Hoé denk je dat je omgeving
tegen jou aankijkt?
Alice: „Mensen stellen soms
nieuwsgierige vragen. Heb je al een
vriend, of ben je al getrouwd? Neen,
altijd zo? Toen hij antwoordde:
„Daar moet u wel op rekenen, die
man verandert niet meer”, dacht ik:
nu ga ik scheiden”.
„Het was niet eenvoudig om
scheiding aan te vragen. Want waar
moest ik heen en waar moest ik van
leven? Mijn man was er onderstebo
ven van. Maar dat kon me niet sche
len na alles wat hij me had aange
daan. Omdat ik geen onderdak had
heb ik na de scheiding nog acht
maanden op een achterkamertje in
ons huis gewoond. Dat was een vre
selijke tijd. We groetten elkaar,
maar dat was alles. Het gekke is dat
ik best wist van het bestaan van
allerlei instanties die echtparen in
moeilijkheden kunnen helpen,
maar op de een of andere manier
had dat niets met mij te maken. Ik
was progressief, maar wat dat be
treft was ik een stomme trut. Ik heb
altijd alle ellende opgevreten. Van
daar die kwalen”.
„Op seksueel gebied was het ook
vreselijk. In het begin ging het nog
wel aardig. We hadden er allebei
wat aan. In de loop der jaren werd
het steeds slechter. Een konijn
maakt een nummertje en als-ie
Sinds het begin van de bemoeie
nis van dokters of medicijnmannen
met patiënten heeft men gebruik
gemaakt van „vasten” als een thera
peutische maatregel bij ziekten.
Vasten is een erg goed voorbeeld
van een maatregel die ons lichaam
ons zelf voorschrijft in bepaalde
omstandigheden.
Als we in staat waren precies te
doen wat ons lichaam ons „voor
schrijft”, zouden we een stuk gezon
der zijn. Dat „voorschrijven” door
ons lichaam houdt bijvoorbeeld in:
anders of niet eten, rust, een veran
derd ademhalingspatroon en derge
lijke. Sommige mensen zijn nog
steeds gevoelig voor dergelijke li-
chaamssignalen. Ze voelen bijvoor
beeld, dat ze een bepaald soort
voedsel niet moeten eten en hebben
juist erg veel trek in een ander
voedingsmiddel.
Over het algemeen zijn we echter
volkomen afgestompt door onze on
natuurlijke levenswijze en voelen
niet langer welke signalen ons li
chaam uitzendt. Als we het al voe
len, dan luisteren we er niet naar.
Een goed voorbeeld om dit me
chanisme duidelijk te maken, is het
vasten. De behoefte om te vasten
komt bij kleine kinderen nog in z’n
natuurlijke vorm voor. U heeft vast
wel opgemerkt, dat menige kinder
ziekte gepaard gaat met een periode
van vasten van het kind: het heeft
gewoon geen trek in eten.
Er bestaat een kliniek waar men
vasten als therapeutische maatre
gel toepast soms zelfs maanden
lang. Terug nu naar ons voorbeeld
van het zieke kind. Een kind heeft
bijvoorbeeld een infectieziekte
zeg mazelen of een middenooront
steking en het wil niet eten. Waar
om doet ons lichaam dat? Een ziek
te is niet een louter negatief gebeu
ren, zoals we dat in het algemeen
denken.
U weet hoe moeilijk dit is voor
veel ouders. We hebben een inge
worteld idee dat we niet buiten voe
ding kunnen. Niet eten staat gelijk
aan dood gaan. Voor een deel is dit
waar; als we lange tijd niet eten
gaan we dood. Hongerdood treedt
pas in na maanden en maanden
zonder voedsel.
Ik zie een ziekteperiode voorna
melijk als een zuiveringsproces. Op
de een of andere manier en er
zijn er vele hebben we ons li
chaam verzwakt, zodat het bijvoor
beeld gevoeliger is voor (minder af
weer heeft tegen) een bepaald virus.
In en met de ziekte tracht het li
chaam het natuurlijke evenwicht te
herstellen en probeert ons tevens
duidelijk te maken wat we fout de
den. Het dwingt ons tot rust, de
koorts maakt het leven van de in
dringer onaangenaam, we hebben
geen eetlust en de energie die we
normaal besteden aan opname, ver
werking en uitscheiding van voed
sel, wordt nu aangewend voor het
zuiveringsproces in het lichaam.
De natuurlijke kringloop is duide
lijk: eerst zuivert het lichaam zich
van ongerechtigheden, dan herstelt
het ’t verloren evenwicht. Vasten is
in dit proces onmisbaar en we moe
ten het begrip zo ruim mogelijk
opvatten. We vasten niet alleen van
ons dagelijks voedsel, maar vooral
ook van onze dagelijkse bezighe-
den: onze overactiviteit, onze span
ningen en emoties. Met andere
woorden: de energie die we nor
maal verspillen, wordt nu aange
wend voor het zuiverings- en gene
zingsproces.
Wat kunnen we nu zelf doen in
een dergelijke situatie? We zouden
in de eerste plaats moeten ophou
den dit proces van zuivering en her
stel in de wielen te rijden. Als we
merken dat ons kind of wij zelf niet
wilden) eten, zouden we dat moeten
respecteren. Opdringen van voed
sel werkt averechts. Het enige dat
we zouden moeten doen, is voldoen
de vocht toedienen u zult merken,
dat het lichaam vocht bijna altijd
nodig heeft.
We zouden het lichaam de rust,
die het nodig heeft van de spannin
gen en bezigheden van all dag, moe
ten toestaanzDit betekent lang niet
altijd absolute bedrust. Als we weer
naar onze kinderen kijken, is het
duidelijk: soms willen ze totaal
niets doen en slapen de hele dag,
soms blijven ze relatief actief.
Dan zouden we tot slot het zuive
rings- en genezingsproces moeten
ondersteunen door na de vastenpe
riode dat voedsel tot ons te nemen
en die dingen te doen die ons li
chaam versterken en verjongen in
plaats van verzwakken: uitgebalan
ceerd voedsel, voldoende lichaams
beweging en ontspanning, gezonde
relaties met elkaar, met andere
woorden: vasten van alles dat ons
ongezond en vatbaar maakt.
hoe ik ermee aan moest. Maar mijn
opvoeding heeft geloof ik wel in de
hand gewerkt dat ik nogal nuchter
ben gaan denken, ook over seksua
liteit. Ik zie niks in avontuurtjes.
Heb het best in de gaten als mannen
alleen maar leuk kletsen om je het
bed in te krijgen. Daar ben ik ook
wel eens op ingegaan, maar daar
kreeg ik een kater van”.
„Veel. Ik wil zoveel doen. Mijn
studie afmaken, voor de klas, lan
den zien. Ik ben altijd in nieuwsgie
rige verwachting van wat er gaat
gebeuren. Ik denk dat ik altijd wel
idealen blijf houden. Maar ik’denk
tegelijkertijd, het komt zoals het
komt. Dat accepteer ik. Ik ben gelo
vig. Misschien komt het daardoor
dat ik accepteer wat me overkomt.
Ik hoor niet bij een kerk, maar als
ik gelukkig ben, bid ik uit dank
baarheid. Mijn hartsvriendin stierf
twee jaar geleden. Zij ondernam
van alles. Was veel vrijer dan ik in
die tijd. Zij zei eens: als ik doodga,
heb ik tenminste geleefd. Daar heb
ik veel van geleerd. Maar ach, ik
heb nu misschien een bepaalde me
ning over allerlei zaken, als ik de
dertig gepasseerd ben, kan ik er wel
weer heel anders over denken. Er
varingen en relaties kunnen je me
ning doen veranderen.Misschien
lach ik dan wel om wat ik nu alle
maal gezegd heb”
„Met die dingen kun je proberen
je eenzaamheid weg te drukken,
maar met eenzaamheid zul je toch
moeten leren leven. Je zult toch
jezelf moeten accepteren zoals je
bent. Als je dat kunt slaag je er
misschien ook gemakkelijker in een
juiste levensstijl te bepalen. Ik heb
gelukkig twee vriendinnen bij wie
ik een klankbord vind. Die me op
vangen. Mensen vinden alleen-
IIIIIIIIIIIIIIIIIIIUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIItlIlllllllllllllllllllllillllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll
staanden soms zielig. Maar ik vind
mezelf niet zielig. Dat wil ik ook
beslist niet”.
Hoe bekijk je je leven tot nu
toe?
„Ik heb mijn leven verknoeid.
Voor mijn kinderen heb ik het
waargemaakt, zelf heb ik niks aan
mijn leven gehad. Ik had nooit, met
mijn ex-man moeten trouwen. Dat
was geen man voor het huwelijk.
Hij ging veel te graag met andere
vrouwen. Hij was zeer egocentrisch
en ik kon nooit met hem praten.
„Die diepzinnige gesprekken, daar
hou ik niet van”, zei hij dan. Toen ik
voor het eerst in verwachting was,
zei hij: dat kind is niet van mij. Hij
wou me altijd dwingen tot de be
kentenis dat ik met anderen ging.
Dat deed ik niet en hoe kun je nu
bekennen wat je niet doet?”
„Het is in de loop der jaren steeds
slechter geworden. Op het laatst
kun je niets meer velen. Ik ben
gebleven voor de kinderen, maar de
laatste jaren was ik altijd ziek van
de spanningen. Ik kreeg darm
ontstekingen, kale plekken op mijn
hoofd, bleef soms zo maar weken
lang in bed en dan wist ik niet
waarom. Ik gebruikte voortdurend
slaaptabletten en valium. Na 33 jaar
vroeg ik mijn huisarts: blijft dit nu