Ollie uter. 1 5W> p boQUoxV Schaken Dammen Bridge iwrwwwi hoelc en la 2) I ■H J Niets te doen in bed u o o o o o u o £n A Q Kaas uit de hof A A Q O I Q k O k A A Oplossing Rebus Wat mag je eigenlijk? HHHI I -- TOS&1 Een leuke doolhof uit het schoolblad van de MlVO-school uit Velsen (gemaakt door Rob). Rechts onder zit een muis. Hoe vindt hij de weg naar het stuk kaas in het midden van de hof? 'Q.O Spuigatopgave LI C tw o 0^ □□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□a Ji □□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□a i«] or ■-'J «F 1 pOD R.cn o A N 1 Q>. keer meer. 2 zijn <6x3 Langeweg (.1$ JIS gens »or 3S t 1291. Een groot aantal van jullie heeft gereageerd op onze vraag wat jullie leuk vinden om te lezen. Strips staan natuurlijk op de eerste rij. De kortste, maar krachtigste reactie kwam van Linda de Jong: 't Spuigat Is een rubriek die wordt volgeschreven en -getekend door kinderen van ongeveer tien tot vijftien Jaar. Iedere week worden één of twee onderwerpen behandeld, maar je kunt natuurlijk ook zómaar eens een verhaaltje, een gedicht of een tekening sturen. Denk er wel aan, dat tekeningen met zwarte inkt of vlltstoft moeten worden gemaakt, anders blijft er in de krant niets van over. Stuur je reacties naar ’t Spuigat, Damiate Pers, Postbus 507, 2003 PA Haarlem. reclame in. Dat vind ik niet zo aardig. De reclame verpest het tijdschrift”. Monique is niet de enige, die een gloeiende hekel heeft aan al die reclame in de tijdschriften voor ouderen. Zoals bijv. Jan-Paul Ciere. Lees maar eens wat hij schrijft: „Ik vind het heel bar zogezegd. Er moeten meer verhalen in komen en geen reclame. De tijdschriften zijn slecht, zeer slecht”. Esther ziet die bladen als de leesmap van de buurvrouw komt. Ze bladert die door, maar legt hem dan weer gauw weg, omdat ze dan het meest reclame gelezen heeft. Haar klasgenootje Rosana (zij zit zelf op de Tina en haar broer op de Eppo: „ik vind ze goed”) meent dat sommige verhalen in de Libelle, Story, Margriet en die andere tijdschriften niet waar zijn. Roland de Leeuw denkt anders over die bladen. „In Margriet staat altijd een verhaaltje, dat ik wel leuk vind. Achterop staat de familie Achterop, erg leuk. In de Libelle staat ook een leuk stripverhaal”. Ingrid Verkerk, ook uit Velsen- Noord, meldt dat er nieuwe boeken voor de school (Ir. Krijger-school) zijn gekocht. Dat deden mevrouw Zoer, meneer Nota, juffrouw De Boer en mevrouw Schoot. „Wij mochten zeggen, welke boeken we graag wilden lezen, maar gingen niet mee om ze te kopen. Ze namen van alles wat mee. Ik zelf heb het boek „Toms eigen plek” gelezen. Dat is wel leuk. Als je het ziet staan, lees het dan maar”. Martin Dooyeweerd geeft een lijstje met mooie boeken: „Kameleon, geschreven door H. de Roos. En Pietje Puk van Henri Arnoldus. Op school hebben ze Briefgeheim van Jan Terlouw, ook erg mooi. Van de stripboeken vind ik Suske en Wiske, Lucky Luck en Roel Dijkstra goed”. Ronald Hopman vindt dat schrijvers zich meer aan hun onderwerp moeten houden. „Als er wat staat van een slak, dan staan er ook andere dieren bij en dat vind ik stom. Ook bij andere boeken is dat wel. En dan begrijp ik er niets meer van. Een jongen uit onze klas nam oorlogsboeken mee. Toen onze meester die thuis las zag-ie dat er twee dezelfde verhalen waren. Ik heb nu „Sjakie in de grote glazen lift”. Dat is best een leuk boek. Nu stop ik, dag.” We kregen ook een briefje van een jongen of meisje, dat geen naam onder haar stukje schreef. Vergeten? Of vindt hij of zij het eng en griezelig om in de krant te staan? In ieder geval is „Floortje Bellefleur” een van zijn of haar fijnste boeken. De onbekende is „lid van de map. Daar zitten ook tijdschriften in, die ik alleen leuk vind als er mopjes in staan of een leuk verhaal. Gelukkig zit er ook Donald Duck in”. Over Donald Duck gesproken. Alleen maakt Arjan het in het briefje aan Spuigat erger dan het al was. Hij heeft het over 100.000 mensen, die bij de stormramp in 1953 zijn omgekomen. Dat zal wel een verschrijving van hem zijn. Yvonne Weenink en Ingrid Hegeman (beiden twaalf jaar, ons hoofd is meneer Van Wel, soms erg streng) zijn het er net zoals zoveel anderen van jullie over eens dat Donald Duck „een hartstikke leuk en grappig blad is. Wat anders dan het roddelblad Privé of Weekend of Mix. Wij houden alleen niet zo van Oom Dagobert. Hij is te hebberig. Guus Geluk is ook niet leuk. Hij heeft veel te veel geluk”. Jacqueline Staas is gek op lezen, zoals in het Groot Sprookjesboek, soms erg spannend met al die reuzen en heksen. Negenjarige Eric ontdekte „Brammetje Bond”: „ik vind het een leuk boek, maar ik heb het nog niet gelezen.” Renda Schoenbergen, liefhebster van strips, houdt ook van sprookjesboeken zoals „De papegaai met de zeven veren”. John ter Maten kan „Mokie en Popie” aanbevelen en „Maartje viert feest”. Het stomste boek vindt hij het taalboek. Maar ja, zegt hij berustend, „Je wordt er wel wijs van hoor”. Annelies Rem houdt het op „Met de poppen gooien” van Guus Kuijer. Ze raadt iedereen aan het zelf maar te lezen. De elfjarige Arjan Pater is onder de indruk gekomen van „Oosterschelde windkracht 10”, dat Jan Terlouw heeft geschreven. Natuurlijk zijn de stripboeken erg populair. Dat blijkt uit veel inzendingen van jullie. Die komen volgende week aan de beurt met alle andere leuke dingen, die jullie ons sturen. Ming Sang Wong kent de truc van het tijdrekken ook. Hij schrijft: „Ik mag maar tot 8 uur opblijven (hij is tien jaar). Ik ben het niet eens met die tijd, want om 8 uur kan ik toch niet slapen. En dan verveel je je maar kapot. Ik probeer daarom altijd wat langer op te blijven bijv, door opeens te zeggen: o ja, ik moet mijn tanden nog poetsen. Daarna: ik moet naarde WC. En dan is het ongeveer kwart over 8. Dan ga ik mijn bed opmaken zodat ik goed kan slapen. Meestal lig ik tot 10-11 uur wakker. Dat vind ik niet zo fantastisch leuk”. „Ik ga om half negen, negen uur naar bed”, laat de elf jarige Richard Duynons weten. „Ik vind het een goede tijd, maar soms probeer ik het te rekken. Meestal lukt het. Maar als ik ondereen goede film naar bed moet dan ga ik achter de bank of ik verstop me. Dan zien ze je bijna niet. Mijn broer gaat altijd op verschillende tijden naar bed. Daar ben ik het nooit mee eens. Vooral als ik in bed niets te doen heb. Ik ga altijd in bed lezen of naarde radio luisteren. Mijn broer en mijn zus kunnen ’s avonds in bed televisie kijken. Ik niet”. Ollie en Ia zijn op stap. Ze gaan naar de stad. Ze k°men van ^eel ver. Ze gaan feest vieren l TZ bij Raf- V g] Weet je, dat ze er saai uit zien? Wil jij ze kleuren? Doe het erg mooi en hang hem aan de muur. V 9 3 2 V A H 10 10 3 B 8 5 4 Lf3-g4 Pe5xg4, 31. h3xg4 Lc8-a6! De aar dige beslissing; De2 moet Le3 blijven dek ken. 32. De2-d2 Lg7-e5 en wit gaf het op. Hij staat machteloos tegen Dh2 mat. Misschien wel zijn beste partij was Lig- terinks overwinning op Ree, die zich met zwart positief opstelde. Wit: Ligterink. Zwart: Ree. 1. e2-e4 d7-d6, 2. d2-d4 Pg8-f6, Pbl-c3 e7- e5. Hiermede is de aloude Philidor ten tonele verschenen. 4. Pgl-f3 Pb8-d7, 5. Lfl-c4 Lf8-e7, 6. 0-0 c7-c6, 7. a2-a4 Tot hier allemaal bekend. 7Dd8-c7, 8. Ddl-e2 0-0, 9. a4-a5 Ta8-b8. Zwart heeft ruimtegebrek en beoogt nu b7-b5. 10. d4- d5 Doorkruist dit plan, omdat na 10. b5 11. ab6: e.p. ab6: 12. dc6: wit de velden d5 en b5 krijgt. 10Tb8-a8. Het verlies van twee tempi alleen om d4-d5 uit te lokken kan het toch niet zijn!? 11. h2-h3 a7-a6, 12. Lcl-e3 h7-h6,13. d5xc6 b7xc6,14. Pf3-h4!? Laat een combinatie toe, waarbij wit vertrouwt op zijn ruimtelijk overwicht. 14Pf6xe4!? 15. Ph4-g6! Dit was de bedoeling; zwart heeft nu geen tijd voor 15Pc3: wegens 16. Pe7:+met stukwinst. 15Tf8-e8, 16. Pc3xe4 d6- d5. Wit is een stuk vóór, maar er staan er nu drie in. 17. Pg6xe7? Te8xe7, 18. Le3-c5! Pd7xc5. Anders wint wit blijvend materi aal. 19. Pe4xc5 d5xc4, 20. De2xc4 Lc8-e6, 21. Dc4-c3 Le6-d5, 22. Tfl-dl Wie staar er nu beter? „Wit”, vond Gert, want pion a6 is zwak en veld c5 is „eeuwig” van wit. „Zwart”, meende de aanvalsspeler, oud- jeugdkampioen Han Janssen (1-0 in 17 zetten tegen Euwe!). „Want zwart kon nu met 22Dd6, benevens Dg6 en later f7- f5 een koningsaanval opzetten. 22f7- f5 Waarschijnlijk wat te vroeg. 23. Pc5- a4 Ta8-d8, 24. Dc3-c5 Brengt c2-c4 in de stelling. 24Te7-e8, 25. Dc5-b6! Met de bedoeling 25Db6: 26 ab6:! Tb8, 27. b3! benevens c2-c4-c5. 25 Dc7-e7, 26. Pa4-c3 Dreigt Da6: 26 Td8-b8, 27 Db6xa6 Tb8xb2, 28. Pc3xd5 c6xd5, 29. Tdlxd5 Tb2xc2, 30. De6-d3 Het materiële evenwicht is nog gehand haafd, maar pion a6 is een reus. 30 Tc2-b2. Niet 30Tc7 31. Df5:, waarop Wellicht herinnert u zich nog dat Wiers ma deze partij op sensationele wijze won door, met zwart spelend, een voorpost te plaatsen op veld 38, terwijl Tsjegolev nog schijven op 47, 48 en 49 had. Na de partij bleek toen dat Tsjegolev omstreeks de 24e zet heel goed op de complicaties had kun nen ingaan. Gantwarg had, met zijn se condant Korenevski (kampioen van Rus land 1978) deze varianten uitgebreid be studeerd en was tot de conclusie gekomen dat wit altijd kansrijk spel zou krijgen, hetgeen in deze tweede partij ook bewaar heid werd: Gantwarg-Wiersma 2e matchpartij 1. 32-28 19-23, 2. 28x19 14x23, 3. 33-28 23x34, 4. 37x28 10-14, 5. 39-33 14-19, 6. 44-39 16-21, 7. 5044 21-26, 8. 34-30 26x37, 9. 41x32 5-10, 10. 40-34 10-14, 11. 4440 17-22, 12. 28x17 11x22, 13. 34-29 6-11, 14. 30-24 19x30, 15. 35x24 11-17, 16. 4641 13-19, 17. 24x13 8x19, 18. 41-37 7-11, 19. 36-31 3-8, 20. 32-28 20-24, 21. 29x20 15x24, 22. 39-34 11-16, 23. 38-32 16-21, 24. 31-26! (zie diagram 1) 8-13, 25. 43-38 22-27! 26. 4943 18-22! Verscheidene kinderen kwamen achter de betekenis van de puzzel, die één van jullie laatst maakte en die bij ons in Spuigat kwam. We hebben er voor de aardigheid een oplossing uitgepikt. Babette Molenaar uit Haarlem gaf de oplossing: „kinderen mogen haast niks doen”. Art-Jan Boxterman uit Hillegom heeft zich met zijn vriendjes nogal boos gemaakt. Hij schrijft: „Kinderen mogen haast niks, want neem bijvoorbeeld de Van Limburg Stirumlaan. Daar lag eerst allemaal gras. Dat namen ze af. We zijn toen naarde burgemeester gegaan met handtekeningen van kinderen. We mochten toen voetballen. Maar toen gebeurde er dit (zie tekening): door 24-30! met na 44-39, 19-24 en 30-35x44, en na 33-29, 30x39, 29x7, 19-24, 39x28, 24- 29, 8-12, 13x22! In deze, voor wit gunstige, '■MW-L J - B, st, jege- A gens Le5, 29. Pe6: Dh2 30. Kf2 Tf3:+ 31. Kf3: d4? enz. 28. Dd3xb5 Lb7-c8. Dreigt weer h6. 29. Db5-e2 Pd7-e5. Opnieuw! 30. 1 Ligterink (aan zet) Ook Wiersma laat zich niet onbetuigd en zet een interessante omsingeling van het witte centrum op die echter niet zal sla gen. 27. 34-29 12-18, 28. 29x20 14x25, 29. 43- 39 4-10, 30. 39-34 9-14, 31. 34-29 2-8, 32. 29- 24! 19x30, 33. 28-23 18x29, 34. 33x35 14-19, 35. 4843 10-14, 36. 43-39 13-18, 37. 39-33 8- 13, 38. 4741! 14-20. Op 27-31, 41-36, 22-27 mag zwart zich niet inlaten; wit speelt dan 35-30, 25x34, 40x29, 19-23 (anders volgt 32-28 en 37-32, 26x37) 29-24 en wit wint. 39. 41-36 20-24, 40. 40-34! 1-6 (na 24-30 verliest zwart minstens een schijf) 41. 34-29 6-11, 42. 29x20 25x14, 43. 37-31 18-23? 44. 33-29! 23x34, 45. 32-28 22x33, 46. 38x40 27-32 (omdat zojuist 18 is opgespeeld kan zwart 31x22 niet opvan gen). 47. 31-27 32-37, 48. 27x7 37x48, 49. 7-1 17-22, beide zijn op dam gekomen, maar omdat Gantwarg één schijf voor staat, en zijn stukken onkwetsbaar opgesteld zijn is de stand gewonnen. Er volgde nog 50.1- 29, 48-39, 51. 26-21 39-48, 52. 21-16 22-27, 53. 16-11 48-43, 54. 11-6 4349, 55. 29-15! en zwart geeft op, nadat wit een laatste val strik omzeild heeft (na 55. 6-1 zou volgen 13-18, 29x12, 27-31, 36x27). In diagram 2 is de stand weergegeven uit de 5e partij waarin Wiersma zojuist 35. 42-38? heeft gespeeld. Gantwarg had hier de stand reeds op 7-3 kunnen brengen Na tweeëneenhalf jaar in het bezit van. de wereldtitel te zijn geweest, heeft Wiers ma deze moeten afstaan aan de Rus Gant warg, die hem in de beslissingsmatch van 6 partijen met 7-5 klopte. Deze match was noodzakelijk geworden, omdat in het toer nooi om de wereldtitel in oktober 1978 in Arco beiden de eerste plaats deelden. Ge zien zijn prestaties tot nu toe is Gantwarg zeker een waardig opvolger van Wiersma, maar of hij zijn titel lang zal behouden is zeer de vraag. In het najaar zal er name lijk een revanchematch over 20 partijen plaatsvinden tussen de oude en de nieuwe wereldkampioen en gezien het spel van Wiersma de laatste jaren, waarin hij met de regelmaat van de klok collega-groot- meesters op een nul trakteerde, zal Gant warg het daarin ongetwijfeld zeer moei lijk krijgen. Maar nu over naar de partijen in deze match. Reeds in de tweede, die rustig opende, wist Gantwarg Wiersma voor on overkomelijke problemen te plaatsen in een voorbereide variant. Gantwarg speel de namelijk lange tijd de partij Tsjegolev- Wiersma na uit de Volmac-vierkamp in december. 97 V V 9 4 B 4 2 HB 9 7 3 p~~ ---t L--1 j Ligterink (aan zet) Wit gaat nu een matzet weven. 40. Kgl- f2 h6-h5(?). Meer weerstand bood 40 g6, want nu sluit zich het matnet. 41. h3- h4d Kg5xh4, 42. Te6-g6 Tg8-c8, 43. Tb7xg7 en zwart gaf het op, omdat hij machteloos staat tegen Tg6-g3-h3 mat. E. SPANJAARD Maar over die strips vooral volgende week. De twaalfjarige Helga leest erg veel in haar vrije tijd, maar zegt ze: „jammer dat ik dat niet zo barstends veel heb. Boeken met doordeweekse of dagelijkse dingetjes vind ik wel leuk. Ik houd niet van romans of liefdesverhaaltjes, ook niet van spannende boeken. Ik heb laatst een erg leuk boek gelezen. Het heet Nickey’s Dagboek. Als je van dit soort boeken houdt moet je het beslist lezen”, adviseert, ze. „Soms is het zielig, maar het meest erg leuk. Je kan er veel mee lachen. Zonde dat je het zo gauw uit hebt.” Monique Coster vindt het boek van de dolle tweeling leuk (ze zet er niet precies bij hoe het heet) en ook het „Achterstewoud” („spannend en saai, maar het blijft toch leuk”). Ze leest ook wel eens een tijdschrift van haar moeder. „Er staat zoveel In Amerika is op 75-jarige leeftijd overleden bridgereus Howard Schenken. Hij. werd vrij algemeen en zeker in Ameri ka beschouwd als de sterkste bridger aller tijden. Hoe dat ook zij, hij was inderdaad een formidabel speler, die gedurende een kleine 40 jaar op wereldtopniveau ope reerde. Hij was één van de Four Aces die in de jaren 30 de vloer aanveegden met al hun tegenstanders, incl. de Europese kampioen in de strijd om de wereldtitel. Behalve in 1935 was hij wereldkampioen en 1950, 1951 en 1953 en in 1965 speelde hij nog steeds in het Amerikaanse team dat toen tweede werd achter Italië. Schenken was op velerlei terrein zijn medespelers vooruit. Hij was de eerste die de speeltech- niek tot hogeschoolwerk verhief, die mis leidende speelwijzen introduceerde, waarmee hij de tegenpartij soms op een taktisch zijspoor manoeuvreerde, die de „zwakke twee” alsmede de sterke klaver- Ik vind boeken lezen erg fijn, zegt Bianca Steenbrugge uit Velsen- Noord. Ik vind boeken voorlezen ook erg leuk. Dat doe ik als mijn broertje naar bed moet. Als ik hem niet voorlees wordt hij kwaad en gaat huilen. Soms pakt hij trouwens zelf een boek en gaat erin lezen. Leuk, hè. nu 30Tf8 kan volgen. 31. a5-a6 De7- a7. Meer kansen bood een desparate ko ningsaanval. 32. Dd3-e3! Da7xe3, 33. f2xe3 Met deze dameruil is ieder zwart tegenspel uitgeschakeld. 33Tb2-b8, 34. a6-a7 Tb8-a8, 35. Td5-d7 Pion a7 bindt zwart permanent, zodat wit zich rustig kan versterken. 35Kg8-h7, 36. Tal-bl Te8-g8, 37. Tbl-b7 Kh7-g6, 38. Td7- d6 Kg6-g5. Na Kh7 legt wit met h4-h5 alles vast. 39. Td6-e6 e5-e4. Niet Tae8 40. Te8: Te8: 41. Tb8 en de pion promoveert. Ree De 29-jarige Groningse schaker Gert Ligterink is kampioen van Nederland ge worden, boven de drie grootmeesters Timman, Sosonko en Donner. In het toernooi te Leeuwarden heeft hij uitstekend spel laten zien. Reeds in de eerste ronde stelde hij zijn kandidatuur door met zwart snel en overtuigend van Langeweg te winnen. Daarna versloeg hij de belangrijke concurrent Hans Ree en toen hij in de elfde ronde slagvaardig profiteerde van een fout van Timman, was de strijd practisch beslist. Hieronder twee staaltjes van kunnen. Wit: Langeweg. Zwart: Ligterink. 1. d2-d4 Pg8-f6, 2. c2-c4 g7-g6, 3. Pbl-c3 Lf8-g7, 4. e2-e4 d7-d6, 5. Lfl-e2 0-0, 6. Lcl- g5 c7-c5, 7. d4xc5 Vrijwel altijd wordt hier d4-d5 gespeeld. De tekstzet maakt het zwart niet moeilijk. Wellicht wilde Lange weg zo snel mogelijk van de theorie afwij ken tegen zijn goed voorbereide tegen stander. 7Dd8-a5, 8. Lg5-d2 Da5xc5, 9. h2-h3 Om Le3 te kunnen spelen zonder door Pg4 geplaagd te worden en om t.z.t. tot f4 te komen. Maar het gaat wel langzaam. 9Pb8-d7 Beter dan de schablonezet Pc6, vooral omdat nu Dc5 weer terug kan. 10. Pgl-f3 b7-b6. Dit was zwarts bedoeling; Lc8 wordt gefianchet- teerd. 11. 0-0 Lc8-b7, 12. Lcl-e3 Dc5-c7. Zwart staat nu volkomen bevredigend; hij heeft enige druk op pion e4. Vandaar 13. Pf3-d2 Bereidt f4 Lf3 met ruimte- overwicht voor. 13e7-e6. Een moeilij ke beslissing, om Pd5 te pareren. Immers kan pion d6 zwak worden. 14. Tal-cl a7- a6, 15. b2-b4 Ta8-c8, 16. f2-f4 Wits strategie luidt: ruimtelijk overwicht. 16. Dc7-b8, 17. Ie2-f3 b7-b5! En dit is zwarts contrastrategie: ondermijning via de flank. 18. c4xb5 a6xb5. Zie nu 19. Pb5: Tel:, 20. Del: La6 (eventueel eerst Tc8) en zwart herovert de pion bij goede stelling. 19. Ddl-e2 Pf6-h5!? Een dubieus plan dat met succes bekroond wordt. Zwart wil de zwakte van de velden g3 en f4 uitbuiten en valt Pc3 aan. 20. De2-d3 Ph5-g3, 21. Tfl-el f7-f5. Deze tweede flankstoot was Gerts bedoeling. Zijn verdwaalde paard komt er via e4 altijd uit. Wit had nu met 22. ef5: moeten voortzetten. Na 22Pf5: 23. Lf2 staat hij dan nog steeds bevredigend. Maar hij wilde te veel en zag over het hoofd, dat na zwarts 26e zet twee van zijn stukken ko men in te staan. 22. Le3-f2? De beslis sende fout. 22f5xe4, 23. Pc3xe4 Tc8xcl! 24. Telxcl Deze toren staat nu ongedekt. 24Pg3xe4, 25. Pd2xe4 ..DIAGRAM! 25d6-d5! Ontdoet zich van de zwakte d6 en ligt de Achilleshiel van wit, f4, bloot. 26. Pe4-g5? Wit volhardt in het kwaad; na 26. Pc5 had hij nog tegen- 1 spel. 26Db8xf4. Eensklaps staan Tel en Pg5 in. 27. Lf2-e3 Df4-g3! Dreigt h6+Tf3:. Daartegen baat 28. Tfl niet we- klassieke stand (gunstig door het tempo- voordeel voor wit) volgde: 356-11, 36. 44-39 13-18, 37. 4843 9- 13, 38. 40-35 11-17, 39. 34-30 25x34, 40. 39x30. Het tempoverschil bedraagt nu 4, een ideaal aantal om een klassieke stand te winnen. 4017-22, 41. 28x17 12x21, 42. 33-28 8-12, 43. 43-39 (makkelijk winst geeft ook 30-25 gevolgd door 35-30 en 25- 20, waarbij gelet moet worden op de ster ke verdedigingsschijf op 50) 12-17, 44. 39- 33 17-22, 45. 28x17 21x12, 46. 30-25 23-29,47. 35-30 24x35, 48. 33x24 19x30, 49. 25x34 18- l 3, 50. 38-33 13-18, 51. 5044 12-17, 52. 33-28 17-21, 53. 28x19 18-22, 54. 27x18 21-27, 55. 32x21 16x27. En na ruim een half uur denken gaf Wiersma remise; teleurgesteld omdat hij geen winst zag probeerde hij het niet eens meer. Toch won het volgende vrij probleem loos: 18-13, 27-31, 13-8, 31x42, 8-2 (dreigt 34- 30) 3540, 34x45, 26-31, 19-14, 4248, 2-24! Tragisch voor Wiersma. 6 FRANK TEER B 8 V 8 7 5 3 2 7 2 962 Schenken zat zuid en hoorde oost (N-Z kwetsbaar) 3 Ru openen, ook in die tijd kennelijk al gedevalueerd. Zuid en west pasten, waarop noord 3 SA bood, door Schenken gecorrigeerd tot 4 Ha. West kwam uit met Ru 10 en zuid overzag het terrein. Er was één waarschijnlijke verlie zer in ruiten en twee in troef en menige zuid zou dan ook na Ru A gewoon troef hebben gespeeld. Maar zie wat er dan gebeurt. West neemt Ha V met de heer, speelt weer ruiten en scoort vervolgens nog Ha 10 als oost een derde ruiten speelt. Dat gaat uiteraard alleen op als west alle ontbre kende troeven heeft maar Schenken hield daarmee rekening. Hij speelde Sch A H, troefde een schoppen en speelde troef uit de hand. West nam en speelde ruiten voor de boer, gevolgd door Ru H. Zuid troefde nu met de vrouw en west kon weliswaar overtroeven maar de 10 viel vervolgens onder de boer. opening speelde (Schenkens Big Club), lang voordat dat in Amerika algemeen was geaccepteerd. Schenkens naam zal voortleven. Per tes tament heeft hij een enorm fonds gesticht waaruit activiteiten kunnen worden be kostigd die de promotie van bridge ten goede komen, maar daarover een andere A H 7 5 B 9 6 4 A V 6 AH A VA H 7 6 5 3 2 63 10 8 5 N w^-o z 6 4 2 V B 10 8 V 9 5 V 6 4 2 HVB 10 853 V geen A H 10 8 7 A Noord (gever, allen kwetsbaar) opende 1 Ha, zuid 2 Sch, noord 3 Ha, zuid 4 SA (azen vragen), noord 5 Ha, zuid 7 Sch. West vond de dodelijke start: een troefje. Bij iedere andere start troeft zuid de derde ruiten, waarna de kleur vrij is. Zuid nam Sch A, ging naar de hand met KI A en incasseerde nu doodkalm alle schoppens. Noch west noch oost konden geloven dat zuid al dat hartenlekkers on bereikbaar op tafel liet liggen. Beiden hielden bij hun laatste 5 kaarten 3 hartens vast, om vervolgens knarsetandend te moeten toezien hoe zuid nog 5 ruitensla- gen produceerde. Een speelfiguur die overigens heden „Dutch squeeze” of blufdwang heet. T sCHIPPERHEIJN 10 6 4 wXo geen •'♦HB9854 z V 10 7 3 We hebben, zoals jullie merken, veel brieven en opmerkingen gekregen over lezen. Volgende week zullen we daar wat de strips betreft nog wel even op terugkomen. Als je er trouwens nog wat over zeggen wil: dat kan natuurlijk altijd. Trouwens: het zou erg leuk zijn als er kinderen zijn die graag eigenbedachte stripjes maken en die aan ons opsturen. Dus dat wordt tekenen geblazen. Bedtijd is ook een onderwerp dat velen bezighoudt. Daar zullen we het ook nog een over hebben. Een paar reacties zie je al in Spuigat staan. Schrijf ons ook eens over vriendjes en vriendinnen. Bepraten jullie alles met elkaar? Helpen jullie elkaar? Heb je veel vriendjes en vriendinnen? Waarom heb je ze eigenlijk? ent ie

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1979 | | pagina 37