John Donohue, reiziger in adviezen
IT
l
A
BISSCHOPPEN ALLEEN ZIJN TE WEINIG KERK
unicef
1
ii
'C
<1
IN DIENST VAN HET KIND IN DE SLOPPEN
dr. Wim L. Boelens SJ
Gevaarlijke beperking
Lekengelovigen
Eenzijdige oriëntatie
door Hans Rombouts
F „v
:een i
iedei
schri
van i
schri
dit t
bezit
r
J
Ook Marga Klompe
Rome
moet naar
c
door
MARGA KLOMPE
I
MGR. GIJSEN
U
Met de bisschopswijding wordt
de eerste de beste kapelaan niet
zomaar plotseling de juiste verte
genwoordiger van de gemeente. Het
is eerder een opdracht, waarbij
Daar komt nog iets bij, dat ten
diepste met geloofsbeleving en the
ologie heeft te maken. Wie bis
schoppen kent en hun mening heeft
gehoord, kent niet de kerk, ook niet
de Nederlandse kerk, al zijn Gijsen
en Simonis een andere mening toe
gedaan. Zij zijn van mening dat „de
Kerk is, waar de bisschop is”. Ge
zien de kerkgeschiedenis met ook
wel slechte bisschoppen, is deze
simplistische vereenzelviging van
Kerk, Godsspraak en bisschop in de
feitelijke bisschoppen, een verkeer
de uitleg van wat de oude bisschop
Ignatius van Antiochië (bisschop
van 70 tot 107) schreef aan de Smyr-
naërs: „Waar de bisschop zich ver
toont, moet ook het volk zijn”.
Hulp aan derde-wereldlanden moet bepaald
geen hautaine vorm van weldoenerij zijn. Ook
geen eenzijdig inpompen van geld en materiaal.
Er is genoeg inbreng ook vanuit die landen, die
voor ons erg nuttig kan zijn. Al zou het alleen
maar al het besef zijn, dat welvaart beslist niet
alleenzaligmakend is, of dat onze westerse be-
Er is een aparte vakkundigheid
vereist voor vredeswerk en ontwik
kelingssamenwerking, voor bijde
tijdse liturgie, voor gemeenteop
bouw en het omgaan met groepen,
voor confessionele politiek in een
veelvormige samenleving met vele
„andersdenkenden”, voor de opzet
van theologische opleidingen, voor
kennis van en aangepaste benade
ring van de jongerenwereld, voor
een modern-bijbelse verkondiging
en catechese waarbij aansluiting bij
de werkelijke levensvragen wordt
gevonden.
de krachten ter beschikking heeft. Van dat soort
overwegingen en constateringen hangt af, wat je
gaat adviseren. Vaak zal dat een inleidend studie
programma zijn: je adviseert bij het plannen van
een project; er wordt een trainingscursus opgezet
van specialisten, die hun kennis weer moeten
overdragen; er wordt geholpen bij de bestudering
van projecten en de uitwerking daarvan, zoals
bijv, om maar een punt te noemen de transport
mogelijkheden”.
Donohue heeft zich speciaal toegelegd op het
adviseren van technische projecten in de grote
steden van de derde wereld, van de sloppenbuur
ten, de slums. Dat komt neer op het verbeteren
van hygiënische en sanitaire voorzieningen; het
organiseren van zogeheten kleine stadsontwikke
lingsprojecten; het bouwen van betaalbare wonin
gen; het opzetten van gezondheidscentra; het pro
jecteren van scholen; het stimuleren van de zelf
werkzaamheid. Zo wordt door Unicef studiemate
riaal verschaft: kisten met leermiddelen. Er wordt
steun verleend aan het stichten en instandhouden
van leerclubs, waar kinderen „schoolrijp” kunnen
worden gemaakt. Er wordt advies en steun uitge
bracht voor opvangcentra van kinderen, zodat de
vader en moeder kunnen gaan werken om het
geld voor hun gezin te verdienen.
In grote steden ligt de problematiek natuurlijk
weer heel anders dan op het platteland, in de
slums van provinciesteden. Om wat cijfers te
geven: 60 percent van de bevolking in de Zuida-
merikaanse ontwikkelingslanden leeft in de ste
den. In Zuidoost-Azië is dat 23 percent, in India 20
percent. Maar aangezien de bevolking van India
zo’n 600 miljoen zielen telt betekent dat dat onge
veer 120 miljoen Indiërs hun heil trachten te
zoeken in steden. Dat is meer dan de totale bevol
king van Brazilië (waar 60 percent zich concen
treert in de steden). Zo is alles zeer relatief.
Unicef werkt altijd in overleg met de officiële
instanties van het land om o.a. politieke moeilijk
heden te voorkomen. Donohue: „Het ene land
verschilt wel van het andere in zijn standpunt ten
aanzien van hulpverlening. Sommige landen doen
het liever in stilte om de nationale trots niet te
kwetsen. Maar een land als Bangladesj is ons erg
Het gereis van de bisschoppen
naar Rome blijft een onbevredigen
de en zelfs beschamende zaak, ook
als hun informatie door de belich
ting van deskundigen voor de ver
schillende sectoren van christelijke
inzet wordt aangevuld. Aan de paus
schijnen namelijk een aantal vak
kundige rapporten ter hand te zijn
gesteld, zodat hij zich goed op de
hoogte waant. Het onbevredigende
van de situatie is vooral in de ge
heimhouding gelegen. Er wordt
óver het volk zónder het volk be
raadslaagd.
Als Gijsen en Simonis zich voor
een straffer en enger beleid tegeno
ver de andere bisschoppen beroe
pen op hun geloofsverplichting „in
de lijn van de wereldkerk, die door
de Heilige Stoel wordt aangegeven”
(Gijsen), raken we niet de kern van
de zaak. De enge houding van Gij
sen en Simonis is eerder een kwes
tie van karakter dan van geloof. Zij
zijn kennelijk niet in staat om moe
dig en onbevangen te spreken met
kritische mensen van cultureel en
intellectueel niveau, waaronder ik
ook jongeren en vakbondslieden
reken.
Met brochures en brieven op af
stand voert men geen dialoog. Een
boek over abortus, dat niet in op
dracht, maar slechts in overleg met
de nationale Raad van Kerken -
waar hun collega's Willebrands en
Ernst zitting in hebben - uitgegeven
werd, doet Gijsen zijn bijdrage voor
die Raad inhouden en Simonis offi
cieel afstand nemen. Gijsen klaagt
Zowel hun benoeming als hun
ambtsuitoefening is in feite een af
wijzing van de gangbare Neder
landse pastoraal, en wel op alle on
derdelen: catechese, kloosterleven,
theologische opleiding, inschake
ling van pastorale werkers en werk
sters, creatieve Nederlandse litur
gie rond de Vaticaanse richtlijnen,
inspraak van basispastores en le
ken bij het beleid in het bisdom.
Niet de hoop op de kracht van het
nieuwe, noch het vertrouwen in de
nieuwbouwers zijn hun leidend pas
toraal principe, doch de angst voor
overdrijvingen bij het vaak vak
kundig experimenteren en een mi
nimale achting voor de inzichten
van het kerkvolk, dat geen inspraak
waard is. Het heet dan, dat men de
eigen verantwoordelijkheid van de
bisschoppen niet intact laat.
Het is kenmerkend, dat enkele
dominees aan bisschop Simonis, die
misprijzend over de kunde van ge
nen, het eigen kader zo goed mogelijk inpast in de
samen met ons opgezette projecten”.
Om efficiënt te kunnen werken bij de opleiding
of instructie worden er door Unicef regionale,
maar ook nationale of internationale trainings- of
studiebijeenkomsten gehouden, zoals in Bangkok
voor Zuidoost-Azië. Donohue: „We willen de men
sen zo snel mogelijk zelf de leiding en uitwerking
van projecten geven. Onze hulp is geen doel. Maar
we proberen wel zoveel mogelijk hulp te geven.
We pakken alle mogelijkheden aan. Zo ga ik de
mondiale jaarlijkse vergadering van burgemees
ters in Italië bijwonen. Veel praten met die man
nen. Informeren waar de knelpunten van hun
steden liggen en kijken wat daar aan te doen valt”.
John Donohue heeft bij wijze van spreken zijn
koffertje steeds gepakt staan. Een reiziger in
adviezen van Unicef.
delegeerden bij het Landelijk Pas
toraal Overleg sprak, hun respect
over de Runde en geëngageerde in
breng van deze lieden lieten weten.
Kenmerkend is ook, dat Simonis
bedenkingen bij de samenstelling
van de Utrechtse delegatie op het
Landelijk Pastoraal Overleg plaat
ste, omdat deze delegatie zo een
stemmig progressief stemde, in af
wijking van zijn Rotterdamse af
vaardiging. Het Nederlandse kerk
volk moet kennelijk dom en polari
serend divers zijn.
Wie van het maatschappelijk en
kerkelijk organisatieleven op de
hoogte is, vindt het een vanzelfspre
kende zaak dat de afvaardiging
steeds op kwalitatieve grond van
bekwaamheid plaatsvindt. Het is
niet democratisch dat Jan-en-alle-
man wordt gekozen, maar dat de
gekozenen kennis van de achterban
hebben en daarmee rekening hou
den. Hier dient tegen bisschop Si
monis zijn eigen getuigenis te wor
den aangevoerd, dat zeker in de
Kerk niet het meeste-stemmen-gel-
den voor de waarheids- en waarde
bepaling de doorslag geeft.
Wie dit alles overweegt, zal beslui
ten, dat er opnieuw een bisschop-
penkeuze gemaakt zal moeten wor
den: niet slechts .voor het welzijn
van bisschoppen die de spanningen
volgens eigen zeggen zo langzamer
hand zat zijn, maar ook voor het
welzijn van het kerkvolk. En daar
gaat het tenslotte om.
schaving bepaald niet het grote ideaal is voor
iedereen.
Een van de medewerkers aan het sloppenpro
gramma van Unicef is de Amerikaan John Dono
hue. Hij was kortgeleden in ons land om te praten
met vertegenwoordigers van het ministerie van
Buitenlandse Zaken in Den Haag over de samen
werking in Unicef-verband. Donohue, 37 jaar,
staflid van Unicef in New York, is technisch
adviseur. Hij duikt overal op, waar men om goede
raad verlegen zit. Dat gebeurt dan wél volgens
het uitgangspunt van Unicef op basis van
gelijkwaardigheid. Dat betekent, dat men hulp
programma’s zoveel mogelijk inpast in al bestaan
de nationale, inheemse situaties. Het heeft geen
zin om dure technische installaties aan te bevelen
in landen, waar men geen technici heeft om die
installaties te bedienen of in bedrijf te houden.
Daarom is het belangrijk, dat de mensen van
Unicef, die te hulp worden geroepen, eerst zelf
aan het bestuderen gaan van de mogelijkheden en
onmogelijkheden in het betreffende land. Dono
hue: „Je moet leren wat ze op bepaalde gebieden
al regionaal doen. Of men geschikte, goed opgelei-
Inzake abortus gaat Simonis met
een onbekende pater Koopmans en
met de evolutie-vreemde EO in zee,
terwijl je een overleg met moraal
theologen als professor Beemer en
Sporken zou verwachten, die genu
anceerd denken en schrijven. Simo
nis en Gijsen veroordelen het Werk
boek voor catechese van het Hoger
Katechetisch Instituut zonder mon
deling overleg met de stafleden.
o o
Maar na een bezoek van een half
uur kan paus Jan-Paul wel een glo
bale indruk van de zeven bisschop
pen als persoonlijkheden hebben
gekregen, maar niet van de Neder
landse maatschappij, niet van de
culturele en intellectuele instelling
van de Nederlandse bevolking,
waar de zielzorg op ingesteld moet
zijn. Nederlanders zijn geen Polen
en geen Romeinen. Al die bezoeken
van een half uur waren dus volko
men onvoldoende om als basis te
dienen ter beoordeling van het pas
torale conflict tussen bisschoppen.
reis. Juist op de velden van missie-
zending (ingesloten vredes- en ont
wikkelingswerk), liturgie en cate
chese vertoont de Nederlandse
kerkprovincie haar sterkste resul
taten.
Je kunt bij een dergelijk conflict
tussen bisschoppen wel beginnen
met ze allemaal uit te nodigen voor
een gesprek. Het is goed dat de paus
ieder van de zeven heeft gezien en
een indruk van hun persoon krijgt.
Je moet je daar ook weer niet te veel
van voorstellen, want het was een
ontstellend gebrek aan mensenken
nis, toen paus Paulus kardinaal Al-
frink lager durfde te waarderen
dan Gijsen en Simonis. In feite kwa
men deze bisschopsbenoemingen
daarop neer.
Na het opzienbarend interview van bisschop Gijsen in Elseviers
Magazine van 20 januari jl., waarin de grote meerderheid rooms
katholieken met de officiële kerkelijke leiding van afwijking van het
rechte geloof en kwalijke manipulaties werden beschuldigd, gingen
alle bisschoppen afzonderlijk naar Rome. Paus Jan-Paul wilde zich
alzijdig laten voorlichten door alle betrokken persoonlijkheden. Afslui
tend ontving hij nog eens kardinaal Willebrands, die bij thuiskomst
meedeelde dat de paus nog niet in het conflict van de bisschoppen in
wilde grijpen, terwijl Gijsen meende te weten: „De paus moet wel
ingrijpen”. De bisschoppen moeten daarentegen zelf een voorstel
indienen, hoe zij uit de impasse denken te geraken. Bij deze hele
gang van zaken passen een paar kritische opmerkingen.
dankbaar. Daar zie je ook grote vooruitgang in
Dacca. De mensen zijn er leergierig en willen zo
snel mogelijk op eigen benen staan. Er is een
uitstekende verhouding tussen overheid, Unicef
en particuliere hulporganisaties. Er wordt met
name veel gedaan op het terrein van de sociale
gezondheidszorg. De moeilijkheidsgraad bij het
verlenen van advies, van steun is natuurlijk ook
afhankelijk van het peil, waarop bijv, het techpi-
sche kader zich bevindt. In Zuid-Amerika ligt het
bij het ontwikkelen van projecten vaak wat ge
makkelijker, omdat er wat meer professionele
specialisten aanwezig zijn. Door het hogere tech
nische niveau is het daar wat minder moeilijk om
iets op te zetten dan bijv, in Azië. Belangrijk blijft
in ieder geval wel steeds, dat je de eigen hulpbron-
ri- Een groot percentage van de Zambiaanse bevolking
bestaat uit kinderen beneden de 15 jaar, waarvan de
meeste in sloppenwijken leven.
Het is derhalve onvoldoende, als
de paus de inzichten en de per-
soonswaarde van verschillende bis
schoppen tegen elkaar afweegt. Het
is gevaarlijk, als hij zich daartoe
beperkt. De bisschoppen zijn name
lijk partij en je zult mensen van
buiten deze partij om advies moe
ten vragen. Daar komt nog iets bij.
De maatschappij en de kerkelijke
samenleving zijn zo ingewikkeld ge
worden, dat één enkele bisschop
noch zeven bisschoppen samen, alle
velden van kerkelijk gelovig inspe
len op die maatschappij en die sa
menleving kan beheersen.
twee theologieprofessoren van de
Heerlense Hogeschool te Rome aan
en beschuldigt het Utrechtse bu
reau ter begeleiding van priesters in
moeilijkheden zonder met de be
treffende personen een enkel
woord gewisseld te hebben. Slechts
geschriften - en dan nog soms on
volledige, zoals in het Heerlense ge
val - vormen de grond voor afwij
zing.
Deze gang van zaken op bis-
schopsniveau steekt scherp af tegen
het overleg van bisschop, priesters
en leken in een Diocesane Pastorale
Raad - tekenend dat deze in Lim
burg door Gijsen nog steeds wordt
tegengehouden - of Dekenale Raad
of Parochieraad. Hier maken pasto
res en lekengelovigen samen de
dienst in de kerk en aan de wereld
uit. Er zou een nationaal overleg in
de vorm van het Landelijk Pasto
raal Overleg plaats moeten vinden,
waarvan verslag in Rome uitge
bracht kan worden.
Er kan in Nederland geen bis
schop meer met goed fatsoen ster
ven of aftreden, omdat hij een op
volging in de lijn van Gijsen en
Simonis moet vrezen. Na het met
voeten treden van zinnige inspraak
procedures in Rotterdam en Roer
mond moeten bisdomleiding en
kerkvolk maar afwachten met wat
voor een bisschop ze worden be
dacht. De enige vrijheid is dan nog,
dat je er zo goed mogelijk mee klaar
komt, desnoods met ondergronds
verzet.
Gods steun en genade wordt be
loofd. Waarbij je echter contact met
de gemeente, vakkundige collega’s
en theologen moet onderhouden.
Dat is geen nieuwe theologie van
modernisten, doch een oudkerke
lijk geloofsbesef, dat in de protes
tantse kerken met hun synodale
structuren terecht als voorbeeld
voor de rooms-katholieke kerk-
vprm is verdedigd.
JE mag dan iets hebben tegen van boven
af georganiseerde activiteiten zoals het
„Jaar van het kind” alsof het kind niet
steeds volop in de belangstelling zou moeten
staan, roept men dan ze kunnen toch wel
van nut zijn. In dit geval, de speciale aan
dacht voor het kind, kan er niet genoeg voor
de jongste jeugd gedaan worden in de derde
(maar vaak ook eerste) wereld. Unicef, die
het „Jaar van het kind” heeft uitgeroepen, is
één van de vele instanties en organisaties,
die zich bezig houden met de bewustmaking
van de verantwoordelijkheid voor andere
mensenkinderen aan de ene kant en de
rechtstreekse hulp van die kinderen in de
derde wereld aan de andere kant. Er worden
ook in Nederland allerlei acties op touw
gezet zoals o.a. een nationale loop op
zaterdag 19 mei, die geld op moet brengen
voor sloppenkinderen in Peru, Thailand en
Zambia maar gelukkig wordt er ook
aandacht besteed aan de kern van de zaak:
voorlichting aan de kinderen van hier over
hun maatjes in de wereld daar. Zo heeft
Unicef Nederland het sloppenprobleem ge
kozen als thema voor zijn acties in dit jaar.
Er is bijv, informatiemateriaal beschikbaar
over sloppenkinderen in drie steden: Lima
(Peru), Lusaka (Zambia) en Bangkok (Thai
land). Zelf kan men gaan uitmaken, hoe men
van hieruit iets kan doen aan de nood in die
onderontwikkelde landen.
Dit gebrek aan begrip en invoe
lingsvermogen voor wat er werke
lijk aan nieuws groeit, is bij Gijsen
en Simonis geen verworvenheid
van de laatste tijd. Reeds vóór hun
bisschopsbenoeming kenmerkten
zij zich door een eenzijdige oriënta
tie op conservatieve groeperingen,
met afwijzing van de officiële lei
ding van hun bisdom. Het werd de
grond voor hun bisschopsbenoe
ming.
schoppen, aan dit college de op
dracht gegeven lijnen uit te stippe
len waarlangs het overleg met hem
voortgezet kan worden inzake een
„gemeenschappelijk inzicht over
het beleid in de Nederlandse kerk
provincie”. Dat worden spannende
en inspannende weken, omdat nog
eens moet worden geprobeerd wat
zeven jaar niet lukte in de huidige
samenstelling van bisschoppen.
Weinigen in Nederland zullen de
hoop of het vertrouwen hebben dat
de bisschoppen zich naar elkaar toe
kunnen praten met een vroom be
roep op de naastenliefde of goede
wil van ieder der partijen.
Volgens het communiqué van
kardinaal Willebrands heeft de
paus, na het bezoek van de bis-
Me
'het h
F mant
,’konir
geen
zzegg
:op zi
F na, 2
,'zalve
Z konir
Of
■.gesc
‘boek
het ji
d(
.«(orar
F er (ti
:"er o|
Het is begrijpelijk en aanvaard
baar, dat er in eerste fase een beslo
ten overleg tussen paus en bis
schoppen plaatsvindt. In de be-
leidssfeer kan men niet direct alles
in de openbaarheid brengen. Zeker
kan dit niet altijd, waar er persoon
lijke zaken ter tafel komen, zoals
thans bij de bisschoppen het geval
is. Na dit vooroverleg zal men in de
openbaarheid moeten treden en
dan niet slechts met een slotcom
muniqué omtrent afgedane zaken.
Wie geestelijk sterk staat en met
goede (en dus voor het totale Gods
volk aanvaardbare) argumenten
komt, zal deze confrontatie niet vre
zen. Slechts wie met niet overtui
gende argumenten verschijnt,
neemt zijn toevlucht tot geheime
diplomatie en autoritaire machts
middelen, waarbij men zichzelf niet
in de waagschaal stelt en zich op
een ondoorgrondelijke God be
roept, alsof de gewone gelovigen en
priesters daartoe geen moed of ge
loofszin hebben.
Bij de experimenten aan de basis
zijn er missers en soms overdrijvin
gen, die door Gijsen en Simonis als
een algemene nationale wildgroei
worden afgeschilderd in het koor
van een onproduktieve conservatie
ve minderheid. De bisschoppen
Bluyssen en Ernst noemden dit een
„anders inschatten” van de pastora
le werkelijkheid in Nederland. Dat
is zachtjes uitgedrukt, om niet van
hogerhand te polariseren en om het
gelovige volk niet nog erger de ver
nieling in te jagen. Hier dient de
paus dus de „andere partij” van
vernieuwende krachten te horen, al
spreken zij een taal die in de conser-
vatief-bewarende Vaticaanse krin
gen moeilijker wordt verstaan dan
de ogenschijnlijk traditiegetrouwe
formuleringen van Gijsen en
Simonis.
oecumenisch adviseur bisdom
Groningen
Een bisschop wordt derhalve niet
slechts op zichzelf beoordeeld,
maar ook op zijn keuze van een staf
van vakbekwamen. Tevens op de
weerklank die hij bij de gelovigen
in eigen en andere kerken oproept.
Bij zijn beoordeling van de bis
schoppelijke kunde zal de paus der
halve ook de Nederlandse kranten
moeten naslaan: hoe komen de bis
schoppen er daar vanaf. De publici- I
teitsmedia vertolken zeker voor een
groot percentage de stemming on
der het volk, ook onder het geloofs-
volk.
ït- De inwijding van mgr. Simonis tot
Bisschop van Rotterdam in 1971
Dal
derti;
loofd
ches
van i
verni
de sc
rond
Toe
kond
dicht
- man
Same
land,
■Julia
- ken!
goedl
stond
niet
Heer
ken j
Nie
bleer
kind
Geen
liede
lied
„Er
wijd
volle
Wij
ons 1
'éenie
hier.
Holle
Bove
Tei
Julia
geme
van
Wil 1
Dat
’n O>
Ik w
Maa'
Dat
De b
Dat
Geei
.Dat
Maa
V001
U m
Dat
Opa
Er ii
En r
'.En t
Ten
Kan
'.En i
Buu
En c
Oma
’k H
Dat
’t Is
Dan
!Vooi
Voo'
Maa
Dan
Waa
■M’n
M’n
Aan
■U is
'U h,
•Och
Aan
•Die
,’n S
’’fc V
,Ik u
Zo a
',Die
Niel
‘.Ziel
,Maa
Och
,Als
Moe
Wan
,Gee
‘.Da a
'En
\Laa
Wac
4 -Als
b
'"En
■Laa
Dat
Als
Na de bisschoppen zullen er
rooms-katholieke ministers en
staatssecretarissen naar Rome
moeten. Een dr. Marga Klompé
moet erheen als voorzitter van de
pauselijke commissie voor vrede en
ontwikkelingssamenwerking, om
dat de Nederlandse visie hierom
trent alles heeft te maken met de
moderne kijk op missie en zending,
waarbij men het niet alleen bij (vro
me) woorden van verkondiging wil
laten. Ook moeten topfunctionaris
sen van nationale instituten en or
ganen, zoals het Hoger Kateche
tisch Instituut van Nijmegen en van
de Nationale Raad voor Liturgie, op
.FIR
o
.1
i
1
'i
i
i
I
I'
l
'1
I,
r
J
■1
■:i
i
i
1
3