De spreeuw
BA
75 jaar
scheveningen
radio
^APPARATUUR BIJNA MET TOUWTJES AAN ELKAAR
ANIMALLITEITEN
RHI.
■Mi’
door Jan van Baarsel
Verbod Marconi
Eigen kuststation
Permanente installatie
Uit isolement
->
Marconi had zich jarenlang geërgerd aan het klompenvolkje van
Nederland. Aanvankelijk had hij alleen maar de schouders opgehaald
toen zijn aanbod werd genegeerd om ook Nederland bij de draadloze
telegrafie te betrekken geheel op zijn kosten maar wel met het
alleenrecht om de exploitatie op zich te nemen. Al gauw bleek
Nederland een sta in de weg te worden bij Marconi’s streven naar een
wereldmonopolie, waarbij hij Engeland en Italië al had veroverd en
druk bezig was ook Amerika aan zijn onderneming te binden. Het was
in die tijd dat Marconi niet langer met een schouderophalen volstond.
Marconi ergerde zich aan
:oord
■K
Nederlands kuststation
Marconi met zijn „zwarte doos-apparatuur" (1896)
1-
eindn
Hij had nog een sterke troef in
Pionier H. J. Nierstrasz.
5o:
l
ill il
.te
J<
moest vervallei
I
I
j om
k de
beurd
racht,
maat-
- pro-
maat-
gram-
enige
plaat
zeker
ook met,
weer die]
bestaan”!
zich uitei
teem
lichts^__
clusié'Wf
kon hejflE
Marconf*
was bffla
te sticliti
voor gje
Eng
i-teen particu-
efcjwachtte bo-
Bóort van een
f was in janu-
as laat, verge-
ipese naties
meenschappe-
ministers van
m Nijverheid
ommissie had
jkheid te be-
ïgrafische ge-
ie.t, lichtschip
LwP de vaste
irPden Rotter-
^oodanig dat
ve onderhandelingen werden geo
pend bleek hij echter een slag om de
arm te hebben gehouden; hij wilde
bovendien een jaarlijkse uitkering.
Nederland was zo verbolgen dat het
direct afhaakte.
Van grote drukte was de eerste
tijd bij Scheveningen Haven geen
sprake. Er gingen uren voorbij zon
der dat er een morseteken hoorbaar
was. Dat werd mede veroorzaakt
door het verbod van Marconi om
zijn installaties te gebruiken voor
contact met degenen die niet tot zijn
klantenkring behoorden. Het eerste
Nederlandse schip met „Marconi”
aan boord was de Noordam van de
Holland Amerikalijn (sinds 30 juli
1904). Scheveningen Haven riep de
Noordam tevergeefs aan. Het wei
gerde te reageren ook als het
vlakbij het Nederlandse station was
beantwoordde het uitsluitend de
oproepen van het Engelse kuststati
on North-Foreland. Wel kreeg Sche
veningen Haven contact met de niet
aan Marconi gebonden Cap Blanco
en de Cap Ortegal van de Hamburg-
Südamerika Linie. Bovendien nu
en dan met Nederlandse marine
schepen.
De verbodsbepaling van Marconi
na een van 3 okto-
'ROS-
dat ik
ter ga
litros,
an in
e nog
iofd is
Le van
t mag
iweest
gaan
•n wat
ik om
je te
r kan.
De commissie besloot proeven te
gaan nemen met een installatie van
de in Parijs gevestigde firma E.
Ducretet. Deze werkte samen met
de Russische professor Popoff aan
wie de antenne is te danken (hij
maakte als eerste een „vangdraad”
voor een toestel waarmee de atmos
ferische elektriciteit werd geme
ten). In haar eindrapport stelde de
commissie onomwonden vast dat
Nederland geheel zelfstandig met
de radiotelegrafie kon gaan begin
nen. De regering gaf de rijkstele
graaf opdracht de vestiging van een
kuststation verder voor te bereiden.
green-
c over
HOS-
maat-
mond
k heel
twee
gram-
□rdeel
is, dat
el een
terug-
aatste
•machtig
i blijven
bteerden
Ihet sys-
sitea het
■^con-
lerland
ie van
sliaan
Ar het
sieren
-Hqerd
;ie-
lan de
praak
iteiten
goede
En
rhtlijn
je aan
1 eens
kan?
n heel
n. Het
amhe-
ikheb
zaken
eh.
i keer
Maar
geval
en dat
oof ik
im dat
Je kan de reacties voorspellen. Moe de pest in,
omdat ze denkt dat de mot in haar dekens zit met
al die kale plekken. Pa of zoonlief de dood in,
omdat hij ineens een ordinaire spreeuw in zijn
spechtenkast ziet duiken. „Ik donder die spreeuw
eruit, brutaal kreng. Hij weet toch dat het een
spechtenkast is. Weg met dat beest. Hij schijt de
boel nog onder ook. Die mooie groene kast slaat
helemaal wit uit.”
Ik moet dan altijd aan de spotvogel denken. Die
fluit andere vogels uit. Nou, dat kunnen wij
spreeuwen ook en nog veel beter. Wat wil je
horen: een merel? Een vink? Een spotvogel mis
schien? Of de roffel van een specht? Vanuit de
kast hoor ik mijn wijffie fluiten. Want die man
jaagt ons niet weg. Er is iltijd wel een PPR-
baasje in de buurt die roept: dat kan je niet doen,
arme vogels verjagen. Zijn buurman lacht zich
ziek, maar da, duurt niet lang, want ik zie al een
familielid van me naar zijn uilenkast loeren.
Zo beroerd ben ik trouwens toch ook niet. Ik zie
er niet slecht uit.'Vooral in het voorjaar. Lekker
in de veren. Mooie kleurtjes, die als een soort
olievlek over me heen gespreid liggen. Als ik in
Toen was al gebleken dat de „tele
grafie zonder draden” een uniek
middel was om in noodsituaties
hulp te vragen. Het lichtschip East-
Goodwin aan de Engelse zuidoost
kust was in december 1898 van een
Marconi-installatie voorzien. Op 3
maart 1899 werd het aangevaren
door het stoomschip R.F. Matthews.
ne aan te sluiten, konden worden
gebruikt om tekens over te seinen.
In de maand mei van het jaar 1897
maakte hij op deze manier contact
van de Engelse kust (Lavernock)
met het eiland Flatholm. Marconi
legde er van het begin af de nadruk
op dat zijn uitvinding vooral voor
de scheepvaart belangrijk zou blij
ken; voor het eerst in de geschiede
nis der mensheid zou de scheep
vaart uit haar isolement worden
verlost. De „vader van de radio”
kon een jaar later al een afstand
van tien mijl overbruggen. In no
vember 1899 werd dat zesenzestig
mijl: een bericht van het eiland
Wight naar het Amerikaanse
stoomschip St. Paul. Twee jaar la
ter kon hij een afstand van twee
honderd mijl noteren.
Er is één ding, waar ik me nooit zorgen over
hoef te maken: huisvesting. Er zijn vogels, die
gebonden zijn aan merkwaardige tradities. Die
r moeten per se een nestelruimte hebben van een
bepaalde afmeting. Die moeten zo nodig altijd
een keurig rond gat hebben, waardoor ze in hun
nest komen. Nu vind ik dat prima hoor, want ik
doe er als spreeuw mijn voordeel mee. Ik weet
namelijk hoe snobistisch mensen zijn. Ze kunnen
moeilijk tegen hun gasten zeggen, dat ze een mus
1 onder hun dak hebben zitten of een spreeuw
onder de kapotte goot. Zelfs een merelnest geeft
al weinig cachet meer aan hun bestaan. Nee, een
winterkoninkje of een specht is het minste waar
ze de concurrentie mee om de oren kunnen slaan.
Wat gebeurt er dus? Ze grijpen naar de doe-het-
zelf-boekjes voor nestkastjes. Ze pakken hamer
en zaag. Het is elk jaar hetzelfde, want de ene
buur doet de ander na. Zo kan ik rustig gaan
zitten wachten als ik driftige timmergeluiden uit
de schuur hoor komen. Ik kan fluitend met mijn
vriendin op de waslijn blijven balanceren. Want
er wordt aan m ij n onderkomen gewerkt.
Als het timmeren verstomd is, duikt de trotse
huisvader of ijdele zoon op. Met een spechten
kast. Die wordt aan een boom of muur vastge
klonken. Vanachter de ramen kijkt de familie
dan verwachtingsvol naar het kastje. Nu de
specht nog. Nou, die is ook niet gek. Die weet wel
betere en rustiger plekjes, betere holle bomen.
Niemand let nog op ons. Wij verlaten stil, maar
doelbewust de waslijn. Die kan hoogstens nog
voor de aanvliegroute gebruikt worden. Wij gaan
richting spechtenkast.
beheer zou berusten bij Lloyds of
de Marconi-maatschappij.
Nederland voelde) niets voor een
monopolieposttj]
liere ondernerr
vendien op he®
eigen commiss!
ari 1899 ons
leken bij andere
ingesteld bij ee
lijk besluit van
Waterstaat, Haa
en van Marine.]
als opdracht „8
studeren van el
meenschap tus.
Maas en enigrjj
wal bij den ingf
damschen Ware
o dat
alige
□veel
eder-
i kun
ir co- -v
■nati-
ising
van
Ihan-
zloeit
evoe"
ercie.
imer-
Htge-
cwes-
erop:
moet
Wat
eigen
beert
ht te
neer
geva-
ggen:
/aren
’e zee
leensci
een zonnestraal zit, ben ik op mijn mooist. Ik heb
een prima falsetje ook tot mijn beschikking voor
wat lastige toonladders. Mijn vrouwtje boft trou
wens met die spechtenkast. Nu hoeft ze minder
spikkels op haar bast te dragen. Schutskleuren
voor op het nest zijn immers overbodig. Ze zit
hoog en droog in de kast. Alleen een beetje
donker daarbinnen. Maar je kan niet alles heb
ben. We vinden elkaar wel op de tast. En onze
jeugd heeft dan ergens naar uit te kijken: naar
dat lichtrondje in de hoogte en wat daar allemaal
achter zit.
Ik voel me lekker. Wel af en toe wat ongedierte
op mijn lijf. Maar daar weet ik wel raad op. Daar
heb ik mijn knechten voor. Ik zoek een mieren
nest op. Rek me uit; spreid mijn vleugels en ga
liggen. Dan komen de mieren aangemarcheerd.
En als ze niet vlug genoeg komen, pik ik ze op en
zet ze op mijn rug tussen mijn veren. Ze spuiten
daarna als ik ze een beetje kwaad gemaakt heb
hun zuur op mijn veren. Gevolg: het ongedierte
vlucht in paniek weg. Ik schud de mieren van
mijn lichaam en zoek een gemakkelijk zittende
tak uit. Ik ben weer het heertje.
Het gedonder begint eigenlijk pas, als de eieren
uitkomen. Die kleine spreeuwen lusten wel pap
van die wurmen. Je vliegt je de zenuwen. Daar
krijg je stress van. Onenigheid. Zo van: jij brengt
minder op tafel dan ik. Of: jij eet de lekkerste
spinnen zelf op. En die kleine krengen binnen in
die kast maar blèren. Op zo’n moment denk je wel
even: had ik toch maar een open nest gehad. Dan
stootte ik minder mijn kop.
En hoor ik die man, die die spechtenkast maak
te, niet gemeen lachen?
ber tot 3 november 1906 in Berlijn
gehouden internationale conferen
tie. Deze bepaalde dat er voortaan
een vrij en onbelemmerd onderling
verkeer zou zijn tussen de kust- en
scheepsstations, ongeacht het ge
bruikte systeem. In deze conferen
tie werd nog een ander zeer belang
rijk besluit genomen: het signaal
SOS werd reglementair als nood
sein vastgesteld met als datum van
inwerkingtreding van het besluit 1
juli 1908.
Intussen had de technische won
derdokter van Scheveningen Ha
ven, Nierstrasz, zoveel verbeterin
gen in de Telefunken-installatie
aangebracht dat deze van a tot z een
constructie van eigen vinding was
geworden. Tijd om alles keurig af te
werken had hij niet. Hij gebruikte
zijn uren liever voor nieuwe experi
menten die wederom een succes
zouden blijken. Een der medewer
kers van het eerste uur: „De instal
latie verkeerde in een bijna perma
nente embryonale toestand. Ze hing
soms als het ware met touwtjes aan
elkaar. Toch voldeed ze uitstekend
en werd ze toonaangevend voor alle
kuststations”.
Deze dienst had zich al bezig ge
houden met proeven inzake de reik
wijdte over land, tussen de centra
le herstellingsplaats en het tele
graafkantoor in Den Haag, vervol
gens van het Binnenhof naar het
rijkstelegraafkantoor in Rotter
dam. Bij de laatste proefneming
kwam een man naar voren die on
schatbare diensten zou gaan bewij
zen, de opzichter der telegrafie H. J.
Nierstrasz. Hij werd belast met de
technische leiding van het kuststati
on dat huisvesting kreeg in een hou
ten aannemerskeet die na het graaf
werk voor de vissershaven van
Scheveningen was blijven staan,
ten zuiden van de vuurtoren. Op 19
december 1904 werd Scheveningen
Haven het vinden van een naam
had gezien de plaats van het station
geen moeite gekost - in gebruik
gesteld. Nederland had als een van
de eerste landen in Europa een
„rijkskuststation voor het openbaar
radioverkeer met schepen op zee”.
Toch was er van enig officieel ver
toon, laat staan van een feestelijke
omlijsting, bij de opening geen
sprake. Men hield het in die tijd in
Nederland liever heel sobertjes.
We moeten nu even aan de slag voor de ligging,
de matras zogezegd. Geen nood. Wat dooie gras
sprieten zijn er altijd wel. En kijk, mevrouw
heeft de deken te luchten gehangen. Dat krijg je
ook altijd in het voorjaar: een zonnetje en hup,
daar hangt de hele linnen- en beddenkast in de
tuin of op het balkon. Nou is er niets lekkerder
dan dekenwol. Dus pikken we naar hartelust in
de dekens. Zuiver scheerwol, lijkt me.
aPPP
ist/tai
In maart 1900 werd voor het eerst
een permanente installatie op een
oceaanstomer aangebracht, het
mailschip Kaiser Wilhelm der Gros
ze van de Norddeutsche Lloyd. Op
21 mei 1901 volgde het eerste Britse
schip van formaat, de Lake Cham
plain van de Beaver Line. Binnen
een maand werd ook de Lucania
van de Cunard Line van een instal
latie voorzien. In 1903 hadden al
veertig schepen de beschikking
over draadloze telegrafie. Vier jaar
later bleek dit aantal met honderd
te zijn toegenomen.
In Engeland was in het eerste jaar
van de nieuwe eeuw, op de 25ste
april, een maatschappij opgericht
om Marconi’s zakelijke belangen te
behartigen, de „British Marconi In
ternational Marine Communication
Company”. Via de Britse gezant
had „Lloyds Committee” al een ver
zoek aan de Nederlandse regering
gedaan om op Engelse kosten een
Marconi-installatie aan te brengen
op het lichtschip Maas; de exploita
tie zou in Engelse handen blijven.
Later vroeg de Britse regering
rechtstreeks aan Nederland een
draadloos telegraafstation te mo
gen vestigen in Scheveningen; het
De Duitse Telefunken Maat
schappij, gesticht in juni 1903, had
de definitieve apparatuur geleverd:
een ontvangsttoestel en een vonk-
zender die op de 600 meter werkte
maar kon worden overgeschakeld
op de 300 meter. Beschrijving van
de begingtijd: „De eenvoudigste
vorm van de elektrische vonk (de
vaste, onmuzikale vonk) werd opge
wekt uit ontladingen van een grote
condensator, bestaande uit een bat
terij van 256 „Leidse flessen”, die
werden opgeladen door wisselende
hoge spanningen uit de s’ecundaire
windingen van twee parallel ge
schakelde transformatoren, waar
van de primaire windingen werden
gevoed door een interrupterende
gelijkstroom, verkregen uit een ac
cumulatorenbatterij. Het neerdruk
ken van een seinsleutel van bijzon
dere constructie (een brede ebonie
ten kraag onder de knop) zorgde
voor de benodigde onderbreking
van de gelijkstroom”. Versterkers
kende men niet. Het opgevangen
geluid was dikwijls zo zwak dat
alleen al het krassen van een pot
lood of het verschuiven van het
papier stoorde. Een pionier vertelde
eens dat men zelfs niet durfde slik
ken uit angst daardoor een letter te
missen.
xiuenjK.. ui
mek eeiyfi
zèpAgaan.
van de wereldscheepvaart een uit
stekende naam had gekregen. Na
ajn wandeling door de rulle duinen
van Scheveningen kwam hij terecht
in een gebouwtje waar hij van de
ene verbazing in de andere viel. Was
dit de apparatuur waarmee Neder
land zich tot de Europese top had
opgewerkt? Het leek of alles met
touwtjes aan elkaar zat. Het léék
niet alleen zoo maar het zat inder
daad heel eenvoudig in en aan el
kaar. Toch werkte het allemaal zon
der hapering. Dat was te danken
aan de technische wonderdokter
van Scheveningen, Nierstrasz, op-''
zichter der telegrafie.
O’
Het geboortejaar van de radiote
legrafie als communicatiemiddel is
1897. De Italiaan Guglielmo Marco
ni was de theoretische en prakti
sche navorsingen van Maxwell
(1865) en Hertz (1888) verder gaan
ilitbouwen. Hij slaagde erin een an
tenne te doen „stralen”. In Enge
land bewees de intussen als „Willi
am” aangesproken Marconi dat
elektromagnetische golven, door
êen elektrische vonk op een anten-
n
Het lichtschip liep zoveel schade op
dat een ramp dreigde. Van de East-
Goodwin werd een telegrafisch
noodsein uitgezonden, het eerste
dat van een schip op zee afkomstig
was. Dankzij dit alarm voeren
sleepboten uit die het lichtschip
voor zinken wisten te behoeden. Ve
le sceptici, knappe technische kop
pen maar ook doorgewinterde zee
lieden, waren van die dag af van het
nut van Marconi’s ontdekking
overtuigd.
In 1909 was de behoefte aan een
betere werkruimte zo groot gewor
den dat Scheveningen Haven een
andere huisvesting mocht betrek
ken, aan de andere kant van het
verversingskanaal, waar ze een ste
nen gebouw kreeg. De naam Sche
veningen Haven werd toen veran
derd in Scheveningen Radio. De
roepletters SCH werden gewijzigd
in de nog steeds bestaade: PCH. De
ontwikkeling van het kuststation
verkeerde voortdurend in een
stroomversnelling. Steeds meer
diensten werden gevraagd en graag
gegeven door de „magnetisch door
de elektrische golven aangetrok
ken” telegrafisten-in-de-rang-van-
klerk. Primair bleef de zorg voor de
veiligheid op zee. Vandaar de weer
berichten, stormwaarschuwingsbe-
richten, ijsberichten, plaatsbepa
ling van schepen, later ook de pei
lingen; na de jaren twintig zou
Scheveningen Radio tevens de
luchtvaart onmisbare diensten
gaan bewijzen. Ook de andere dien
sten werden voortdurend meer ge
bruikt: berichten van de rederijen
en van familieleden van de zeeva
renden.
Het kuststation, dat op 1 juli 1926
naar IJmuiden verhuisde, zou de
eretitel „een der beste radiocommu-
nicatiestations ter wereld” verwer
ven. Wat het economisch belang be
treft zou ze van de scheepvaartdi-
recties dit compliment krijgen:
„Het aandeel dat het kuststation in
de ontwikkeling van onze zeeha
vens heeft kan niet hoog genoeg
worden aangeslagen”.
handen: wie een installatie bij hem
kocht moest schriftelijk verklaren
dat hij geen contact zou opnemen
-h met kuststations of schepen die de
zie. apparatuur van een ander hadden
betrokken. Het gevolg was dat zelfs
Nederlandse schepen moesten wei-
mmo- geren de oproepen vanuit Scheve-
een”. ningen te beantwoorden. Een inter-
I nationale conferentie maakte een
is een einde aan Marconi’s koppeling van
aakt. aankoop en gebruik.
Marconi wilde daarna wel eens
goed precies weten hoe Nederland kans
j echt had gezien zonder zijn bemiddeling
l drie- een kuststation op te bouwen dat in
■agen. ze’n korte tijd bij zo’n groot deel
liet zo
>mdat
laaide
Scheepsstation omstreeks 1907
Appartuur van het eerste kuststation
Langegotfzender (1927)
It
i’
- I
HF
OP
8: