Perspettacolo Pericoloso voorstelling vol niet ingeloste beloften
Johan Reinboud bij Tholen; keramiek en wandkleden bij de SBK
Theo Olof streeft naar
Kaarten a 10,
Engelse jeugd verrast
met grote discipline
Toneelschrijver
Guy Bolton
overleden
authentieke uitvoering
van Tzigane met Luthéal
AL
IND
Matige belangstelling niet van invloed op spel
Speurtocht naar zo goed als vergeten instrument
Mein Kampf voor
20.000 gulden
verkocht
ut
Dutch Swing College Band
Beate Nieuwenburg
13
12
KUNST
7
I
I
VRIJDAG 7 SEPTEMBER
i
Verkrijgbaar aan de kassa
van het Openluchttheater
HAARLEM. Twee verlopen variétéfamilies ontmoeten elkaar en
elke groep voor zich is gedoemd zich met de moed der wanhoop in te
zetten voor het voortbestaan. Of zoals Perspekt het zelf zegt: twee
circusfamilies die elkaar pogen te overtroeven in een enerverende
repetitiemarathon. Welk een schitterend onderwerp en hoe dicht ligt
het niet bij de realiteit. Geen schijnwereld zo doorzichtig als die van
het variété. De Technische Theatergroep Perspekt is daar op inge
sprongen en heeft een soort beweeglijke theatercartoon willen maken
waarin de gehavende portretten van zulke families te bekijken zijn.
Het resultaat heeft de groep donderdagavond laten zien, toen in de
Stadsschouwburg de voorstelling Perspettacolo Pericoloso in premiè
re ging.
19 7 9
M Z* I vit*}'
i»
In samenwerking met het
Openluchttheater
Bloemendaal
presenteren wij aldaar op
vrijdag 7 september
De uitersten
van Perspekt
Schilderen met lust en toewijding
(ADVERTENTIE)
iet
ns
JOHAN VAN KEMPEN
(steking
elheden
t
I met
oelbak
In aanmerking genomen dat Perspekt
verschillende taken heeft en door subsi-
diënten kort gehouden wordt, kun je be
wondering hebben voor het élan en door
zettingsvermogen waarmee de .groep toch
elk jaar weer met eigen podiumaanbod
komt. Voorstellingen die voortvloeien uit
de technische uitvindingen van de groep
en daarvoor ook gedeeltelijk een moge
lijkheid tot toetsen zijn. Begrijpelijk dat je
dat aan het publiek wilt laten zien.
In Perspettacolo Pericoloso strooit de
groep een vrijwel onophoudelijke confet-
tiregen van vondsten en grappen rond.
Met als basisgegeven de krachtmeting tus
sen de beide artiestenfamilies Perspetta
colo en Hondsdraf, laten de spelers van
Perspekt een voorstelling zien waarin
schaterlach en verveling elkaar afwisse
len. Briljante grappen worden constant
gevolgd door flauwiteiten, zodat je vrijwel
de gehele avond getuige bent van de uiter
sten die Perspekt te bieden heeft.
Een verhaal is er nauwelijks in Perspet-
tacolo Pericoloso, ook al wordt dat wel
gesuggereerd. De voorstelling is een ver
zameling van praktisch géheel op zichzelf
staande onderdelen, nummers waardoor
elke werkelijke samenhang pijnlijk ont
breekt. Lijn valt er nauwelijks in te ont
dekken en de stapel grappen en acts kent
kop noch staart.
Het gevolg van het geheel ontbreken
van een gedegen dramaturgische onder
bouw is dat het gebodene op zijn voorde
ligst voor een aantal vrolijke momenten
en enkele werkelijk aardige verrassingen
zorgt. Voortdurend zijn er aanzetten tot
het briljante, maar Perspekt lijkt niet bij
machte tot een indringende uitwerking te
komen. Een overdaad aan bijzaken ver
troebelen het uitzicht en dat geldt niet in
de laatste plaats voor de spelers zelf, die
elk voor zich momenten van voortreffe
lijke inbreng hebben.
Perspekt moét met tomeloze inzet aan
deze produktie gewerkt hebben, getuige
de vele soorten van theater die de groep
Hitler had blijkens de opdracht het boek
op 10 december 1925 in München geschon
ken aan een zekere majoor Schueler van
Kriken. Een foto met handtekening van de
leider van het Derde Rijk, gedateerd 16
oktober 1942, bracht 3.600 dollar 7.200) op.
Het boek en de foto maakten deel van een
collecüe voorwerpen uit de nazi-tijd die in
totaal voor een kleine ƒ110.000 werd ver
kocht.
o.l.v. Peter
Schilperoort
AMSTERDAM. De violist Theo Olof
nog onlangs in het nieuws vanwege
zijn aanstaande gouden jubileum als so
list streeft naar een authentieke uit
voering van muziek die niet eens zo heel
lang geleden geschreven werd. Het gaat
om de beroemde Tzigane uit 1924, de
concertrhapsodie voor viool van Ravel,
die in een versie bestaat met orkestbege
leiding, maar die oorspronkelijk gecom
poneerd werd voor viool met piano-luthé-
al.
A Scène uit Perspettacolo met op
hanteert. Er wordt gedaan aan acroba
tiek, dans, magie, een beetje cascade, veel
clownerie en niet te vergeten „petoma-
nie”. Dat alles zou moeten gebeuren met
gespeelde onhandigheid, immers de beide
variétégroepen zijn ver op hun retour. Het
manke is nu vooral dat de spelers van
Perspekt bij vrijwel al deze theaterdisci
plines het metier onvoldoende beheersen.
Wie wil parodiëren moet in staat zijn het
onderwerp van die parodie met gemak te
overtreffen. Bij Perspekt is dat duidelijk
niet het geval. De groep komt in feite
evenveel tekort als de mensen die zij wil
uitbeelden en daarin schuilt nu precies de
oorzaak van het gedeelteijke falen.
Wigbolt Kruijver, als de varieté-leider
Hondsdraf junior is in feite de enige die in
staat is zijn onhandigheid uit te spelen.
Zijn optreden doet mij voortdurend den
ken aan de voorgewende voornaamheid
van Olivier Hardy en zijn bewegen geeft
aan dat hij de zaak meester is. Zo’n gunsti
ge uitzondering is eigenlijk ook Jeanette
Verschure, die haar aandeel eveneens
vakkundig afwerkt en vooral bewonde
ring voor haar tapnummer verdient.
Perspettacolo Pericoloso gaat mank
aan een echt verhaal dat ook in tekst is
uitgewerkt. Het blijft een te fragmenta
risch opeenvolging van nummers die op
Olofs voortgezette naspeuringen lever
den op, dat er nog twee luthéals moesten
bestaan. Eén ervan bevond zich in Parijs,
maar bleek bij nader onderzoek in zo’n
desolate staat, dat herstel onmogelijk
moest worden geacht. De tweede kon
Het gebeurt niet zo vaak dat de Stich
ting Beeldende Kunst aan de Gedempte
Oude Gracht in de kelder een belangrijke-
re exposite heeft dan op de bovenverdie
ping. Dit keer is dat het geval met de
keramiste Beate Nieuwenburg, afkomstig
uit het Betuwse dorp Neerrijnen en mo
menteel behorend tot de allerbesten op
haar gebied.
Beate Nieuwenburg is met nieuw werk
naar de SBK gekomen dat in al zijn sober
heid, met zijn verfijnde tech niek en grote
liefde voor het ambacht een groot beroep
op zoek was, had dus Ravels speciale
aandacht.
Een uitgebreide speurtocht naar dit in
strument, bracht onze Nederlandse violist
in Parijs, waar bleek dat de luthéal een
uitvinding betrof van een zekere Cloetens,
een Belg die een mechaniek ontwikkelde
met een viertal klankregisters, dat in de
vleugel wordt gemonteerd. Afhankelijk
van het registergebruik is het dan moge
lijk om zo’n vleugel te laten klinken als
een (hongaarse) cimbalom, als harp of luit
en het is evenzo mogelijk er flageolette
nen op'te maken. Ravel heeft een op die
manier gecombineerd instrument dus toe
gepast als begeleiding voor zijn Tzigane.
daarna met behulp van de conservator
van het Instrumentenmuseum in Brussel
worden achterhaald. Olof en de door hem
in het avontuur betrokken pianotechnicus
Evert Snel uit Werkhoven, kregen toe
stemming om het herontdekte mechaniek
uit de vleugel te nemen waar het was
ingebouwd, om het in Nederland te kun
nen restaureren.
Die restauratie verliep uiteindelijk nog
voorspoediger dan aanvankelijk gedacht
werd en is nu achter de rug. Daniël Way-
enberg, die de opgeknapte luthéal dezer
dagen bespeelde, was direct enorm en
thousiast en gaf aansluitend als reactie op
zijn bevindingen: „Je weet niet wat je
hoort”.
In december van dit jaar zullen gram-
mofoonopnamen gemaakt worden van de
uitvoering die Theo Olof en Daniël Way-
enberg van deze compositie, die sinds 1924
niet meer op deze oorspronkelijke manier
heeft geklonken, samen gaan verzorgen.
A Een gedeelte uit een door Ravel in de
ontstaanstijd van zijn Tzigane geschreven brief,
waarin de verschillende mogelijkheden van de
viool aan de orde worden gesteld.
Bovendien heeft de NCRV-televisie een
documentaire van de hele onderneming
gemaakt, waarop ook de restauratie van
de luthéal tot in detail getoond wordt.
De perskritieken uit de ontstaanstijd
van Ravels Tzigane, destijds dus ook uit
gevoerd op viool en piano-luthéal, varië
ren in strekking met waarderingen als
grandioos aan de ene kant en super-kitsch
aan de andere. „Dat zal nu wel weer net zo
worden”, naar de mening van Theo Olof.
seld
e
Over de toevoeging luthéal op het titel
blad van de Tzigane, bekommert zich vol
gens Olof tegenwoordig kennelijk nie
mand meer. En alhoewel de oppervlakki
ge beschrijving van de aard van het be
doelde instrument wel in goede biografi
eën over Ravel voorkomt (Vladimir Jan-
kélévitch, Jaap Geraedts), kon door Theo
Olof slechts met de grootste moeite wor
den achterhaald hoe de vork nu precies in
de steel zit.
doet op je kunstzin. Wat zij nu laat zien is
de uitkristallisatie van een ontwikkeling
die direct na het verlaten van de Rietveld
academie werd ingezet en nu uitmondt in
een knappe beheersing van stijl en tech
niek. De keramiste begon aanvankelijk
met steengoed te maken in traditionele
maar zeer verzorgde vormen. Het was
hoofdzakelijk potterie dat ze in die eerste
periode na de academie maakte, oud-Hol-
lands gebruiksgoed van beste kwaliteit.
Toen ze drie jaar geleden voor het eerst
bij de SBK in Haarlem tentoonstelde, her
innerde je haar werk nauwelijks meer. Ze
had toen voor de figuratie gekozen: potten
die met kleine kikkertjes en andere amfi-
bieë3n waren versierd. Nu is ze in een fase
beland waarin ze nog wel vasthoudt aan
zekere figuratieve elementen (zoals de
kikkers en bladstructuren), maar je ziet
aan de andere kant ook een terugkeer
NEW YORK (Reuter) Op een veiling in
New York heeft donderdag een exemplaar
van de eerste druk van Hitlers „Mein
Kampf" met een opdracht van de schrijver
de recordprijs van 10.000 dollar (ongeveer
20.000) opgebracht.
HAARLEM. Al was de belangstelling maar matigjes, het jeugdorkest uit Notting
ham speelde er gisteravond in het Haarlems Concertgebouw beslist niet minder goed
om.
Dat de tegen de honderd leden van dit symfonische ensemble een indrukwekkend
volumineuze klank tevoorschijn konden brengen, was uiteraard van te voren al wel
min of meer duidelijk. Maar dat er zo’n discipline in het grotendeels uit amateurs
bestaande orkest zou heersen, waardoor alle kwaliteit en die bleek niet gering zo
volledig kon worden uigebuit, was een verrassing.
De voorstelling van zaterdag 11 augustus j.l. werd gegeven voor een totaal uitver
kocht huis. Helaas hebben wij toen vele enthousiaste aanhangers van DSC deze
happening moeten onthouden
Evenals voorgaande jaren hebben wij dan ook weer besloten tot het geven van
een tweede voorstelling.
We verwachten dat ook deze tweede uitvoering snel uitverkocht zal raken. Dus
(om teleurstellingen te voorkomen); verzeker u tijdig van een plaats in het sfeer
volle Openluchttheater op vrijdag 7 september a.s.l Aanvang 20.00 uur
HAARLEM Hoewel Johan Reinboud
met zijn 27 jaar nog pas korte tijd geleden
van de Rietveld-academie kan zijn geko
men, werkt hij met een voor zijn leeftijd
ongekende mate van ouderwets schilders-
plezier. Getuige zijn expositie bij Galerie
Tholen in de Anegang wil hij graag een
volbloed-olieverfschilder zijn die het niet
om het experiment gaat, maar wiens
grootste streven uitgaat naar een zo es
thetisch verantwoorde voorstelling. Hij
schildert kennelijk met grote lust en toe
wijding want beide eigenschappen zijn
een continu gegeven in al zijn schilde
rijen.
Reinbouds werk is representatief voor
dat van een grote groep schilders die in de
laatste jaren van de in Amsterdam geves
tigde academie is afgekomen. Het is vaak
rustig en degelijk werk en er wordt goed
opgelet dat het technisch af is. Veel ver
nieuwende tendenzen vindt je niet onder
deze groep. Vaak oriënteert men zich op
de traditie.
Ook bij Johan Reinboud is dat het ge
val, zij het dat hij zich met zijn realisme
eerder voor een Franse dan voor een
Hollandse oriëntatie uitspreekt. Kenmer
kend is in zijn landschappen - die in het
totale werk overwegen - bijvoorbeeld het
schilderen van een heel blond en echt
zuidelijk getint licht. Hij zoekt ook vaak
de waterkant en beproeft de atmosfeer
boven de grens van land en zee.
Meestal zijn die landschappen bij hem
gestoffeerd met vuurtorens, lichtbakens
of andersoortig "strandmeubilair” dat te
genwoordig in de categorie industriële
archeologie valt onder te brengen. Rein
boud schildert zonder uitzondering met
een losse en vaardige toets. Het gaat hem
om de grote lijn, de sublimering van de
vorm. Maar zelden zal hij in een exacte
detaillering van zijn onderwerpen verval
len, het gaat hem meer om de som der
delen. Zelfs in een kleine groep interieur
schilderingen die met meer oog voor het
geïsoleerde detail is gemaakt, verliest hij
Brahms’ Vierde Symfonie op het pro
gramma te plaatsen, zoals hier gebeurd
was, leek eigenlijk een buitengewoon ha
chelijke onderneming. Hoe zou je zo’n
monumentaal meesterwerk uit het Ro
mantische repertoire, in de praktijk aan
nemelijk kunnen maken voor de tegen
woordige concertbezoeker met z’n ver
wende oren.
Dirigent Christopher Adey, die zich
twee jaar geleden al succesvol met het
Nederlands Kamerorkest in onze regio
presenteerde, zwaait de dirigeerstaf over
het onder de vlag van de Nottingham
School of Music varende jeugdorkest en
deze wist kènnelijk wel wat hij deed. Want
Brahms Vierde Symfonie werd niet alleen
zonder noemensw’aardige kleerscheuren
in een met zorg op maat gesneden en goed
zittend pak gehesen; er was daarbij bo
vendien sprake van constructieve hecht
heid in de opbouw, markante profilering
van de thema’s, zangrijkheid in de melo-
diek en een artistieke spanning in alle
delen die op z’n minst onalledaags ge
noemd kan worden voor een dergelijk
amateurorkest.
Geen wonder dat de Amersfoortse afde
ling van Jeugd en Muziek, die deze Engel
se jongelui had horen spelen, het zonder
enige terughoudendheid aandurfde om
dit gezelschap voor een tournee door ons
land uit te nodigen. Het geluid van de
strijkers is vol en warm, de houtblazers-
groep klinkt safe en fijn genuanceerd,
terwijl het koper ook al sterk vertegen-
LONDEN (Reuter). De Engelse to
neelschrijver Guy Bolton die veel in de
Verenigde Staten heeft gewerkt, is dins
dag in Goring aan de Theems bij Londen
overleden, zo is donderdag bekend ge
worden. Hij was 94 jaar.
Bolton had ruim 50 toneelstukken en
musicals op zijn naam staan, terwijl hij
ook hét scenario voor veel films schreef.
Gedurende vele jaren werkte hij samen
met P. G. Wodehouse en bekende theater-
figuren als Paul Rubens en Oscar Kam
merstein.
De betreffende Franse meester Maurice
Ravel (1875-1937) voelde zich in zijn orkes
traties altijd aangetrokken tot het gebruik
van allerlei ongewone en wonderlijke in
strumenten, zoals de eolifoon uit Daphnis,
tegenhanger van de windmachine uit Don
Quichotte, de jazzo-flüte, een fluitje waar
mee men de zang van een nachtegaal kan
nabootsen, de ratel en de zweep, de sarru-
sofoon, allerhande klokken, tikkers,
schelletjes en muildierbelletjes. En dan
nog maar niet eens te reppen over Ravels
privé-verzameling van opwindbare zang
vogels en wat dies meer zij. Ook de zo
goed als vergeten luthéal, waarnaar Olof
naar het gebruiksgoed in de vorm van
kommen, schalen en vazen.
Ze werkt momenteel met porseleinaar- 2
de (dat in de oven tot 1300 graden Celsius
wordt gestookt, om bepaalde kleureffec- .S
ten te krijgen wordt de oven bovendien
w met hout (voor)gestookt, zoutglazuur en
celadon in een sterk op de Chinese traditie
geënte stijl. Ze toont een grote belangstel
ling voor het werk dat de Chinezen ten
tijde van de Sung-dynastie (960-1280)
maakten en dat gekenmerkt wordt door
celadonglazuur van grote verfijning. Hier
bij gaat het om een grijsgroene tint die bij
Beate Nieuwenburg gecombineerd wordt
met een heel lichte craquelure. Ze heeft
trouwens een goed oog voor de toepassing
van een dergelijk soort glazuur, want ze
weet een heel mooie verdieping aan de
kleur te geven, het resultaat van nauw
onderzoek naar de effecten die glazuren
kunnen hebben als ze in verschillende
diktes worden aangebracht.
Het zijn contrasten die de SBK deze
maand te bieden heeft. Naast de hoogst
verfijnde keramiek in de kelder zijn in de
bovenzaal wandkleden te zien van de uit
Zevenhoven afkomstige weefster Mia
Jongebreur. Ze bouwt vanuit het platte
vlak een abstracte voorstelling op waaruit 7
zich in snelle ritmes dikke strengen losma-.;
ken met als gevolg een driedimensionaal
karakter. Ze past veelvuldig beschouwe
lijke kleuren toe als bruin, beige en natu
rel die aan haar kleden een rustig accent
geven. Het is werk dat uitnodigt om te
worden aangeraakt en afgetast, maar het
ziet er ook vaak stoer en weerbarstig uit..
Deze stijl van wandkleden maken is lang
zamerhand al traditioneel geworden en jj
eigenlijk weet Mia Jongebreur daar niet
zoveel aan te te voegen.
(Tot en met het einde van deze maand,
geopend op dinsdag tot en met vrijdag
van 13-17 uur, op zaterdag vanaf 11 uur en
bovendien op donderdagavond van 20-22
uur).
CEES STRAUS.
te vöorgrond Jeanette Verschure. (foto Perspekt)
zich niets met elkaar te maken hebben.
Een voorstelling met om de paar minuten
nieuwe beloften die meestal niet werkelijk
worden ingelost. Toch wel een produktie
waarin béslist veel te lachen valt en waar
in je vol verbazing naar de bonte inhoud
van Perspekts truckendoos zit te kijken.
Wie er heen gaat zal een vrolijke avond
hebben en minder geslaagde grappen
voor lief nemen. Maar daarom is deze
circus-achtige uitspatting nog geen hechte
artistieke eenheid. Dat de groep wel dege
lijk tot beter in staat is wordt op de
valreep getoond bij de imitatie van zo’n
automatenkast-orkestje, waarin je een
geldstuk werpt om de poppetjes in leven
te brengen. Dat ziet er schitterend uit en
wordt perfect uitgevoerd. Maar ook hier
weer geen enkele samenhang met de rest
van de voorstelling. Losse vondsten in een
fraai decorontwerp, maar twee regisseurs
zijn niet bij machte geweest enige cohesie
aan te brengen. Nog vanavond en zater
dag in Haarlem, dan van 11 tot en met 16
in de Kleine Komedie in Amsterdam
(waar ook twee matinees voor kinderen
worden gegeven van een aangepaste ver
sie die Perspettacolo Minuculo heet. Op 17
oktober komt Perspekt ermee in de Stads
schouwburg in IJmuiden.
KO VAN LEEUWEN
A Johan Reinboud: Dovercourt Bay. olieverf. 1978
niet de conceptie van het geheel uit het
oog.
(Tot en met 22 september, geopend op
dinsdag tot en met zaterdag van 11-17
uur)
woordigd is. Alles mengt daarbij heel 3
goed en de totaalklank is afgewogen, de -
op zich al opvallende onderlinge zuiver- 7
heid van de instrumenten is voor zo’n
ensemble ongewoon stabiel en wat mis
schien het allerbelangrijkste is: er wordt
duidelijk heel erg geïnspireerd gemusi-
ceerd.
Niet alleen vertrouwde klanken worden
door de Nottinghammers geproduceerd.
Een Symfony in three movements van
Stravinski, met al zijn technische en ritmi
sche ingewikkeldheden, had er al ter ope
ning van de avond voor gezorgd, dat dit
jeugdorkest een chique visitekaartje kon
afgeven.
Het tussen deze twee orkestwerken in
gespeelde Concert voor klarinet en orkest
in f-klein van Weber, viel ondanks alle
onmiskenbaar aanwezige en getoonde uit-
voeringstalent een beetje tussen de wal en -»
het schip doordat de jonge solist, Chris- 5
topher Horril, er gedegen maar weinig
fantasierijk in naar voren kwam en de -.
tempi hier merkwaardigerwijs traag tot S
slepend genoemd konden worden.
Van de puur symfonische werken en
dan vooral Brahms, konden de toehoor
ders echter met zoveel te geboeider aan-
dacht genieten waardoor uiteindelijk, via 5
veel applaus en bravo-geroep alleen maar
van oprecht enthousiasme voor dit buiten- 5
landse gastorkest kon worden betuigd.
JOHAN VAN KEMPEN
Vanavond