Wordt de oliecrisis straks gevolgd
door een voedselcrisis?
•I
i
W
u* I
F
30
i JZ
Gezondheid
en de invloed
ra
van voeding
4
3
Sri T
1
Benzine uit steenkool al halve eeuw mogelijk
301
I
door Ben Romijn
Kostprijs
Versneller
door Bote de Boer
o
i
al
Ik
1
d
overal
leest
leest
overal
lil.
l-
-
I
U
iBIMMW*
4
-
Het magische verhaal over de steenkool is nu weer een bestseller
omdat niemand minder dan de president van de Verenigde Staten,
Jimmy Carter, de kolen met miljardeninvesteringen in het strijdperk
wil gooien om op lange termijn op deze manier de olieimport van
Amerika te beperken.
De Amerikanen zelf zijn zich blijkens verschillende onderzoekin
gen niet bewust dat zij zo onafhankelijk zijn van olie-importen. Nu
zijn de 3,5 miljoen vaten olie van 159 liter per dag die Carter op lange
termijn wil besparen, op basis van gemiddeld 20 dollar per vat, nog
altijd in waarde een bedrag van 70 miljoen dollar per dag, circa 140
miljoen gulden. Dat is natuurlijk niet niks als je deze 140 miljoen
qulden importbesparing over een jaar berekent en dan tot de som
komt van iets meer dan 51 miljard gulden. Dan lijkt een ambitieus
programma ten behoeve van de steenkool volledig op zijn plaats, ook
al is wetenschappelijk een groot deel van de miljarden, die Carter na
goedkeuring door het congres daarvoor wil bestemmen, gericht op
research, die moet leiden tot vele vormen van het zogenaamde
steenkoolveredelen.
van benzine uit steenkool al ruim een halve
eeuw mogelijk te zijn. De toekomst van de
steenkool is evenwel afhankelijk van de prijs
ontwikkeling van olie: naarmate de olie duur
der wordt, is het economisch meer verant
woord steenkool toe te passen.
overal
:1
A
1
I
Ai
-
--T
leest
Nu president Carter van de Verenigde Staten
de steenkool in de strijd wil werpen om uit de
energieproblemen van zijn land te komen, is de
vraag naar de mogelijkheden van deze grond
stof weer aktueel geworden. In onderstaand
artikel worden verschillende van die mogelijk
heden uiteengezet Zo blijkt de vervaardiging
Mb
TECHNOLOGIE
1
a
i
•■v
4*>.
f
FRANS BAKKER, ARTS
1
Prijs van de olie
bepaalt toekomst
van steenkool
Recente dierproeven hebben bijvoor
beeld aangetoond dat er een directe
relatie bestaat tussen bepaalde voe
dingsstoffen meestal een vitamine
en de aanmaak van antilichamen tegen
bepaalde schadelijke organismen. Stof
fen die het longweefsel irriteren en in
onze atmosfeer voorkomen zoals
ozon en stikstofdioxyde zijn een
toenemende bron van ademhalings
moeilijkheden. Vitamines A en E kun
nen de longen helpen beschermen te
gen schadelijke gevolgen, aldus het
rapport. Vitamine A is nodig voor de
groei van gezond slijmproducerend
slijmvlies in de luchtwegen, terwijl vita
mine E op zijn beurt het vitamine A kan
beschermen tegen vernietiging door de
luchtverontreinigers.
Het rapport wijst erop dat het waar
schijnlijk is dat vitamine-A-gebrek veel
meer voorkomt dan men dacht. Onge
veer 37 procent van de kinderen jonger
dan vijf jaar en 29 procent van de
kinderen tussen 6 en 9 jaar hebben
vitamine-A-gehaltes in het bloed die
lager zijn dan wat als normaal be
schouwd wordt.
sie. Het verpoederen van steenkool,
daarna mengen met water en via
een leiding net als gas of olie over
lange afstanden vervoeren is ook
een studie die al lang geleden is
aangezet. Het verwerken van steen
kool tot gas via het kraken in ovens,
waarbij het gas zoals door DSM
vroeger is gedaan gewoon via een
Volgens Shell is de grootste noei-
lijkheid bij het vloeibaar rnken
van steenkool wetenschappelijk ge
zien het vinden van een zogenaam
de katalysator, een stof, die een
proces kan versnellen of verlaigza-
men. Maar deze katalysatoren zijn
doorgaans zeer kostbaar. In deche-
mie gebruikt men vele kosbare
stoffen; in het geval van he sy
steem van de beide Duitser: Fi
scher en Trops werd bijvoorbeeld
kobalt gebruikt. Grote ingenburs-
bureaus, grote chemische bedijven
zijn bezig zo’n versneller voer het
Graanoogst in China: Commune-leden
bezig met het in zakken verpakken van
in de zon gedroogde graan.
Niettemin heeft Schell er zeer on
langs voor gepleit om de wereldpro-
duktie van steenkool, die 2,5 mil
jard ton per jaar bedraagt, te verho
gen. Want volgens Shell zijn de win
bare reserves over de wereld op het
ogenblik meer dan 600 miljard ton
en dan zijn die 2,5 miljard ton per
jaar nog geen half procent van deze
winbare hoeveelheid. Maar dan wel
in die landen waar de steenkool
rechtvaardigt, dan zal er dus heel
wat meer, nu heel dure, energie in
gestopt moeten worden. Desnoods
zullen we die elders moeten bespa
ren. Zullen we dat ook willen?
Het ligt nu voor de hand te den
ken aan een toepassing op grotere
goed en gemakkelijk snel te winnen
is. Shell wil op langere termijn een
bijdrage leveren aan de vervaardi
ging van synthetisch gas en olie uit
steenkool.
Erg optimistische berekeningen
in Amerika, dezer dagen naar bui
ten gekomen, gewagen van een vat
olie uit steenkool voor een bedrag
van 25 dollar. Aangezien altijd door
economen gesteld is dat een hoger
gebruik van steenkool afhankelijk
is van de ontwikkeling van de olie
prijs wordt duidelijk dat in feite de
prijsontwikkeling van de olie als
die steeds hoger wordt gaat bepa
len of en wanneer steenkool sterker
dan nu in het totale energiepakket
kan worden opgenomen.
Acute infectieziektes, zoals longont
steking, reuma en tonsillitus, verlagen
eveneens het vitamine-A-gehalte in het
bloed. Nachtblindheid bijvoorbeeld kan
op een dergelijke ziekte volgen en is
een aanwijzing dat de lichaamsreser-
ves aan dit vitamine zijn afgenomen.
Eiwitten, verschillende vitamines (bij
voorbeeld B1B6 en C) en mineralen
zijn nodig voor de produktie van antili
chamen tegen infectieziektes. Het lijkt
er dus op dat zeker in Amerika het
dieet vaak niet voldoende vitamines en
andere voedingsstoffen bevat om lucht-
weginfectieziektes adekwaat het hoofd
te bieden. In een volgend artikel wil ik u
meer voorbeelden citeren uit het US-
DA-rapport, in de hoop dat we ook in
ons land meer voedingsgericht zullen
worden.
a
o
De meest praktische vorm van
veredelen is wel het vergassen on
dergronds of bovengronds. Dat is
dan op zich zelf al weer een discus-
“i ‘i
Een nazaat van de grote Engelse natuur-onderzoeker Charles R.
Darwin, de man van de evolutieleer, schreef in het begin van de jaren
vijftig een beklemmend boek, „The frontier of science”, dat merkwaardig
genoeg weinig bekendheid kreeg, althans in ons land. Het verscheen
waarschijnlijk te vroeg. Charles Darwin (jr. dus) schetste in zijn studie de
explosie van de wereldbevolking en de mogelijkheden van de natuurwe
tenschappen om die op te vangen. Hij besprak ook, en dat was eigenlijk
de hoofdschotel, het voedselvraagstuk. Hij zag de toekomst vrij somber in.
De verbeteringen in de landbouw kunnen niet tot in het oneindige
doorgaan en de chemische industrie moge (toen) nog ongekend veel in
petto hebben, aan de wetenschap zijn grenzen gesteld, zo herinner ik mij
de kern van het betoog.
Een functionaris van de Voed
sel- en Landbouworganisatie van
de Verenigde Naties (de FAO) be
vestigde deze vooruitblik: „Het
tijdperk van goedkoop voedsel is
aan het aflopen en zal, met de
energiecrisis, voorbij zijn. Wij
moeten zien te wennen aan de
hoge kosten van voedsel en van
energie”. Een aardig advies aan
wie nu het dagelijks brood (meest
al rijst) al niet kan betalen: wen er
maar aan!
Aan dit boek, waartegen overi
gens wel het een en ander in te
brengen zal zijn (geweest), moest
ik terugdenken bij het op een af
stand volgen van de Wereldconfe
rentie over Landbouwhervorming
en Plattelandsontwikkeling, on
langs in Rome gehouden. Er is
inmiddels, enige weken terug, wel
iswaar een optimistische visie
verschenen op de fysieke moge
lijkheid om de groeiende wereld
bevolking te voeden (het rapport
Facing the Future met het oog
op de toekomst van de werk
groep Interfutures Project onder
auspiciën van de OESO), maar,
hoezeer van nature ook vol ver
trouwen in het menselijk kunnen,
je bent er toch niet gerust op.
Daarvoor verkeren te veel mede
mensen in kommer en nood.
Op de conferentie in Rome is
min of meer terloops een nieuw
gevaar voor de voedselproduktie
in de wereld gemarkeerd. Nu de
tijd van de „goedkope” energie
voorbij is, bestaat de kans dat de
voedselproduktie op den duur
kleiner wordt, zo zei een Ameri
kaanse deskundige. Na de oliecri-
S
sis dus misschien een voedselcri
sis, al werd dat woord niet zo
gebruikt. De verklaring was dat
niet alleen veel landen afhankelijk
zijn van de Amerikaanse land
bouw, maar ook van Amerikaanse
zaken als insektenbestrijders en
kunstmeststoffen die door de olie
crisis allemaal duurder zullen
worden. De minister van land
bouw van de VS meende dat de
voedselprijzen in zijn land dit jaar
10 procent zullen stijgen.
De grote moeilijkheid bij de rese
arch van steenkool is dat je eigen
lijk niet van een eenheidsprodukt
kunt spreken. Overal zijn de lagen
bijvoorbeeld erg dun en de mecha-
nisatiemogelijkheden, om van auto
matisering maar niet te spreken,
zijn daardoor beperkt Ook de kwa
liteit van steenkool gasrijk, gas
arm enzovoorst is zeer gevari
eerd waardoor een eenheidsproces
erg moeilijk wordt en zelfs stan
daardmachines vanwege de grote
verschillen in laagdikte, diepte,
hardheid van de steenkool, tussen
liggende gesteentelagen, moeilijk te
ontwikkelen zijn.
h i i H s i iy H
Behalve de wetenschappelijke
vorderingen in de procédés die
noodzakelijk zijn om steenkool te
veredelen tot grondstof en energie-
stof, nog afgezien van de technische
vorderingen in de ontwikkeling van
apparatuur om winnings- en vere-
delingstechniek mogelijk te maken,
is er de alles beslissende vraag: hoe
duur wordt nu zo’n ton olie uit
steenkool, om het maar eens een
voudig te stellen. En aangezien de
stand aardverpakking, waarin over
olie gesproken wordt een barrel is,
een vat met een inhoud van 159
liter, concentreren de vergelijkin
gen zich op de kosten van een vat
olie, die nu in dè buurt van de 20
Want naarmate olie duurder
wordt, is het ook economisch meer
verantwoord steenkool, daar waar
dat mogelijk is, opnieuw in het
strijdperk te gooien. De grote be
drijven als Shell, Esso en vele ande
re, die nu nog te sterk het stempel
krijgen opgedrukt dat zij in olie
doen, beginnen veel duidelijker uit
te leggen dat zij in energie doen.
Vanuit deze filosofie zal steenkool
beslist nog een gouden eeuw tege
moet gaan.
distributienet voor huishoulelijk
en industriële doeleinden worlt ge
bruikt, is al lang een gangban toe
passing. Het gebruik van steeikool
als grondstof in de chemie, dezoge-
naamde carbochemie, komt it lan
den waar men over enorme v<orra
den steenkool beschikt oprieuw
sterk onder de aandacht. De neest
tot de verbeelding sprekend» toe
passing van vandaag is wel cé ver
vaardiging van benzine uit iteen-
kool. Technisch is dat geen nieuwig
heid. Integendeel. Dat systeen is al
vijftig jaar oud en in de Tveede
Wereldoorlog zo goed en zo-kvaad
als het ging toegepast.
Twee Duitsers, Franz Fischr en
Hans Tropsch, slaagden er in 1925
in een procédé te ontwikkelenvoor
de bereiding van benzine. Zj ge
bruikten daarvoor synthesegas een
mengsel van koolmonoxyde ei wa
terstof, dat ook uit steenkool kan
worden gehaald. Maar in de ]rak-
tijk viel deze steenkoolbenzine Ko-
gasin genaamd, tegen. Het ocaan-
gehalte was erg laag. Uiteindeljk is
dit systeem meer terecht gekchen
bij de bereiding van synthetiche
wasmiddelen, maar de aandicht
van de wetenschappelijke wreld
om steenkool vloeibaar te makm of
er op een gemakkelijke maniei gas
uit te winnen verslapte niet.
Geschiedkundig kan men :elfs
vaststellen dat Lenin, de toenmilige
Sowjetleider, het vergassen van
steenkool een hoge prioriteit leeft
willen geven, niet in eerste instintie
vanwege de economische vorde-
len, maar omdat hij de ondergnnd-
se mijnarbeid te zwaar vond el via
vergassing van de steenkolen on
dergronds dacht deze mijnarbed te
kunnen verlichten.
I
F
zogenaamde vloeibaar maken van
steenkool te zoeken.
Minder tractoren en minder
kunstmest zullen, of tenminste
kunnen in bepaalde delen van de
wereld leiden tot het minder ver
bouwen van voedsel.
Nu wordt over de wereld als
geheel minder dan 4 procent van
«W»
dollar per vat liggen, met uiteraard
schommelingen naar boven en ook
naar beneden.
mm yV WW,---
alle energie besteed aan <e land
bouw. In de VS, met esi hoog
ontwikkelde landbouw, is lat ech
ter 13 procent. Wil de laid bouw
wereldomvattend op het sell ko
men dat het gemeende opimisme
over het voeden van de Wereldbe
volking eventueel inlerdaad
Een kolenvergassings-proefinstallatie
van Shell. Op de voorgrond containers
met poederkool.
schaal van wat heet „organische
landbouw”, populair gezegd een
landbouw zonder bestrijdings
middelen en zonder kunstmest, al
thans met minder van dat voor het
milieu zo vervelende spul. Dan is
men immers minder afhankelijk
van (petro)chemische produkten.
Een organische landbouw is even
wel een elite-produkt van en in het
rijke westen. Wie in de tropen, met
in het algemeen minder vruchtba
re gronden dan in de gematigder
streken, tot drie oogsten per jaar
wil komen, redt het niet zonder
kunstmest En drie oogsten per
jaar zijn nodig willen allen kun
nen eten. Hoe naar het ook klinkt
en is voedsel voor allen bij
een zuiver milieu is een illusie.
Het is ook een illusie te menen
dat de ontwikkeling van de land
bouw in de Derde Wereld in een
handomdraai gaat. Een boer moet
niet alleen betere machines en
meststoffen krijgen, hij moet zich
er ook op instellen. Hij moet zich
een technologie eigen maken. Er is
dus vooral ook scholing nodig.
Hier zijn we terug bij Charles
Darwin en zijn pessimisme. Ook
een andere grote Brit, de histori
cus Toynbee, vreesde dat lang
voordat het zover is de bevol
kingsexplosie haar vernietigend
werk zal hebben gedaan. (Rede op
Europees-Amerikaans symposi
um in Amsterdam, november
1963).
Er zijn, zoals aangehaald, geluk
kig anderen die zeggen dat het wel
kan. Zonder hoop zijn we dus niet.
Maar de „oliecrisis” heeft althans
op dit moment het probleem ver
scherpt. Er is in ieder geval meer
nodig dan landhervorming, het
hoofdthema in Rome; hoe funda
menteel die ook is.
In Amerika is recent een zeer interes
sant regeringsrapport verschenen over
een onderzoek naar de voedingstoe-
stand van het Amerikaanse publiek,
welke problemen zich voordeden en
welke oplossing er voor deze proble
men gegeven konden worden. Het on
derzoek werk verricht door de zgn.
Agricultural Research Policy Advisory
Committee van het Amerikaanse De
partment of Agriculture (USDA).
Volgens het rapport kunnen de
meeste gezondheidsproblemen die ten
grondslag liggen aan de voornaamste
doodsoorzaken (zoals hart- en vaat
ziekten en kanker, maar ook ziektes als
reuma, tandbederf en huidziektes) in de
Verenigde Staten, gunstig beïnvloed
worden door verandering van voeding.
Het lijkt me interessant, iets van de
resultaten van deze overheidsstudie te
vertellen en wel om de volgende rede
nen. In de eerste plaats is het opmerke
lijk, dat de Amerikaanse overheid hoe
langer hoe meer aandacht aan voeding
besteedt en het verband tussen dit
laatste en ongezondheid erkent. In de
tweede plaats geldt in het algemeen, en
zeker in gevestigde medische kringen,
dat het verband tussen voeding en
gezondheid nauwelijks als belangrijk
wordt onderkend. Voedingsleer neemt
oi|voorbeeid nog steeds een onbelang
rijke plaats in bij de medische studie.
Laat ik daarom eens in dit en het
volgende artikel een aantal voorbeel
den uit het rapport aanhalen.
In Amerika sterven jaarlijks meer dan
85.000 mensen aan infectie- en lucht-
wegziektes. Ook in ons land nemen
deze ziektes een belangrijke plaats in.
Ze zijn voor elke huisarts dagelijkse
„kost Het USDA-rapport merkt in dit
verband op dat voeding zeer waar
schijnlijk een factor is als de lagere
luchtwegen de bronchiën en long
weefsel zelf zijn aangedaan, of als er
een chronische luchtweginfectie be
staat. Mensen in een goede voedings-
toestand hebben minder kans aan
ziekte te overlijden, en mensen met een
goede voedingsreserve genezen
sneller.
v..v.