De Kamer en Een beetje pijn in heldere regievorm 9 Daan Manneke levert versleten moderniteit Kunstlaboratorium moet Rijksacademie vervangen Toneelring voor Annet wij ontvingen ik w Nieuwenhuyzen |W Iraanse dictatuurwisseling bij Jute belicht Kukeleku erkend met subsidie Si o I Raad voor Kunst eens met minister 1 Kom gauw nog een dag naar De Efteling! Want 7 oktober gaan we weer dicht. HM MACHTIG KLINKEND TE DEUM VAN DVORAK BIJ APhO 17 1 KUNST 19 7 9 DONDERDAG 20 SEPTEMBER naai &NN De Efteling - een bos vol sprookjes en een slot vol spookjes. Want in dat wonderlijke bos dat De Efteling heet, staat het grootste spookslot van Europa! Kom een dag en geniet met het hele gezin! N Centrum toont Pinters zeggingskracht KO VAN LEEUWEN (ADVERTENTIE) i Khomeini en de gevoelens Zowel het aan deze uitvoering meewer- JOHAN VAN KEMPEN van het gewone volk „Scenarium 3”, Nederlandes reeks s (ADVERTENTIE) Beeld uit het animatiefilmpje van Gerrit van Dijk, waarin Khomeini de sjah onthooft. In Kaatsheuvel bij Tilburg. Van 8 april tot en met 7 oktober iedere dag open van 10 tot 18 uur KO VAN LEEUWEN A A azig sch laat :ief! el e er. Harold Pinter, destijds door Centrum in ons land geïntroduceerd, is vanwege de ongebruikelijke sfeer en constructie van zijn toneelstukken te vaak met ijver in de richting van het absurde theater gescho ven. Dat houdt dan het grote gemak in dat het vakje gevonden is, waarin zo’n stuk zonder kleerscheuren kan worden bijge zet. Maar wat Pinter in feite in al zijn stukken doet is niet ingewikkelder dan het plaatsen van mensen en situaties tegen over elkaar. Pinter houdt zich daarbij niet aan een stilzwijgende afspraak dat de verhaaltekst zo geschreven dient te zijn dat er een fraai afgeronde dialoog ont staat. De herhalingen van teksten in zijn stukken spelen een grote en belangrijke rol. Ze tonen bijvoorbeeld de leegtes aan in het menselijk bestaan, wijzen direct op leemten en hiaten in menselijke contac ten. En dat betekent een stuk lopen op de situatie zelf. Dat Centrum die informatie van Pinter zelf nu op het programmablad heeft afge drukt is relevant ten aanzien van de stuk- ken die nu gespeeld worden van deze Britse schrijver bij uitnemendheid. In Een beetje pijn loopt Edward zich te pletter tegen de zwijgzaamheid van de luciferver- UTRECHT. „Een personage op het toneel dat geen overtuigende be wijzen of informatie kan geven over zijn verleden, zijn tegenwoordige houding of zijn aspiraties en ook geen uitvoerige analyse van zijn motieven, is net zo legitiem als iemand die (hoe verontrustend ook) dat wel kan. Hoe indringender de ervaring, hoe vager de uitdrukking ervan.” Citaat uit een rede die de Engelse toneelschrijver Harold Pinter op theaterfestival in Bristol heeft gehouden in 1962. Infor matie die toneelgroep Centrum ver strekt bij de opvoering van Pinters korte stukken De Kamer (The Room) en Een beetje pijn (A Slight Ache), waarvan woensdag in de Blauwe Zaal van de Stadsschouwburg de première was. Als Amstelpaperback verschenen bij uitgeverij Veen: „Olivier Twist” door Charles Dickens (f 16,50) en „De graaf van Monte-Cristo” door Alexandre Du mas 17,50). In de serie Klassieken van uitgeverij Het Spectrum zijn verschenen: „Pierre en Jean” door Guy de Maupassant (geb. 25,- pocket 7,90), „Verhalen” - Zadig, Micro- megas, Candide, De Argeloze, De prinses van Babylon - door Voltaire (geb. 32,50 pocket 12,50), „Perceval” of het verhaal van de Graal” door Chretien de Troyes (geb. ƒ29,50 pocket ƒ8,90), „Kleine Dor- rit” door Charles Dickens (geb. ƒ40,50 pocket 19,50). AMSTERDAM. Niet het als aanvang gespeelde nieuwe werk van Daan Manne ke, maar het tot besluit gebrachte Te Deum van Dvorak, bepaalde het belang van het onder Anton Kersjes’ leiding door het Amsterdams Philharmonisch Orkest gegeven concert een Van de evenementen in het Amsterdams Con certgebouw in het kader van de Kunst- tiendaagse. koper, wiens beweegredenen hij niet kan doorgronden. Dat komt tot een soort le vensbiecht waarmee hij tegelijk zijn sta tus verliest Edward krijgt aan het slot van zijn vrouw Flora de bak met lucifer doosjes in handen gedrukt en zij zal haar zorgen voortaan niet meer aan hem, doch aan de luciferverkoper wijden. In de eenakter De kamer gaat het ook om niet direct te ontrafelen angst. De huurkamer waarin een wat ouder echt paar woont wordt belaagd door andere mensen. Dat brengt het geborgen alle daagse bestaan aan het wankelen. Een verhevigde werking daarvan treedt op als zich ook nog een man aandient die vermoedelijk met het verleden van de vrouw te maken heeft. In beide stukken is het vooral het onbe grip dat tot agressie leidt. Edward in Een „Vijf manieren om een oude dame te wekken”, vijf verhalen door Willem Brak man, uitg. Querido 18,90). kende Toonkunstkoor Amsterdam als het APhO had geen moeite om zich onder Kersjes’ aanvurende leiding de krachtige sfeer van dit Te Deum eigen te maken, te meer daar de beide vocale solisten Nelly van der Spek en Wout Oosterkamp met overtuiging en inlevingsvermogen hun respectieve sopraan- en baspartij voor droegen. Soli die overigens helaas ten dele door Dvoraks schrijfwijze in de verdruk king worden gebracht door al het overige dat deze in de partituur tegelijkertijd te berde brengt. Ondanks die onvermijdelij ke momenten van dynamisch scheve ver houdingen, wekte Dvoraks Te Deum als machtig klinkend geheel zeker wel de suggestie van het idee dat de componist voor ogen moet hebben gestaan. Qua artistieke conceptie van een geheel andere orde, is het in dit programma aan het Te Deum voorafgaande symfonisch gedicht De Woudduif, eveneens van Dvo rak. De muzikale impuls is te zwak om nog door de rijke Russisch geaarde instru mentatie a la Rimski-Korssakov en in een uitvoering waar alles aan gedaan is, te kunnen worden gered. Om terug te komen op Daan Manneke’s En passant: aan dit voor het „Korte-stuk- beetje pijn wordt agressief als hij er niet in slaagt tot de wereld van de luciferman door te dringen. Bert in De kamer schopt de man uit het verleden van zijn vrouw in elkaar omdat zijn zekerheid erdoor wordt aangetast. In allebei deze eenakters komen mensen voor waarvan we nauwelijks summiere informatie van de schrijver krijgen. Het gaat er gewoon om dat ze er zijn. Dat bestaan op zich is voor Pinter voldoende en hij weet er een intrigerende spanning mee op te roepen. Jacques Commandeur heeft deze twee eerste korte stukken, van een reeks die Centrum dit seizoen gaat spelen, in helde re vorm geregisseerd. Vooral in De kamer is hij met de spelers tot opmerkelijke prestaties gekomen. In Een beetje pijn lijkt het of er binnen de enscenering nog „Mensen in een kleine wereld” door Piet Terlouw, roman, uitg. Zomer en Keu- ning 17,90). In de serie Wina’s culinaria zijn ver schenen: Goede wijnen (door Wina Born) en Desserts/Toetjes (door Lily van Pare ren), uitgave Zomer en Keuning (f 6,75 per boekje). „Juliana Regina 1979”, een jaar ko ninklijk huis in beeld, door Fred J. Lam mers, uitg. Hollandia 9,90). Het APhO raakte van zijn inzet voor deze alweer versleten moderniteit kenne lijk enigszins van slag, want de misschien ondankbare maar essentiële begeleidin gen van Chopins Tweede Pianoconcert, kregen niet veel meer mee dan routineuze en sons zelfs wat provinciaal aandoende middelmatigheid. Mogelijk was hier de oorzaak ook gele gen in het feit dat het voor de Franse pianist Michel Block al evenmin een volle maansavond was, getuige diens weinig reliëf- en zangrijke pianistiek en erger nog: diens onvermogen om grote span- ningslijnen te trekken. Waardoor Chopins poëtisch verhalende concert ditmaal in de praktijk gedegradeerd werd tot een min of meer verbandloze aaneenrijging van fragmenten. Van 26 t.m. 29 september komen beide stukken in avondvullende voorstellingen in de Toneelschuur. dat tussen onderzoek als functie in de werkplaats en het onderzoek van de com missies en de groep een wezenlijk verschil bestaat. In de werkplaats moeten kunstenaars bezig zijn met het maken van kunst, een proces waarin onderzoek een essentiële rol speelt. Het andere onderzoek wordt wel op grondslag van kunst en met kunst als eerste onderwerp uitgevoerd, het le vert evenwel geen kunstwerk op maar, „een inzicht, kunst betreffende”. Zulk on derzoek is gericht op ontdekking van ge gevens die voor het beleid van belang zijn, het is overheidswerk. Er zijn wel kunste naars voor te werven, maar dan doen zij uw werk, het hunne laten zij daarvoor in de steek, aldus het advies aan de minister. Volgens de Raad voor de Kunst moet de werkplaats ten dienste staan van drie groepen kunstenaars. Eerst worden ge noemd jongeren die nog geen vier jaar hun kunstvakopleiding hebben beëindigd, de tweede groep bestaat uit kunstenaars van erkende kwaliteit. De laatste groep wordt gevormd door gekwalificeerde ver tegenwoordigers van verschillende weten schappen en betrokkenen bij maatschap- pijvraagstukken voorzover hun deelname een artistiek belang dient. De voorstelling in de Toneelschuur is ’s avonds herhaald. Voor wie nog niet in de gelegenheid is geweest deze presentatie bij te wonen is er vanavond nog een extra voorstelling. Een nieuw initiatief dat voortaan elke maand zal worden her haald. c ra S 'a '7""" 8 s" 'X AMSTERDAM (ANP) Het Amster damse kunstenaarscollectief „Kukeleku” krijgt toch subsidie van de gemeente, ondanks een negatief advies van de hoofdstedelijke Kunstraad. B. en W. heb ben besloten het collectief, dat zich bezig houdt met muurschilderingen in oude stadswijken, voor dit jaar een subsidie te geven van ruim 68.000 gulden. Ondanks toekenning van subsidies over 1977 en 1978, adviseerde de Amsterdamse Kunstraad het collectief voor dit jaar geen subsidie toe te kennen omdat het werk van onvoldoende kwaliteit zou zijn. In maart kwamen mensen en instellingen uit de wereld van de kunst tegen dit advies in het geweer met de stelling, dat „Kukele ku” weliswaar niet traditioneel werkt, maar wel degelijk erkenning verdient. „Uit de opdrachten die het collectief van gemeentewege heeft ontvangen blijkt, dat zijn activiteiten uit sociaal-cultureel oog punt van belang kunnen worden geacht”, schrijven B. en W. Het college maakte echter een voorbehoud: de komende jaren mag subsidie aan „Kukeleku” niet meer ten laste van de kunstbegroting vallen. B. en W. gaan na, of geld voor het collectief de komende jaren ten laste van een ande re begroting kan komen. In de Toneelschuur, waar de maande lijkse Jute-visie op datgene wat via de actuele nieuwsgaring tot ons komt steeds ten doop wordt gehouden, werd de wisse ling van de dictatoriale macht in Iran origineel verbeeld. Dat gebeurde woens dag in de lunchpauzevoorstelling door Wigbolt Kruijver, nadat Van Dijks intro ductie de ernst van de situatie in satire- vorm had aangetoond. Onder regie van Luc van de Lagemaat plaatste Kruijver het geheel in de banale alledaagsheid door via de commerciële urinoirpers „de gevoelens van het gewone volk” te benaderen. Dat gebeurde op de privéplek van bezinning: het toilet. Op de plaats waar zelfs de keizer te voet gaat, las Wigbolt Kruijver teksten voor uit Story, waarin een Nederlandse ex-stewardess van de Iraanse luchtvaartmaatschappij haar benepen visie op de Iraanse kwestie weergeeft. Treffend is de manier waarop dat ge beurt. Een mengeling van onbenullige re clameslogans voert tot de kern van de zaak en uit het geheel spreekt een angst- aanjagende machteloosheid. Een zwaar moedig onderwerp dat hier met veel ge voel voor detaillerende humor wordt weergegeven. Kruijver munt uit in zijn stil spel en in opgelezen teksten. Daarmee wordt aangetoond dat de werkelijkheid, hoe banaal ook benaderd in de ontspan- ningspers, veel onthullender werkt dan elke bedachte, op her-ijking gebaseerde tekst. Manneke’s compositie „En passant”, waarover straks meer, bleek niet alleen veel gedateerder dan Dvoraks meest mo dieuze invallen uit het fin de siècle-tijd- perk, maar miste zowel het muzikale als het muzikanteske, terwijl er zelfs geen buitenmuzikale „houding” uit kon wor den afgeleid. Wat Dvoraks Te Deum betreft: deze compositie uit de jaren negentig van de vorige eeuw neemt tussen diens religieuze werken een aparte plaats in. Allereerst vanwege de opmerkelijk bondige formu lering en de sterke innerlijke gedreven heid van waaruit het is ontstaan en waar bij ongeïnspireerde episodes (zoals die bijvoorbeeld in het Requiem wel voorko men) ontbreken. DEN HAAG (ANP). De Raad voor de Kunst deelt het standpunt van de minister van CRM dat in de plaats van de Rijksacademie voor beeldende kunsten in Amster dam een werkplaats moet worden ingericht. Daarbij komt het hoofdaccent te liggen op de vormgeving van het leefmilieu. De raad geeft de minister de waarschuwing mee van de werkplaats geen beleidslaboratorium te maken maar een kunstlaboratorium. In de werkplaats moet er in de eerste plaats aandacht zijn voor werk dat bij draagt aan de ontwikkeling van de beel dende kunst. Het gaat dan om het bieden van mogelijkheden voor verdieping van het eigen kunstenaarschap en om onder zoek, gericht op ontwikkeling en vernieu wing van kunst en de betekenis van de functie van kunst voor de samenleving. Het advies van de Raad voor de Kunst gaat alleen over de inrichting van de werkplaats Amsterdam. In de ministerië le plannen is ze een onderdeel van de zogeheten ontwikkelingsstructuur voor de beeldende kunsten. Daarin moet aan dacht worden besteed aan de vrije kunst, de leefomgeving en architectuur, de theo rievorming en de informatie en documen tatie. De Jan van Eyck-academie in Maas tricht richt zich in dit kader voornamelijk op de vrije kunst en speciaal ook op het gebruik van nieuwe technische mogelijk heden en ontwikkelingen. In het geheel is ook Ateliers ’63 in Haarlem een functie toe te kennen. Een werkgroep met vertegenwoordi gers van verschillende artistieke discipli nes werkt aan een algemeen advies over de gehele ontwikkelingsstructuur kun sten. Dit pre-advies kan binnenkort klaar zijn. In beginsel wijkt het advies over de werkplaats Amsterdam niet af van de opvattingen en ideeën die in de algemene werkgroep zijn ontwikkeld. In zijn advies over de werkplaats Am sterdam rept de Raad voor de Kunst ook over onderzoek, dat opgedragen is aan de rijksadviescommissie voor beeldende vor ming in relatie tot architectuur en ruimte lijke ordening, aan de commissie kunst werken aan scholen en aan de stuurgroep praktijkonderzoek beeldende kunsten. Ooit was er sprake van een op te richten stichting die het werk van de commissies en de stuurgroep moest overnemen. De raad vreest nu dat de minister niet beseft kenplan” van het BUMA geschreven werk, ligt blijkens de programmatoelich ting van de hand van de componist, een bijzonder procédé ten grondslag, waarin in de klinkende uitwerking slechts weinig effectiefs uit naar voren komt. Veel meer dan fantasieloos gezaag en getetter valt er ondanks het mogelijk bijzondere grond patroon eigenlijk niet aan af te horen. Henk Higters eN Elisabeth Hoijtink in De Kamer van Harold Pinter bij toneelgroep Centrum (Foto Kors van Bennekom). kW HAARLEM. In Gerrit van Dijks ani- matiefilmpje voor Jute-aflevering num- - mer 10 gaat de wensdroom van Irans geestelijk leider Khomeini in vervulling: we zien hem de sjah onthoofden, de pers vrijheid verdelgen, kortom een ieder die het niet met zijn reactionaire ideeën eens is een kopje kleiner maken. Iran werd door Jute gekozen als onderwerp voor deze aflevering, waaraan weer een to- neelpresentatie, een ingerichte vitrine bij de Vishal, een ingezonden mededeling in deze krant en een affiche gewijd zijn. een zekere rust moet komen. Met name in het spel van Onno Molenkamp, hoewel hij toch ook nu al bijzonder goede momenten laat zien, met name tegen het slot wanneer hij zich radeloos laat gaan. Ingeborg Elze vier speelt zijn vrouw Flora afstandelijk, maar met hunkerende ondertoon. Egbert van Paridon neemt de zwijgende rol van de merkwaardige, opschudding veroorza kende luciferverkoper voor zijn rekening en suggereert zelfs een bepaalde beheer ste verbazing over wat hem overkomt. De grote kracht van deze Pinter-avond bij Centrum gaat uit van de eerste eenak ter. In De kamer zijn uitstekend uitge werkte rollen te zien van Elisabeth Hoij tink die als Rose door een soort agressieve angstgevoelens in haar werkelijke com municatie geblokkeerd wordt. De groten deels zwijgende rol van Bert wordt knap ingevuld door Lou Steenbergen, geen ste- reotiepe typering, maar een goed uitge- werkte uitbeelding van een verkrampte in i zichzelf gekeerde man. Een erg fijne ver rassing is Henk Rigters als de huisbaas meneer Kidd. Rigters staat in een gezel schap als Centrum op eenzaam niveau en laat in deze rol weer eens blijken dat hij niet alleen het vak tot in zijn poriën be heerst, maar ook in staat is dat op een indrukmakende manier aan zijn talent te koppelen. De vertaling van The Room van Hans Roduin klinkt met name in de tekst van Rose (Elisabeth Hoijtink spreekt veel de letter t uit waar dat in gebruikelijke spreektaal niet hoeft) teveel als boeken taal. Bij Janine van Dam’s vertaling van A Slight Ache heb ik iets dergelijks niet gehoord. Paul van den Berg ontwierp voor beide stukken een heel bruikbaar decor met sfeerbepalende meubelstukken. Centrum laat met deze opvoeringen zien dat Pinters stukken nog niets aan zeggingskracht hebben ingeboet. testamentair en tevens directeur van de actrice. Bij haar leven wilde de 63 jaar collectieve Israelactie waaraan Caro geworden Caro van Eyck geen naam van Eyck haar hele bezit naliet, was noemen uit angst daarmee anderen ver- Annet Nieuwenhuyzen erg verrast en driet te doen. AMSTERDAM (ANP). De actrice Annet Nieuwenhuyzen, werkzaam bij het Publiekstheater, is door de vorige week overleden actrice Caro van Eyck bij testament aangewezen als de vol gende draagster van de Theo Mann Bouwmeester-ring. Dit hebben de exe- cuteurs-testamentair voor mevrouw Van Eyck, de heren Arkenbout en Pala- che meegedeeld. Caro van Eyck koos Annet Nieuwen huyzen „op grond van de zuivere bena- ammct mici iia/cmui dering van haar personages zowel in het ANNET NIEUWENHUYZEN klassieke als in het moderne repertoire geroerd toen zij hoorde te zijn uitgeko- en het feit dat Annet Nieuwenhuyzen het zen. Wanneer zij de ring in ontvangst zal zich nooit makkelijk heeft gemaakt, nemen, wordt later bekendgemaakt, maar zoekt naar de ziel, de kern van de Caro van Eyck kreeg de ring in 1960 mens die zij moet vertolken”, aldus de van de actrice Else Mauhs. Het is de toelichting in het testament. gewoonte dat deze ring door de draag- Volgens de heer Palache, executeur- ster wordt toegekend aan een volgende testamentair en tevens directeur van de actrice. Bij haar leven wilde de 63 jaar voor theaterwetenschap, toneelvernieu wingen tussen 1860 en 1900, door schrij- versteam, uitgave De Walburg Pers 20,-). „Hoe kleiner hoe beter”, bundeling van lezingen door Friedrich Schumacher over kleinschaligheid in economie, uitgave Ambo (vijfhonderdste Ambo-boek) 12,50). V' 'N. Y-’- -

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1979 | | pagina 17