I i| „Wij moeten niet te hard kermen over stakingen, want dat past ons niet” KTIE MOET OP GANG! f WIM THOMASSEN OVER VAKBEWEGING EN SHELL: X* i door Rob van der Pol Supporter PROD Rode draad Beheerst Harmoniemodel «f ploegen en die is mislukt. Shell zou dus de totale doorbraak voor de industrie hebben ,Jk wist, dat er een mogelijkheid was voor praten. Want de mensen van de Shell zeiden: het pakket dat we aangeboden hebben is bespreekbaar en de mensen van de bond zeiden: wat we wensen moet gefaseerd worden ingevoerd. Dus toen dacht ik: Dan kan er gepraat worden, ook al staan we nog zo ver van elkaar. „Het praten is gebeurd en dat is mislukt. Ik heb dus een klusje gedaan op verzoek van. Het spijt me natuurlijk, maar ik was te laat. Dat kon je zo met je klompen aanvoelen. Toen ik er aan begon, dacht ik: misschien had ik iets kunnen redden als ze een week eerder gekomen waren, maar die trein reed al”. De staking bij Shell loopt als een rode draad door het gesprek. De heer Thomassen vindt het moeilijk een oordeel te geven over de wijze waarop een einde aan de staking werd gemaakt. „De taferelen, die ik op televisie heb gezien en de stukken die ik er over heb gelezen, kloppen niet met elkaar. Er heeft bijvoorbeeld gestaan: er stonden auto’s met zand klaar met chauffeurs met helmen en verbeten gezichten en ze wilden erop los crossen. Maar dat is nergens vertoond. Dus het is gezegd, maar ik heb het niet gezien. Het open trekken van het hek en de werkwilligen laten werken als ze dat willen daar moeten we een discussie over hebben. Die gaat natuurlijk komen ook. „Als het een soort vuistregel zou worden, dat een staking uitgeroepen moet worden door de meerderheid van de werkers in een bepaald bedrijf en niet door de meerderheid van een vakbond in een bepaald bedrijf zullen we met die regel moeten leven. „Ik vind het op zichzelf een reuzepuzzel om te zeggen: de betrekkelijk grote meerderheid van 4.000 ongeveer wilde werken en 3.000 niet. Moet dan de minderheid beslissen over de meerderheid? En dan wel uit die minderheid de mensen van één bond terwijl er andere bonden zijn het burocratiseert had je nooit dat fijne scheerapparaat gehad. Had je nooit de ontwikkelingen gehad van het integrated circuit en de andere micro-electronica waar we het op het ogenblik allemaal over hebben. „Ik zie niet in, dat die dingen in een socialistische maatschappij niet zouden passen. Maar ze komen niet tevoorschijn in een stelsel van gestabiliseerde rustige rechtsverhoudingen. Ze komen tot stand in een stelsel waarin de inventieve visionaire man zijn grepen kan doen naar toekomstige mogelijkheden. Dat is een aspect van het conflict. Ik sta dus niet ademloos van bewondering te kijken naar alle technische wonderen, die ons opgedist worden”. „Ik doe dus niet mee met het schimpen op stakingen want we hebben een ontzaglijk bezonnen, beheerste vakbeweging, die het stakingswapen als ultimum remedium beschouwt. „Drie, vier maanden geleden is de deur voor onze neus dicht gegooid. Er was niet meer te praten. Nou dan met ons ook niet. Hier is ons einddoel: 35 uur, vijf ploegen. Daar moet ja op gezegd worden anders is het staken. „Als ze zo lang de deur voor je dicht houden kan ik me voorstellen, dat zich zoiets i voordoet. Pat hoort bij het sociaal conflict, j En nogmaals: in het sociaal conflict is Nederland niet een land wat reden en recht I heeft voor zelfbeklag”. De heer W. Thomassen heeft de stakings- perikelen bij Shell dus van zeer nabij meegemaakt. Hij heeft er uitgesproken meningen over. „Enerzijds had de Shell in vrede en vriendschap tot resultaat kunnen komen met de bond als ze in mei, juni hadden samen met wat in de Duitse metaalindustrie is gebeurd. Daar is een harde poging gedaan de doorbraak te krijgen voor volcontinu vijf bedrijven. Er was zelfs geen staking bij de containers. Er was alleen staking in de traditionele stukgoedbehandeling. Die is zeer arbeidsintensief. Daar zitten ook de economisch minder sterke bedrijven. en ongeorganiseerden? Als u het weet moet u het zeggen. Ik weet het niet. Ik zit daarmee. „Ik zou me voor kunnen stellen, dat je in de toekomst zou zeggen: we staken als een meerderheid van het georganiseerde personeel daar achter staat en het overige personeel is geraadpleegd. Maar dan moet er een sterkere verstandhouding tussen CNV en FNV zijn. Ik heb er met niemand nog over gesproken”. Iemand bij Shell, die wilde werken vroeg zich onlangs af „Moet je gaan staken om je zin te krijgen?” De heer Thomassen: „Staak je op een „De positie van de vakbeweging is ambivalent. Aan de ene kant na jaren en jaren daarheen sturen is nu opeens in september de nieuwe wet op de ondernemingsraden van kracht geworden. De filosofie van die wet stamt nog uit de eerste periode na de oorlog, namelijk het harmoniemodel. Daar leeft ie van. Want een ondernemingsraad nieuwe stijl heeft een grotere verantwoordleijkheid voor het wel en wee van de onderneming dan de ondernemingsraad oude stijl. Die past inderdaad in de gedachte: een onderneming moet goed lopen en het is onze gezamenlijke verantwoordelijkheid te zorgen, dat hij goed loopt. „Daarnaast is een verscherping in de verhoudingen bezig te ontstaan. Het blijkt ui t de toon die aangeslagen wordt in de relatie, vooral op papier. Want als de i mensen van de industriebond praten met de mensen van de Shell gaat het veel j schappelijker toe dan het publiek waarschijnlijk denkt. „De beide filosofieën harmoniemodel en conflictmodel zijn op het ogenblik heel duidelijk als het ware met elkaar in strijd. Ik ben erg geïnteresseerd hoe dat verder lopen zal. „Ik stam uit de periode van het harmoniemodel. Ik heb altijd gezegd: mensen, droom je de democratisch socialistische samenleving. Wat zit daar in: ondernemingen onder leiding van ondernemers, die fantasie hebben, durf hebben, innovatiestreven, markt verkennen, proberen dit en dat. Bij wijze van spreken zoals in het kapitalisme maar met een andere filosofie. Maar het vak van ondernemer en de kunst van ondernemer is ook in zo’n maatschappij aan de orde want anders krijg je geen vernieuwingen. Als je Wim Thomassen, oud* burgemeester van Zaandam, Enschede en Rotterdam, was onlangs voor het eerst na de beëindiging van zijn politieke carrière in 1974, weer echt in het nieuws. Toen de stakingen bij Shell Pernis en Moerdijk dreigden werd zijn hulp ingeroepen, om de strijdende partijen bij elkaar te brengen. Volgens Thomassen (deze week 70 jaar geworden) een klusje „in opdracht van”, dat helaas mislukte, doordat het al te laat was. Over arbeidsconflicten in het algemeen en de stakingsperikelen bij Shell in het bijzonder spraken we met hem. De man die zich als burgemeester de reputaties van bulldozer verwierf, is van mening dat het ons Nederlanders niet past, te klagen over stakingen. „Voor de bond is het een rottige periode. De havenstaking had er nooit mogen zijn. Dat is een blunder geweest, dwaas. Wilde stakingen zijn op zichzelf vergissingen, doodgewoon vergissingen. Maar ze worden dan toch maar gemaakt. „Voor de bond is dat dus uitermate zuur geweest in een stad als Rotterdam met een links extremisme van helemaal niks. Een stad met één CPN raadslid, met een hoge organisatiegraad, met verstandige evenwichtige mensen zou je zeggen. En dan komt er dat. Het enige wat je kan zeggen is: mensen nooit meer! Houdt je kop erbij. Volgende keer geen wilde staking. Zo werk je niet samen. „Ik ben op en top een supporter van de vakbeweging. Ik ben commissaris bij Rijn Schelde Verolme op voordracht van de centrale ondernemingsraad. Ik bekijk dus de dingen nog altijd door de bril van een ondernemingsraad. Haast nog meer dan door de bril van de vakbeweging zelf. „De vakbeweging zal er niet over peinzen om de metaalindustrie op de rand van zijn doodstrijd met stakingen te pakken. Ze doen alles en alles aan meedenken en meeijveren om het zo te maken, dat we overleven met de industrie”. meerderheidssituatie of op een minderheidssituatie? Nog afgezien van de vraag of de kosten en maatschappelijke bezwaren, moeite en nadelen in geld gerekend opwegen tegen de haalbare en denkbare resultaten. Dat moet je van geval tot geval bekijken. Dat valt dan meestal mee. „Er zijn overal of bijna overal in de wereld meer stakingen dan in Nederland. Dus we moeten in Nederland niet te hard kermen over stakingen. Dat past ons niet. Als je de stakingsbalans opmaakt dan zijn we de profiteurs van de stakingen elders, in plaats van een land, dat zo vreselijk lijdt onder de kwade gevolgen van stakingen in eigen land. We hebben ontzagelijk geprofiteerd van de arbeidsonrust in de Engelse havens. De mensen vinden het natuurlijk gek als je dat j zegt. Maar het is een soort balans. Daar zijn we de winstmakers in. aangeboden wat ze nu aanboden. Want ze gingen met hun compromis ver. De bond eiste 400 nieuwe arbeidsplaatsen; Shell bood er 225 aan. Dus je kunt zeggen: meer dan 50 percent toegegeven was er aL Toch werd erop gestaakt omdat ze heel scherp stelden: geen vijf-ploegendienst en geen 35-urige werkweek. „Maar als je daarmee nu 400 arbeidsplaatsen creëert en met je tegemoetkomingen, de verbeteringen in de vier-ploegendienst, die 225 nieuwe arbeidsplaatsen? Dan vind ik dat onjuist omdat de bond gefaseerde invoering wenste. Die 400 mensen kun je niet van de arbeidsmarkt afplukken. Die zijn er niet direct, die moeten geworven worden, gevormd worden. Dus het moest toch helemaal stap voor stap. Dus het conflict had altijd nog een jaar later kunnen komen. „Dat het conflict zou verscherpen hing ingeleid als ze hier hadden toegegeven. Ik was er verbaasd over, dat ze niet in mei hebben toegegeven. Dat ze nu niet hebben toegegeven, dat begrijp ik. Want ze stonden onder hoge druk. „Van Shell-zijde werden woorden gebruikt als: Wij natuurlijk dat stempel krijgen van die rijken, die het kunnen betalen. De anderen kunnen niet betalen. Wat doen we nou? We geven toe om wille van de werkgelegenheid en we schaden daarmee tegelijkertijd waarschijnlijk de werkgelegenheid elders. „Iets dergelijks zat er in de havenstaking. Die richtte zich op het zwakste deel van de haven, namelijk op de traditionele stukgoedbedrijven. Op zeker moment middenin de havenstaking kon je gewoon zeggen: 90 percent van de havenactiviteiten draait gewoon door. Zeker in volume. Dat heeft het publiek zich niet gerealiseerd. Want er was geen staking bij de grote Minister Albeda heeft kritiek geoefend op de invoering van de vijf-ploegendienst en de 35-urige werkweek bij Shell. Volgens hem betekent dit voor zwakke bedrijven verlies van werkgelegenheid en onaanvaardbaar hoge kosten. De heer Thomassen vindt die uitspraak veel te kras.,Ik heb de neiging om te zeggen: mensen, het komt toch. Laten we nu niet te lang blijven zeuren. Het komt toch. Dat voelt u toch ook aan? Want wie wil er nu vol continu werken als de nadelen ervan niet gecompenseerd worden met allerlei maatregelen. Langer werken is voor een heleboel mensen een noodzaak. Maar volcontinu draaien is een het gezinsleven aantastende zaak. Dat is gewoon rottig. De journalisten staakten toch ook bijna? Dat is I toch normaal? Een arbeidsconflict is toch niet een soort kamertjeszonde? „De emotie van het openbreken van dat hek heeft natuurlijk een golf van weerstand bij de mensen opgeroepen. Ik heb dat twee keer op televisie gezien. Je hoefde die gezichten maar te zien. „Geweldig goed was Stekelenburg, de rechterhand van Scheele, een verdieping lager in vakbondshiërarchie. Hebt u het gezien? Schitterend was het. Het was op een oor na knokken. En die man ging daar midden tussen staan en voorkwam dat met goede woorden en stevig optreden. Hij ging niet opzij. Hield de mensen uit elkaar. Dat was knap vakwerk hoor. Buitengewoon beheerst. „Als ik erbij had gestaan zou ik van ergernis over de methoden waarschijnlijk ook geëmotioneerd zijn geweest. Maar je neemt er afstand van en je zegt: wat is er nu gebeurd? Door de demonstratie van die ochtend was gebleken, dat er een hele grote menigte niet alleen werkwillig was maar er voor wilde opkomen. Rolt het dan verder dan moet je toch niet zo gevoelig zijn. Ik ben er tenminste met mijn verstand niet zo kapot van. Th Affiche in Rotterdam. een soort kamertj eszonde?” Gesprek tussen F NV-woordvoerder Schele en de man van Shell, Schwartz. „Een arbeidsconflict is toch niet i’ v., -■

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1979 | | pagina 19