Mens centraal in milieuwetgeving DamiatePers Notities over: Um u id er Courant SS» M BE2 D( y de spoorwegen en de komende winter, door Rien Polderman de problemen met chemie en chemisatie, door Frangoise Ledeboer de medische stand en de commerciële ethiek, door Feico Houweling. DE „Het zaak ophal van h gooie: nen, regeli sers i dien meldt marin is de A. Ro vaste ttxus Hoe Zo ging het vroeger, sneeuwruimen bij wissels met schoppen en bezems r Hippocrates in reclameland I Laten we in gedachten nog even teruggaan naar de strenge winter van vorig jaar. De ellende begon rond de jaarwisseling met snel naderend noodweer vanuit Scandinavië. Nederland was zich voor de TV nog aan het verbazen over de ontwrichting door sneeuw en ijs in Sleeswijk-Holstein, toen Koning Winter ook bij ons venijnig toesloeg. Hjj had een duivelse combinatie bedacht van harde wind, fijne droge poedersneeuw en voor Nederlandse begrippen extreem lage temperaturen. De combinatie werkte als het bekende zand in de motor van een leger truck: het spoorwegsysteem werd in korte tijd vrijwel geheel lam gelegd. De ontredderde NS werden geconfronteerd met bevroren wissels, deuren die door de sneeuw Het nooddraaiboek van de NS voorziet in een tijdige informatie aan de reizigers, via de inlichtingenbureaus, de info centra en de radio. De Nederlandse Spoorwegen komen deze winter beter beslagen ten ijs dan het afgelopen winterseizoen. Er is een plan gemaakt voor het geval het weer net zo bar wordt als vorig jaar. Onderdeel daarvan is een speciale nood- dienstregeling, die in werking komt, zodra door een combinatie van ongunstige weersfactoren een vrijwel totale ontregeling gaat dreigen. Een winter als die van vorig jaar hadden we in Nederland in geen vijftien jaar gehad. In die vijftien jaar is er bij de NS nogal wat veranderd. Er is nu veel minder personeel langs de baan dan vijftien jaar geleden. En op die baan rijden nu veel meer tremen. Deze veranderingen betekenden, dat een totaal andere aanpak van ernstige winterproblemen nodig was. Nemen we de wissels, de onmisbare schakels in het spoorwegsysteem. Sneeuw kan het functioneren van een wissel belemmeren. Enkele decennia geleden hadden de NS genoeg Hoe kon een bedrijf, dat zo perfect geolied is als de NS zich zo in de problemen laten brengen? Al langer dan een eeuw streven de Spoorwegen er naar, om de dienstverlening aan de reizigers in overeenstemming te brengen met demogelijkheden, die een steeds verfijnder techniek daartoe aanbiedt. Het antwoord zit hem juist in die verfijnde techniek, die niet berekend was op barre weersomstandigheden en daarop minder plooibaar kon reageren dan een mens. niet meer open konden, vastgevroren koppelingen, defecte motoren, kleumende reizigers op gladde, ondergestoven perrons, een niet te verwerken stroom van verzoeken om inlichtingen en Kamervragen. Terwijl de wisselverwarming zijn best doet om de sneeuw weg te smelten, zodat het wissel kan worden omgezet, komt de volgende trein er al weer aan. Deze kan het personeel, dat de sneeuw op kardinale knooppunten van het net tussen de wissels kon wegvegen. De opgewaaide stuifsneeuw daalt weer neer op de wissels. De wisselverwarming smelt haar weliswaas weg, maar het smelten kost meer tijd, dan er op drukke punten beschikbaar is tussen de ene en de daarop volgende trein. Daarmee smelt men de sneeuw bij de wissels weg. Ook daarmee is de afgelopen winter erg gemodderd. De tijdens de rit tegen de deuren geplakte sneeuw ging bij de stops op de Een ander probleem, maar moeifijker te verhelpen, is dat van sneeuw in de „kasten” van de schuifdeuren, waarmee nog de helft van het materieel is uitgevoerd. Het NS-antwoord op een falende techniek is een nog preciezere verfijning van die techniek. De wisselverwarming wordt verbeterd door meer warmte toe te voeren naar de punt van de wisseltongen (het bewegende deel van de wissel) en een systeem dat het verstopt raken van de luchttoevoer moet voorkomen. De NS hebben voor de verbetering een vijf jarenprogramma opgesteld. Voor 1979/1980 is de inzet geconcentreerd op de knooppuntstations Utrecht en Amsterdam en op een aantal buiten de stations gelegen (bij slecht weer moeilijk bereikbare) knooppunten. De maatregelen geven de zekerheid, dat de wissels bij ijzel en sneeuw blijven werken. Bij onverwacht optredende extreem slechte omstandigheden zijn moeilijkheden wel te verwachten, maar ze zullen sneller overwonnen worden, zo menen de NS. De verbeteringen kosten ettelijke miljoenen guldens. wissel niet oprijden, omdat het nog verkeerd staat. Gevolg: vertraging. stations en het opengaan van de deuren mee naar binnen de „kasten” in, waarin deze deuren wegschuiven. In de „kasten” ontdooide de sneeuw, maar het smeltwater bevroor weer tijdens de volgende rit. Bij het volgende station bleek, dat de deuren waren vastgevroren, en dat ijs in de deurkasten het verzinken van de deuren daarin verhinderde.Gevolg: reizigers, die niet uit konden stappen, oponthoud en vertraging. Het aan E in de nieuw gezet, digd gebru ervoo aters den d den i ren w bepaalde activiteiten aan groepen artsen. Daarnaast is het mogelijk, dat een bedrijf een arts zover wil krijgen dat hij een bepaald middel gaat gebruiken. Daarvoor moet hij dan reclame maken, maar volgens het hoofdbestuur worden hierbij naast wetenschappelijke argumenten ook andere overtuigingsmiddelen gebruikt. Deze lopen uiteen van ballpoints via uitstekend gedocumenteerde wetenschappelijke werken tot complete plezierreizen, zo schrijft het KNMG. In de derde plaats kan het zijn, dat een bedrijf wil bereiken dat een arts een bepaald nieuw middel of werktuig uitprobeert in zijn eigen omgeving. Het KNMG heeft tegen dit laatste geen bezwaar, mits aan een aantal voorwaarden wordt voldaan. De patiënt moet bijvoorbeeld van de proefneming op de hoogte zijn en in bepaalde gevallen moet hij toestemming geven. Het genootschapsbestuur stelt hierbij echter: „Het is wenselijk - om zelfs maar de schijn van onzuivere beslissingen te vermijden - dat er géén vergoeding in enerlei vorm voor deze medewerking in het vooruitzicht wordt gesteld. Wel dienen reëel gemaakte kosten te worden vergoed.” Het vermeldt ook nadrukkelijk, dat de industrie de arts geen faciliteiten ter beschikking mag stellen zoals laboratoriumspullen, welke na de proefnemingen mogen blijven staan. Er worden geen concrete voorvallen genoemd, maar uit het feit, dat het hoofdbestuur het noodzakelijk vindt hiervoor UT tien ande die wieg ter 5 dam, ser S lutio Grav van de 3 nog beidt De NS hebben voor het komende winterseizoen weliswaar speciale verwarmings- en ontdooiapparatuur aangeschaft, maar geschetst probleem blijft het kwetsbare punt van het materieel van voor 1960. De vervanging op korte termijn is om financiële redenen niet mogelijk. Het oude materieel moet gewoon zijn tijd uitdienen. Bij het nieuwe materieel, dat met zwenkdeuren is uitgerust, doen zich de sneeuw-smeltwater- ijs-problemen niet voor. De NS hebben 226 nieuwe rijtuigen besteld (voor getrokken treinen) voorzien van zwenkdeuren. De nieuwe wagens komen volgend jaar op de rails. Dat 1 overboc paar cü drag ir van tw< oversch drie toi maar lit water h delijk n naten e: Roek over di de regi oplevei Noordz 1976 w conunii beleid worden geen re ting va Hut balan werkt tweed is het goed leszin waari ter n< jaren voor I de pei Witte moch Warn en rei hart helen Met i rassei beeld ontsti (Vc Oudeweg 12-14, Haarlem tel. 023 - 31 90 53 ABONNEMENTEN: bij vooruitbetaling (inclusief 4% BTW) per maand per kwartaal per post perjaar per post losse nummers buitenland per kwartaal Conuni da van meldt dan v commi: maand; ten: d< Sportst subsidi aanvrat vlug, veilig en voordelig deze winter? 15.90 45,85 60,00 180.70 233,00 0.75 ƒ155,00 Een van de slachtoffertjes in de zogenaamde Softenon-affaire. 18.30-19.00 uur 11.30-12.30 uur BEZORGKLACHTEN: maandag t/m vrijdag van zaterdags van Uitsluitend telefoon: 02550-10519 voor Santpoort: 023 - 31 90 53 discussie over, waarvan het artikel in het medisch maandblad een neerslag is. Een ander voorbeeld dat door het hoofdbestuur werd aangehaald, was een brief die een ziekenhuisdirecteur had geschreven. Deze had ontdekt, dat een specialistenvereniging die in zijn instelling vergaderingen en andere medische evenementen hield in een gratis ter beschikking gesteld zaaltje, voor elk kraampje dat bedrijven daar plaatsten een vergoeding kreeg van driehonderd gulden. Een en ander gebeurde zonder medeweten van de directeur. Toen deze ontdekte wat er gaande was, kreeg hij te horen dat met de opbrengsten van deze verhuur de kosten van de bijeenkomsten werden bestreden. De directeur wees de specialisten vereniging erop dat deze gang van zaken in zijn instelling, een gemeenteziekenhuis, ontoelaatbaar was. Voor het bekostigen van evenementen bestaan andere mogelijkheden, zoals contributie, zo stelde hij. Het lag niet in zijn bedoeling hierover het hoofdbestuur van de KNMG over deze zaak in te lichten, maar toen hij ontdekte dat hetzelfde ook in andere ziekenhuizen gebeurde, besloot hij toch een brief te schrijven. Het genootschapsbestuur besprak de zaak en kwam tot de slotsom dat er drie situaties zijn waarin specialisten beïnvloed kunnen worden door producenten van farmaceutische artikelen. Dat is in de eerste plaats het zojuist genoemde voorval: wanneer de industrie een financiële bijdrage geeft in Dan was er de afgelopen winter nog het probleem van de bevroren automatische koppelingen, die het splitsen en/of samenvoegen van treinen ónmogelijk maakte. Voor dit probleem is er nu ijsolie, die de zaak tot min twaalf onder nul soepel houdt. Wordt het nog kouder, dan wordt afgezien van het splitsen van treinen. richtlijnen te geven, mag worden afgeleid dat dit gebeurt. Maar het blijft bij allerlei ethische aanwijzingen. Het KNMG denkt op dit moment niet aan bindende regels. Intussen hebben twee verontruste PvdA-Tweede Kamerleden Kolthoffen Jabaay, schriftelijke vragen over het artikel in Medisch Contact gesteld aan staatssecretaris Veder-Smit van Volksgezondheid. Zfj vragen mevrouw Veder onder meer of zij bereid is een onderzoek in te stellen naar de mate waarin de farmaceutische industrie door middel van verkoopbevorderende praktijken pogingen doet om artsen te beïnvloeden. „Welke bedragen zijn met die beïnvloeding gemoeid en wat zijn de gevolgen daarvan voor de prijzen van geneesmiddelen en de omvang van het gebruik,” zo vragen de twee parlementariërs verder. Tenslotte willen zij een oordeel van de staatssecretaris over de richtlijnen die door het genootschapsbestuur worden gegeven. Tekenend voor de vanzelfsprekendheid waarmee de medische stand cadeautjes van de medische industrie accepteert is een in vette letters afgedrukte waarschuwing van de commissie praktijkvoering van het Nederlands Huisartsen Genootschap bij het artikel in het novembernummer van Medisch Contact. Huisartsen wordt in deze waarschuwing voor ogen gehouden dat zij beter geen gebruik kunnen maken van registratiekaarten en afspraaklijsten met reclame erop die gratis door fabrikanten van geneesmiddelen worden verstrekt. Artsen die de administratie van hun praktijk voeren met die kaarten, worden erop gewezen dat de produktie ervan niet is gegarandeerd. De levering van die kaarten kan dus plotseling ophouden en voor de betrokken artsen is dat „een ware ramp”, zo schrijft de huisartsencommissie, „want de mogelijkheid bestaat dat dan het hele systeem moet worden herzien.” Een bedrijf heeft het recht zijn produkten via reclame aan de man te brengen. Of dat ook geldt voor producenten van farmaceutische artikelen staat op het moment in medische kringen ter discussie, maar het gebeurt in elk geval wel. Er wordt echter niet alleen reclame gemaakt, ook het geven van relatiegeschenken is in die kringen een algemeen aanvaarde gewoonte. Aanvaardbaar wil zeggen, wanneer die cadeaus beperkt blijven tot kleinigheden als een zakagenda of een pennehouder Maar wanneer men wordt uitgenodigd om veertien dagen in een warm land door te brengen onder het mom van een bedrijfsbezoek dat nog geen ochtend duurt, dan rijzen er twyfels over die aanvaardbaarheid. Dit soort buitensporige relatiegeschenken komen voor, ook in de medische wereld. Het genoemde snoepreisje was slechts een van de voorbeelden die vorige maand werden aangehaald in het blad Medisch Contact, dat een artikel publiceerde over beïnvloeding van de medische professie door de farmaceutische industrie. Het gaat erom dat specialisten en andere beoefenaren in de gezondheidszorg soms buitengewone geschenken en faciliteiten krijgen aangeboden wanneer zij een bepaald produkt willen gebruiken of zich willen bmden aan een bepaalde producent. Het hoofdbestuur van het Koninklijk Nederlands Genootschap tot bevordering der Geneeskunst (KNMG) hield er een Bij de in Nederland gebruikelijke types winterweer werkt de wisselverwarming prima. De doorgaans zware, vochtige en wat plakkerige sneeuw stuurt het systeem niet in de war. Problemen ontstaan er echter bij stuifsneeuw, „droge” poederachtige sneeuw, die opwaait bij elke passerende trein. Een veelvoud van dit soort problemen brengt de dienstregeling in de war. De invloed van chemische middelen op de gezondheid van de mens staat volop in de belangstelling maar dat is pas iets van de laatste jaren. De grootscheepse introductie van che mische middelen vanaf de jaren dertig, kon grotendeels ongecontro leerd plaatsvinden. Men besefte op regerings-, wetenschappelijk en industrieel niveau niet of nauwe lijks hoe schadehjk vele stoffen voor de gezondheid waren en zijn. Daarnaar wordt nu steeds meer on derzoek verricht. Zo worden tegen woordig kanker, erfelijke afwijkin gen en aangeboren misvormingen in verband gebracht met blootstel ling aan chemische stoffen. Milieuhygiënisten hebben voor het onvoldoende gecontroleerd door dringen van stoffen die door schei kundige behandeling uit grondstof fen worden verkregen (chemica liën), in bodem, water, lucht en voedsel en de gevolgen daarvan voor de menselijke gezondheid en de natuur, een vakterm bedacht: chemisatie. Hoe grootscheeps de introductie van chemische middelen in bijvoor beeld voedingsmiddelen, cosmeti ca, verven, bestrijdingsmiddelen en hobbymaterialen sinds de jaren dertig is geweest, bleek uit een toe spraak die minister Ginjaar van Volksgezondheid en Milieuhygiëne op 21 november hield tijdens een bijeenkomst van het Nederlands Congres voor Openbare Geiond- heidsregeling. Deze bijeenkomst was aan chemisatie en de gezond heidszorg gewijd. Hij schatte dat er in de jaren dertig ongeveer 10.000 chemische stoffen in regelmatige produktie waren. Dat zijn er nu tussen de 60.000 en 70.000. Als daar ook chemische mengsels en preparaten bijgerekend worden, „dan zijn er in de geïndustrialiseer de landen in totaal enige miljoenen verschillende chemische stoffen en produkten op de markt”, zo zei hij. Van de meeste stoffen en produk ten bleek niet onmiddelUjk dat zij eigenschappen hadden die een risi co voor gezondheid en milieu vorm den. Tot die ontdekking kwam men het eerst bij bestrijdingsmiddelen als DDT. Vervolgens werden gelei delijk aan ook produkten als ge neesmiddelen en cosmetica zo gron dig mogelijk op hun gevaarlijke chemische bestanddelen onder zocht. Ervaringen als de Softenon-affaire uit het begin van de jaren zestig, brachten het onderzoek in een stroomversnelling. Softenon was een populair slaap- en kalmerings middel. Gebruik door zwangere vrouwen bleek echter de geboorte van kinderen met vooral verkorte ledematen op te leveren. Bekend werden ook de Minamata- en itai- itaiziekten in Japan bij mensen die aan kwik- en cadmiumverbindin- gen waren blootgesteld, onder meer door het eten van vergiftigd voedsel als vis. Vooral kwik is zeer schade lijk. De mens krijgt er stoornissen aan essentiële lichaamsfuncties als de nieren en het zenuwstelsel door. Deze ervaringen heben tot gevolg gehad dat er in een aantal landen nieuwe milieuwetten zijn opgesteld. De Verenigde Staten behoren wat dat betreft tot de koplopers met een Toxic Substances Control Act. Deze wet stelt een wachttermijn tussen aanmelding en moment van pro duktie van een chemisch middel van 90 dagen verplicht, eventueel te verlengen met nog eens 90 dagen. Binnen de Europese Gemeenschap lopen op milieu-wetgevend gebied heid en Milieuhygiëne kent boven- dien een beleidsadviesgroep Exoge ne (gezondheidsbedreigende) Fac toren, onder voorzitterschap van dr. Hartgerink, directeur van het Nederlands Instituut voor Preven tieve Gezondheidszorg. Deze steunt de minister bij de coördinatie van de activiteiten die chemisatie moet bestrijden en verhinderen. Eén van de kwesties die de overheid daarbij moet oplossen is de nu vol- gende. „Zoals in alle situaties waar ter bescherming van mens en mi lieu grenzen gesteld moeten worden aan maatschappelijke activiteiten, is ook hier de vraag: hoe ver moét en mag de overheid gaan?”, zo for muleerde de minister het probleem. Zijn standpunt was duidelijk. Het maatschappelijk nut of zelfs de on misbaarheid van een stof „is een aspect dat niet in eerste instantie het beleid ten aanzien van die stof en zijn toepassingen mag bepalen”, aldus Ginjaar. Het gaat in de aller- eerste plaats, zo mag men daaraan toevoegen, om de gezondheid van de mens, een visie die in de ont- werp-wet milieugevaarlijke stoffen in concrete beleidsmaatregelen zal worden verwoord. Minister Ginjaar hierover op 21 no vember: „Ik zie daarom de genoem- de EG-richtlijn slechts als eerste stap op weg naar een afdoende Eu ropese regeling voor controle op de potentiële gevaren van nieuwe che- J mische stoffen. Ik verwacht dat, als J de eerste ervaringen met de toepas- sing van deze richtlijn zijn opge daan, een verdergaande regeling, meer in de richting van de Ameri- 1 kaanse regeling, ook in Europa tot stand zal komen”. Intussen zit de regering waar het ons land betreft, niet stil. In de loop van volgend jaar komt er een ont- werpwet milieugevaarlijke stoffen, waarover op dit moment advies wordt gevraagd aan de Voorlopige I Raad voor de Milieuhygiëne, zo j kondigde Ginjaar aan. De minister noemde tevens de Ne derlandse bijdrage aan de totstand koming van een resolutie van de Verenigde Naties over de registra tie van chemische stoffen, resulte rend in de oprichting van een Inter national Register of Potentially Toxic Chemicals. Het ministerie van Volksgezond- Deze arbeidsintensieve methode is tegenwoordig te duur en aanmerkelijk gevaarlijker, door het grotere aantal treinen. Bij onaangenaam weer is men minder attent op gevaar, men hoort minder, de sneeuw dempt geluiden, en men ziet minder. De NS hebben daarom een andere manyjr bedacht om sneeuw bij de wissels weg te krijgen: wisselverwarming. Frankrijk en binnenkort Denemar ken voorop. De Europese Gemeen schap als geheel kent alleen een niet-bindende richtlijn betreffende onderzoek naar en introductie van nieuwe chemische stoffen. Een pro grammatische aanpak van bestaan de milieu-gevaarlijke stoffen ont breekt. HOOFDREDACTIE: Jos L. Lodewijks E. Koning DIRECTIE: Damiate Pers b.v. Mr. H. C. van der Mije BUREAU: Redactie en administratie: Lange Nieuwstraat 427, IJmuiden postbus 18, 1970 AA IJmuiden tel. redactie: 02550-15389 na kantoortijd: 02208-3577 tel. adm: 02550-15437 en 16450 postgiro: 273107 telex: 41866 ADVERTENTIES: telefoon 023-31 90 53 GROENTJES: gerubriceerde advertenties, uitsluitend telefoon 023 - 31 92 72 h

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1979 | | pagina 4